ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN
tno!'t breskens p°7»$;°
if aar het om gaat.
Geen Geweten.
Fietsen
Van het één komt
het ander.
BRESKENSCHE COURANT
VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN
Abonnementsprijs per drie maanden f 1.25
franco per post f 1,40
Advertentieprijs van 1 5 regels 75 cent
Elke regel meer 15 cent Ingez. Meded. 30 ct. p. regel.
Drukker-Uitgever
E. BOOM—BLIEK
Abonnements-Advertenties zeer billijk tarief.
Advertenties worden aangenomen tot uiterlijk
Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur
34e Jaargang
Woensdag 26 Augustus 1925
Nummer 3057
Er dreigt in de metaal-nijver
heid een ernstig conflict. De zaak
is deze De arbeidersorganisaties
hebben den eisch gesteld, dat
geen overwerk zal worden aan
gevraagd aan de arbeidsinspectie
dan nadat de besturen van de
in een bedrijf vertegenwoordigde
vakvereenigingen gehoord zijn en
hun toestemming voor de ge
vraagde verlenging is verkregen,
In verband met hetgeen de
laatste jaren 'is gesproken en
geschreven over den inhoud van
de tegenwoordige programma's
der vakvereenigingen, behoeft het
geen nader betoog, dat met het
conflict in de mataal-industrie, die
tot nog toe op het papier ge
noemde actie voor medezeggen
schap, is overgebracht naar de
fabriek, waar zij per slot van
rekening dan ook thuis behoort
Nu heeft de heer Stenhuis, de
leider van de moderne vakbewe
ging het ons, zooals dit steeds
het geval is, weer gemakkelijk
gemaakt om den gestelden eisch
naar zijn volle draagwijdte te
beoordeelen. In een te Heerlen
gehouden demonstratie-bijeen
komst van mijnwerkers, ver
klaarde de leider van de socia
listische vakbeweging naar aan
leiding van het conflict in de
metaal-industrie o.m. het volgende:
„Het gaat er bij de kweste der
overwerkvergunningen om, of de
arbeiders langer zuilen leven, of
niet. De arbeidstijd is voor heel
wat arbeiders het tegendeel van
levenstijd. De vraag, of wij zul
len leven, of dood zijn, hebben
wij en wij alleen te beantwoor
den. Op dit gebied past geen
politiek van marchandeeren."
Het loont de moeite deze be
wering té ontleden. De heer
Stenhuis heeft geweten voor wie
hij sprak, voor mijnwerkers, lie
den wier arbeid uitermate zwaar
is. Wanneer er een tak van nij
verheid is, waarvoor technische
bedrijfsorganisaties eisch is, ten
einde den arbeidstijd zoo veel
mogelijk te beperken, is het wel
15.
Diiringhoffen keek den .spreker
met de grootste verbazing aan,
die donkerrood geworden was als
een gekookte kreeft".
„Vader Leopard, dat is toch
zeker maar een grap 1"
„Om den drommel niet, zie ik
er soms uit als een grappen
maker? Wat ik daar verlang, is
niets dan recht en billijkheid. En
aangezien je toch een solide jonge
man met een vaste positie bent,
zal het je wel niet veel uitmaken
om mij deze dubbele huur nu
direct voor de volgende maand
vooruit te betalen".
Met ernstig gezicht schudde de
jonge chemiker het hoofd.
„Daartoe ben ik helaas niet in
staat. Het bedrag, dat er van
mijn maandsalaris overblijft, wan
neer ik mijn verplichtingen na
gekomen ben, is daarvoor lang
niet voldoende en dan nog geheel
afgezien van het feit, dat ik dan
letterlijk vier weken lang geen
sou zal bezitten".
„Zoo vroeg Leopard op
gerekten toon. „Je verplichtingen?
Dat zal me wat fraais wezen 1
Weet je wel, dat zooiets altijd
de mijnindustrie. Maar de heer
Stenhuis sprak over de metaal
industrie. Of nog juister, hij
sprak in het algemeen en wist
door het stellen van de scherpe
tegenstelling Leven-Dood in zijn
gehoor de door hem gewenschte
stemming op te wekken. Ontdoen
wij de bewering van alle
franje, waarmede zij, om als
meeting-frace dienst te doen, ver
sierd moest worden, dan is de
gedachte, die er in neergelegd
is, deze In de „kapitalistische"
maatschappelijke orde wordt te
lang gewerkt dan noodig is. La
ten wij den ondernemer den
macht ontnemen over den werk
tijd naar willekeur te beslissen.
