10 ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN Pailementaire Kalender. VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN 36e Jaargang Woensdag 27 April 1927 Nummer 3221 Reisindrukken uit Sovjet Rusland. Oorlog en liefde. Ingezonden Mededeelipg? Verstopping QuickJ^aker BRESKENSCHE COURANT Abonnementsprijs p. 3 maanden 11.25 franco p. pont f 1,40 Advertentieprijs van 1 5 regels 75 cent Elke regel meer 15 cent. Ingez. Meded. 30 ct. p. regel. Drukker uitgever J. C. LE BLEU voorheen E. BOOMBLIEK BRESKENS Postgiro 70179 Abonnements-Advertenties zeer billijk tarief. Advertenties worden aangenomen tot u 11 e r 1 y k Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur GRATIS verzekering gulden bij levens- jaa gld. bij dood gld. bij verlies gld. bij ver- ii gld. bij ver- «a gld. bij ver voor de abonné's tegen vim lange ongeschikt- door /h van een hM lies van een 4(1 lies van een /h lies van een ongelukken voor: heid tot werken. een ongeluk. hand of voet. oog. duim. wijsvinger. De risico van bovenstaande verzekering is herverzekerd bij de Ongevallen-Verzekering-Maatschappij „Fatum" te 's-Gravenhage. gld. bij verlies van eiken anderen vinger. De schrijfster van deze artike len, Mevrouw E. Wirtz-Blok, heeft onlangs een seiie Radio voordrachten gehouden over haar belangrijke reizen door Sovjet- Rusland, den Kaukasus, Perzië, de Balkan- en de Rand-Staten (in het geheel 21 Staten). Zij was de eerste vrouwelijke en tevens de eerste Hollandsche journaliste, die Rusland, voor de eerste maal in 1922 en later wederom in 1925- 1926, bezocht. 111. De opvoeding van het kind en de atheïstische propa ganda. Met een beklemd en angstig gemoed verliet ik Rusland. Het was aan de jeugd, aan Rusland's toekomstig geslacht, dat ik dacht. Twee fundamenteele factoren in de opvoeding hebben de Bolsje wisten aan de jeugd ontnomen: het geloof in en den eerbied voor God; den eerbied der kin deren tegenover hun ouders. In een omslag ik zou haast schrijven: in een den Bolsjewis ten waardigen omslag in de donkerroode kleur van ossen bloed wordt gratis een boekje uitgegeven, getiteld: „Het A.B.C. van het Bolsjewisme." Hierin is de grondleer van het Bolsjewis me uiteengezet, de plaats van het kind tegenover de ouders vastgelegd, Hoe ongelooflijk het ook moge klinken, de Staat heeft het gezag van de ouders tegenover het kind ontnomen; tot den achttien- jarigen leeftijd van het kind hebben de ouders niet meer het recht zich met de opvoeding te belasten Na den achttien-jarigen leeftijd wordt het kind toegestaan een keuze te doen, tot welk geloofs-genootschap het wenscht toe te treden. Wanneer men nu in aanmerking neemt, dat het kind geen geloofsonderricht geniet, omdat op de scholen de godloochening verkondigd wordt, dan ligt het voor de hand, dat minstens 90pCt. der jeugd niet meer tot een geloofs-genoolschap toetreedt. Van Bolsjewistische zijde wordt zorg gedragen, dat die onderwijzers en onderwijze ressen op de scholen onderricht geven, die hun ideeën hebben overgenomen. De meeste dier lieden hebben het om den broode moeten doen. Men hoort wel eens spreken vol bewondering, dat Trotzky in zoo'n korten tijd een rood leger als het ware uit den grond heeft weten te stampen. Dit was wer kelijk geen kunst! In een land, waar iedereen honger leed, was het .niet moeilijk jongelui te krijgen voor het leger, omdat zij wisten, dat zij slechts daar te eten kregen. Ditzelfde was het geval met de ambtenaren, de onderwijzers en de onder wijzeressen. In het land van het spionnen-systeem gevoelde nie mand zich veilig, en het is dus