ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN
Zeeuwsch-Vlaamsche Belangen.
De eeuwige strijd.
li uiten land.
BRESKENSSCHE COURANT
VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN
Abonnementsprijs p. 3 maanden 11.25 franco p. poit f J,40
A d v e r t e n 11 e p r jj s v a n 1 5 regels 75 cent
Elke regel meer 15 cent. Ingez. Meded. 30 ct. p. regel.
Drukker-Uitgever J. C. LE BLEU
voorbeen E. BOOM—BLIEK
T5o'T breskens p°;wr°
Abonnements-Advertentles zeer billilk tur -*•
Advertenties worden aangenomen tot .iter
Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur
i>7t jaargang
Zaterdag 11 Augustus 1928
Nuituner 3352
GR A TI S verzekering gulden bij levens- jrt gld. bij dood gld. bij verlies ts gld. bij ver- ii gld. bij ver- *k gld. bij ver-
v>j-liabjtné's tegen vni] lange ongeschikt- I door 7h vin een ftf] lies van een 4Q lies van een /ft Hes van een
ongelukken voor; MV* heid tot werken. een ongeluk. hand of voet. oog. duim. wijsvinger.
De risico van bovenstaande verzekering Is herverzekerd bij de Ongevallen-Verzekering-Maatschappij .Fatum" te 's-Gravenhage.
a a gld. bij verlies
van eiken
anderen vinger.
ZEEUWSCH-VLAANDEREN
EN DE D1ETSCHE GED ACHTE.
De administratie van „De -Dietsche
Gedachte" zor.il ons een tweetal ex.
toe, waarin ook artikelen van een
Zeeuwsoh-v laming zijn opgenomen. Een
er van is getiteld „Zeeuwsclt-Viaan-
deren en de L^ietscne üedacnte" en
lijkt oris in net k-uder van deze artike
len bijzonder geë.dend. Om deze reden
zullen wij nei lange, maar belangrijke
artikel, ui zijn geneel overnemen.
Ja, ik ben van net land,
uat de kracntige liand
Van mijn volte neeft ontroofd aan de zee,
Die nog kampt met d'orkaan,
Om behoud van het strand,
Met de branding, die brult op de ree.
Dat land neb ik nef en dat land is inijn al,
Het land dat ik nimmer vergeten zal.
Tot dit land behoort ook zeeuwsch-
Vlaanderen, vroeger generaliteitsland,
thans het iNederlandsCue stukske grond,
waarop hei 1-ranscne imperialisme on
der belgisilte kleuren, sietdo zijn be-
geerteziek oog houdt gevestigd, „is
aat nu wei zoo", zal nien schouder
ophalend in Holland zeggen „Die
annexatiebeweging is toen immers ge-
stuif duur, den redder des Vaderlanas",
destijds minister van Buitenlandsche
Zaken, 'Jhr. Van Karnebeek Koning
Albert, van België, Minister Hyntans
en zijn kliek neboen destijds toc'ii
bot gevangen in Versailles.
De bevolking van de begeerde ge
bieden heeft toen voldoende 'naar aan
hankelijkheid betoond aan Vorstin en
Vaderiar.d toen t gevaar dreigde De
met veel ophef aangekondigde de
monstratie van Nothoinb op onzeWes-
ter-Scheldc was toen ook een storm in
een glas water, een berg die een muis
baarde
De strooibiljettenrcgen, die eenige
heetgebakcrue Belgen per modern ver
voermiddel op Limburg en N.-Brabant
lieten neerkomen, is toch weer door
een verkw ikkenden, rustbrengenden zon
neschijn gevolgd
'k Zal trachten al dat goed vertrou
wen te schande te maken.
Allereerst de vraag: wil Zeeuwsch-
Vlaanderen Ntderlandsch blijven In
65.
