ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN ONGEVALLEN-VERZEKERING Wekelijkscb Omzicht. Vooruit, niet achteruit. P. A. BASTING, RETRANCHEMENT in Assurantiën gjggaEASTegE. In liefde hereenigd. BRESKENSCHE COURANT VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN Abonnementsprijs per drie maanden f 1.25 - franco per po»t f 1,40 Drukker-IJitgever J. C. LE BLEU Abonnements-Advertenties zeer billijk tarief. Advertenties worden aangenomen tot uiterlijk Elke regel meer IS cent. Ingez. Meded. 30 ct. p. regel. TNo.'T BRESKENS ronWiro Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur 35e jaargang Zaterdag 12 Juni 1926 Nummer 3136 met Knpitaals-uitkeering; in een» bij ongevallen met doodelijken afloop Kapitaals-uitkcering' in een» bij ongevallen met blijvende invaliditeit De Engelschen zijn ongetwij feld een praktisch volk. Misschien is het hun nuchtere verstandelijk heid, die hen daartoe gevormd heeft, misschien hebben de vele en velerlei moeilijkheden, die ze als groote koloniseerende en zee varende natie telkens te doorwor stelen hadden en de ervarin gen, die ze daarbij opdeden, hen zoo gemaakt, waarschijnlijker nog hebben beidefactorenmeegewerkt. In elk geval toonen ze telkens opnieuw de resultaten van hun practischen zin in hun politiek beleid. En dit maakt, dat ze, on danks hun neiging tot overheer- sching en hun sterk gevoel van eigenwaarde zich veel minder vijanden maken dan andere volken en dat ze gemaakte vijanden zoo gemakkelijk weer weten te ver zoenen. Zuid-Afrika heeft daarvan een overtuigend voorbeeld geleverd. De haat en het verzet tegen En geland leeft ongetwijfeld noghier en daar onder de Boeren en de begeerte naar volledige onafhan kelijkheid is nog niet uitgebluscht Het plan van een eigen vlag door het ministerie-Hertzog ontworpen, maar voorloopig tegenover het verzet van verschillende kanten weer ingetrokken, is daarvan wel een duidelijk bewijs: Maar wijst dit verzet, dat zich toch niet al leen onder de Engelschen, maar ook onder een deel der Boeren openbaarde, niet reeds op verzoe ning met den vijand en den over weldiger van daar straks? Het lukt niet altijd. Met Ierland heeft Engeland eeuwen van strijd door leefd voor ze eindelijk in onzentijd door het verleenen van zelfbestuur de Ieren tevreden stelde en met de Engelsche heerschappij ver zoende De Egyptenaren zijn zelfs met een dergelijk zelfbestuur niet te vertrouwen geweest. En het blij vend verzet in het Nijldal is na het Iersche een nog duidelijker voorbeeld, dat de Engelsche me thode, om eerst de volken te on derwerpen en ze dan, door hun een deel van de verloren vrijheid terug te geven, met de onderwer ping te verzoenen, niet altijd hout snijdt. Zelfs deonafhankelijkheids- verklaring heeft de Egyptenaren niet kunnen tevreden stellen. Ze vragen meer dan de verklaring, ze vragen de onafhankelijkheid zelve. En de jongste verkiezingen, waarbij de onafhankelijkheids partij van Zagloel een zoo schit terende overwinning behaalde, dat er voor de andere partijen nauwelijks nog wat zetels over blijven, bewijzen, dat dit vragen aanhoudt. Het brengt Engeland in een bijzonder lastig parket. Want al is nu de ramp van een ministe rie onder Zagloel afgewend on der het voorwensel, dat Zagloel's gezondheidstoestand hem het bekleeden van den post van minister president onmogelijk maakte, Zagloel's partij blijft toch in het Egyptische parlement de lakens uitdeelen. En na de ontbinding onder den druk der Engelsche regeering, toen de Sirdar vermoord was, beteekent dit, dat het Egyptische volk zijn wenschen niet los laat en op de vervulling zal zal blij ven staan. Maar Engeland kan deze wen schen niet inwilligen. Zijn levens belangen zij bij het beheerschen van het Suez-kanaal betrokken En de heerschappij over Egypte is een onmisbaar element van zijn gezag in het nabije Oosten Het zal daarom ongetwijfeld veel willen toegeven, waar het het gevaar beseft dat uit een vijan dig en in verzet verkeerend Egypte bij voortduring dreigt, maar het zal nooit de handen geheel van Egypte willen aftrek ken. Zoo pas nog heeft het door overeenkomst met Turkije ge toond, dat de vrede in het nabije Oosten en de vriendschap der daar levende volken-het waard is, maar tegelijk ook, dat zijn toegeeflijkheid voor een bepaalde grens onverbiddelijk stil houdt. Die overeenkomst met Turkije is ongetwijfeld een merkwaardig staaltje van den practischen zin der Engelschen en de practische politiek, die ze weten te voeren. Toen indertijd Engeland voor Irak het williger Mosoel opeischte, wist het van geen toegeven en slaagde het er dan ook in den Volkenbond tot een uitspraak ten zijnen