geneesévn
ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN
De Unie van Utrecht.
n Januari 1579 - 23 Januari 1929
FEL' LLLKTON
Een vriendenoffer.
Buitenland.
SKENSSCHE COURANT
VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN
Abonnementsprijs p. 3 maanden 11.25 franco p. post i 1,40
Adverteotlepr jjt ran 1 5 regels 75 cent
Elke regel meer 15 cent. ingez. Meded. 30 ct p. regel.
Drukker-Uitgever J. C. LE BLEU
voorheen E. BOOM BLIEK
™e,0°D breskens p°;#9ro
Abonnements-Advertentles zeer billijk tarief.
Advertenties worden aangenomen tot uiterlijk
Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur
7e jaargang
Zaterdag 1 December '918
Nummer 3384
GRATIS verzekering gulden bij levens- iss gid. bij dood gld. by verlies ara gld. bij ver- ia gld. by ver- gld. by ver
voor de abonné's tegen 9QQ lange ongeschikt- i|][] door 7n vaneen hll lies van een 411 lies van een /h lies van een
ongelukken voor: heid tot werken. een ongeluk. hand of voet. oog. duim. wijsvinger.
De risico van bovenstaande verzekering is herverzekerd bij de Ongevallen-Verzekering-Maatschappij Fatum" te 's-Qravenhage.
sa gld. by verlies
1 IJ van eiken
anderen vinger.
EERSTE BLAD.
III.
Waer dat men sich al keert of
[wendt
En waer men loopt of staet,
Waer dat men rijdt of rost en rent
En waer men henen gaet,
Daar vindt men, sy 't ook op wat
[rêe,
D'Hotlander en de Zeeuw,
Sy loopen door de woeste zee,
Als door 't bosch de leeuw.
Uit de „Gedencklanck" van Adr. Wouterse.
(Valerius).
De groote moeilijkheid, welke ook
Willem van Oranje niettegenstaande
jijn geweldige capaciteiten, niet kon
tplossen, was de tegenstelling tusschen
Calvinisten en Katholieken.
Langzamerhand had het Calvinisme
n de Nederlanden groote vorderingen
jemaakt. Niet alieen iri het Noorden,
naar ook in Antwerpen, Gent, Brussel
>n Leuven breidde de Hervorming zich
tit. Dit sterke voortdnngen maakt de
(acholieken bevreesd en niet geneigd
iot een eensgezinde samenwerking.
In het voorjaar van 1578 trachtte de
3rins zijn plan tot het uitvaardigen van
ten Algemeene Rejigie vreden door te
loeren. Zij legde' aan de Scaten-
3eneraal een ontwerp voor waarin
lepaald werd dat, waar honderd ge-
tinnen een der beide godsdiensten
venschten uit te oefenen, dit zou
ivorden toegestaan. Dit voorstel wekte
ïevige tegenkanting bij de Zuidelijke,
de overwegend Katholieke gewesten,
die beweerden, hierin een schending
van de Pacificatie te zien.
Deze houding maakt de tegenstelling
nog sterker, wat vooral funest was,
daar in het begin van 1578 Don Juan
zen vrij aanzienlijke macht had samen
getrokken, waartegenover de Staten
slechts een weinig samenhangend en
slecht betaald leger konden stellen.
Wel zou men eenige hulp van Elisabeth
van Engeland krijgen, maar deze was
totaal onvoldoende.
31 Januari 1578 rukte Don Juan op
sn sloeg het leger der Staten bij
Gembli/ux totaal uiteen.
Als hij nu door zijn koninklijke broe
der voldoende met geld ondersteund
was, had hij de opstand in het Zuiden
geheel kunnen onderdrukken. Maar de
achterdochtige Philips in zijn somber,
kloosterachtig paleis bij Madrid, wan
trouwde zijn broeder en verdacht hem
13.
Roman van Lothar Brenckendorff.
