ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN Purol en Schrale Huid VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN Het betrekkelijks* MERtEL. CHE COURANT Abonnementsprijs p. 3 maanden f 1.25 franco p. post f 1,40 Advertentieprijs van 1 5 regels 75 cent Elke regel meer 15 cent. Ingez. Meded. 30 ct p. regel. Drukker uitgever J. C. LE BLEU voorheen E. BOOM—BLIEK TNÓ."a breskens p«$9'° Abonneraents-Advertenties zeer billijk tarief. Advertenties worden aangenomen tot uiterlijk :-: Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur 37e Jaargang Woensdag 16 November 9 7 'Nummer 3278 GRATIS verzekering gulden bij levens- gld. bij dood pitr gld. bij verlies tra gld. bij ver- is gld. bij ver- atr gld. bij ver- ia gld. bij verlies voor de abonné's tegen vRIj lange ongeschikt- if 'j door /y van een Qy lies van een 4f] 'les van een /Q lies van een IQ van eiken ongelukken voor: wwtP heid tot werken. een ongeluk. hand of voet. oog. duim. wijsvinger. anderen vinger. De risico van bovenstaande verzekering is herverzekerd bij de Ongevailen-Verzekering-Maatschappij „Fatum" te 's-Gravenhage. We zullen nu niet twisten over de filosofische vraag van de be trekkelijkheid van alle dingen. De meeste lezers weten wellicht wel, hoe sommigen leeren, dat het absolute niet bestaat en dat in ons leven alles en ook alle begrippen betrekkelijk zijn en hier dus feitelijk geen goed en geen kwaad zou zijn, maar alleen beter, dat wil zeggen goed in vergelijking met iets anders. Maar ook zonder dat men dat gelooft erkent men toch wel het betrek kelijke van de meeste dingen. We noemen Jan groot omdat hij een hoofd boven zijn vrienden uit steekt, maar we noemen ook een olifant groot en een kerk, ofschoon we met dat groot telkens andere begrippen op het oog hebben. We zeggen :„'t is warm", wan neer in April de thermometer bo ven de 70 staat, maar we noe men het in Indië en zelfs in het midden van onzen zomer met 72 graden koud. Dat komt, omdat we, zonder het zelf te voelen, eigenlijk altijd min of meer ver gelijkenderwijs spreken. We ver gelijken met andere voorwerpen, wan ïeer we van groot, warm, snel, maar ook toch wanneer we van ellendig, smartelijk, zorgelijk spreken. En het is wel goed, dat we ons daarvan bewust zijn, omdat het ons vaak een sterken steun en een troost in ons leven kan geven. We weten het welen we zeggen het ook wel eens zoo in 't algemeenwat hebben die zorgen, die smarten, die vreug den ook, die de menschen erva ren, toch geringe beteekenis ge zien in het licht eener eeuwig heid. Maar wanneer we voor een zorg, een smart, een kleine ver drietelijkheid soms maar staan, dan lijkt het ons, of dit nu het zwaarste is, wat op deze aarde en in alle menschenlevens te verduren viel. En juist kan het besef van de betrekkelijkheid ons van zooveel nut zijn. Er is niets mièschien, dat ons leven meer versombert en ver yggSLLSTeH. 47. Zij had hem telken» beleedigd; lij had gejuicht toen Horley hem mishandeld had en den laatiten keer dat ik haar zag, hoopte zij nog dat Horley hem zou doodslaan. 't I» waar dat haar gedrag jegens mij niet vriendelijker was geweeit, en ik had haar toch mijn -liefde ver klaard; ik voelde een oogenblik spijt dat ik die liefde verloren had laten gaan, maar ik overwon me en besloot trouw te blijven aan onze oude vriendschap". ,Vanfrey", zei ik, „ik moet bekennen dat ik op zoo iets niet bedacht wasals ik het had kunnen denken, zou ik niet ge daan hebben wat ik deed ik wensch je van harte het beste toe; niets zou me meer leed doen dan dat 't jou niet goed ging". „Dat weet ik, Johnny", en wij Stonden