ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN
Pailementaiie Kalender.
Gemeenteraad
Bijtijds Gered.
BRESKENSCHE COURANT
VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN
Abonnementsprijs p. 3 maanden f 1.25 franco p. pe*t f 1,40
Advertentieprijs van 1 5 regels 75 cent
Eike regel meer 15 cent Ingez. Meded. 30 ct. p. regel.
Drukker-Uitgever J. C. LE BLEU
voorheen E. BOOM-BLIEK
TNo'°20in breskens P°i^°
Abonnements-Advertenties zeer billijk tarief.
Advertenties worden aangenomen tot uiterlijk
:-: Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur :-:
c6e Jaargang
Woensdag 17 November 1926
Nummer 3177
GRATIS verzekering ««a gulden bij levens- j*. gld. bij dood mtr gld. bij verlies gld. bij ver- tm gld. bij ver- a* gld. bij ver- a gld. bij verlies
voor de abonné's tegen 9nfJ lange ongeschikt- 1 MIJ door /h van een hij lies van een 4[] lies van een An lies van een IQ van eiken
ongelukken voorWWW heid tot werken. een ongeluk. hand of voet. oog. duim. wijsvinger. anderen vinger.
De risico van bovenstaande verzekering is herverzekerd bij de Ongevallen-Verzekering-Maatschappij „Fatum" te 's-Gravenhage.
poging tot nieuwe onderhande
lingen heeft verijdeld, en de
schorsingsmotie werd met 53
tegen 44 stemmen verworpen
Onder doodsche stilte werd
daarna over het tractaat gestemd.
Zeven en negentig leden waren
tegenwoordig; aan de Regeerings-
tafel vele Ministers, de heer van
Karnebeek in hun midden; in de
loges gezanten, oud-Ministers,
Eerste Kamerleden, hooge auto
riteiten; op de tribunes ook veel
dames.
Vóór stemden 24 Roomsch-
Katholieken, 10 AntiRevolutionai-
ren 14 Sociaal-Democraten, 1
R. K. Volkspartij, 1 Plattelander
Totaal 50.
Tegen stemden 5 Roomsch--
Katholieken, 2 Anti-Revolutionai
ren, 10 Sociaal-Democraten, 8
Vrijheidsbond (Mr. Dresselhuys
was door ziekte afwezig), 7 Vrij
zinnig Democ aten, 11 Chr. Histo
rischen, 1 Herv. Oeref. Staats
partij, 2 Staatk. Geref. en 1
Communist. Totaal 47.
Toen de President den uitslag
mededeelde, bleef het stil; enthou
siasme was er niet, het leek wel
alsof de voorstanders na deze
overwinning ietwat schuw waren
om den Minister te gaan geluk-
wenschen want onmiddellijk
stroomde de zaal leeg Minister
van Karnebeek bi ef nog even
zitten toen de vergadering al
gesloten was; hij is een diplo
maat die zich op merkwaardige
wijze weet te beheerschen, en
ware hij gevallen, geen Minister
zou ooit waardiger zijn gesneu
veld. Maar door zijn rede van
bijna vier-en-half uur heeft hij de
Kamer geboeid en gemagneti
seerd; hij had de Kamerleden in
zijn greep, en hield ze stevig
vast. Een praestatieals deze zullen
wij in geen menschenleeftijd
meer beleven.
De behandeling van het trac
taat beteekent een hoogtepunt in
ons parlementarisme. Waarbij het
echfer de vraag is, of de Tweede
Kamer hier het gevoelen van het
volk zelf juist heeft vertolkt.
Zelfs de voorstanders hebben
erkend, dat bij een referendum
het volk zich met een verplette
rende meerderheid tegen het
tractaat zou verklaren. Zal de
Eerste Kamer nu wèl dit gevoelen
vertolken? Zij zou dan toonen
te zijn de ware .Volkskamer!
Ingezonden Mededeeling,
Zenuwstillend
en Zenuwsterkend is de werking
van
Mijnhardt's Zenuwtabletten
Glazen Buisje 75 ct. Bij Apoth.
en Drogisten.
AARDENBURG.
(Vervolg en Slot
Van L. J. M. Blondeel was
een verzoek ingekomen om zijn
verzoekschrift van 22 April 1925
opnieuw in behandeling te ne
men en daarop gunstig te be
schikken. 22 aren 16 centiaren
wordt in erfpacht gevraagd, om
daarop een hooihark te bouwen.
Hierbij ontspint zich eenige dis
cussie over den uitweg voor het
overige deel der weide.