gunste te bewegen. Ongetwijfeld had het toen tegen het verbitterde Turkije de wape nen ter handhaving van zijn ei- schen willen opnemen. Maar na de toewijzing van Mosoel heeft het geen moeite ontzien om Tur kije te verzoenen. Aanvankelijk schenen al die pogingen vruchteloos. Turkije dacht ei zelfs aan zich met ge weld in het bezit van Mosoel te stellen En thans is de overeenkomst te Angora geteekend, waarbij Tur kije den afstand van Mosoel er kent, immers behoudens een klei ne wijziging, de vastgestelde- grenslijn tusschen Turkije en Irak, de zoogenaande Brusselsche lijn aanvaardde. Maar daarvoor krijgt het dan van Engeland een veiligheidspact, een aandeel in de petroleum van Mosoel, naar het heet 10 procent gedurende 25 jaar van de ont ginningsrechten, die de maat schppij voor exploitatie van pe troleumbronnen ?an Irak moet betalen en wellicht nog een lee ning, die het zoo buitengewoon goed kan gebruiken. Engeland heeft dus zijn zin gekregen en houdt Mosoel en de petroleum. Maar het is, toen Turkije snakken bleef, zelf naar Angora gegaan om al het moge lijke te bieden voor een verzoe ning. En het is deze handige politiek uiting van practischen zin, die Turkije van een gevaar lijken vijand tot een toekomstigen vriend heeft weten te maken Zal de Engelsche regeering ook in eigen huis dien practischen zin en dat handig beleid toonen? De crisis in de mijnindustrie is nog altijd niet opgelost, maar de mijneigenaars hebben thans uit eigen beweging stappen bij de mijnwerkers gedaan en het her vatten der onderhandelingen voorgesteld. Wanneer de regeering verstandtg is, moet zij zorgen, dat deze nieuwe onderhandelin gen zoo noodig ouder haar lei ding plaats hebben en tot een resultaat leiden, dat ook de arbeiders verzoenen kan. Voor loopig lijken deze niet erg ge neigd om op het aanzoek der mijnarbeiders in te gaan. Maar de nood begint te dringen. En nood leert bidden. Wanneer dus de eischen der mijneigenaars maar niet onaannemelijk blijven, waarvoor de regeeringstusschen- komst kan zorgen, is er wel kans op bijlegging van hetgeschil. Dat die kans ook ten opzichte van het geschil in de Engelsche liberale partij nog bestaat lijkt twijfelachtig. Het geschil is hier ontstaan door den grief van Asquith, die als leider Lloyd George de les las over zijn houding tijdens de staking. Maar een groot deel der liberalen blijken het met Lloyd George eens. En zoo zou het geschil wel eens tot een scheuring in de partij kunnen leiden. Van den Engelschen practischen zin zou dat bij een reeds zoo gehavende en geslonken partij als de liberale in Engeland zeker niet getuigen. In enkele van de groote ge meenten van ons land zal, naar men in de dagbladen heeft kun nen lezen, door B. en W. gepoogd worden de belastingschroef iet wat vaster aan te draaien. Een deel der burgerij der betrokkken gemeenten zal tegenover deze daad van de fiscus een houding van onverschilligheid aannemen. Dit is het deel, dat door de belastingverhooging niet getroffen wordt. Een ander deel daarente gen zal de mededeeling van de fiscus beantwoorden met kreten van jammer en drift. Ook al weer begrijpelijk. Sinds een paar jaar leefden wij in den waan, dat het tijdperd van permanente verzwaring van den belastingdruk tot het verleden was gaan be- hooren, in de He Kamer kon digde Minister de Geer belas tingverlaging aan en ziet, daar komen eenige gemeentebesturen met de mededeeling, dat zij geld tekort komen. Inderdaad, 't is om uit je vel te springen, voor zoover zooveel bewegingsvrijheid onder de straf aangedraaide be lastingpers nog mogelijk is. Tenslotte zal een derde deel van de burgerij der bedreigde ge meenten van de mededeeling van B. en W. met ingenomenheid heb ben kennis genomen, nl. het deel, welker inkomen afhankelijk is van het totaal-bedrag der opgebrach te belastingpenningen. De vraag dringt zich uu op, welke drie groepen neemt een redelijke houding aan? De beantwoording van deze vraag brengt ons op het terrein van de volkshuishouding, dat is daar waar particuliere (persoonlijke) belangen heerschen en verdedigd worden, maar waar een rechter zetelt om uitspraak te doen over had bereikt, zag hij, dat het waan zin was, daar naar beneden te willen komen. Een vechtende, dringende, elkaar stootende en schuivende massa vulde de trap pen. Die boven stonden wilden naar beneden, die beneden waren naar boven. Een woeste, wilde, afgrijselijke strijd op leven en dood speelde zich daar af. ,Wat een krankzinnigen riep Karl Fels, maakte rechtsomkeert en stormde over de gang terug naar de tweede trap, die naar boven leidde. Met reuzenkracht baande hij zich een weg door die van boven kwamen, niet let tend op alle geroep en geschreeuw. Zonder aarzelen volgden Maria Magdalena en haar moeder hem. „Als een je redden kan, is hij het, of we gaan samen te gronde!" schoot het Maria Magdalena door haar gedachten, en ondanks alle angst vervulde die zekerheid haar met een gevoel van geluk. Toen de drie vluchtelingen de vijfde verdieping bereikt hadden, wendde Karl Fels zich naar rechts. Aan het eind van den gang bevond zich een venster. Daar lag de eenige weg tot redding. 