even stil op de heide Om elkaar de hand te geven, „tk ben zoo blij dat het mrs Helsington niet is; ik heb al gedacht dat het een moeilijk geval zou zijn zooals de zaken nu staan, als er iets tuischen jou •n die dame bestond". bittert dan ons eigen tobben erover Het zijn niet in de eerste plaats de zorgen, de smarten, die het duister maken, maar het is onze eigene verduisterde en vertroebelde blik O, ik weet wel, er zij't smarten, die als 't ware ons leven stuk breken. Wanneer de dood onze naaste omgeving met zijn koude, meedoogenlooze hand aanraakt of wanneer een liefde, een heilig ideaal uit ons hart wordt weggehroken, dan is het moeilijk uit de gebukte hou ding, waarin de felle smart ons neerdwong, weer omhoog te ko men. En het kan gebeuren, dat het berouw om verwoest leven geen enkele lichtstraal meer over laat. Maar laten we eerlijk zftn. Is het daarover, dat we ons ge woonlijk zorgen en verdrietelijk heden maken en smarten ervaren Juist wanneer we naar de groote rampen kijken, die een mensch of een volk kunnen treffen, dan kunnen we soms plot seling beseffen, hoe nietig toch fei- telijkde moeilijkheden zijn. waar over we niet kunnen heenkijken en die ons leven met hun schaduwen versomberen. Het zijn niet de groote, geweldige gebeurtenissen, die het leven maken Dat leven is uit kleine dagelijksche dingen opgebouwd Die kunnen van wat meer of minder betee kenis zijn Maar hun kolosale, on bedreigende afmetingen krijgen ze toch alleen, omdat wij er van te dichtbij naar kijken, Wanneer ge uw hand vlak voor uw gezicht houdt, dan wordt ze geweldig van afmeting. Maar dat is niet de manier om het leven en de dingen in hun natuurlijk verband dus. En alleen zoo zien we in hun ware gedaante, omdat 1 un grootte, hun zwaarte, hun omvang, hun donkerte niet iets op zich zelf staende is, maar alleen be paald kan worden in verhouding tot al het andere, cmdat alles betrekkelijk is. Wanneer ons een ongeluk treft, een leed, wanneer we voor moei lijkheden komen, dan blijven we er gewoonlijk ook te dicht op staan, omdat we voor niets anders meer oog en gedachte hebben „Daarvan i» nooit q ïaestie geweest, hoor, wee» geruit", lachte Vaofrey. „Nooit „Néén; je hebt het je ver beeld; maar ik kon toch moeilijk zeggen, al» je zinspeelde op haar io het oog vallende voorliefde voor mij, dat het enkel van haar kant wa«". „Ik ben blij dat ik het hoor". Ik dacht er nog lang over na dat, alt ik had kunnen vermoedeD, hoe verkeerd mijn veronderstel ling wa», wij ruitig en wel in Londen zouden zijn gebleven, in plaat» dat wij nu op weg naar Cheddendam waren om, God weet, welke akelige lamer span ning te voorkomen. Ik was sedert den Zoi dag, toen ik mrs Gregory vargezelde, niet in het dorp geweest en niettegenstaande het weder Diet mooi en zonnig was, maakte het denzelfden som beren indruk op mij. De ver vallen woningen, het verwaar- loo de kerkhof, de slordige tuin van de pastorie, waardoor wij het huis naderden, alles ontstem de mij eo ik huiverde toen ik onder het portiek stond. 't Is precies halfzes", zei Van- frey op zijn horloge kijkend. ,Wel wat vroeg om een bezoek af te leggen in Gods naam Het is natuurlijk, dat v/e de din gen van nabij willen bekijken, om goed te zien, waarmee we te maken hebben en ons rekenschap te geven van wat we te doen hebben. Maar dat rekenschap geven kunnen wij alleen juist doen, wanneer we daarna op een afstand gaan staan en het leed, de ramp, de smart zien in hun verhouding tot de dingen om ons heen en tot het groote geheel van het leven. En omdat we dat gewoonlijk nalaten en slechts oog hebben voor die eene