De burgemeester stelt voor, het
geheel in handen te stellen van
B. en W.
De heer Van der Hooft is hier
tegen, hij stelt voor datB enW.
voor de volgende vergadering
met een afgerond voorstel komen
Het voorstel van B. en W. wordt
aangenomen met 5 voor en 2
blanco, (Mevr. Van den Broecke
en den heer Van der Hooft).
Aan de afdeeling van den Chr.
Boerenbond wordt een lokaal der
O S. tegen een kleine vergoe
ding afgestaan voor een Land-
bouwcursus.
Van het Herv. Armbestuur is
een reclame ingekomen over de
verdeeling van het batig saldo
van het Burger Weeshuis over
1924 en 1925
B. en W. hebben reeds enkele
informaties ingewonnen maar zijn
nog niet geheel klaar, waarom zij
voorstellen dit schrijven aan te
houden, dan zullen B. en W. er
advies over uitbrengen. Aldus
besloten.
Van de Wijkverpleging uitgaande
11 November: De teerling is
geworpen: door de goedkeuring
van het tractaat met 50 tegen 47
stemmen heeft de Kamer aan Mi
nister van Karnebeek een Pyrrus
overwinning bezorgd.
Kort samengevat, was het ver
loop van den veelbewogen dag
als volgt: de heer Vliegen hield
wederom een rede, die den ad
vocaat van België verried; Dr.
De Visser verklaarde in een kort
betoog, dat hij uit liefde voor
zijn vaderland dit tractaat niet
kon aanvaarden. De heer Korten-
horst, die in zijn eerste rede een
tegenstander van het verdrag had
betoond, verklaarde zich door
den minister bekeerd, hetgeen
aanstonds een speechje uitlokte
van zijn partijgenoot van Vuuren
die mede namens eenige andere
leden zijner fractie zich diame
traal tegenover den Minister bleef
stellen. De heer Albarda dekte
zijn terugtocht, hetgeen zijn par
tijgenoot van de Waerden aan
leiding gaf te verklaren, dat hier
een vreemde zuigpomp op onze
havens wordt aangebracht waar
tegenover geen loyale concurren
tie van België staat. Na de rede
van den Minister, welke niet de
suggestieve kracht had van die
van de vorige week, en waarin
wederom het kanaal Antwerpen-
Moerdijk het zwakke punt was
werd de schorsingsmotie inge
diend. Hier gold de belangstel
ling de houding van den heer
Albarda, wiens rede op 3 No
vember immers één krachtig plei
dooi was voor heziening van het
verdrag. Met een weinig sierlij
ken ommezwaai verklaarde de
heer Albarda thans echter dat,
nu de motie van den kant der
tegenstanders kwam, hij zijn stem
daaraan niet kon geven. Waarop
de heer Schaper opstond en in
een hartstochtelijk betoog zijn
fractieleider bezwoer om de uit
gestoken hand te aanvaarden.
Maar het baatte niet: de heer
Albarda bukte voor de dictatuur
van Mgr. Nolens, die immers
reeds in het Seniorenconvent deze
LïaBYe».
22.
DOOR
RE1NHOLD ORTMANN.
Maar terwijl de LeDgenbacher
arts zich onhoorbaar over hem
heen boog, ontwaakte hij, on
danks alle in achtgenomen voor
zichtigheid, uit zijn verdooving
en keek met verwonderde oogen
om zich heen.
.Bent u het, dokter Rainier?"
vroeg hij zwak. ,Ben ik dan al
in Lengenbach
De arts bevestigde zijn vraag
en informeerde vol hartelijke
deelneming naar zijn toestand.
Toen bewoog Leiningen echter
afwerend zijn verbonden hoofd.
,lk geloof, dat er niet veel
meer van mij te maken zal zijn,
dokter 1 Die beenen die
beenen I zijn ze dan heele-
maal gebroken, ik voel ze zelfs
niet eens! En die koude die
vreeselijke koude 1 Kon u maar
wat doen, om me wat te ver
warmen I"
Men trachtte natuurlijk hem
gerust te stellen omtrent zijn
verwonding die naar de meening
der doctoren beslist doodelijk
was, en het leek, alsof hij geloof
schonk aan hun bemoedigende
woorden. Hij vroeg hoe laat het
was, en toen men hem zeide, dat
het nog enkele minuten voor
middernacht was, gaf hij den
wensch te kennen, den waard
van het hotel te spreken. In de
veronderstelling dat het voor een
of andere testamentaire beschik
king was, haastte men zich, aan
zijn verzoek te voldoen, en met
een goedaardige uitdrukking op
zijn gelaat kwam de brave Hann-
Tobi aan zijn bed.