Maar, de bewering is in een
zoodanigen vorm gegoten, dat
hij, die haar aanhoort gaat door-
redeneeren en uit het gezegde
de conclusie trekt, dat na een
verandering in socialistischen zin
van het productiestelsel er korter
gewerkt en langer geleefd zal
kunnen worden.
Het is juist de tactiek van
sommige syndicalistische woord
voerders om het bestaande te
critiseeren in zoodanigen vorm,
dat de massa der toehoorders in
den waan komt te verkeeren.dat
in de nieuwe orde het aange
toonde kwaad niet voorkomt. Zij
moeten hiermede evenwel zeer
voorzichtig zijn, want niet voor
niet heeft Marx gezegd dat hij
geen keukenrecepten voor de
toekomst schreef. Het socialisme
heeft hij voorspeld niet de ge
daante er van geteekend. Hoog
stens gaf hij vage contouren aan.
Wat doen nu evenwel de pro
pagandisten van het Marxisme
Zij weten zich aanhang te ver
werven door hun beloften van
een andere en betere wereld te
doen.
Toch kunnen zij één waarheid
niet ontloopen, namelijk de waar
heid, die Adam Smith honderd
vijftig jaren geleden in zijn
standaardwerk als eerste regel
van de inleiding neerschreef.
„De jaarlijksche arbeid van elk
volk is in den grond der zaak
het fonds, waaraan het alle be-
noodigde en gerieflijke dingen,
verdacht is bij een jongen man
Nu, wat dat betreft, kunt u zich
wel geruststellen 1 Mijn verplich
tingen bestaan eenvoudig hierin,
dat ik voor de aflossing van een
oude schuld alles aan mijn moe
der moet zenden, wat ik maar
eenigszins missen kan. En op
dezen grond, geachte heer Leo
pard hoe hard het mij ook zal
vallen mij van uw gezin en deze
mij liefgeworden plekjes te schei
den voor zulk een hoog bedrag
kan ik de kamer onmogelijk
houden".
De reus met de snorrebaarden
pufte geweldig en gedurende
eenige oogenblikken verdween hij
geheel en al achter de grijze
wolken, die hij met de longen
kracht van een locomotief-schoor
steen uit zijn Hollandsche pijp
zoog.
„Mijnheer", klonk het toen ein
delijk van uit den nevel, „denk je,
dat ik de man ben om een arme
weduwe te bestelen. Als je je
geld niet slechter besteedt blijf
dan in vredesnaam maar weer
voor den ouden prijs en bederf
de menschen op mijn bureau dan
ook verder maar de lucht zooveel
als je wilt. Zonder dat zal de
duivel ze toch wel halenWant
dat zeg ik jeik heb er genoeg
van meer dan genoeg!"
die het jaarlijks verbruikt, ont
leent."
Hoe nu ook de samenleving
is ingericht, arbeid blijft de bron
van welvaart. In onze tegenwoor
dige maatschappij hangt de ar
beidstijd niet af van den wille
keur van den ondernemer, maar
het klinkt misschien wat
vreemd van de eischen van
den consument. Hij wil steeds
meer goederen hebben en steeds
betere spu'len. Waren onze be
hoeften in aantal beperkt, dan
zou op een gegeven oogenblik
een maximum arbeidstijd bereikt
zijn en zou men door verbetering
der machines dien tijd geleidelijk
kunnen inkrimpen. De toestand
is evenwel anders. Uitbreiding
van de bevolking en uitermate
snelle toename van behoeften
maken het noodzakelijk den ar
beidstijd op het maximum te
handhaven. Waar dit maximum
ligt, hangt dan af van de hoe
veelheid goederen die voortge
bracht moet worden. En dan doet
het er niet toé wie de voort
brenging leidt, de staat, een ar
beiderscommissie, of een onder
nemer. Elke vermindering van dit
maximum beteekent vermindering
van de snelheid en welvaarts
toename. In de socialistische sa
menleving, zoo zij althans moge
lijk ware, zou men dus moeten
kiezen, óf den arbeidstijd opvoe
ren óf de welvaartstoename tem
peren. Tegen dit laatste zou on
middellijk protest worden aange-
teekend door de consumenten.
