10 Purol bij Huiduitslag en Huidverwonding ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN Wekëlijkscb Overzicht. Bijtijds Gered. Over het gebeuren in Frankrijk, BRESKENSCHE COURANT VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN Abonnementsprijs p. 3 maanden 11.25 frauco p. post f 1,40 A d v e r t e n 11 e p r y 8 v a n 1 5 regels 75 cent Elke regel meer 15 cent. Ingez. Meded. 30 ct. p. regel. Drukker-Uitgever J. C. LE BLEU voorheen E. BOOM—BLIEK Telefoon RHFSKFNS Postgiro No. 21 hHCSScnS 70I7g Abonnements-Advertenties zeer billijk tarief. Advertenties worden aangenomen tot u 11 e r 1 ij k Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur 35e jaargang: Zaterdag 4 September 1926 Nummer 3156 GRATIS verzekering .«i gulden bij levens- ja» gld. bij dood mti gld. bij verlies tra gld. bij ver- is gld. bij ver- air gld. bij ver voor de abonné's tegen vUN lange ongeschikt- lNI] door /h van een hM lies van een lies van een /n lies van een ongelukken voor: heid tot werken. een ongelyk. hand of voet. oog. duim. wijsvinger. De risico van bovenstaande verzekering is herverzekerd bij de Ongevallen-Verzekering-Maatschappij „Fatum" te 's-Gravenhage. gld. bij verlies van eiken anderen vinger. Ingez. Med. Het gaat in Spanje niet, zooals het wezen moet en zooals ze het er zelf graag zouden wensclien. Dat blijkt uit de booze geruch ten, die voortdurend opduiken. In het officierskorps heerscht ontevredenheid, vooral onder de artillerie. Deze zouden onlangs bij den koning er hebben op aangedrongen Primo de Rivera zijn ontslag te geven Direct daar op kwam wel bericht, dat de ko ning het conflict zou hebben bij gelegd, maar nu weer kwamen geruchten over onlusten in Madrid. Ook dit is alweer tegengesproken, maar rustig schijnt het er niet te zijn. Trouwens, het gaat de re geering van den generaal Primo de Rivera in den laatsten tijd niet voor den wind. In de Tan gerkwestie schijnt ze ook de ne derlaag te zullen lijden. Alles was zoo mooi in elkaar gézet: Spanje zou van zijn eisch tot op-' name in den volkenbondsraad af zien als Tanger onder Spaanschen invloed werd gebracht. Evenwel Engeland en Frankrijk willen beide kwesties geheel afzonder lijk behandeld zien. Onomwon den geven ze dit de Spaansche^ regeering te kennen. Het eigen-" aardigste wel, dat Frankrijk veel scherper dan Engeland een Spaansch protectoraat of man daat afwijst. En zoo zal Spanje in de kwestie van den Volken bond moeten beslissen, zonder een Tanger-overeenkomst te hebben bereikt. In China gaat het nog slech ter. Daar woedt de Burgeroorlog met groote hardnekkigheid voort. Zelfs begint het leven van de Eur opeanen gevaar te loopen. Uit Peking wordt gemeld, dat de regeering daar ter stede strenge maatregelen treft tegen politieke agitators en journalisten, die bij de geringste vergrijpen met de zwaarste straffen worden bedreigd. Zoo werd dezer dagen een re dacteur van een bekend blad gevangen genomen en zonder vorm van proces doodgeschoten, omdat hij het particuliere leven DOOR RE1NHOLD ORTMANN. Op het Miinchener hoofdstation was het een drukte van belang. Onder de door den rook zwart geworden overkapping, die on danks haar enorme afmetingen toch een tamelijk onaanzienlijken blik aanbood, heerschte het in het reisseizoen nu eenmaal on vermijdelijke gewoel van men- schen, een onophoudelijk gedrang en door elkander krioelen van gejaagde reizigers van iederen stand en nationaliteit, een voort durend haasten en zoeken en een geroezemoes van stemmen, waar uit men de klanken van bijna alle Europeesche talen kon op vangen. Vooral bij den toegang naar het perron vanwaar de avondsneltrein naar Kuffstain, Innsbruck en Verona voor ver trek gereed