Week-Menu.
Schrale Lippen
Gemeenteraad
GENT.
Minard Schouwburg.
Zondag 30 Januari in dag- en
avondvertooning
Frasquita, Zangspel in 3 bedr.
Maandag 31 Jan. en Donderdag
3 Februaii
Frasquita.
Théatre Royal.
Zondag 30 Januari
namiddag 2 uur
Hansel Et Gretei.
Predikbeurten.
Ned. Herv. Kerk.
Zondag 30 jan. 1927.
Aardenburg v 10 u ds Barnouw.
Biervliet v 9 30 ds Vrijlandt.
Breskens v 9.30 u ds Keers.
n 1.30 Zondagschool.
n. 5.30 u ds Keers.
n. 7.15 u Werkmansbond
Groede v 9.30 ds v Griethuijsen
Nieuwvl. n 2 u ds v Griethuijsen
Schoondijke n 2.30 u ds Meioen.
St. A. ter M. v 9.30 ds Schoite.
Waterldk. n 2uds Vrijlandt.
IJzendijke v 9.30 u ds Castelein.
Evangelisatie Ooslburg
nm. 5.30 u ds Vrijlandt.
Ev. Luth. Gem. Groede.
v 9.30 u ds Stellwag.
van Delft.
Ned. Herv. Kerk Aardenburg.
Donderdag 3 Febr.
Ds BarnouwLezing de bijbel
en zijn beteekenis ook vqor dea
Vrijzinnigen.
Hoogwatergetij Breskens.
DAGEN vm.
Zaterdag 29 Jan. 9.49 10.13
Zondag 30 10.55 11.19
Maandag 31 1152 12.16
Dinsdag 1 Febr. 12.12 [2.36
Nieuwe Maan Woensdag den
2 Febr. vm. 9,14.
Liobt
voor HljMriols» «nz,
Zaterdag 29 Jan. nam. 5 01
Zondag 30 5.03
Maandag 31 5.05
Dinsdag J Febr 5.07
liigezoudeii.
Buiten verantwoordelijkheid,
der Redactie.
Aardenburg, 27 Jan. 1927.
Aan de Redactie der Breskensche
Courant te Breskens.
Geachte Heer Redacteur.
Naar aanleiding van het in
gezonden stuk van Ds Barnouw
te Aardenburg in Uw blad van
heden verzoek ik U beleefd
plaatsruimte voor het volgende.
De indruk, die bedoeld stuk op
mij maakte, was deze
Dominee vindt net blijkbaar
minder prettig zich in een der
gelijke voor hem onverkwikke
lijke zaak gestoken te hebben,
hij tracht te retireeren.
Ik zal echter zoo vrij zijn dien
terugtocht af te snijden de zaak
is geenszins van de baan. Hoe
schrijver zoo naïef kan zijn te
gelooven, dat de ontknooping
reeds heeft plaats gehad „dat
mijn schuld 20 Dec. 1.1 gedaan",
is ingelost, kan hoogstens pleiten
voor zijn niet helder inzicht in
deze zaak. Pas het eerste be
drijf is afgespeeld, en 't gaat hem
hier schijnbaar als een Aarden-
burgsch buitenman, die In een
stadsschouwburg, na het eerste
bedrijf van een bekend tooneel-
stuk de zaal verliet meenende,
dat het uit was, onder de op
merking dat hij het spel toch
niet bijster leutig had gevonden.
U maakt Uw beklag, dat U
aangevallen wordt, maar wie
kaatst moet den bal verwachten.
U kent de zegswijze toch „van
op de blaren moeten zitten".
Ik ben aangevallene en wil mij
in ieder geval het recht voor
behouden mij te verdedigen.
U had het stukje niet geschre
ven, als U had geweten, dat er
zooveel stof door zou opwaaien,
maar U kent toch de zegswijze
wie wind zaait zal storm oogsten.
De heer Barnouw vindt de
vaagheid, de verdachtmaking bij
't publiek zoo heel erg hinderlijk.
