ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN MERIEL. De Zeemanscentrale. Zomersproet* BRESKENSCHE COURANT VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZA 1ERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN Abonnementsprijs p. 3 maanden f 1.25 fra:,-ff 0 Advertentieprijs van 1 5 regels 75 cent Elke regel meer 15 cent. Ingez. Meded. 30 ct. p. regel. Diukker-Uitgever J. C. LE BLEU voorheen E. BOOM—BLIEK Tno.,02Ï breskens p^,«'9ro Abonnements-Advertenties zeer billijk tarief. Advertenties worden aangenomen tot aiterljjlc :-: Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur 36e Jaargang Zaterdag 4 Juni 1927 Nummer 3232 GRATIS verzekering gulden bij levens- jaa gld. bij dood ja» gld. bij verlies »a gld. bij ver- ii gld. bij ver- a» gld. bij ver- ia gld. bij verlies oor de abonné's tegen VuN lange ongeschikt- lyQ door /h van een Qj lies van een 4N lies van een /h lies van een If] van eiken ngelukken voor: heid tot werken. een ongeluk. hand of voet. oog. duim. wijsvinger. anderen vinger. De risico van bovenstaande verzekering is herverzekerd bij de Ongevallen-Verzekering-Maatschappij „Fatum" te 's-Gravenhage. Uit hoofde van het Pinksterfeest verschijnt Dinsdagavond geen nummer van ons blad. DE UITGEVER. Dr. F. van Gheel Gildemeester te 'sCravenhage schrijft: Het zij mij vergund hier een woord te schrijven in het belang van den Hollandschen zeeman, en dus: ter propaganda voor de zeemanscentrale, dien bond voor geestelijken en zedelijken arbeid onder Nederlandsche zeevaren den. Wij richten ons niet tot de leden van een bepaalde kerk of richting; ons standpunt is boven- kerkelijk; en zoekt naar die „die pere eenheid" die, naar we pas uit Koninklijken mond hoorden, ten slotte alle menschen verbindt. We hebben door onzen beken den radio-avond op 4 Mei j 1 willen aanmaken een „centrale verwarming", die heel veel har ten bereiken moge en ze bezielen voor onzen mooien Bond. Waar om willen we dat? In de eerste plaats omdat het hoog tijd is dat de Nederlandsche zeeman weet: „daar wordt thuis aan ors gedacht." Anderhalf jaar geleden hield ik een radiopreek in de Haagsche Groote Kerk; en een paar dagen daarna kreeg ik een brief van een zeekapitein, die mij in volle zee duidelijk had gehoord. Hij schreef mij: „ik ben gesticht door uw woord en getroffm door uw gebed; maar waarom hebt u in uw gebed niet gedacht aan ons die de zee bevaren? Wat zou ons dat een goed gedaan hebben te hooren dat men in 't vaderland voor ons bad!" Dat woord heeft mij toen diep be schaamd, en het verzuim doet mij vandaag nog leed: want die ééne goede man heeft het mij Ik heb nooit goed kunren begrijpen hoe het kwam dat mijn vriend Vaifrey en ik in deze geschiedenis betrokken werden Zeldzaam sterke hartttochten zijn in het Spel geweest, en door de hand van onzichtbare Nemesia gegeeaeld geworden. We werden er tegen wil en dank ingesleept en moesten in 't eind zelfs tot geeael in de handen der Nemesis dienen. Thans, r,u ik rustig op de zaak terug zie, schrijf ik het toe aan onze noodlottige ontmoetirg met M'S Helsington en aan den afkeer, dien ik van het eerste oogenblik af tegen haargevoelde, dat Vanfrey en ik romanhelden zijn geworden. Ik zag haar voor 't eerst op de boot waarmee Vanfrey van Rio terugkee de. Ik was hem met mijn bediende Purling te gemoet gegaan om hem aan boord te verwelkomen, en werd dadelijk aan haar voorgesteld. „Mevrouw Helsington' zeide Vanfrey, „dit is mijn vriend Johnny Redd". Zij wss slank en statig, en vormde een groot contrast met alle overige passagier», die d'uk in de weer waren