zeer begrijpelijk, dat geen onder wijzer of onderwijzeres het aan durft, aan de jeugd eenig geloofs- onderwijs te geven Velen hun ner, die ik gesproken heb zien met leede oogen de volwassen heid van het opgroeiend geslacht tegemoet, dat volstrekt decadent moet worden, omdat aan de jeugd ieder eergevoel, iedere moraal ontnomen wordt. De kleine kinderen moeten reeds een paar uren per week onder richt in de grondbeginselen van het Bolsjewisme ondergaan, en van de lessenaar van den onder wijzer of van de onderwijzeres wordt verkondigd, dat het on waar is, dat er een God bestaat Als typeerend staaltje moge ik het navolgende releveeren: Er bestaat te Moscou een klein, bescheiden kerkje; aan den buitengevel is een Moeder Gods beeldje geplaatst, waar omheen verschillende kaarsen branden. Dit orthodox kerkje wordt door vele Moscouers als een heilig plekje gronds beschouwd, omdat zij het Maria-beeldje als een miraculeus beeldje vereeren, en vroeger, wanneer de Czaar in Moscou kwam, hij zich daar even in gebed kon afzonderen. 38. DOOR F. R. Was hij misschien een deugniet geweest, wien zijn gelijkenis met den gestorven man bekend was en de booze grap had uitge haald, om de arme vrouw aan het schrikken te maken Dat klopte niet met het geschenk, dat hij de kleine Liesje gegeven had, het sieraad, dat bovendien van tamelijk groote waarde v^as. Koenraad bekeek juist het cadeau, waarvan het diamanten kruisje in het lamplicht honderd kleurige reflexen uitstraalde, onderzoekend van alle kanten, of hij er niet een of ander teeken of een ingesneden naam aan kon ontdekken, toen van de straat een zware mannenstap klonk en de hond woedend aansloeg, toen er met de ijzeren klopper luid Op de poort werd geklopt. Terwijl Koenraad met de woorden„Wie kan dat nog Zijn opstond en naar de deur iiep, keken de beide vrouwen elkaar angstig aan, als vermoed den ze, dat deze late bezoeker met het onderwerp van hun gesprek samenhing. Koenraad kalmeerde buiten met een krachtigen roep den hond en vroeg toen, bij de poort, wie binnen wenschte te komen. „Schrik niet, Koenraad 1" hoor de hij een stem antwoorden, waarvan de klank hem een rilling over den rug zond. „Iemand, dien je al voor dood houdt, komt je vtagen, of je hem voor dezen nacht wilt opnemen". Met bevende handen had Koenraad de poort geopend en stond nu tegenover den nachte lijken bezoeker. Bij den schijn van de kleine handlantaren her kende hij hem onmiddellijk. Het was Hendrik Schilling die daar voor hem stond, niemand an ders dezelfde oneindig treurige uitdrukking lag in zijn oogen, als toen in den nacht voor den slag bij Waterloo. Hoe was dat mogelijk Gaven de graven hun dooden terug Toen hij den doodelijken schrik gewaar werd, dien zijn aanblik op Koenraad uitoefende, knikte de bezoeker langzaam met het hoofd en zei: „Ik ben het werkelijk, Koen raad, en ik kom naar jou, naar mijn besten vriend, om mijn hart uit te storten! Ach, K):nraad, De Bolsjewisten, die tot nu toe weinig vrees getoond hebben, durfden het echter niet aan, dit kerkje te sluiten en het Maria- beeldje te verwijderen. Zij vrees den het volk daardoor tegen zich in te nemen. Naast dit Moeder Gods-beeldje hebben zij nu een groot plakkaat geplakt, waarop staat: „Het geloof is even gevaarlijk voor een volk, ais het gebruik van opium." Dit kerkje is nog heteenige, dat om 12 uur het Angelusklokje mag luiden Maar een schoolverorde ning gelastte, dat om 12 uur de kinderen het perfide liedje moe ten zingen, waai van de tekst luidt: „Wij stijgen ten Hemel, om er de Goden uit te verjagen." De leiders der