moeilijk heid daar op den weg voor ons, lijkt ze ons van zoo reusachtige afmetingen, dat we ze nooit uit den weg zullen krijgen. Zeker het is begrijpelijk. Wien een leed, een zorg treft, heeft een neiging zich ir, zichzelf terug te trekken Hij heeft te worstelen veelal en voelt de pijn van de wonde Dat alles maakt, dat hij wat hem treft, zoo groot, zoo zwaar, zoo druk kend voelt. Maar wanneer hij de moeite doet om op te zien, rond te zien en te vergelijken, wanneer hij bedenken wil, wat het leven voor rampzaligen bren gen kan en wat het is; dat het hem nu in den weg legt, en vooral ook dat alles voorbij gaat, ook het ergste en dat er daar onder zoo heel veel is, dat nauwe lijks een spoor achterlaat, dan zal het hem gemakkelijker worden te dragen en zich in zijn evenwicht te herstellen. En dat evenwicht heeft hij noodig. Het tobben over onze moeilijkheden en zor gen en droefheid slorpt onze beste krachten weg en maakt onzen arbeid veelal waardeloos. Want het leven is niet zoo, dat we met halve kracht kunnen werken. We hebben alles noodig. En tot dat alles behoort ook de lust en de moed en de blijde zin. Daarom moeien we trachten, zoo snel mogelijk boven onze moei ten en zorgen en droefheden uit te komen en niet te tobben En daartoe kan niets ons beter hel en hij trok met kracht aan de bel. XXXII. Wij moeste i zoolang wachten, dat ik de hoop om den dominee te wek ren zou hebben opgege ven, maar Vanfrey wachtte ge duldig, terwijl ik een half dooden lauriertak in het oog hield, waarlangs dikke dauwdruppels lekten en langs mij neervielen ik bedacht wat ik zeggen jou, al» de deur geopend werd, om te bewijzen dat wij uiet dronken en geen ontvluchte gekken wa- reDdoch h*t was niet noodig ant toen eindelijk een slordige knorrige vrouw verscheen, vroeg Vanfrey: ,1s mr Myall thuis?" aliof het dood gewoon was dat men zoo vroeg een bezoek af legde. Ik was op het punt mijn kaartje te overhandigen, en zelfs de vrouw scheeD, door zijn be daard optreden, te vergeten dat haar dagtaak nog niet begonnen was. „Ja wel, mijnheer",antwoordde zij. ,Wil je hem zeggen dat wij hem graag even willen spreken", vervolgde VaDfrey. „Hij slaapt nog, weet u hoe laat het is?" „Ja", zei Vaofrey. „Ik weet pen, dan het diepe besef, hoe gering en nietig het eigenlijk is, waarover we ons gewoonlijk zor gen en moeiten maken en hoe klein in de verhouding van de grootschheid van het leven. Hiïinetilaiid. DE FERRY BOOT. De heer A. C. de Vos, te Middelburg, lid van de Kamer van Koophandel, meldt ons, een schrijven gericht te hebben aan het bureau van de Kamer van Koophandel en fabrieken, om een onderzoek te willen instellen of voor de ferry-boot een certi ficaat van zeewaardigheid is af- gege' en. Van het bureau van de Kareer heeft hij een schrij en ontvangen, dat de ter sprake gebrachte quaestie in onderzoek is aange nomen. NIEUWJAARS CORRESPONDENTIE. Ten einde de onderstaande landen nog vóór 1 Januari 1928 te bereiken, moet de daarvoor bestemde nieuwjaarscorrespon- dentie uiterlijk op den daarachter aangegeven datum worden ver zonden Australië 24 November. Canada 20 December. Curasao 9 December. Nederl.-Indië (zeepost) 30 Nov. Nederl.