„U moet niet boos zijn, beste
Hann-Tobi, dat ik u zooveel last
veroorzaak", fluisterde de ge
wonde met een zwakke poging
tot glimlachen, „en u moet mij
bovendien nog een kleinen dienst
bewijzen. Het is dringend nood
zakelijk, dat ik juffrouw Seyfried
spreek Wilt u alstublieft één
van de kamermeisjes naar boven
sturen om haar te wekken Zij
weet natuurlijk nog niets niet
waar?"
,Neen baron, zij kan niets
weten, want zij is al sinds gister
avond niet meer hier".
De matte oogen van den ver
ongelukte openden zich wijd en
staarden den waardverschriktaan.
„Niet meer hier? Wat wilt
u daarmee zeggen 1"
„Dat zij vertrokken is, baron
geheel onverwacht. Ik moest
een extra rijtuig voor haar be
stellen, want zij wilde beslist den
nachttrein naar Italië nog nemen".
Leiningen steunde dof. Wel
een minuut lag hij onbewegelijk,
toen vroeg hij met nauwelijks
hoorbare stem
„En heeft zij alles meegeno
men ik bedoel alles, wat zij
aan bagage meegebracht heeft?"
„Maar natuurlijk alles, daar
het niet haar bedoeling was, nog
weer terug te kon: en".
„Neen dat is zoo, zij zal
nooit terugkomen", prevelde de
gewonde. „En ik had het moe
ten weten ik kende haar im
mers maar al te goed".
Kan ik u soms nog met het een
of ander van dienst zijn, baron
vroeg de waard, na een oogen
blikje.
Hij stelde deze vraag eenigs-
zins beklemd, want de in het
oogloopende verandering op het
gelaat van baron Von Leiningen,
de plotseling onmiskeiibaar te
voorschijn tredende kenteekenen
van den naderenden dood wekten
zijn bezorgdheid op. „Misschien
kan ik voor u aan iemand schrij
ven of telegrapheeren".
De verongelukte maakte een
van het Burger Gasthuis is in
November 1925 een aanvraag
ingekomen om f 100 subsidie ter
bestrijding der T. B. C. voor 1926.
Van het Wit Gele-Kruis is een
zelfde aanvraag ingekomen van
jongeren datum. B. en W. stellen
voor f 100 beschikbaar te stellen
voor beide vereenigingen en dat
bedrag te verdeelen naar het
aantal leden.
Mevr. Van den Broecke meent,
dat in elke plaats maar één wijk
verpleging voor rijkssubsidie in
aanmerking kan komen; boven
dien kan toch slechts subsidie
gegeven worden, wanneer de ver-
eeniging een gediplomeerde en-
quêtrice heeft, en het Wit-Gele
Kruis heeft die niet. De burge
meester zegt, dat het ook anders
kan, wanneer er in een plaats
twee vereenigingen voor wijkver
pleging zijn, die beide de T. B C.
bestrijding ter hand nemen, dan
moet er een plaatselijke commis
sie benoemd worden.
Het voorstel vhn B. en W.
wordt aangenomen met 4 tegen
3 stemmen (rechts-links.)
Met hetzelfde stemmental wordt
ook voor 1927 op dezelfde yoor-
waarde, wat de verdeeling betreft,
f 100 aan beide wijkverplegingen
toegestaan.
Thans heeft er nog eens weer
een gedachtenwisseling plaats
over al of niet aansluiten bij de
waterleiding. In een vorige raads
zitting heeft de burgemeester nog
eens de groote voordeelen van
aansluiting naar voren gebracht,
hij zal deze niet herhalen.
Uit hygiënisch oogpunt moet
men vóór aansluiting zijn, terwijl
andere voorziening van water in
deze gemeente slechts lapwerk
en knoeiwerk is.
De heer Reepmaker is vroeger
tegenstander geweest, maar nu
de waterleiding er komt in an
dere deelen van ons gewest, kan
de aansluiting niet tegengehou
den worden. Sluit men nu niet
aan, dan zal men het later toch
doen, daarom is hij er voor, reeds
nu aan te sluiten.
Mevr. Van den Broecke is er
steeds vóór geweest uit hy
giënisch oogpunt. Wel vond ook
ontkennende beweging met zijn
hoofd.
„Heeft zij niets voor mij ach
tergelaten, Hann-Tobi? Geen
boodschap geen brief zelfs
geen enkele regel
„Niets, baron I Maar mis
schien heeft zij het wel door de
groote haast vergeten. Want zij
was bij haar vertrek zoo gejaagd,
als ik het bijna nog nooit bij een
gast gezien heb".