De omgeving, waarom het ging was
me steeds niet stil genoeg. Ten slotte
noemde hij me.de pas gebouwde villa-
kolonie Zuid, en stelde me eed te koop
staand huis aan den Rustenweg voor.
Het was wel aan een alleenwonende
dame verhuurd, maar wanneer men haar
aan aannemelijke schikking voorstelde,
zou er wel mee te pnften zijn. Ik had
er weinig idee in en het kwam me
daarom ook niet in de gedachte, den
naam van de dame te vragen. De ma
kelaar wilde zich de in uitzicht geko-
,men verdienste niet laten ontgaan, en
|nog voor mijn brief, waarin ik hem
(schreef, dat ik er van af zag, hem had
bereikt, bezocht hij me weer, om mij
mede te deelen, dat de eigenaar van
het huisje, wanneer ik het wertsdite,
gaarne bereid was, met juffrouw Wor-
ner over opheffing van haar huurcon
tract te spreken. Ik behoef niet te
zeggen, hoe ik opkeek, toen ik den
jiaam hoorde, en wat in mijn'hart om.
jjï5 .oicov->»
er van zich uitsluitend ten eigen voor-
deele van het gezag te willen meester
maken.
De ellende werd nog vermeerderd
door de houding van het Calvinistische
deel der bevolking van Gent dat onder
leiding van Hembyze en Ryhove, aan
gezet door de prediking van Dathenus,
de bekende psalmvertaler, zich weer
overgaf aan plundering en verwoesting
der R. K. kerken.
Dit had tot gevolg dat vele Katho
lieken dan toch maar liever onder het
gezag van Don juan stonden dan on
der de Staten-Generaal, daar zij in het
eerste geval bescherming van hun ge
loof zouden genieten.
Wel trachtte de Prins bemiddelend
en sussend op te treden, maar dit ge
lukte hem slechts in geringe mate.
Weer trachtten de Staten, waar men
door de onderlinge verdeeldheid des
te machteloozer tegenover Spanjestond,
buitenlandsche hulp te verkrijgen.
Onderhandelingen met Elisabeth wer
den aangeknoopt evenals met de Prins
van Anjou, die door de Staten ver
heven werd tot „Défenseur de la iiberté
des Pays-Bas", hoewel hij geen aandeel
in de regeering kreeg.
Tegelijk met Anjou kwam hier hertog
johan Casimir van de Palt een vurig
Calvinistisch vorst, door Elisabeth ais
vertegenwoordiger der Engelsche be
langen aangesteld.
De Staten beschikten nu over een
leger van 30.000 man waarmee men
Don juan een nederlaag toebracht,
waarna deze zich terugtrok in een
versterkt kamp bij Namen. Hier over
leed hij 1 October 1578 waarschijnlijk
aan de legerkoorts, die daar sterk
woedde, hoewel er ook stemmen op
gingen, die beweerden dat hij op last
van Philips vergiftigd was.
Hij werd opgevolgd door Alexander
van Parma.
Nog altijd woedden de Calvinisten
uit Gent tegen hun Katholieke bond-
genooten, terwijl bovendien, de inder
tijd bij Gembloux verslagen Staatsche
troepen, die niet betaald werden, zich
onder leiding van hun aanvoerder van
Meenen meester maakten en vandaar
uit strooptochten ondernamen.
Dit veroorzaakte vooral in Hene-
ging, toen de agent op mijn vraag ook
haar voornaam zei. Nog durfde ik niet
wagen, aan mijn gtelufc te gelooven.
Eerst toen telefonisch bij den eigenaar
geïnformeerd was, dat het werkelijk
om een dame ging, die vroeger [in
Zurich gewoond had, en dat ook haar
leeftijd met dien van de mij bekende
Hilde Worner overeenkwam, verdween
mijn laatste twijfel. Dat was drie da
gen geleden. Den volgenden ochtend
ging ik op pad."