Als er nog iets vaags, onzekers
mocht zijn in mijn ingezonden
artikelenIk ontKen dan nog
eens, bij herhaling, pertinent de
schrijver van het stuk van den
heer Wispelaere te zijn en be
schuldig teder, die zuias beweert,
van laster en eerroof. De heer
Barnouw zegt in het ingezonden
stuk van 20 December (.met zijn
drie onderteekenaarsjimmerszelf
al, dat ik zulks pertinent ont
kend het). Maar opfrissching van
geheugen schijnt hier niet geheel
overbodig.
En aangaande die verdacht
making, zou ik schrijver willen
raden, zijn hand in eigen boezem
te steken.
Hij begint in zijn stukje zelf
met een verdachtmaking te.debi-
teeren, als het over mijn inge
zonden stuk van 17 Januari 1.1.
gaat t„Dat een halve waarheid
meer kwaad kan doen dan een
grove leugen.' En wei geheel
ten onrechte, omdat ik niets dan
de waarheid geschreven heb
Ook vindt de heer B. mijn
schrijven niet bevorderlijk om een
goeden geest van samenleven
en samenwerking in Aardenburg
te wekken en te oevorderen.
Deze verdoezeling der feiten
lijkt wel ietwat hypocritisch.
Immers Ds. B is in dit geval
zelf begonnen met dien goeden
geest te storen en nu moet hij
niet aan een ander wijten, als er
rumor in casa komt.
Het geval schijnt hem wat boven
het hoofd te zijn gegroeid.
Ik geef hem in verband met
een en ander nog in overweging
te, bedenken wat er geschreven
staat over ergernis en aanstoot
geven, misschien dat daarin Zijn
Eerw. nog aanleiding vindt, om
in den vervolge zijn houding te
wijzigen. Wil hij als vrederechter
fungeeren, dandient hij dit zeker
op een andere wijze te doen dan
de toegepaste.
Aan het slot van zijn artikel
merkt de heer B. nog op noem
den naam van den waren schrij
ver, speel open kaart. Heb ik
het recht den naam van den
schrijver van het stuk van den
heer De Wispelaere te noemen,
als deze mij verzocht zijn naam
niet te publiceeren Laat ik er
bijvoegen, dat de „schuldige"
mij deze geheimhouding verzocht,
om de kans te ontloopen aan de
wraakzucht van enkele Aarden
burgers ten offer te vallen, wat
ik ook reeds mededeelde aan de
Middelburgsche schriftkundigen.
Wel treurig zoo iets te moeten
schrijven, maar daarom niet min
der waar: ik begrijp uit de om
standigheden van dién persoon
maar al te goed, dat dit geen
fictie is.
En bovendien: wat interesseert
het mij, wie voor de heer deW.
schrijft. Een onredelijke eisch is
he.t van ondergeteekende te vor
deren den naam des schrijvers
mede te deelen. Ik heb daar niets
mee uit te staan en zooals ik
reeds meldde, wordt deze eisch
m. i alleen gesteld, om den
onwil van schuldbekennen te
camoufleeren. Zooals ik reeds
schreef heb ik als „beschuldigde"
alleen aan te toonen, dat de
beschuldiging aan mijn adres
valsch is. Dat heb ik willen
doen, maar de schriftkundige
heeren geven mij daartoe niet
de gevraagde gelegenheid, wat
m. i- al voldoende hun zwakte
en de valschheid der beschul
diging demonstreert.
„Speelt open kaart", zou ik
den heeren willen toevoegen en
bekent, dat het alleen de ver
beten woede is, die U op zulk
terrein gebracht heeft n.l. hier
over, dat door den Heer De
Wispelaere gepubliceerd is, hoe
door Burgemeester en Wethou
ders arbitrage in zake het gast
huisgeschil is voorgesteld, waar
bij aan de uitspraak van drie
hoogstaande mannen in den lande
de gasthuiskwestie zou worden
onderworpen, waarvan er twee
links en een rechts mochten zijn.
In verband daarmede verwijs ik
nog naar de Breskensche courant
van 25 September 1.1., waarin
de heer van den Broecke, Voor
zitter van het Burger-Gasthuis,
dit toegeeft
M. i. alleen, omdat dit aan het
publiek werd bekend gemaakt
(over het min- of meer tactisch
of ontactische dezer publicatie
zal ik mij niet uitspreken) en
omdat ondergeteekende wordt
beschouwd als de ijveraar (en
terecht) het Burger-Gasthuis te
brengen onder de gemeentelijke
instellingen, trachten de heeren
mij met de schriftkwestie tetreffen.