Bolsjewisten hebben gevoeld, dat zij meer vat op de jeugd konden krijgen, wanneer zij deze aan de ouder lijke macht konden onttrekken; want veel, dat zij den kinderen op de school deden bijbrengen, ging natuurlijk verloren door het ware en het goede, dat hun thuis door hun ouders werd voorgehouden. De koppen wer den bij elkaar gestoken, en deze dienaren van het anti-Christen dom wisten ook hierop wederom iets te vinden. Een nieuwe schoolverordening werd afge kondigd: alle kinderen die mid delbaar of hooger onderwijs wilden genieten, konden uit eigen beweging, zonder toestemming van de ouders, zich in internaten laten opnemen waar zij op Staatskosten vrij onderwijs, vrije kost, inwoning en kleeren konden genieten. De Russische jeugd scheen het wel aantrekkelijk te vinden om eens geheel vrij, zonder onderlijk gezag te kunnen gaan leven en het getal kinderen, dat naar de groote steden stroomde, werd zóo groot, dat het Onderwijs- Ministerie niet wist, waar ze allen onder te brengen, en nog veel minder, waar al het geld te vinden, om de kosten te kun nen bestrijden. De ambtenaren van deze nieuwe afdeeling zaten ik heb veel moeten verdragen 1 Het is een lange geschiedenis. Van het slagveld hebben me toentertijd (je Engelschen op gepikt en weggesleept on danks mijn vele verwondingen ben ik genezen. Maar laten we toch naar binnen gaan, als je me voor dezen nacht wilt her bergen in den „Grauwen Kop" is geen plaats meer voor mij daar is een ander baast" „Hendrik 1 Ben je 't werkelijk?" stamelde Koenraad. „Kom je bij mij, Hendrik In 's hemels naam, wat moet dat worden, wat moet dat worden De teruggekeerde had wel een hartelijker ontvangst van de zijde van zijn eenigen vriend verwacht, maar hij schreef diens gedrag toe aan den schrik om een reeds lang doodgewaande plotseling levend voor zich te zien. Hij liep den tuin door en ging op de huisdeur af, gevolgd door Koenraad, die zacht bij zichzelf mompelde„In Gods naam dan 1 Het moet er eens van komen 1 Beter datl maar dadelijk 1" De beide mannen traden de kamer binnen, waar Anne Mar- greet met bleek gezicht bij de tafel stond, waarop ze met haar rechterhand steunde, terwijl dan ook met de handen in het haar. In groote gebouwen en oude kazernes werden de kin deren ondergebracht, en ik hoop, dat men mij zal willen gelooven, als ik verklaar, dat op één en dezelfde slaapzaal jongens en meisjes lagen. Alle zedelijk heidsgevoel, alle eerbaarheid hielden in deze plaatsen op te bestaan. of moeilijke en ^onregelmatige stoelgang regelbrten vlug zonder kramp of pijn met Mijnhardt's Laxeertabletten Bij Apothekers en Drogisten. Doos 60 cent. 23 April. Zonder twijfel heeft de Eerste Kamer door de verwerping van het Belgisch Verdrag, haar posi tie en prestige aanmerkelijk ver sterkt ten koste van haar z g. meer democratische zuster aan den overkant van het Binnenhof. De Tweede Kamer heeft dit zelf blijkbaar ook wel gevoeld, en is zoo verstandig geweest, in den laatsten tijd zoo weinig mogelijk van zich te doen hooren. Inder daad, zelfkennis is een nuttige zaak voor wie haar betracht 1 Intusschen, ook onze Senaat schijnt zijn democratisch noodlot niet te ontgaan. Wat ons volk in de Tweede kamer zoozeer tegen staat: de verwording der par lementaire democratie, begint zich ook in de Eerste kamer te voltrekken. Nu ook daar, dank zij algemeen kiesrecht en even redige vertegenwoordiging, de beroepspolitici hun intrede heb ben gedaan, dreigt 's lands be lang op den achtergrond te ge raken ten behoeve van allerlei groepsbelangen. De behandeling der Staats- begrooting vormt er een