Hij kreeg geen antwoord meer.
Von Leiningen lag met gesloten
oogen en verroerde zich niet, ook
niet, toen .een van de dokters een
vraag tot hem richtte.
,Ik zal zien, dat ik een zuster
krijg, om vannacht bij hem te
waken", zeide doctor Rainer
zacht „Wij beiden, collega, kun
nen immers toch niets meer voor
hem doen".
Hij verwijderde zich, en reeds
na verloop van nauwelijks twintig
minuten kwam er een orde-zuster,
een dertigjarig meisje, met een
lieftallig, zacht gelaat.
Er waren niet veel verklaringen
en aanwijzingen toe noodig, om
haar op de hoogte te brengen van
de taak, die haar hier wachtte.
Ook zij besefte met den eersten
blik, dat zij hier niets anders
meer doen kon, dan een ster
vende zijn laatste lijdensuren te
zij de verplichte aansluiting een
bezwaar, ze wil echter vertrou
wen op de soepele toepassing
hiervan. De leden van de water
voorziening Commissie zullen met
haar eens zijn, dat er op geen
andere manier woldoer.de water
te krijgen is bij brandgevaar, dat
is gebleken na langdurig onder
zoek. Bovendien zal latere aan
sluiting met veel hoogere kosten
gepaard gaan.
De Secretaris opent een kaart
met het plan der waterleiding.
De heer Lannoye moet die
kaart niet zien, wij heb' en in
Aardenburg water genoeg, zegt
hij en is tegen aansluiting.
De heer Blondeel is niet tegen
de leiding, maar schrikt terug
voor de hooge kosten.
De heer De Wispelaere meent,
dat de gemeente door aansluiting
in een strop loopt, waar zij niet
meer uit kan geraken.
Mevr. Van den Broecke vraagt
de tegenstanders voorstellen te
doen om de gemeente dan op
andere wijze van voldoende water
te voorzienook vraagt zij, of
B. en W. met een voorstel ko
men, waarop de voorzitter ont
kennend antwoordt.
De heer Lannoye stelt voor,
niet tot aansluiting over te
gaan, hetgeen aangenomen wordt
met 4 stemmen voor, 2 tegen en
1 blanco. Tegen stemden Mevr,
Van den Broecke, en de heer
Reepmakerde heer Van der
Hooft stemde blanco.
Aardenburg sluit dus niet aan!
Tot lid van de commissie van
toezicht op het L O. wordt met
algèmeene stemmen herbenoemd
de heer J. Schippers en eveneens
met algemeene stemmen tot lid
van het Algemeen Armbestuur
de heer M. A. Pieters.
Tengevolge van raadsbesluiten
genomen in de voorlaatste ver
gadering moet een wijziging der
begrooting dienst 1926 plaats
hebben. B. en W. stellen voor
daarin niet goed te keuren de
f 150 welke op wonderlijke ma
nier in de vorige vergadering als
meerdere subsidie aan de muziek
is toegekend. De heer Van der
Hooft vindt dit niet in orde. De
verlichten, reeds de voorzichtige,
geruischlooze wijze van hande
len, de bijna moederlijke zorg,
waarmede zij, zonder hem pijn te
veroorzaken, zijn kussens op
schudde, de goedige uitdrukking
in haar oogen hadden al dadelijk
een kalmeerende uitwerking op
den stervende alleen. De post-
beheerder Hann-Tobi was de
laatste, die na een langen, mede
lijdenden blik op den schijnbaar
sluimerende de kamer verliet.
Buiten wendde hij zich tot den
Lengenbacher arts: ,Een goed
mensch jammer voor hem 1
Maar wanneer ik aan de an
dere denk, die nu buiten tusschen
de rotsen ligt, dan gaat mij dat
nog veel meer aan het hart. Die
had u moeten kennen, dokter
niet zooals hij nu geweest is,
want zoo heb ik hem zelf niet
herkend, maar zooals hij een paar
jaar geleden was, gedurende zijn
eerste verblijf hier. Een pracht-
mensch, zeg ik u 1 Ik weet niet,
wat er in dien tusschentijd met
hem gebeurd is, maar zooals hij
nu hier was, zoo in* zich zelf
gekeerd en treurig gestemd ik
geloof bijna, dat het hem onver
schillig zou hebben gelaten, wan
neer hij vooruit geweten had, dat
deze tocht in de bergen zijn laatste
tocht op deze wereld zou zijn
geweest, (Wordt vervolgd.)