Opvallend in verband daarmede
is, dat drie der Aardenburgsche
onderteekenaars tijdens de „ont
hulling" het dagelijksch bestuur
dier instelling vormden.
Wat het „bioscopische" voor
stel van mij betreft aan de Aar
denburgsche heereu Het was
een der wegen, waarlangs de
waarheid aan het licht kon komen.
De schriftkundigen in Middelburg
heb ik de volledige gelegenheid
gegeven om hun vergissing te
herstellen, wat, zooals uit mijn
voorgaand artikel bleek, gewei
gerd werd.
Dat de heeren daartoe weinig
aandrang gevoelden, begrijp ik,
want die pil was wel wat al te
bitter om te slikken.
Tenslotte wil ik Ds. B er nog
op wijzen, dat hij m. i. beter
deed, zich niet met schriftkun-
de in te laten „Want saken aan-
gaen boven maght, Dat brenght
er menigh in de gracht".
Met dank voor de plaatsing
mijnheer de Redacteur,
Uw dw.
Th. M. OVERMAAT,
Aardenburg.
Ingezonden Mededeeling.
en Ruwe Huid van Handen
en Gelaat verzacht en ge
neest men spoedig met
Doos 30, Tube 80 ctP U RO L
"~Msiï filMUfS.
Men schrijft ons uit Aarden-
burg:
Weer een comedie te Aardenbutg.
De vereenigde vergaderingen
van den Gemeenteraad alhier
met het College van Regenten
van het Burger-Gasthuis alhier
zijn niet van de lucht af.
Op 31 December 1926 werd
de beruchte gehouden, waarin,
naar men zegt, de heer W. J.van
Vooren tot Regent van het Bur
ger-Gasthuis werd verkozen ver
klaard met 6 stemmen, hoewel
slechts 5 leden meer in die ver
gadering aanwezig waren.
Op 7 Januari 1927 werd buiten
verwachting van regenten tegen
's middags 2 uur de tweede ge
combineerde vergadering uitge
schreven.
Daar de heer Van Vooren in
deze vergadering aanwezig was,
stelde een der leden van de lin
kerzijde een motie voor, waarin
de onwettige verkiezing van den
heer Van Vooren uitgesproken
en diens verwijdering gevraagd
werd.
De Burgemeester weigerde die
motie in stemming te brengen,
waarop de linkerfractie onder
protest de vergade ing verliet.
De vergadering was daardoor
onvoltallig en kon niet doorgaan.
Onmiddellijk werd tegen
's avonds 8 uur van denzelfden
dag de derde gecombineerde
vergadering uitgeschreven.
Van het verhandelde werd be
kend, dat in die avondvergade
ring een opmerking over de no
tulen van 31 Dec. 1926 in stem
ming gebracht, tot resultaat had,
dat de stemmen staakten, zoodat
dit punt aangehouden moest
worden tot een volgende verga
dering.
Die volgende vergadering, de
vierde is alweer achter den rug.
Zij werd gehouden Dinsdagmid
dag 2 uur.
In de rustige dagen van vroe
ger jaren werd zoo'n gecombi
neerde vergadering noodgedwon
gen gewoonlijk slechts eens per
jaar gehouden; nu, in ruim 3
weken lijds, 4 van die bijeen
komsten.
In die vierde vergadering van
25 Januari kwamen eerst in stem
ming de notulen van 7 Januari,
waarover de stemmen staakten,
zoodat deze aangehouden werden
tot de volgende vergadering.
Daarna kwam andermaal in
stemming de gemaakte opmer
king op de notulen van 31 Dec.
1926, waarover in de vergadering
van 7 januari de stemmen ge
staakt hadden.
De stemmen staakten weer.
Doordat de burgemeester den
heer Van Vooren telkens aan de
stemming tiet deelnemen, was
het mogetijk, dat bij beide stem
mingen 6 voor en 6 tegen wer
den uitgebracht, zoodat die op
merking geacht weid te zijn ver
worpen.