duidelijk moeder Chriitien met gevouwen handen op den achtergrond af- wachtte. Toen Henderik de jonge vrouw zag, drukte bij in hevigen ichrik beide handen op de bont, als bereidde de piotielinge ont dekking van de waarheid hem een lichamelijke smart. Met verwilderde oogen keek hij van Anne Margreet naar den vroe- geren vriend, en steunend kwam het van zijn lippen „Dus jij bent het, Koenraad, die mij mijn alles genomen hebt Dat had ik kunnen weten!" Toen wankelde de sterke man tegen den muur, verborg het gezicht in beide harden en schreide hartbrekend. De ont dekking, dat de vriend, bij wien hij zijn overvol hart wilde uit storten, dengene was, dien hij des middags in zijn zielesmart duizendmaal vervloekt had, werkte waarlijk vernietigend op hem. Stil was het in de gezellige kamer, die slechts door een tinnen lamp schemerig verlicht werd. Vol ontzetting keken man en vrouw, keek de grijze moeder naar den ongelukkige, wiens gestalte soms in wild snikken opschokte, een uiting van de verscheurende smart, c'"e in zijn VLUGftÖKEND HAVERMOUT /de spijs voor jong en oud. bewijs van. Bij de verschillende hoofdstukken werden talrijke redevoeringen gehouden, die blijk geven van een absoluut gemis aan inzicht in de plaats, welke de Eerste kamer in het parlemen taire stelsel inneemt. Niet het regeeringsbeleid in groote lijnen inspireerde verschillende Sena toren om onmatig lang de aan dacht te vragen; slechts de be langen van allerlei personeel- groepen bracht hen tot een her haling van hetgeen reeds lang en breed in de Tweede kamer werd bepleit Een der sprekers voerde als verontschuldiging van zijn breedsprakigheid aan, dat in de Tweede kamer de spreektijd zoodanig gerantsoeneerd is, dat men in den Senaat de „schade" moet inhalen I De logische con sequentie is, dat de Eerste kamer zelf er om smeekt om ook ge rantsoeneerd te worden Wij zullen overigens bij al deze pleidooien voor personeel- belangen niet stilstaan de lezer zou slechts een herhaling krijgen van de begrootingsdebatten in de Tweede kamer. Was de par lementaire week dus al heel saai en eentonig, het einde was wel heel droevig. Op den laatsten dag bleek bij de opening het vereischte aantal leden niet aanwezig; goedmoedig en ge duldig wachtte de president eenige uren, maar tevergeefs, de leden lieten op zich wachten en de zitting moest toen wel wegens onvoltalligheid worden gesloten. Het was pijnlijk, dat de grijze voorzitter, deze vriendelijke 80 jarige, het moest beleven, dat de Eerste kamer moest uiteengaan wegens een zij het ook zéér begrijpelijke te geringe be langstelling der leden binnenste woedde. Met gevou wen handen blikte moeder Chris- tien omhoog, als smeekte ze van daar raad en hulp om een eind te maken aan de ellendige ver wikkeling. Koenraad streek hoofdschuddend met zijn hand over het voorhoofd hij kon het ongelooflijke nog steeds niet bevatten, en Anne Margreet staarde met blikken vol angst naar den man, die voor haar eens het liefste op aarde was geweest en wiens tegenwoordig heid nu haar en rffe haren als een dreigend noodlot moest voorkomen. Maar onder al het stormen en razen van haar ge voelens ontstond er in het hart van de jonge vrouw een innig medelijden met den armen man, en een gevoel, verheven boven alle kleingeestige bedenkingen, drong haar, zachtjes op den bedroefde toé te treden en troos tend te zeggen „Hendrik, lieve Hendrik, kom toch tot jezelf! Al is ook alles niet meer zoo als vroeger, je leeft toch nog en bent toch thuis (Word! vervolgd

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1927 | | pagina 1