Gabriëllc steunde het hoofd op de
hand en staarde onafgebroken op net
tafelblad voor zich. Ze zag in haar
verbeelding Ostonne voor zich. Hjj
stond in zijne kamer en trok de doni
kere pelsjas aan, die zij van hem ken
de en ging de straat op en met een
schrik wist ze plotseling: hij komt
hierheen. Hij probeert het. ik vermoed
de het. De bedienden kennen item. Ze
laten hem misschien binnen. Voor men
het weet is hij nier in de kamer!. Ze
sprong plotseling op en drukte op de
schel. Haar mau werd nog kwader óver
deze onderbreking.
„Wat heb je nu weer
„Och niets!" Ze wendde ach
tot den binnentredenden bediende.
„Johan 1 Ik ben voor niemand tespre-
kenlBegrijp je Het is goed. Je kunt
gaan."
Wjngerow liep met de handen op
den rug met groote passen in de ka
mer op en neer. Na een poosje bleef
hij staan en hernam geërgerd„lk ge
loof, je hebt in het geheel niet meer
gehoord, wat ik het laatst gezegd heb"
1920 heeft de bevolking van Z.-Vl.
deze vraag beantwooid met een vol
komen „ja"!
En nu De schrijver van dit artikel,
wonende in Z.-Vl., in nauwe aanraking
steeds met alle lagen van de bevolking,
is overtuigd, dat er werkelijk een zeer
geleidelijke kentering in dezen is te
bespeuren.
„Indien de waarnemingen juist zijn
i. z. de verminderde Nederlandsche ge
zindheid, kunt u die dan verklaren
zal de lezer v.agen. Ter beantwoording
van de.ze belangrijke vraag, ben ik
echter verphent, eerst den stand van
het Nedcrlandsch-, net Dietsch stain-
wust zijn in Z.-Vl. te bespreken, om
daarna de verschillende oorzaken te
behandelen, die leiden tot het losser
worden van de Z.-Vl. bevolking van
Nederland.
Wat de saamhoorigheid van de
Z.-Vl. bevolking en den Nedetlandschen
stam betreit, doet het mij leed te moë-
ten bevestigen, dat deze ontdaan van
allen schijn, droevig gering is. Van
een Dietsch stam bewustzijn kan in
Z.-Vl. nauwelijks iets bespeurd wor
den. Vlak aan de grens, viak bij het
geweldig strijdtooneel van den Dietsch
Vlaamscheti stambroeder en den Bel
gischen tiran, is men in Z.-Vl. vrij al
gemeen, volstrekt onwetend van deze
wanhopige worsteling, kent men nauwe
lijks het woord* Vlaming en nog veel
minder de volle beteelienis van dat
woord. Dit is een feil, geachte lezers!
En dit is niet alleen waar voor de
landbouwende bevolking, maar de z.g.
intellëctueelen, docters, onderwijzers,
enz., zijn in dezen, trots den scliool-
meesterachtigen eigenwaan die men kan
waarnemen als men over VI. spreekt,
even onwetend, en daarom voor ons
Dietsche-, meer eng-Nederlandbcne volk,
des te gevaarlijker.
De oorzaak van dit feit, ligt m.i.
voor een deel in 't verleden en voor
een ander deel in het heden.
Als bevolking van generaliteitsge-
bied is«zij in liet verleden beslist stiet-
moedcrlijk behandeld evenals die van
Z.-Limburg en N.-Brabant. Z.V1. is
daardoor in wezen, buiten de ontwik
keling van het Nederlandsche cul
tuurleven gebleven. Dit is zóó sterk,
dat de Z.-Vl. zich als een „afgeslotene"
beschouwt en ik heb meermalen door
„Pardon 1"
Weer was er de groote stilte.
Dan bedwong hij zich nog een keer.
Zijne stem had nu weer een weeken
klank:: „We wjllen 't voor van daag
liever laten! Vandaag is, schijnt het,
njet de juiste tijd en gelegenheid daar
voor! Kom ga liever wat voor de
piano zitten ik heb je zoo lang niet
meer gehoord zooals vroegtr
Ze stond gehoorzaam op en ging
naar de klejne muziekzaal Die vulde
zich met de toongolven harer helderöi
sopraanstem, het ruischen der accoor-
den. Haar man was in het scheme
rende zijvertrek gebleven. Ze zag hem,
hoe hij daar iteel stjl zat de oogen
half gesloten, of in haar liedverzon-
ken, of in zijne gedachten ze wist
het niet. Hij denkt aan zijne eerste
vrouw! De muziek wekt de herin
nering op Ze geloofde te zien,
dat de oogen van haar man vochtig
werden. Plotseljng stond hij op en ver
liet zachtjes de kamer. Hij wilde haar
njet zijne s mart toonen
Ze speelde verder. Dat bedwelmde.