om hun hand- B»pak bijeen te brergen geschreven, maar misschien twintig, misschien vijftig anderen hebben op dien Zondagmorgen gedacht: „Wij worden vergeten." En dat is heel gevaarlijk! De Hollandsche zeeman die nu in Cardiff komt vraagt wel met smartelijke verbazing: „waar om is hier liet Nederlandsche zeemanshuis gesloten?" Het ging daar zoo goed. Het werd soms wel door 180 Hollandsche matrozen bezocht; waarom is het gesloten? Ja, t is om geldgebrek opge heven. Nederland wist er niet van en voelde er dus niet voor. „Er werd in het vaderland niet aan gedacht". Is het niet hoog tijd dat we daarin verandering brengen? Dan is het ook hoog tijd voor de Ned. zeemanscen trale. In de tweede plaats roep ik u krachtig op tot dit werk, omdat, als de vrienden van den zeeman stil zitten, zijn vijanden zitten niet stil. De zeeman wordt, schande genoeg, ook van Neder land uit bedreigd in zijn ziele- leven. Aan Amerikaansche ma trozen die naar Holland kwamen, werden platte gronden gezonden van Amsterdam en Rotterdam, en daar waren rood aangeteekend de matrozenkroegen, de danshui zen, de bordeelen! Die afzenders zeiden, (zonder woorden!) „komt hier beste jongens! en we zullen speculeeren op je jeugd en je kracht; op je zin voor gezellig heid, op je verlangen naai iietde. We zullen je van dit alles niet anders dan een valschen namaak aanbieden doch komt maar. We zuilen je uitknijpen en daarna mag je zelf uitknijpen, want ze zoeken niet u maar het uwe Zóó spreekt die missie uit de hel, afdeeiing Holland. Is het ook daarom niet hoog tijd dat er een krachtige stem van Nederland uitgaat die niet tot Janmaat zt gt: „wij denken en doen heel anders; wij zoeken niet het uwe, maar Mra Helsington «tond daar onverschillig naa' te kijken en reikte mij, na deze voorstelllrg, heel minzaam de l and. „'t Doet mij bijzorder veel genoegen een vriend van Mr Vanfiy te ontmoeten; u hebt geen idee hoe hij mij op deze rei» geholpen heeft. Kent u hem al lang Mr Redd „Wij hebben samen school gegaan", antwoordde ik. „O 1 en hij is zeker voor u altijd in de bres geiprongen, en heeft uw partij getrokken als ze u plaagden", vervolgde zij met een ironisch lachj". Ik word wel meer voor jong en f.auw aangezien, omdat ik niet robuit ben. „Integer deel I" hernam ik, „ik ben een paar jaar ouder dan Vanfrey en pa»te meer op hem, dan hij op mij". „Hoe is 't mogelijk!" „En dat doe ik nog als ik het noodig vind", vervolgde ik gebelgd. Zij glimlachte op een manier die mijn bloed asn het koken bracht. Ik heb een hekel aan groote vrouwen; zij kunnen niet begrijpen, dat kwaliteit haar meer waarde geeft in het oog van de sterkere s-kse dan kw an titeit. „Dan zal Mr Vanfrey zich wel heel veilig voelen, nu hij bij u i»". Zij had het laetste woord, want Vanfrey, die voor de ba gage was gaan zorgen, kwam u". Welnu dat wildeNederl. Z. C. En in de derde plaatshet is zoo n dankbare arbeid De ziel van den zeeman wordt zoo voor bereid tot eerbied voor God In dat mooie boek over zijn reis naar Indië vertelt Justus van Maurik hoe hij menigen nacht in den lndischen oceaan bij den kapitein op de brug geslaan had, in één bewondering van al het grootsche dat hij zag. En de kapitein had hem gezegd „wan neer je nu in Amsterdam weer eens van die menschjes ontmoet, die denken dat ze atheïst zijn, en van den hemel niet veel meer hebben gezien dan een streep boven de Kalverstraat, laat ze maar eens een reis naar Indië maken, en hier op de wijde wateren en onder den wijden hemel leeren ze wel wat beters; daar leeren ze wel de stem van hun Schepper verstaan". Wie Janmaat lief