ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN Parlementaire kalender, Bijtijds Gered. Herfstweer Ouderwijs aan volwassenen, BRESKENSCHE CÖURAN VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN Abonnementsprijs p. 3 maanden f 1.25 franco p. port f 1,40 A d v er t e n 11 e p r 0 s v a n 1 5 regels 75 cent Elke regel meer 15 cent. Ingez. Meded. 30 ct. p. regel. Drukker-Uitgever J. C. LE BLEU voorheen E. BOOM—BLIEK Telefoon RnpcitHNC Pootglro No. 21 ÖK 13 «VHM 3 70179 Abonnements-Advertentles zeer billijk tarief. Advertenties worden aangenomen tot uiterlijk Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur l 6e Jaargang Woensdag 20 October 1926 Nummer 3169 GRATIS verzekering gulden bij levens- gld. bij dood *p gld. bij verlies ua gld. bij ver- ii gld. bij ver- air gld. bij ver- voor de abonné's tegen ViJM lange ongeschikt- door /h van een hij lies van een f+y lies van een /Q lies van een ongelukken voor: heid tot werken. een ongeluk. hand of voet. oog. duim. wijsvinger. 1 De risico van bovenstaande verzekering is herverzekerd bij de Ongevallen-Verzekering-Maatschappij „Fatum" te 's-Gravenhage. gld. bij verlies van eiken anderen vinger. 14 October: De parlementaire vacantfe is thans definitief afge- loopen, en de „geachte afge vaardigden" hebben tot aan de aanstaande jaarwisseling weder hun winterverblijf in de Residen tie betrokken. Het begrootingswerk in de af- deelingen is thans verricht; vele Kamerleden zitten thans als rap porteur te zwoegen aan de be- grootingsverslagen. Het is ge bruik, dat de Kamer, alvorens zich in de onmetelijke begroo- tingszee te werpen, een aantal belangrijke wetsontwerpen afdoet. Zoo zal de Kamer zich dus tot 9 November onledig houdenjmetde belastingwetten. Waarbij de pre sident de verrassende mededee- ling deed, dat hij met de behan deling van het Belgisch Verdrag (welke op 26 October was be paald) nog eenigen tijd wil wach ten Deze mededeeling beteekent, dat het Verdrag vermoedelijk weer achter den Kerstboom verdwenen is. Traineert de Kamer met de behandeling van dit Verdrag, omdat naar verluidt bij eventu- eele aanneming de Eerste Kamer, gezien den aandrang uit het volk, het zal verwerpen? Overigens werd deze eerste dag gevuld met een interpellatie over een Indische aangelegenheid, wel ke hier te lande al bitter weinig belangstelling getrokken heeft. Hét betrof het feit, dat indertijd de Indische Regeering aan eeni- ge residenten een schrijven heeft gezonden, waarin hun belang stelling werd gevraagd voor de stichting van lnlandsche Vereeni- gingen met een economisch doel. De communist, de heer de Visser, zag hierin een actie van een be paalde politieke partij tegen de, altijd spionneerende, communis tische beweging in Indië, welke anti-communistische actie door de Regeering zou worden gesteund; hij ging zelfs zóó geweldig te keer. dat de president hem eeni- ge malen tot de orde moest roe pen. De interpellant, de heer Cramer, ontving echter op zijn »»©IÏ,ï,SY©Bf. 14. DOOR REINHOLD ORTMANN. „Mijn God wat hebt ge gedaan? Uw verloofde". „Mijn verloofde Dat is degene die nu tot mij spreekt. Zij loopt naast mij „U weet niet wat u zegt. Gelooft u in allen ernst, dat ik tusschen u en uw verloofde zou kunnen dringen?" „Je hebt je niet tusschen ons gedrongen. Ik kon haar niet bedriegen dat is alles Dat ik eerst heden gekomen ben, is dat geen bewijs genoeg voor den strijd, dien ik gestreden heb, voor mijn wanhopig worstelen naar de erkenning van wat goed en wat niet goed was? Ik heb mijn woord gehouden, heb je niet meer willen zien, maar je beeld kon ik niet meer vergeten, mijn gedachten niet meer van je los rukken. Zou ik voor het altaar treden met dit zondig verlangen