Daarop las de burgemeester
een aan Burgemeester en Wet
houders gericht schrijven voor
van heeren Geo Staten van
Zeeland, waarin cfeze een afschrift
vragen van de notulen van 31
Dec. 1926.
De burgemeester wist niet, of
B. en W. dat afschrift geven
mochten en wenschte dit door
de vergadeiing zien uitgemaakt.
Van links werd hier tegen op
gekomen, omdat men het als van
zelfsprekend achtte dat zoon
afschrift gegeven werd, wanneer
dat door een hooger college ge
vraagd werd en bovendien
wenschte die fractie eeist stem-,
ming over de notulen van 31-12
De burgemeester wenschte dit
schrijven eerst te behandelen,
waarop links blanco stemde en
de rechtsche leden tegen, omdat
volgens den heer Wijffels, Ged.
Staten niets met de notulen van
deze vergadering te maken heb
ben.
Een afschrift der notulen wordt
dus niet aan Ged. Staten gegeven.
Daarna kwam de heer Wijffels
met de verrassende mededeeling.
dat, nu de opmerkingen op de
notulen van 31 Dec. 1926 ver
worpen zijn, hieruit volgt, dat
die notulen zijn goedgekeurd en
dus daar niet over te stemmen
valt.
Links denkt daar anders over
en de heer Van der Hooft vraagt
stemming over de bewuste (lang
zamerhand beruchte I) notulen,
waarop de 6 rechtsche leden de
vergadering verlaten.
De vergadering .was nu weer
onvoltallig en werd daarom ge
sloten.
Na 31 Dec. 1926 zijn dus reeds
3 vergaderingen gehouden en nog
zijn de notulen van 31-12-'26
niet in stemming gebracht!
Wanneer volgt de 5e acte
Aardenburg, Op de Dins
dag gehouden aanbesteding voor
kunstmeststoffen voorde Coöpe
ratieve Vereeniging Welbegrepen
Eigenbelang werd gegund voor
onderstaande prijzen
9400 kg. Kalkstikstof, f 10 35,
Mij tot verh. v. Hulpmeststoffen
te Dordrecht650 kg. Grond-
notenkoeken, inl. f 16,50 P. Lu-
teijn, Nieuwvliet12900 kg, 20
pCt Kalizout f3,06 en 5200 kg.
Patentkali f 6,95 Vroon, Breskens;
126500 kg gemalen Chili, 114,54;
40900 kg. Ammoniak Super
7x9 f6,34, 10500 kg. Kalk-
salpeter f 11 70, Koman en Co.,
Dirksland; 600 kg. Thomas-fos
faat 0,169 p pCt en 1400 kg Ron
de Mais f9.— G. Blondeel te
Aardenburg; 200 kg. Katoen-
zaadmeel f 11,75 en 1200 kg
Kaïniet f4,56. Van den Broecke
Aardenburg; 86500 Zwavelzure
Am. f 13.10, Termont-Mouton te
IJzendijke; 600 kg. Murwe Lijn
koek f 15,45 Adriaanse, Breskens-
155300 kg. Superfosfaat, f2,436
Weijkman en Schippers, Bres
kens.
Oostburg. Thans is een
aanvang gemaakt met den aanleg
van de electriciteits kabel tus-
schen deze gemeente en Draai
brug. Binnen niet al te langen
tijd zullen dan ook de bewoners
van Draaibrug en omstreken
electrischen stroom van de Pro
vinciale Zeeuwsche Electriciteits
Maatschappij ontvangen.
Oostburg. De heer I. van
Houte. benoemd tot lid van den
raad dezer gemeente, heeft zijn
benoemmg als zoodanig aange
nomen.
Zuïdzande Dezer dagen
trokken er door deze gemeente
drie personen, die verschillende
winkels bezochten met de kenne
lijke bedoeling een „slag" te
kunnen slaan. Deze kwartjes
vinders hadden een Belgisch
dialect In de eerste plaats zat
bij deze personen de bedoeling
voor om de bediende uit den
winkel te krijgen.