12. DOOR Graaf HANS BERNSTORFF. „Ja, dat wil ik wel gelooven 1" dacht Christiaan Hansen hardop zei hij echter„Dat zou ik aardig vinden, mijnheer Fels, en mis schien brengt u zich dan een lieve jonge vrouw mee. Maar geen gekleurde alstublieft 1lachte hij. „In Australië, daar heb je aardige, en ook nette meisjes genoeg. Nu, goede reis en blijf gezond I Nu moet ik eens naar mijn tusschendek kijken, of ze allemaal van boord komen. Mevrouw Heydebringk I Juffr. Heydebringk! Het beste en goede reis verderU bent onder veilig geleide". Hij nam zijn pet af en ging haastig weg, terwijl Karl Fels de beide dames aan land geleidde. Ze hadden besloten, in hetzelfde hotel hun intrek te nemen en de reis gezamenlijk voort te zetten, terwijl de Pattersons, vader en zoon, eerst nog een uitst&pje naar Chicago wilden ondernemen. Het afscheid van juffrouwMargot was zeer koel en van de zijde der jonge dame tamelijk hoog moedig. Doch het drietal trok er zich weinig van aan, en Karl Fels was zielsvergenoegd, toen hij eindelijk met zijn beide dames alleen was. Maria Magdalena nam zoo goed als geen deel aan het gesprek, en bleef stil en droomerig. Slechts nu en dan wierp ze een verstolen blik op hun metgezel, die den geheelen middag en avond in de vroolijkste stemming was. Eerst laat scheidden zij, om hun kamers op de derde verdie ping op te zoeken. Karl Fels mocht twee, drie uur geslapen hebben, toen hij plot seling ontwaakte en naar zee mans gewoonte ook onmiddellijk klaar wakker was. Van de straat drong luid ge roep en geschreeuw in zijn ooren. Een seconde slechts luisterde hij ingespannen. Toen onderscheidde hij duidelijk „Fire 1 Fire Get out 1 Get out 1" Met een sprong was hij het bed uit en holde naar het raam, dat hij wijd opengooide. Beneden op de straat stond een menschen- massa die steeds gtooter werd. Allen staarden omhoog naar het hotel en onophoudelijk gilde, dreunde de roep „Fire! Fire! Quick I quick! Get out I" Razend snel groeide het tumult aan. De noodfluiten van de wachters schrilden door de lucht. Uit de verte klonk dof gerol, geratel en gestamp. Een zeldzaam roode trillende schijn verlichtte vlammend een seconde lang de angstige ge zichten en gestalten van de omstanders, verdween weer licht te bliksemend weer op. Ratelend sprongen eenige vensterruiten en braken splinsterend verder op het trottoir. Een grijze rood achtig doorgloeide rookwolk schoot uit de opening te voor schijn en zweefde dwarlend, gol vend en warrelend omhoog aan de voorzijde van het gebouw, waar binnen het nu begon te leven. In het benedended van het hotel was brand uitgebroken. Karl Fels had geen tijd om na te denken Dat overzag hij blik semsnel. Als er nog een uit gang vóór mogelijk zou zijn, dan moest de grootst mogelijke haast gemaakt worden. Met een ruk smeet hij het venster dicht en haastte zich kleeren, geld, papieren en zijn revolver bij zich stekend. Toen hij op de gang kwam en naar Magdalena's kamer liep, drong hem een branderige, bijtendelucht tegemoet. Met zijn vuist sloeg hij dreunend op de deur. Ze ging open en voor hem stond Maria Magdalena in een licht nacht gewaad, terwijl haar moeder op den grond geknield, met bevende vingers bezig was een koffer te slui en. „Rok, mantel, schoenen aan trekken 1 Al het andere laten lig gen 1" snauwde hij haar toe, en bij de dreigende ernst van zijn stem, haastten de beide vrouwen zich, het bevel te gehoorzamen. Reeds verdichtte de lucht zich tot een blauwachtige rook. Ilalf- gekleede gestalten renden met van angst verwrongen gezichten voorbij. Van beneden drong gil lend geschrei van vrouwen, daar- tusschen dreigende, brullende mannenstemmen. „Vlugl vlug! vermaande Karl Fels zijn beide beschermelingen. Het leek hem een eeuwigheid, tot ze klaar waren. Kom 1" Hij sprong de kamer in en pakte mevrouw Heydebringk, die nog zoekend rondtastte, bij den pols. „Mijn juweelen!" riep ze jam merend „Kom mee 1" herhaalde Fels kortaf, greep Maria Magdalena met de andere hand vast en stormde, haar beiden achter zich aantrekkend, op de trap af. Nog voordat hij het bovenste portaal (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1926 | | pagina 1