naar een ander in mijn hart lk wist niet meer wat ik doen moest, 't was of ik krankzinnig sou worden Toen heb ik de vele vragen een zoo rustig en opentiartig antwoord van Minister Koningsberger, dat de Kamer, die de zaak als een storm in een glas water beschouwde, haar daarmede voor afgedaan verklaarde. Zoo was dus deze eerste zitting een treffend voorbeeld van een interpellatie, waarvoor geen di rect zakelijk motief bestond. Zij gaf relief aan de waarschuwing van den president, dat interpel latie-aanvragen voortaan alleen door hem zullen worden gesteund, wanneer zij een onderwerp be treffen, dat zonder interpellatie niet aan de orde zou kunnen ko men, en dat in het vervolg ook interpellan en aan een spreektijd zullen worden gebonden. De Ka mer deed er het zwijgen toe; zij zal in de toekomst moeten toonen, of zij den moed heeft zoo noodig een interpellatie-aanvraag te wei geren. 15 October: Een sterk bezette Kamer, een aanwijzing dat er iets bijzonder aan de orde is. En inderdaad, als eenig punt prijkte op de agenda het wetsonderwerp van Minister Slotemaker de Bruine, dat de uitvoering van de veel besproken wet inzake de tand technici aan een herziening on derwerpt. Men kent het drama waarvan thans de laatste acte werd opgevoerd en dat het „tandartsen schandaal' pleegt te worden genoemd. Echter beter ten halve gekeerd dan ten heele gedwaald. Minister Slotemaker de Bruine, die aanvankelijk het voor beeld van zijn voorganger had gevolgd in de kunstige wijze, waarop tandtechnici worden toe gelaten tot het uitoefenen der tandheelkundige praktijk, had na de interpellatie in het voorjaar een ontwerp ingediend, waarbij al het kwaad weer ongedaan wordt gen aakt. Immers al de nieuwbenoemde tandtechnici zul len nu nögmaals hun visum moe ten vragen, en bij de beoordeeling daarvan zal de Minister dan wor den geadviseerd door een des kundige commissie Enkele sprekers hebben nog eens lucht gegeven aan hun ont- beslissing gelegd in de hand van haar, die recht op mij had. En ik heb haar niets verzwegen. Gisteren ontving ik haar ant woord. Het bestond uit de terug gave van mijn ring en uit deze woorden. Je mag niet weigeren om ze te lezen, Magda". Hij gaf haar den brief en zij liet er even haar blik op rusten, voor zij las „Wanneer het tot jouw geluk strekt, wil ik probeeren om het te dragen. Ik ben niet boos op je. Vaarwel 1 HELENE". „Nu?" vroeg hij. „Wat heb je me daarop te zeggen Zij zweeg en keek voor zich uit. Eerst toen hij zijn verlangen naar haar ant woord nog dringend herhaald had begon zij te spreken. „Wat kan ik anders zeggen, dan dat je een noodlottige, on vergeeflijke dwaasheid begaan hebt, en dat dat ik toch niet de kracht heb, om je er verwijten over te maken". „Magda I" riep hij juichend. „Liefste Magda!' „Om Gods wil niet zoo luid 1 Veronderstel, dat men het hoorde I" „En waarom mag men het niet ho ren Zijn we dan niet vtlj? stemming over de wijze van (niet)- uitvoering der wet, inaar wie de feitelijke schuldige is. werd niet opgehelderd. De Kamer was de quaestie blijkbaar beu en zoo verliep het debat onverwacht rustig en kwam de Minister er al heel gemakkelijk af. Nadat eenige amendementen waren verworpen of ingetrokken, werd de ministerieele schuldbe kentenis zonder -stemming aan vaard, in de hoop, dat dit wetje inderdaad tot herstel van het gepleegde onrecht zal leiden! Ingezonden Mededeeling. Bij guur, vochtig weder worden huid en haiden vaak ruw en schraal Dit verzacht en geneest men spoedig met Doos 30-60 90 ct. PUROL De heer J. J verzocht ons het volgende op te nemen, waaraan wij gaarne voldoen. Schrijver zag graag dat een gedachten- wisseling over onderstaandonder werp leiden kon tot verdere uit