Ze was bang voor het ophouden, voor
de werkelijkheid. Ze had nog steeds
het idee, dat Ostonne op weg was naar
haar neen, niet op weg hij was
er al hij ging beneden op straat
op en af ze vvjst het ze wilds
onderwijzer hooren betoogen over
onze „eigen" cultuur, waarmee men
bedoelde: de „eigen" cultuur van het
„eigen" landje Z.-Vl.
Buiten de stroombedding van het Ne
derlandsche verkeer, buiten het Ne
derlandsche economisch leven, buiten
het Nederlai.dsche cultuurleven, kon net
moeilijk anders of de bevolking van
Z.-Vl. inoest uiterst weinig gevoelen
voor „Holland".
Niet zelden hoorde ik de wrevelige
opmerking: „Wij Z.VI. zijn voor Den
Haag alleen goed, om belasting te be
talen en onze jongens soldaat te laten
worden
Dat die uitgingen van ontei reden
heid vroeger geenszins ongegrond wa
ren staat voor mij vast. Evenzeer staat
echter voor mij vast, dat de vele jam
merklachten van tegenwoordig waarvan
„Het Dagbl. van N.-Brabant en Zee
land", eir „Zeelandia", do spreekbuis
zijn, volstrekt ongegrond zijn. -
Het klagen van vele Z.-Vl. van dezen
tijd; over achterstelling bij andere ge
westen, over onverschilligheid bij de
Landsregeering i. z. den nood van Z.-
Vl. enz. kan niet anders dan een stuk
overgeërfde ontevredenheid zijn, of
wordt door verborgen stille krachten
van over de zuidgrens aangeblazen.
Thans komt het mij voor, is er
volstrekt geen reden om te klagen over
Den Haag hier in Z.-Vl.
Juist integendeel, dient onze regee
ring bijzonder gewaardeerd te wori
'den, om haar daadwerkelijke, belang
stelling i. z. Z.-Vl.
Dat echter al die ontevredenheids
uitingen de ontevredenheid doen toe
nemen is een feit. Ontevredenheids
zaaiers hebben, als het gaat tegen net
Gezag, altijd winst te boeken. Opge
merkt dient evenwel te worden, dat net
vooral Oostelijk Z.-Vl. is, en misschien
de kleinste hebt van Aardenburg dat
steeds dien gromtneitden, morrenden,
knorrenden toon laat hooren!
Het geringe besef van saamhoorig
heid van Z.-Vl. met het Nederlandsche
volk vindt geenszins haar oorzaak in
de z.g. „economische malaise" van
Z.-Vl. Lr is in Z.-Vl. geen economische
nood, nt.ér dan in een ander gewest.
Het uiterst geringe stainbewustzijn
vindt allereerst zijn oorzaak in de af
gesloten ligging maar ook in het on
derwijs. Om het isolement op te hef
fen, wordt door het Gezag al het
mogelijke gedaan, zooals ook veel ge
daan wordt voor verbetering van de
verkeerswegen. Wat ik echter tot he
den steeds buiten elke beschouwing
alleen nog de zekerheid hebben ze
liep, naar het venster, sloeg ecu gor
dijn op zij, keek naar buiten daar
was 't donker geen mensch te
zien God zij dank ze ademde
verlicht op maar dadelijk daarna
kwam weer de angst Ergens zou
hij haar toen ontmoeten Ze wist
het ze kon het njet vermijden, ze
moest in deze dagen vóór het vertrek
nog dikwijls de stad in moest onder
menschen vanavond bijvoorbeeld al
naar Bankholtz
Ze greep vlug met de hand naar de
leuning van den dichtbijstaanden stoei,
om zich te steunen, zóó deed haar de
angst plotseling schokken. Groote God
Ostonne was immers met haar
zwager bevriend ze waren samen
in i^'rika geweest dat was waan
zinnig, zich zoo iets voor te stellen
maar het was toch denkbaar mo
gelijk, dat hij ook tot de uitgenoo-'
digden behoorde
Ze snelde zonder verder na te den
ken, naar de telefoon en schelde haar
zuster op.