Daarom zou de leiding van de
productie gedwongen worden den
arbeidsteit tot het maximum op
te voeren. Dit is gebleken in
Rusland, waar van een handha-
vin'g van het welvaartspeil geen
sprake kan zijn dan nadat voor
vele bedrijven arbeidstijden van
10, 12'en 14 uren werden voor
geschreven. Het is door commu
nistische schrijvers erkend, dat
de voor de gemeenschap wer
kende arbeider zich minder hard
inspant, dan de voor zijn gezin
werkende.
In de theorie van het socialisme
past een langen arbeidstijd, ja
een arbeidstijd langer dan in de
„Maar !n hemelsnaam, vader
Leopard, wat is u dan toch over
komen, dat u vandaag zoo geheel
uit uw humeur bent Hebt u
soms bij uw ambtelijke werk
zaamheden de een of andere
ergernis gehad
,0f ik ergernis gehad heb
ik een deurwaarder Nu, men
kan toch wel zien, dat je nog
een echte leek bent, omdat je
zulk een vraag kunt stellen. Kun
je je voorstellen, hoe het een
eerlijk man te moede is, die bui
ten zijn schuld gehaat en gevreesd
wordt, alsof hij de slechtste en
onbarmhartigste kerel van de
wereld was? Ik heb als onder
officier en later als wachtmeester
bij de dragonders drie oorlogen
meegemaakt en toen heb ik toch
waarachtig heel wat te zien ge
kregen, waarbij je hart haast zou
stilstaan. Maar daar gold de
spreukleer om leer en de eene
vijand staat daar tegenover den
andere I Maar wat ik nu dag in
dag uit moet doen is duizendmaal
erger. Want de menschen, bij
wie ik met mijn aktentasch en
met mijn blauwe zegels in huis
val als de wreede verstoorder
van hun geluk, hebben mij nooit
een stroo breed in den weg ge
legd en het is op mijn woord
een ellendig gevoel, als je zoo
kapitalistische maatschappij, waar
de prikkel van het eigenbelang
ieder dwingt zoo hard mogelijk
te werken en de overheid er
voor zorgt, dat geen onmensche-
lijke lange werktijden voorkomen.
De eisch van medezeggenschap,
thans gesteld door de vakveree
nigingen in de metaalindustrie
en gemotiveerd met het argument
van den arbeidstijd, is ten slotte
niet anders dan een poging tot
wijziging van het productiestel
sel. Wij willen het ditmaal niet
hebben over de vraag, in hoe
verre de maatschappelijke orde
voor wijziging vatbaar is, maar
willen alleen doen uitkomen, dat
voor den duur van den arbeids
dag niet beslissend is de wil
van den een of anderen vakver-
eenigingsleider, of de wil van
een ondernemer.
Gewerkt wordt zoo lang eco
nomisch en ethisch wenschelijk
is. Dit geldt voor elke maat
schappelijke orde, alleen voorde
theoretisch socialistische maat
schappij geldt dan bovendien,
dat de grens van het maximum
hooger wordt gesteld dan in de
vermaledijde kapitalistische maat
schappij En in de socialisti
sche maatschappij met haar streng
doorgevoerde arbeidsplicht is
medezeggenschap uiteraard uitge
sloten. Het was het eerste wat
door Lenin werd afgeschaft,
toen hij de politieke macht
veroverd had en in het indu-
strieele leven een ijzeren disci
pline invoerde.
Ingezonden Mededeeling.