-ldië (mail) 7 December. Suriname 25 November. Unie van Zuid Afrika 8 Dec. Ver. Staten van Amerika 23 Dec. De overtochtsduur is berekend tot aan het eerste station of de eerste haven <an het land van bestemming, waar de brieven malen worden afgegeven. Voor correspondentie voor verder ge legen plaatsen is dus vroeger ter post bezorging gewenscht. dat het nog vroeg ismaar wij moeten hem juist vroeg aantref fen, je moet hem maar wakker maken". „Hij zal u toch niet ontvangen, want hij is laat naar bed gegaan, hij heelt tot laat ia den nacht met mr Horley Trakes zitten praten" „O ver diens huwelijk zeker? Wanneer heeft dat plaats?" vroeg Vanfrey. „Ik heb er niet» van gehoord, met wie zou hij trouwen wa» de wedervraag. ,'k Weet het niet, ga jij mr Myall maar zeggen dat wij hem dadelijk moeten spreken". „Hij zal razen dat het raak is", bromde de vrouw. „Dat kan me niet scheleo, en jij zult het wel meer gehoord hebben". Hij stopte haar een geldstuk in de hand en zij klom langzaam de trap op. Wij konden niets van het gesprek hooren, maar zagen duidelijk, dat de dominee haar niet vriendelijk ontvangen had. Hij wil niet uit zijn bed komen al zou je hem met goud willen betaleD, en hij heeft zóó gescholden, dat ik me voor geen ^oud weer bij hem wagen zou. Hij wou weten wie jullie waren, maar dat kon ik hem niet seg- Vergadering van den Raad der gemeente Breskens, op Maandag 14 November. Na vaststelling der notulen worden achtereenvolgens behan deld I. Ingekomen stukken r a. Bericht van den heer du Burck, dat hij door ziekte ver hinderd is, aanwezig te zijn. b Bericht van de gemeente Oostburg over het rijden op Rijkswegen. Het behaalde succes acht zij niet voldoende, zoodat is overleg met de landbouworgani satie^ de kwestie nog nader zal worden besproken. c. De Voorz. deelt mede, dat betreffende de rioieering aan den haven-zeedijk met het polder bestuur een accoord is getroffen. Het „halve" plan, alleen riolee ring, in verband met de voort gang der verbouwing, kan nu worden uitgevoerd. d. Verslag van de commissie tot werkverruiming in Zeeuwsch- Vlaanderen met verzoek subsidie ad f 5 te willen geven Op voor stel van B. en W. afwijzend beschikt. e. Verzoek van de bewoners der Glacis, om achter hun wo ning een rioieering aan te leggen. B en W. hebben besloten een commissie aan te wijzen tot het uitwerken van een rioleerings- plan voor de geheele gemeente. In verband daarmede zal het verzoek nog dienen te worden uitgesteld. f. De gemeente ontvanger woont te Grcede Hiervoor is toestemming noodig van H. M. de Koningin. Aan den raad wordt daaromtrent advies gevraagd. B. en W heb ben tegen het verzoek geen be zwaar en zouden den termijn op bijv. 5 jaar willen stellen. De Raad gaat hiermee accoord. g. Verzoek van St. de Vuijst, om eenigszins achter den rooilijn te bouwen. Daar hiertegen geen be zwaar bestaat, wordt het door den Raad toegestaan h. Voorstel B en W. tot goed- gen, en bromde eindelijk dat jullie om tien uur moesten terug komen als ik je was, zou ik het een dag uitstellen en morgen komen, het zou voor allebei beter zijn". „Om tisn uur dus?" vroeg Vanfrey met den blik naar de trap geslagen, alsof hij voorne mens was zelf naar boven te gaan en de zaak dadelijk af te doen. „Daok je we zullen hem zelf wel vertellen wie wij zijn". Hij gaf mij een wenk en wij liepen langs het smalle pad near het hek terug. ,'t Is beter om hem niet uit zijn humeur te maker; ale hij nog zoo slaperig is, zullen wij hem toch niet aan het verstand kunnen brengen dat hij het niet moet wagen om zich voor het voltrekken van dat huwelijk te leenen. Ik zou denken dat Horley het op negen uur heeft bepaald en dat hij daarna om tien uur tot onzen dienet iewij zullen dus zorgen om half negen weer bij hem te zijn". „Nog drie uren wachten I" zuchtte ik, huiverend van kou onder de vochtige boomen. „Luister eens, Johnny, ik be* denk daar op eens, dat als we beiden hier blijven wij één kans missen". (Wordt vervolgd,)

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1927 | | pagina 1