„Goed. Ik wil dit alles wel aanne
men. Zulke toevalligheden is een ieder
wel eens tegengekomen. Veel merk
waardiger lijkt het mij, dat de bewoon
ster aan den Rustenweg nu toch niet
de gezochte persoon is. Had die Hilde
Worner, die u in Zurich kende, een
zuster, nicht of een ander familielid
van gelijken naam en ouderdom
„Ik geloof dit ontkennend te kun
nen beantwoorden. Zusters bezat ze
in geen geval en haar vader ,gaf eens
in een gesprek te kennen, hoe jammer
hij liet vond, geen zoon te hebben,
want hij was de laatste van (zijn stam
en de naam van zijn voorvaderen zou
na hem ophouden te bestaan. Ook
werd er thuis nooit over een af ander
familielid gesproken."
„Er is toch nog iets vreemds. Het
dienstmeisje verklaarde, en het wordt
gouwen en Artois groote ontstemming,
waarvan de slimme Parma partij wist
te trekken. Hij knoopte onderhande
lingen aan met de leiders der onte
vredenen en zoo kwam op 6 Januari
1579 een verbond tot stand waarbij
Henegouwen. Artois, Rijssel en Donay
een verbond sloten tot handhaving der
Pacificatie en waarbij bepaald werd
dat, zoo de Staten-Generaal binnen
een maand niet beloofd hadden mede
te werken aan dit behoud en aan een
vrede met de landsheer, men zich
weer onder 's Konmgs gezag zou
scharen.
De Prins, die de loop der gebeurte
nissen had voorzien, was reeds eenige
tijd bezig geweest, een nauwere ver
bintenis tusschen de Noordelijke ge
westen tot stand te brengen, waarvan
Holland en Zeeland de kern zouden
vormen. Aanvankelijk ging dit niet
gemakkelijk. Vooral Gelderland wilde
niet mee. Maar toen in verschillende
steden de vroedschappen veranderd
waren, begon de tegenstand te ver
minderen, vooral toen op het einde
1598 meer en meer duidelijkwerd.dat
Henegouwen en Artois zich met den
Koning zouden verzoenen.
6 Dec. 1578 werd te Utrecht door
de Gedeputeerden van Holland. Zee
land en Friesland de voorloopige over
eenkomst met de Staten van Utrecht
geteekend. Besloten werd op 10 Januari
1579 weer bijeen te komen tot het
nemen van een definitieve beslissing.
Hoewel in verschillende gewesten vrij
ernstige tegenstand bestond, werd toch
23 Januari 1579 de Unie geteekend
door Graaf Jan van Nassau, een broer
van de Prins, als stadhouder van Gel
derland en dèor gezanten van Holland,
Utrecht, Zeeland en de Groningsche
Ommelanden.
Terwijl in het Zuiden het Calvinis
tisch grauw zich weer aan uitspattin
gen tegenover de Katholieken schuldig
maakt en daardoor steeds meer de
Katholieken de richting van een ver
zoening met Spanje opdreef, teekenden
in de loop der volgende jaren nog
verschillende gewesten en steden de
Unie van Utrecht, en wel Overijsel
en Drente in 1580.
In Brabant en Vlaanderen werd de
Unie nog onderteekend door de steden
ook door uw briefje bevestigd, dat u
bij het binnenkomen van de salon de
zich daarin bevindende meubels direct
als die van juffrouw Worner herkende.
Was dat inderdaad zoo? Qf zou ,u
'zich misschien vergist kunnen heb
ben
Het was alsof Gerold zich dit eerst
nu bewust werd.
„Waarachtig u hebt gelijk, dit is
van al het onbegrijpelijke zeker het on-
begrijpelijkst. Neen, van twijfel kan
geen sprake zijn. Niet alleen de meu
bels, maar bijna ook alle andere stuk
ken waren dezelfde, die ik mij uit de
onvergetelijke jeugddagen in Zuricli
kon lierinnneren. De omgeving, waar
in men eens onuitsprekelijk gelukkig
was, vergeet inen nooit weer. Tot in
de kleinste bijzonderheid, kan ik u op
het oogenbiik aljes beschrijven."