werking van het idee. Gaarne s'ellen wij hiervoor eenige plaatsruimte beschikbaar. Red. Bitter weinig is ons bijgeble ven van 't onderwijs dat we ontvingen op de Lagere School. Lezen, nu ja, dat gaat wel, als we 't maar niet hardop behoe ven te doen. Punten, komma's, de leesteekens herinneren we ons wel, om even op te houden. Maar de toon, bij hardop lezen En in verband daarmee 't begrijpen van 't gelezene En de uitspraak? En zijn er in ons Zeeuwsch- Vlaanderen niet verscheidene menschen, die 't heelemaal niet kunnen Het onderwijs aan volwassenen Kunnen wij ons geluk dan niet voor de oogen van iedereen open baren „Neenl viel zij hem in de rede, met een beslistheid die hem plotseling deed zwijgen. „Dat kunnen wij niet, nu ten minste nog in geen geval. En wanneer je niet wil, dat ik deze plaats terstond verlaat, om mij ergens voor je te verbergen waar je me nooit zoudt vinden luister dan rustig naar me. Ik wijs niet af wat je me aanbiedt, maar nu, op dit oogenblik kan ik het niet aannemen, lk wil tijd hebben om te overwegen, net zoo goed als jij die ook gehad hebt. Je kunt een ander geworden zijn in die twee jaren en ook jij hebt geen zekerheid of ik in dien langen tijd niet in mijn nadeel veranderd ben. Laten wij dus eenigen tijd naast elkaar gaan als twee oude goede vrienden. En laat ons voor de oogen der men schen ook niet anders schijnen dan vrienden. Wanneer wij dan na eenige maanden misschien wel na eenige weken, heel zeker zijn, ons nog alles weergevonden heb ben wat wij voor twee jaren meenden te hebben verloren, dan ik beloof je het plechtig. Wer ner dan zal mij niets meer weerhouden om je in vol ver- bedoelt het tekort in deze aan te vullen. Schrijven? Hoevelen slaat de schrik van 't hart, als ze een brief moeten schrijven, óf hun haam nog maar moeten zetten. Het schrift van velen onzer is nauwelijks leesbaar. En zijn er in Zeeuwsch-Vlaanderen geen, die 't heelemaal niet kunnen? Onze tegenwoordige tijd, die zooveel eischt. eischt óók een vlugge voor elk leesbare dus ook voor zichzelf!) hand. Het onderwijs aan volwassenen beoogt het tekort aan vaardigheid in deze, aan te vullen Rekenen? Hoofdrekenen gaat bij de meeste van onze menschen uiterst ge brekkig nietwaar? ,En oppapier? Hoeveel ambachtslui zuchten niet over eenvoudige toepassingen van optellen, aftrekken, verme nigvuldigen, deelen, met heele- en gebroken getallen? En hoeveel landbouwers zijn hier vlug in? Het onderwijs aan volwassenen beoogt, het tekort in deze aan te vullen, naar de eischen van on zen tijd. leder onzer moet toch eenigs- zins in staat zijn, zijn gedachten mondeling en schriftelijk aan anderen mede te kunnen deelen. Ja, een brief schrijven! Een ver zoek, een sollicitatie richten aan wereldlijke- of geestelijke over heid! Moeten niet de. meesten onzer erkennen, daartoe niet in staat tè zijn? Als we nog een brief schrijven staan er, God weet, hoeveel fouten in. Het onderwijs aan volwassenen beoogt dit tekort aan te vullen! Het heden rust op 't verleden. En- het heden, in- 't verleden ken nen de meesten onzer niet, niet waar? Mjgelijk is enkelen onzer nog een „jaartal" bijgebleven (of dat jaartallen geschiedenis is) En toch, onze tijd is beslist niet te begrijpen, als we de cultureele ontwikkeling in groote trekken, uit 't verleden niet kennen. We hebben algemeen stemrecht. Elk onzer, diende toch eenigszins op de hoogte te zijn, hoe we geregeerd worden, hoe een wet ontstaat, enz, trouwen alles te geven, wat ik te geven heb". En wat hij ook deed, hoe hij ook in onstuimige afwisseling nu eens ernstig bad en smeekte, dan weer dringend eischte, zij bleef onwrikbaar bij haar besluit. En haar woorden lieten hem geen twijfel, dat het