Nadat de winkelier de L. van
deze klanten bezoek had gehad
wist hij mede te deelen dat hij
drie pijpen vermiste.
Oostburg, De verplichte
Voorjaarshengstenkeuring voor
de gemeeente Oostburg is vast
gesteld op Vrijdag, 4 Februari
e. k,aanvangende ^des morgens
ten acht en een half uur.
De keuring heeft als gewoon
lijk plaats, op het bekende
terrein van de vereeniging. „Rust-
Roest" alhier
Oostburg Zaterdag j.l. werd
in hotel Mabesoone de Alg.
Verg. gehouden van de vereeni
ging van Oud-leerl. der winter-
landbouwcursussen in West. Z.
VI. De voorzde heer Joh. Ie
Clercq, sprak in zijn openings
woord een bijzonder welkom uit
voor de heeren Mesu en Van
Dijk en de sprekers voor dezen
avond de heeren Van Cruijningen
en Zonnevijlle. Verder geeft bij
een overzicht van wat 1926 voor
de vereeniging was. Hierna wordt
de penningmeester de heer E.
de Milliano, als bestuurslid bij
acclamatie herkozen. Aan het
Bestuur wordt opgedragen de
mogelijkheid na te gaan van het
maken van een excursie naar
Frankrijk. Getracht zal worden
eenheid te verkrijgen in de
commissieloonen bij den verkoop
van paarden en runderen. Een
elecfriciteitscursus met 20 deel
nemers zal worden gehouden.
De rede van den heer Ir. J. A.
van Cruijningen ging over de
waardevermeerdering van den
grond door ontwatering. Spr.
ging de factoren na, die invloed
hebben op de vruchtbaarheid
van den bodem, om zoo te ko
men tot het ontstaan van het
grondwater.
De invloed, die meerdere of
mindere wegwerking hiervan,
uitoefent, is nog heel moeilijk
vast te stellen, daar nog te wei
nig proeven zijn genomen en
bijkomende factoren ook hun
invloed doen gelden. Uitvoerig
besprak spr de moeilijkheden,
die zich bij die proeven voor
doen. Tot slot gaf hij een korte
beschouwing over drainage in
het algemeen.
(Wegens plaatsgebrek beknopt!
Red)
Schoondijke
op Dinsdag 25 Januari 1927.
Met een gelukwensch opent
de voorzitter deze eerste ver
gadering in 1927, waarna hij
een kort overzicht geeft over het
afgeloopen jaar.
De heer Quist wenscht als
oudste de voorzitter namens den
Raad wederkeerig geluk toe.
Ingekomen mededeelingen
1 De heerenjumelet en Moggré
nemen onder dankzegging hun
benoeming als lid der school
commissie aan.
2. Eveneens Dr Kater de
herbenoeming als gemeente-arts.
3. Door Ged. Staten is ont
heffing verleend van het geven
van lichamelijke oefeningen aan
de O. L. Scholen.
Goedgekeurd wordt een af- en
overschrijving der begrooting.
In verband met een wetsbesluit,
waarbij per Jan. het Fransch van
het leerplan moet worden af
gevoerd, wordt besloten, de daar
door noodige leerplanwijziging
ter goedkeuring op te zenden.
Punt 5 der agenda luidt:
Bespreking aansluiting werk-
loozenbesluit 1917. De voorzitter
zegt, dat nu een vereeniging is
gesticht, men verplicht is, aan
te sluiten, ook al in het belang
der gemeente.
B. en W. hebben de zaak
uitvoerig besproken en met alg.
stemmen meent het college tot
aansluiting te moeten adviseeren.
De heer Quist is er sterk voor.
Reeds vroeger heeft hij er op
aangedrongen en volgens hem is
het een stap in de goede richting.
Alleen wenscht hij te weten, hoe
de uitkeering geregeld is. Hier
bij sluit zich ook de heer Cam-
maert aan. De voorzitter licht
in het kort de zaak toe, waarna
met alg. stemmen besloten wordt
tot aansluiting.
Schoondijke Maandag
hield de afdeeling van den Bond
voor Staatspensioneering onder
voorzitterschap van den heer J.
de Groote hare jaarvergadering.
De rekening aanwijzende een