„Wanneer de zaak zoo staat, zult
_u moeten toegeven, dat hier aan een
toevallige gelijkenis niet is te den
ken."
„Dit is zonder twijfel uitgesloten.
Alles is liet werkelijke bezit van juf
frouw Worner."
„Maar hoe wilt u dan verklaren,
dat u zicli nu in het huis van een
andere juffrouw Worner bevond?"
Na eenig nadenken zei Gerold: „Ik
kan geen verklaring vinden, want ik
Antwerpen, Lier, Breda, Gent, Yperen
en Brugge.
De Prins van Oranje zelf onder-
teekende niet dadelijk. Hij was met
hart en ziel voorstander geweest van
„Groot Nederland", van de vereeniging
van Noord en Zuid. Hoewel de Paci
ficatie feitelijk niet meer bestond, in
twee deelen was uit één gevallen, had
hij nog altijd de hoop de twee partijen
bijeen te brengen. Eerst toen hij zag,
dat verzoening onmogelijk was, tee-
kende hij op 3 Mei 1579 de Unie.
In het volgende artikel zullen we
trachten na te gaan of er reden is,
het sluiten der Unie feestelijk te her
denken.
E. P. VAN DER WERFF.
AMERIKA.
ten nieuw voorstel tot ontwapening.
Britten, de voorzitter der vlootcom-
uiissie uit liet representantenhuis, heelt
laau Baldwin een telegram gezonden,
waarin hij een gemeenschappelijke bij
eenkomst voorstelt van deJ: commissie
en een commissie van Britsche parle
mentsleden, om te beraadslagen over
(gelijkheid der zeemacht van Groot-
Brittannië en der Ver. Staten ten aan
zien van alle klassen van schepen, niet
vallende onder de overeenkomst van
Washington.
Britten stelt voor, dat de commissies
ua 4 Maart a.s. in Canada bijeenkomen
en na afloop der conferentie aan haar
regeeringen rappori zullen uitbrengen
nopens Ue resultaten der besprekingen.
Britten verklaarde, dat hij na Bald
wins rede van 13 Nov. besloten had
ziel: mei licin in verbinding te stellen,
in welke rede Baldwin den vvensch uit
sprak ueirefieiide vnïvutdiger persoon
lijke besprekingen tussjrhen Britsche en
Aincrikaansohe vertegenwoordigers teil
einde een betere verstandhouding tus
schen de beide natiën in het leven te
roepen.
o
DU1TSCHLAND.
Het proces-Martha Barth.
Omtrent de affaire Martha Barth
kan niet gelooven wat ik vermoed."
„Wat vermoedt u dan
„Dat Hilde Worner toch het offer
van een misdaad geworden is en men
de doode haar eigendom ontstolen
heeft gelijk haar naam."
De rechter van instructie schudde
liet hoofd. i
„We leven gelukkig niet meer in een
tijd, dat dit zoo makkelijk gaat. Een
meuseh kan thans niet meer spoorloos
verdwijnen, om dan later weer op te
duiken en verder te leven. Nog min
der denkbaar lijkt me de gelijktijdige
ontvoering van al het meubilair, dal
toch beslist niet onopgemerkt gebeu
ren kan."
„Dan weigert mijn combinatiever
mogen. Ik sta voor een raadsel, da)
ik niet kan oplossen."
„Liat u dat ook maar aam den speur
zin der politie over en laten wij eens
tot de gebeurtenissen van eergisteren
terugkeeren. Vertelt u me nu eensinauw
keurig alles, wat u dien dag gedaan en
beleefd hebt."
Gerold voldeed aan liet verzoek,
hoewel het hem eigenlijk erg moeilijk
viel. Wat hij zei, was slechts een her
haling der opgaven, die hij reeds gis
teren aan den politieambtenaar in Leip
zig gedaan had. Toen de rechter hem
naar den naam Yan zijn kennis vroeg,
ontleenen wij nog het volgende aan
de ons door liet W. B. gezonden be
richten.