stond, vormde zich een dichte opeenhooping van ongeduldige reizigers van beider lei kunne, die op de meest ver schillende wijzen te kennen gaven, dat het knippen der plaatsbewij- van twee maarschalken in het openbaar had besproken Kort daarop, den 9den Augustus, werd wederom een redacteur gevangen genomen, die eveneens zou wor den doodgeschoten. De vele Japansche persvertegenwoordi gers in China lieten echter een scherp protest hooren, met het gevolg dat de autoriteiten te Peking het doodvonnis onuitge- gevoerd lieten, doch hem tot levenslange gevangenisstraf ver oordeelden. Acht en-veertig uren later echter stelden zij den jour nalist op vrije voeten. Tot zulke paardemiddelen, om tegenstanders onschadelijk te ma ken, wordt gelukkig hier niet zoo gauw toevlucht genomen In het Oosten is het aan de orde van den dag. Daar wordt de dood straf, zelfs door de veroordeelden, als iels heel gewoons beschouwd. Tenminste, als men mag afgaan op wat een medewerker aan het Hblde heer G. Nypels schrijft. Hij zegt o. a. Waar zou men in ons westen een ex-minister vinden als Sjuukri bey, die zelf op het bankje on der de galg klom zijn hals bood aan den zigeuner (het beulswerk is in Turkije in handen van deze heidenen) en die, toen het koord brak en hij op den grond geval len was, zelf opstond en glim lachend aan de aanwezigen voor stelde: „Heeren zullen wij maar naar die galg daarginder gaan?", en die er al maar zelf heen wan delde? Hij had overigens ook zelf geen goede galg uitgekozen, want, toen de zigeuner ditmaal het bankje onder hem wegtrapte, brak de dwarslat, waaraan het koord bevestigd was; en Sjuukri bey, die vond dat het executie materiaal in een land, waar men toch zooveel ophangt, beter in orde behoorde te wezen, moest wachten tot men inderhaast deze galg hersteld had. Waar zou men bij ons een levenslustig en vermogend kamer zen door de beide van alle kanten lastig gevallen controleurs hun veel te lang duurde. Maar een jong paartje, dat zich temidden van deze dringende menschenmassa bevond en waar van men gemakkelijk genoeg kon constateeren, in welke verhou ding die beide tot elkander ston den, scheen zich van de alge- meene opwinding bijster weinig aan te trekken. De man, die het blonde type van het Noord Duitsch ras ver tegenwoordigde met zijn licht blauwe oogen, kon misschien iets ouder dan dertig jaar zijn. Hij was groot en krachtig ge bouwd, maar de trekken van zijn schrander, baardeloos gelaat vertoonden een soort van moe heid jen overspanning, die in onzen modernen tijd, waarin men zoo snel leeft, zoozeer het ken merk is van geestelijk overwerkte naturen. Het bevallige kopje met de kastanjebruine lokken, dat zich angstvallig aan hem vastklemde, reikte nauwelijks tot aan zijn schouder, maar het smalle, fijne gezichtje onder het eenvoudige hoedje was steeds naar hem opgeheven. De groote, donkere oogen, die zonder twijfel een groote bekoring aan haar gelaat gaven, hingen met zulk lid vinden als Hilmi bey, die thans te Angora opgehangen werd en die, toen hij bij vergissing op het bankje onder zijn galg ging zitten en de zigeuner hem zei, dat hij daarop moest gaan staan, zich beleefd en goedig veront schuldigde „Neem me niet kwalijk; dat wist ik niet! Het is nl. de eerste keer, dat ik opgehangen word (Evenals bij Sjuukri bey te Smyr na, brak ook thans weer het koord en moest Hilmi voor de tweede maal opgeknoopt worden. Indien de heeren van Angora niet overgaan willen tot den gewonen parlementairen regee- ringsvorm en ze bij de gratie van galgen willen blijven regee- ren, konden ze toch wel eens uit het buitenland wat technisch goed geconstrueerde galgen laten komen.) Een der werkelijk schuldigen, Zia