heefij wie hem breed durft nemen, die zal vinden dal hier 20o'n dfr.kbaar arbeidsveld is. En eindelijk: wij moeten ons best doen omdat er al een goed begin gemaakt is, en ieder arbeidsveld vraagt nieuwe kracht, Het kleine Finland gaf voor den oorlog al 45000 Mark per jaar. Het zeevarend Nederland dat toch graag trots is op zijn jongens „met daden in de vuis ten' geeft per hoofd der bevol king ongeveer een halve cent. Dit is niet genoeg; want Neder land verdient per hoofd door den overzeesche handel vijftig gulden. Want waar gewerkt wordt, daar wodt ook wat bereikt. Het Chr. zeemanshuis in Londen, bestuurd door de freule d' Ab- laing en de heeren Van Ooster- wijk Bruyn en Van Hasselt, werkt met fleur en voorspoed ln het vorige jaar werd daar een kranige jonge fries, Martin Brinksma aan het werk verbonden. belast en beladen terug. „Vermoei je daarmee tcch niet", zei Mrs Heliington, „die mannen zullen 't wel brengen; al» jij mij maar een rijtuig kunt bezorgen 1 „Dat zal Johnry wel doen", antwoordde Vanfrey, die altijd de meste gedienstigheid bij andereu veronderstelt. „Hij doet 't graag; is Purling daar ook?" voegde hij er bij, toen Purling nader kwam om van dierst te zijn „Hoe staat't leven Je ziet er best uit al» j- denkt dat je sterk genoeg bent, loop dien man dan onderste boven, die met de hoedendoos van deze dame op den loop gaat. Pardon majoor, dat is mijn kistje", ver volgde hij tegen een ouden h*er. die de verkeerde kist oppakte, „Ik geloof dat u zich vergist, Mr Vanfrey", stribbelde de ma joor tegen. „Mijn letters staan er buiten op en mijn slangen zitten er binnen in", vervolgde Vanfrey „Als u ze soms zien wilt Maar ze zijn vergiftig; ik hf b er het tegengif ook bij voor alle zeker heid; ten minite wat ik voor tegengif gekocht heb, wilt u ze zien „Neen, dank u", antwoordde de majoor, terwijl hij met zekeren angit de kist neerzette. Mrs Heliington stond hem al dien tijd met een glimlach van voldoening en eigendomsrecht aan te zien; 't was juist dat Door de gastvrijheid van de Scandinavische Zeemanszending is daar een mooie zaal voor de Hollanders, waarvan dankbaar gebruik wordt gemaakt. Onze reeders zijn vriendelijk gezind. In Amsterdam bouwden ze het groote tehuis op het Kadijks- plein; in Rotterdam bevorderen zij het mooie werk van Jonkheer Ortt. In Amsterdam hebben de heeren Makkelie en Martens door hun ijverigen arbeid veel ingang verkregen; de uitgaande zeelui vragen ze: „zult u onze gezinnen wel eens bezoeken, terwijl wij op reis zijn?De Heer Van Weelde in Rotterdam mag het zelfde ervaren. Dan wordt hij aangeklampt met een frisch „hallo"! waarom wordt ons geen leeswerk meegegeven op reis Welnu, omdat het zoo'n noodig. zoo'n dankbaar, zoo'n echt mooi vaderlandsch werk is, daarom komen we uw aller me dewerking vragen voor deze Cen trale verwarming der ho'landsche harten, de Nederlandsche Zee manscentrale. Daar is buiten aan de Groote Kerk in den Haag een brulbloei in zandsteen aangebracht. Wat heeft de bouwmeester daarmede bedoeld Zeker óók dat hij be sefte dat Nederland een zeevaren de natie is en het hoogste belang bij zijn zeevaart heeft. Maar ver volgens; dit is een symbool. Wat de brulbloei daar buiten doet, dat mogen wij aan den vasten wal doen: „roepen, en waar schuwen en licht geven, waar het den veiligen levensgang van den zeeman betreft 1' Gaarne ontvang ik giften op mijn giro-nummer 18600; dat van den secretaris-tijdelijken-penning- meester (Ds. L. D. Poot, Haarlem) is 102322. 