Bij Wiel- en Motorrijden
heeft men vaak veel last
van schrijnen en doorzitten
der huid. Om dit dadelijk
te verzachten en spoedig
te genezen gebruikt men
algemeen
30-60-90 ct. U RÜ L
de deur binnenkomt en alle ge
zichten bleek ziet worden, alsof
je op den voet gevolgd wordt
door een leger van geesten. Als
schrijver op de griffie heb ik van
dat alles niets geweten en ik wou,
dat ze me daar maar gelaten
hadden met mijn klein inkomen
en mijn tevreden hart. Men kan
nu wel gemakkelijk zeggen, dat
de meesten van hen, die ik een
bezoek breng, heelemaal geen
medelijden verdienen, omdat het
liehtzinnige schuldenmakers zijn,
d e zich hun ongeluk zelf bereid
hebben. Maar het is toch heel
wat anders, of men in zijn warme
kamer achter een kop koffie het
exploit in elkaar zet, of dat men
de ellende van aangezicht tot
aangezicht aanschouwt en zijn
plicht moet vervullen, ondanks
smeekbeden en tranen, ondanks
wanhoop, ziekte en nood".
Maar vader Leopard, u wordt
bepaald
„De duivel moge me halen,
maar wat te veel.is, is te veel!"
Ik zou je uit mijn practijk ge
schiedenissen kunnen vertellen
geschiedenissen, die een steen
zouden doen jammeren en ik lieg
niet, als ik zeg, dat ik nog geen
enkel aangenaam uurtje heb mee
gemaakt in deze verwenschte
betrekking. Gouden bergen zou
(Slot.)
Met medewerking der commissie
is in hetzelfde jaar een ontwerp-
duurtewet tot stand gekomen,
waarbij de instelling van een
centralen duurteraad werd ge
projecteerd, welk lichaam uit
gebreide bevoegdheden zou krij
gen. Dit ontwerp-duurtewet
dat in groote lijnen hetzelfde
doel beoogde, als de taak van
de commissie zal zijn, welker
samenstelling de minister over
weegt werd door de Tweede
Kamer verworpen.
Welke reden mag er dan zijn
om te veronderstellen dat de nood
zakelijkheid van prijzencontróle
thans wel opeens wordt gevoeld?
Al zou de noodzakelijkheid
van een dergelijk onderzoek wor
den ingezien, wat ten slotte nog
denkbaar is, en al zou men ook
de noodzakelijkheid inzien om in
te grijpen in de prijsvorming van
levensmiddelen, dan nog gelooven
wij, dat het onmogelijk zal zijn
op afdoende wijze het bepalen
der prijzen te forceeren.
Men moet toch niet vergeten,
dat de vrije concurrentie zorg
draagt, dat de winstmarge niet
een onredelijke hoogte bereikt.
Zoo gauw als de of andere
categorie middenstanders er in
zou slagen den verkoopprijs aan
merkelijk te brengen boven het
niveau van den inkoopsprijs plus
kosten, zou de concurrentie, hetzij
nieuwe, er wel voor zorgen, dat
eerstgenoemd prijsniveau omlaag
gedrukt zou worden.
De toestand zou anders zijn,
indien door prijsafspraken e. a.
de vrije concurrentie geheel en
al uitgeschakeld zou zijn, maar
mag dit ook het geval zijn bij
tal van andere bedrijfstakken, bij
den middenstand behooren der
gelijke p'ractijken nog tot de
uitzonderingen.
Dat trouwens de winsten van
den middenstand niet buitensporig
zijn en dus de oorzaak van de
verduurdering van het leven niet
het mij opleveren; Want eerdat
ik bij een arme vrouw het laatste
ellendige stuk weghaal, eer
enfin, ik wil er verder niet over
praten, want ik heb van de
vrouwen hier in huis al genoeg
verwijten daarover moeten hoo-
ren Maar ik zeg nogmaalsIk
heb er genoeg van en ik houd 't
niet lang meer uit, als ik zelf
niet tot den bedelstaf wil komen
door dit zoogenaamde winstge
vend bedrijf".
„Ja, dan moet u wel van de
nood een deugd maken".
„Vandaag is me weer zoo'n
zaak overkomeu uitzetting
wegens achterstallige huur; de
huiseigenaar is een van de aller
ergste, inwendig en uitwendigzoo
taai als leer en daarbij een piep
jong ventje. Achter op een bin-
nen-plaats op de vierde verdie
ping huisden de arme bewoners.
Een steendrukker, die door zijn
werk een borstkwaal heeft op-
geloopen en die nauwelijks nog
kan kruipen. Daarbij een teer,
zwak vrouwtje en vijf levendige
kinderen 1 Als ze op straat gezet
worden, gaan ze allemaal onher
roepelijk te gronde.
(Wordt vervolgd.)