„Goedenavond, Gise!" riep ze. „Of
ik nieuws heb? Niets bijzonders! Ik
wilde je alleen even vragen, hoe jij
je voor den eersten slag gevoelt?"
„Nu een beetje kanonnenkoorts!
Trouwens het hoofd kan 't niet
zag gelaten, in geschriften over Z.-
Vl., is het onderwijs.
Uit een uitgebreid onderzoek van het
verleden en het heden bleek, dat vrij
algemeen, de Z.-Vl. jeugd onderwijs en
opvoeding ontvangt van Z.-Vl. onder
wijzers en onderwijzeressen die in Z.-
Vl. hun opleiding hebben genoten. Hoe
hoogst ongunstig dit feit is voor Z.-
Vl., voor de saamhoorigheidsgedachte,
t.a.v. den Nederlandschen-, üietschen
stam behoeft na het voorafgaande wel
niet nader betoogd.
Deze Z.-Vl. onderwijzers, de goede
uitzonderingen daargelaten, zijn over
't algemeen weinig werkdadig op 't
gebied van kennisvergaren. In het bij
zonder in de grensgemeenten zijn veie
onderwijzers de leidende personen van
het „belangrijke" koffiehuiskven.
COEHOORN.
(Slot volgt)
VOLKENBOND.
De pas gepubliceerde agenda voor
de eerstvolgende zitting van den Vol
kenbond op 30 Augustus biedt niet
veel interressants. Het eenige punt,
dat wel de noodige spanning zal ver
oorzaken, is de Poolsch-Liiauscne kwes
tie. Minister Beelaerts zal hierover rap
port uitbrengen. Met groote belang
stelling zal zoowel naar dit rapport
als naar de behandeling hiervan wor
den uitgezien. Zoowel voor den Vol
kenbond als voor Woldemaras is de
behandeling van deze kwestie de groo
te krachtproef. Tot heden neeft Wol
demaras het aangedruft Gentve te
weerstreven, in geen enkel opzicht re
kening houdende met de wensthen en
besluiten van den Volkenbond. Met
eenige vreeze zullen velen zich daarom
de vraag stellen, kan dit zoo blijven
voortgaan en wordt hierdoor het ge-
heele werk van den Volkenbond niet
door een enkel staatje van 3 va 4
millioen zielen ondermijnt? Voor het
prestige van den Volkenbond zou hei<
erg bedenkelijk zijn, indien we opnieuw
een herhaling beleven van 'het voor
gaande. Het zou zoo ongeveer neel
konten op een openlijke erkennui6 v.
onmacht. Zoo zoetjes aan worui ut
tijd dat platonische gebaren acntei
wege blij ven en dat er UaadwerKeuj
wordt ingegrepen, riet gevaar is ar
ders 'niet denkbeeldig, dat het te las
is.
De groote mogendheden beijvere
zien verder om Spanje, dat een niei
permanenten zetel in den raad zal krij
gen, direct na arloop dezer period
van drie jaar herkiesbaar te stellet
Waar deze pogingen uitgaan van rranl
rijk, Engeland en Duitsclnand is ne
zeker te achten, dat Spanje langs deze
weg een scmipermanenten zetel in de
raad zal krijgen.
o o o
ER ANKRIJKENGELAND.
De latere berkhten over net r ranse
Britsclte viootaccoord neDben reeds hei
wat van het eerste enthousiasme doe
luwen. Nadat de admiraliteit der Vei
eenigde Staten dit accoord hebDen bt
stuaeerd, blijkt dat er al zeer weinij
goeds van wordt verwacht. Keliogj
neett tijdens een ptrsconlerentie vet
klaard, dat het zien uitsluitend bepaal
tot een bewapemngsiimiet, zonder oo
maar de geiingsie daadwerkelijke vet
mindering te garandceren. Dit voorste
geeft niet den minsten grondslag voc
een algemeene ontwapening. Dezei vei
klaring is een zeer zware domper e
geeft weinig hoop.