Hoersjied, vroeger afgevaar digde van Lazistan, maakte er heelemaal een grapje van Die had zich, nadat men hem het vonnis medegedeeld had, keurig geschoren en geparfumeerd en gaf als zijn laatsten wil te kennen, dat hij, voor de 264 ponden, die hem overbleven, een mooien graf steen wilde met een piekfijn op schrift. Mocht zijn broer daar niet voor kunnen zorgen, dan moest Noeri bey, de directeur van de gevangenis, het doen. „En pas op als je het niet doet! Want ik ben in staat om in het hiernamaals een van die com plotten tegen je te smeden, waar je van zoudt staan te kijkenik zal er je met deze tien vingers worgen. Zia Hoersjied informeerde, zoo grapjes verkoopend, naar de plaats waar men hem ging ophangen, en verklaarde de plek die, waar hij Kemal had willen dood schieten echt origineel geko zen. Hij vroeg nog gekschererd of soms nog iemand brieven of boodschappen had voor een van een warmen blik, met zulk een teederheid aan zijn mond, alsof zij in smachtend verlangen de woorden réeds van zijn lippen wilde lezen, nog voor hij ze uit gesproken had. Maar het was ondanks slechts heel weinig, wat die beiden tij dens het minutenlange wachten met elkander bespraken. En het gesprek onderscheidde zich in niets van datgene, wat gewoonlijk tusschen verliefden gevoerd wordt, die op 't punt staan voor korten of langeren tijd afscheid van elkaar te nemen. Je zult me natuurlijk iederen dag schrijven niet waar, Wer ner?" fluisterde het meisje. ,A1 is het ook maar een enkel velletje, of desnoods een korte groet op een ansichtkaart. Ik zou me heusch zoo beangst over je maken, als ik eens geen bericht van je kreeg". „Stellig liefste dat spreekt vanzelf! Dat wil zeggen, als het maar eenigszins mogelijk is. Nu en dan zal je echter wel eens op een kleine onderbreking in onze correspondentie moeten rekenen. Want daarboven in het gebergte zijn gelukkig tot nu toe geen brievenbussen, evenmin als ansichtkaartenverkoopers. En dan is het natuurlijk wel eens moge zijn voorouders aan den over kant. Hij babbelde opgeruimd tot het eind, verklaarde, even ernstig, dat het leven in een land zonder vrijheid toch geen waarde had, en riep, toen men het bankje on der hem wegtrapte: „Wat een elastische dood!" Toen ik dezen winter in An gora was, had men er juist nachts o. a. een populairen,braven, ouden schriftgeleerde, iskelebi Atief hods ja, opgehangen. Hij was een van de weerspannigen, die zich niet wilden neerleggen bij Kemal's ordonnantie aangaande het ver plicht hoedendragen, en deswegen ter dood veroordeeld door de zelfde drie heeren Kemaiisten. Hij werd niet op den daarvoor vastgestelden tijd, maar enkele uren te vroeg opgehangen, om dat de directeur van de gevan genis anders niet had kunnen deelnemen aan een drinkgelag met vrienden, of dit juist op het prettigste moment, zoo in de mor genuren, had moeten onderbre ken Zulke toestanden zijn voor ons haast ongelooflijk en moeten ze ker voor een groot gedeelte ge schreven worden op rekening van hun fatalistisch geloof, ofschoon de instelling van een dictator er wel het hare toe bijdraagt. Maar hoe het ook zij, het geloof aan een spoedige wereldvrede wordt er niet door versterkt. De gebeurtenissen, die in de laatste weken in Frankrijk plaats grepen, hebben de nauwkeurige waarnemer weer ervan kunnen overtuigen, dat het ons, volken van Europa, geenszins ontbreekt aan middelen om orde te her stellen, maar, dat het gemis aan overeenstemming over de vorm, waarin de middelen moeten lijk, dat er drie of vier dagen zullen verloopen, alvorens je een teeken van leven van me te hooren krijgt". In de donkere meisjesoogen verscheen een vochtige glans en om haar kleine mond trok het verdacht, toen hij