's Gravenhage, Toussaintkade 51. zekere air dat ik niet van haar dulden kon. Vanfrey mocht zich dan heel lekker in haar bijzijn voelen, maar ik zeker niet. In tegendeel was ik ten volle over- tuigd dat, als zij van plan was hem in te palmen, ik daaraan niets zou kunnen doen. Mijn eenige hoop wa» dat Vanfrey wellicht onbewust was van de charme die hij voor haar had, schoon zelfs dat gevaarlijk is. Vrouwen houden van mannen, die hun vriendschap als iets heel gewoons aannemen zij beschou wen 't a's een compliment dat zij vriendschappelijke gevoelens voor haar koesteren zonder bij- gejachte. Maar de gedachte i» er toch, en ca een poos zeggen zij: „Nu trouwen, vriendje". Als de man dan een beetje ridderlijk is, ziet hij geen kans om zich er uit te redden. Ik voorzag al die bezwaren, toen ik, eenige oogen- blikken later, niettegenstaande al de obitakels, die ik in den weg had trachten te leggen, met Vanfey en Mrs Helsington in een coupé van den sneltrein gezeten was. 't Verhoogde mijn onaangename stemming, toen ik zag dat de jageres en haar slachtoffer zoo koel waren als komkommer», terwijl ik vuurrood en warm was van het dragen en •jouwen, 't O.itging Vanfrey niet. „Je bent zoo rood als een papaver 1" lachte hij. „Er zijn papavers van ver- Ingezonden Mededeellng. dwijnen spoej%"3oor een pot Sprutc Bij alle Drogisten j Vergadering van den Raad der Gemeente Breskens op Vrijdag 27 Mei 1927. Vervolg en slot van den Ge meenteraad. VERBETERINGEN. Aan de orde is aanleg van straten, rioleering enz. Wethouder Van de Sande wil de behande ling liever aan de nieuwe Raad overlaten, maar de overige leden oordeelen het beter het werk voort te zetten. De voorzitter wil den Raad op de volgende nood zakelijk aan te brengen verbete ringen wijzen, maar tevens moet de Raad in het oog houden, dat de onkosten niet gevonden kun nen worden op den gewonen dienst, maar dat zij uit den buitengewonen dienst bestreden zullen moeten worden. a. bestrating Oude Menne. Met kromme klinker, geraamd op f 468 - b rioleering Boulevard, ge raamd f3000. Het vele grondwerk, dat daar bij uitgevoerd zal moeten worden maakt de onderneming zoo duur. De bedoeling is, langs eind Boule vard af te wateren in de bestaande kreek. De heer Van Luijk wil naar het begineind afvoeren, om daar door de moddersloot nabij de gebouwen der N. V. Van Melle te kunnen zuiveren. De voorzitter achlhet brengen van vuil water buiten de gemeente beter. De heer De Hullu wil van beide zijden naar het midden toe voeren, maar dan komt het schillende kleuren", bromde ik gebelgd. „Ik meen zoo'n paarsrooie 1" „Ik ben al bang dat die rol met ihwals wat te zwaar voor voor u was", vergoelijkte Mrs Helsington, „t wa» zoo vriende lijk van u ons behulpzaam te zijn het doet een mensch goed om de Engelsche energie te kunnen bewonderen, na Rio. Ik geloof trouwens niet dat Mr Vanfrey zich nooit erg inspant, is 't wel?" „Neen, hij Iaat zich door nie mand inspannen, ik zou niemand raden het te probeeren". „Hoe bedoelt u vroeg zij, met gefronste wenkbrauwen. Ik weet niet of zij mij begreep en wou 't haar riet duidelijk maken; maar Vanfrey, die met zijn hoofd uit het port er leunde om zijn orders aan Purling te geven, keek om en zei „Johnny spreekt graag in raad sels, die hij soms zelf niet eens kan oplossen. Hij werd geboren met een oud hoofd op jonge schouderszijn hoofd is nu ongeveer honderd zeventig jaar oud en nog net zoo sterk Her inner je je nog dieo keer toen je bij Topsey door het paneel kwam kijken?" Ik weet niet of Vanfrey bang was dat ik te ver zou gaan, maar wèl dat de dame zich kostelijk amuseerde. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1927 | | pagina 1