Kellogg gaat persoonlijk naar Parij
waar de otticieeie onderteekening z;
plaats hebben van zijn anti-ooriogs
pact. Een veertiental ministers van Bu,
tenlandsche z,aken zuilen nieroij tegen
woordig zijn. volgens Kellogg zuuei
op deze bijeenkomst geen andere pun
ten behande.d worden. Uiticieus za
er achter de scuermen evenwel noj
menig appeltje worden geschud.
De Russen ueooen er nun misnoegei
over uitgesproken, dat ze niet zijn uit
genoodigd deel te nenten aan de on
derhandeiingen over dit Kellogg-pacl
c.q. toetreding Ine, van. l>e neeren sug
gereeren nu, dai het niets anders
dan een vooruereidtng voor den oor
log tegen Kusiand. oe heeren voeiet
ziclt blijkbaar nog al scnuldig, dat z
zoo denken. Niemand beter dan zij zei
weten, hoeveel ze wel op uun kertsto
hebben. Waarom willen ze hieraan mee
doen, als ze er zoo weinig vertrouwt'
in hebben en waarom neoben ze nie
"vroeger aangedrongen om deel te ne
m ->an deze onderhandelingen. Ze ma
ken van 'deze verklaringen dan ook dej
kosten! Adieu! Ik heb geen tijd?"
„Zeg wacht toch eens even, Gise!
Loojt toch niet dadelijk weg! Hebben
er veel afgeschreven!"
„Nee maar een paar!"
„Wat komen er wel zoo voor luid-
jes
„Nu jullie De nog haiv.e
meisjesstem aan de telefoon telde op:
„Dan overste Eisenmann die twee
van Jeseritz Mevrouw Kamp met
man Elza Lanckhardt, dito haar
zuster dan juffrouw Grunert dat
mispunt die kon ik niet voorbij
gaan nu en dan nog jenkelti
vrienden van Walter luitenant Sor-
ger meneer Von Ostonne ka
pitein von Masius Zoo ik geloof
dat zijn ze
„O, prachtig Adieu 1"
„Adieu!"
Ze trad vlug van het toestel terug.
Ze liep blindelings, alsof haar iemand
op de hielen zat, door de vertrekken.
Keerde om en begon haar wandeling
weer opnieuw, steeds op de vlucht
voor den onzichtbaren dan kwam
ze langzamerhand weer tot zich zelf.
Haar adem ging rustiger. Ze bleef
staan, schelde en liet door den be
diende haar man verzoeken even naar
beneden te komen.
Majoor von Wingerow was nu weer
als anders, viug en levendig. 'Hij wa
reeds voor het partijtje van heden
avond gekleed. Hij hield de brandend
sigaar in de hand.
„Wel nog niet in gala?" vroej
hij. „Het wordt langzamerhand tijd
Gabriëlle! Over een nalf uurtje, rijdei
we weg!"
„Dat is juist, waar ik je over wildi
spreken! lk wil liever niet meel®
Hij trok de wenkbrauwen op.
„Niet mee? Waarom niet, als i!
vragen mag
„lk ben niet in de stemming!"
„Och stemming! Praat nn
alsjeblieft niet van die dingen daa
heb ik geen verstand van!"
„Ik ben trouwens niet goed j(
ziet het tochl"
„Och, kom je hebt van rniddaj
nog gewandeld hebt een poosje ge
musiceerd, zoo juist nog met je zuste
heel vrooiijk door de teletoon gebab
beid ik heb 't toch boven genoorc
nu op eens wil je doodziek zijn
neen daarmee maken we ons eenvou
dig belachelijk daarmee zetten w<
kwaad bloed bij je tamilie ik bet
een welopgevoed mensch ik zeg nie
onnuttig op het laatste oogenblik af"
(wordt vervolgd.)