deze woorden sprak. „Ach, die vreeselijke bergen ook! Ik ben werkelijk zoo ontzettend angstig bij de gedachte aan de gevaren, waaraan je daar ginds blootgesteld zult zijn. Had je toch maar kunnen besluiten om aan mijn dringend verzoek gevolg te geven om in het Noor den aan onze prachtige zeekust herstel van gezondheid te zoe ken I" Met een half onderdrukte be weging van ongeduld schudde de blonde jonge man het hoofd. „Ik zou daar stellig geen ge zondheid hebben gevonden geloof mij toch, liefstewat ik noodig heb. dat is rust en eenzaamheid, die weldoende rust en die verkwikkende eenzaam heid, die alleen slechts dat heer lijke hooggebergte mij kan ver schaffen. En je hebt toch heusch geen reden om je bezorgd over mij te maken, ik behoor niet tot die categorie van menschen, die het noodlot moedwillig tar- 1 worden aangewend, de voor naamste oorzaak is van al het getreuzel met onzen arbeid van maatschappelijk herstel. Wat baten ons alle middelen, wat baat ons alle kennis, wan neer wij het met ons zeiven en met anderen niet eens zijn over den stijl, waarin wij ons maat schappelijk bouwwerk zullen op trekken. De automobielfabrikant kiest zijn middelen: grondstoffen, ar beiders, maar vóór hij arbeid laat verrichten heeft hij reeds vastge steld hoe het te scheppen ar beidsproduct er uit zal zien. De automobiel bestaat als denkbeeld reeds voor zij werkelijk is. In het maatschappelijk leven is het niet anders. Ook hier geen arbeid, gericht op een bepaald doel, vóór het arbeidsproduct gedacht is. De besprekingen over maatschappelijk herstel, het ge twist in parlement en volksver gadering over maatregelen, die wel en maatregelen, die niet ge troffen moeten worden en over personen, die wel en personen, die niet met de leiding van den arbeid belast zullen worden, moet ons doen beseffen, dat wij niets weten aan te vangen met de middelen, die ons ten dienste staan. Ons economisch leven heeft zijnen stijl, evenals het kunstleven. Tenslotte geeft de mensch aan den vorm van zijn maatschappelijk leven denzelfden stijl als die van zijn eigen leven. Er wordt in de leerboeken over economie tot nog toe wei nig of geen aandacht geschonken aan economische aesthetica, maar wij mogen aannemen, dat de nog jonge wetenschap zich verder zal ontwikkelen en dat eenmaal de economist ook aandacht zal schenken aan vormen, aan stijl. Dan zal wellicht beter, dan thans het geval is de eenheid gezien worden, waar men zich thans ten. Met gewaagde ondernemin gen, die mijn krachten te boven gaan, zal ik mij in geen geval inlaten". Zij waren onder dit gesprek eindelijk tot den toegang naar het perron doorgedrongen. Slechts een oude heer met een witten baard bevond zich nog voor hen, wiens plaatsbewijs juist door den conducteur werd geknipt. „Naar Veronica zei hij tame lijk luid. „De eerste klasse is heelemaal vooraan, mijnheer De oude dankte kuchend en borg met schijnbaar reeds bevende handen het plaatsbewijs met veel omhaal weer in zijn portefeuille. Toen nam hij het kleine, elegante koffertje weer op, dat hij eerst naast zich op den grond had gezet en slofte met sleependen tred langs de lange rij wagons. Het jonge meisje, dat nu aan de beurt kwam, had slechts een perronkaartje te knippen, het plaatsbewijs van haar metgezel luidde echter tot insbruck. „Ik zal toch zeker de aanslui ting op de Arlberglijn nog wel halen vtoeg hij. En toen de conducteur deze vraag bevesti gend beantwoord had, bood hij de jonge dame zijn arm aan, om hier, waar zij niet zooals straks door een dringende menschen- menigte omstuwd werden, het onderbroken gesprek weder voort te zetten, (Wordt vervolgd

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1926 | | pagina 1