haar ernst was met de bedreiging, hem nogmaals en nu voor goed te verlaten, wanneer hij er in bleef volharden, meer van haar te verlangen dan zij wilde geven. Daarom gaf hij zich dan eindelijk gewonnen en stemde in alles toe. Maar de herinnering aan het vertrouwe lijke tête-a-tête, waarin hij bij zijn aankomst Magda gevonden had met dien vreemden man. liet hem geen rust. En hij verborg haar zijn afgunstige vrees niet Zij lachte hem hartelijk uit. „Zoolang je geen andere mede- deelingen te '.reezen hebt dan dien goeden Rolf von Leiningen", zeide zij, .behoef je je heusch niet ongerust te maken. Hij is de beminnelijkste persoon dien je je maar denken kunt, en daarbij een zeer amusant causeur; maar hij beoefent het flirten even ijverig als het bergbeklimmen. En hij heeft daarbij evenmin ernstige bedoelingen als ik er aan denk, zij" vriendelijkheden of zijn be» Wie onzer weet daar wat van Weinigen, niet waar? Het onderwijs aan volwassenen beoogt, dit tekort 'aan te vullen, waardoor mede ons karakter ir, goeden zin versterkt zal worden. Plaatsnamen, eakele namen van groote rivieren uit ons land en misschien ook nog uit Indië, zijn ons mogelijk nog wat in 't ge heugen gebleven. Maar wie onzer begrijpt de plaats van onze groote steden op het gebied van handel? De beteekenis van ons zeeklei gebied Van 't hoogveengebied? Van de zandgrond De mijn streek De scheepvaart enz. enz De bijzondere beteekenis van N. Indië voor ons land? enz. Weten de meesten onzer den weg nog wel in een spoorboekje Het onderwijs aan volwassenen beoogt het tekort aan kennis en inzicht bij te brengen Van de plantenwereld weten we weinig of niets. Van de dierenwereld heel wei nig. Van den bouw van den mensch zelf, eenvoudige gezond heidsregels enz. zeer weinig. Van hefbooman, krachten, stoom machine, geluid, licht, electriciteit enz. zullen we maar zwijgen. En tóch, hoe zou eenige kennis en inzicht, in 't bijzonder in 't plantenrijk ons leven veraange namen, hoe zou eenige kennis van den mensch ons van nut zijnl Het onderwijs aan volwassenen beoogt dit tekort aan te vullen. Wanneer we hier van kennis en inzicht spraken, bedoelden we natuurlijk een minimum. Laten critische lezers, dit voor al in 't oog houden. Hoe nu dit tekort aan kennis en inzicht aan te vullen? Hoe zal nu een cursus voor volwas senen moeten werken Allereerst willen we op den voorgrond stellen, dat van school meesterachtig optreden van den onderwijzer geen sprake magzijn bij zoo'n cursus. Bij een cursus voor volwasse nen kan de onderwijzer slechts met liefde, volle toewijding, fijne tact, niets anders dan de oprecht nederige dienaar van de vol- droefde verzuchtingen als ernst op te nemen". „Niettemin zou ik je heel dank baar zijn, wanneer je in je ver dere omgang met hem wat meer terughoudendheid wilde toonen dan je tot nu toe aan den dag hebt gelegd. Het zou toch heel goed kunnen gebeuren, dat hij je schijnbare belangstelling in zijn persoon, ten slotte verkeerd op zou vatten". „Neen vriend, ik -zal mij wat mijn gedrag betreft niet aan voorschriften laten binden, ook door jou niet. Ik heb je nog ab soluut geen rechteu op mij tot gestaan. En ik wil je wel zeggen, dat het zeker niet de juiste manier is om mij voor je te winnen, wanneer je trachten wilt mij n mijn vrijheid te belemmeren'1 Het krampachtige vertrek van Werners gelaat en de blik waar mede hij haar aanzag, verrieden, welk een bittere ontgoocheling haar handelwijze en haar woo den hem bereidden. Zeker had hij na den brief, dien zij voor hem in Rosenheim had achtergelaten, op een gehe I andere ontvangst van zijn aai - zoek gerekend. (Wordt vervoigrl

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1926 | | pagina 1