Het dienstmeisje Martha Barth heeft
zich in 26 gevallen schuldig gemaakt
aan oplichting en valschheid in ge
schrifte ten nadeele van talrijke inwo
ners van Erfurt en Ilmenau.
Reeds in 1921 was zij tot een jaar
gevangenisstraf veroordeeld wegens
valschheid in geschriften en later was
zij nog tweemaal gestraft wegens op
lichting en diefstal.
Martha Barth is de buiten echt ge
boren dochter van baron Von Treusch-
Brandenstein. Zij is vroeger kinder
meisje geweest bij ettelijke adellijke
familiën, zooals bij graaf Berg, bij den
vorst Von Lippe, e.a.
Bekl., die thans 41 jaar out^ is, maar
er veel jonger uitziet, is de< moeder van
twee buiten echt geboren kinderen, van
wie er een reeds 16 jaar oud is.
Op den vraag van den voorzitter, ol
zij bekende schuldig te zijn, antwoord
de zij: Ten deele.
Bekl. gaf zich o.a. uit voor een na
tuurlijke doclitei eener prinses vaD
Hohenzollernook vertelde zij, dat zij
met den Duitschen kroonprins een mor
ganatisch huwelijk had gesloten.
Van een der getuigen, een bejaarde
juffrouw, Herold genaamd, had zij bij
herhaling vrij aanzienlijke bedragen „ten
behoeve van den kroonprins" ontvan
gen, waarvoor bedoelde getuige zelfs
haar sieraden en andere goederen naar
de bank van leening had moeten bren
gen. Martha had herhaaldelijk brte-t
ven van den kroonprins laten zien.
Tegenover andere getuigen had bekl.
zich indertijd uitgegeven voor groot
vorstin Van Rusland of als gravin Ritt-
berg.
In de motiveering van het vonnis
werd het bekl. als een bezwarend feit
aangerekend, dat zij koud een onge
voelig was opgetreden, met name tegen
inej. Herold. Zij had deze, een eenvou
dig menschje, als het ware uitgezogen.
Een predikant, Bergmann, had zij door
dreigbrieven bijna zijn functie doen,
verliezen.
Ten gunste der bekl. echter sprak de
buitengewone lichtgeloovigheid harer
slachtoffers en het feit, dat in den
inflatietijd de begrippen recht en on
recht waren verdoezeld.
die hem bij zijn tweede bezoek tot
aan het huis van Hilde Worner verge
zelt! had, noemde hij dezen zonder ite
dralen. Het was de naam van een jon
gen dokter, die toevallig ook tot den
bekenden kring van den rechter be
hoorde. Zijn houding werd yan dit
oogenbiik af nog vriendelijker. Reeds
nu was hij overtuigd, dat hij den zan
ger niet in hechtenis kon nemen en
liet zou nog meer in Gerold's belang
zijn, wanneer hij er voor zorgde, dat
de juistheid van zijn verklaringen zoo
spoedig mogelijk bevestigd werden.
Hij belde den commissaris van po
litie op en vroeg om den ^rechercheur
Sabel te spreken. Deze was juist yop
liet bureau teruggekomen en deelde
hem mede, dat Anna Reimann uit de
woning van haar ouders was gehaald
en met het lijk gieconfronteerd. Zij
zegt, dat het geen ander dan haar
meesteres kan zijn en ze was /in staat
een speciaal kenteeken op haar lichaam
op te geven, dat ook op het lichaam
van de doode gevonden werd. Er [is
dus geen twijfel meer. Anders had hij
geen nieuws te v ertellen, maar was van
plan, verdere naspeuringen te doen bij
personen, die met de juffrouw w«4
eens in aannraking kwamen.
JjWoról vsrvp!gd4