ALGEMEEN NIEUWS
EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN
Na-zorg.
Geen Geweten.
De spaarpot voorheen
en thans.
BRESKENSCHE COURANT
VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN
Abonnementsprijs per drie maanden 1.25
franco per post f 1,40
Advertentleprijs van 1 5 regels 75 cent
Elke regel meer 15 cent Ingez. Meded. 30 ct. p. regel.
Drukker-Uitgever
E. BOOM—BLIEK
TNo.f°2°iD B R E S JK E N S p°7»Wro
Abonnements-Advertenties zeer billijk tarief.
Advertenties worden aangenomen tot uiterlijk
Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur
34e Jaargang
Woensdag 8 Juli 1925 Nummer 3043
Onze filantropische zorgen en
werkzaamheden hebben zich den
laatsten tijd ongetwijfeld enorm
uitgebreid. We hebben meer oog
en doen voor allee wat,
zwak en hulpbehoevend ie. We
hebben krankzinnigengestichten,
ziekenhuizen, hospitalen, allerlei
eneeskundige inrichtingen voor
esmettelijke ziekten en andere
verbeterhuizen, opvoedingsge
stichten, scholen voor blinden,
dooven, zwakzinnigen en achter
lijken. Maar we begaan bij dat
alles over 't algemeen één groote
fout. Wij hebben te weinig oog
voor de grensgevallen. We we
ten en zien wel, wie sterk uit
gesproken krankzinnig, ziek,
zwak, geestelijk of lichamelijk
hu'pbehoevend ii. Maar we ver
geten, dat alles in de natuur in
elkaar overgaat en dat het uiterst
moeilijk is de grens te trekken.
En dit maakt ons veelal wreed
en hard zonder dat we het zelf
willen of weten voor hen, die
ongeveer op die grens staan en
die^ we als volkomen normaal
en flink en krachtig behandelen,
zonder dat ze het zijn, voor wie
we geen bijzondere zorg en
voorzichtigheid over hebben,
maar van wie we het volle pond
eischen als van volkomen nor
male, flinke menschen, zonder
dat ze het kunnen geven en die
we daarom veroordeelen tot een
harden en moeilijken strijd,
waarin ze zoo goed als zeker
moeten ondergaan.
Het zal natuurlijk altijd moei
lijk blijven deze menschen te
hulp te komen, omdat het zoo
uiterst moeilijk is vast te stellen,
wanneer en in hoever die hulp
noodig is. Men moet wel uitgaan
van de gedachte, dat de mensch
zooveel mogelijk zichzelf moet
redden en hulp, die men aan
zwakken en zieken geeft, uit
zondering moet blijven. Maar
een poging tot beter begrijpen,
een indenken en inleven in den
toestand van anderen, waardoor
we ook langzamerhand tot betere
ysBHsXaSTexi.
2.
„Het heeft mij in 't geheel
niet gehinderd", verzekerde hij
ernstig, want het was heel mooi.
Stellig is het een groot meester
geweest, die dit stuk gecompo
neerd heeft.
tO ja velen beschouwen
hem tenminste als zoodanig.
Hij heette Chopin en zijn
naam is u misschien niet geheel
onbekend".
Düringhoffen schudde 't hoofd.
Ik herinner mij niet, hem al eens
gehoord te hebbenmaar ik
gevoel, dat slechts een geniaal
mensch zoo iets schoons en
hartroerends kan scheppen. Ik
dank eenige genotvolle oogen-
blikken aan uw prachtig spel,
juffrouw I"
Juist om lat het dezen merk
waardven vreemdeling er ab-
sjluut ni -t os te doen was haar
te vleien, voelde de dochter van
d n p ofessor bij zijn laatste
woorden toch zoo iets als een
lichte verleg rnheid. Maar zij
schaamde zich daarover toch
weer direct, toen zij haar
blik nog eens over den nieu
we r bewonderaar liet gaan,
zorg voor zieken en zwakken
en krankzinnigen gekomen zijn
en een dieper medegevoel met
alles wat lijdt, kan ons toch vaak
een heel eind op weg helpen.
En gelukkig maakt de mensch-
heid ook in die richting vorde
ringen.
In een opzicht kan trouwens
uitbreiding van deze zorg tot
over de grenzen, die wij gewoon
zijn te trekken, niet moeilijk zijn.
De vraag, wie zwak en ziek is
en onze hulp behoeft, blijft al
tijd moeilijk te beslissen. Maar
ten opzichte van hen, die we
als ziek of zwak verzorgd heb
ben, bestaat toch zekerheid. Het
gaat hier feitelijk ook om grens
gevallen, immers om menschen,
gezond en flink genoeg om uit
de inrichting, die ze opnam,
ontslagen te worden, maar nug
niet sterk genoeg om het harde
leven weer in te gaan. En voor
deze menschen is men hier en
daar en ook in ons land tot na
zorg after cure gekomen.
Er zijn er zoovelen, voor wien
het heengaan uit rusthuis, her
stellingsoord, ziekenhuis een
nieuwe en vaak rog moeilijker
strijd beteekent, waarin alles
weer verloren gaat, wat ze in
de weken of maanden van rust
en verzorging gewonnen hebben.
Zij zijn hersteld, maar lang nog
niet op krachten. Zij zullen hun
werk nog niet dadelijk kunnen
hervatten, in weken en maanden
wellicht niet ten volle kunnen
doen. Ze moesten eigenlijk nog
eens een pooi in de weide loo-
pen, eens lekker niets doen bij
goede verzorging. Ze komen in
hun armoede of zorgen terug
en pakken maar aan, zoo goed
en kwaad als het gaat, maai
ten koste van hun herstel. Tu-
berculose-patienten brengen een
rusttijd van een halfjaar in sa
natorium of ligtent door. Lang
zamerhand krijgen ze vrij eens
een halfuurtje te wandelen.
Maar tot het laatst toe brengen
zij den meesten tijd met ruiten
door. Gaat het goed, dan groeien
ze daarbij als kool. Maar zoo
dra ze thuis teruggekeerd zijn,
valt het werken hun zwaar, voe
die zoo grappig onhandig voor
haar stond en die zulke groote
roode handen had. Nog leven
diger dan te voren werd in haar
het verlangen, een beetje den
spot met hem te drijven.
„Dat is meer waardeering,
dan ik verdiend heb, mijnheer",
hernam zij, zijn ernstige manier
van spreken nabootsende. U
hebt dezelfde compositie stellig
reeds op veel concerten oneindig
veel beter hooren spelen.
Hij moest wel niets van haar
ondeugende bedoeling begrijpen,
want hij antwoordde rustig 1
Neen, ik ben voor zoover ik mrj
kan herinneren nog nooit naar
een concert geweest.
„Wat? Naar geen enkel con
cert Is dat mogelijk Dan
woonde u zeker tot nu toe steeds
op het platteland
„O neen, ik woon al reeds
geruimen tijd in groote steden.
Maar desondanks is het de waar
heid, zooals ik zei. Ook wanneer
ik in de gelegenheid gesteld
zou zijn een concert bij te wonen,
had ik toch geen tijd zulke op
voeringen bij te wonen".
„Hoe zonderling I Mag ik mis
schien vragen wat u eigenlijk is?"
„Chémiker, juffrouw 1 Ik ben
gedurende mijn studiejaren een
leerling van uw vader geweest
len ze zich gauw moe, maken
zich ongeruit, dat de zi-kte nog
niet geweken is.
Het is niet telleen voor hen,
dat de overgang van een rust
kuur naar het werkzame leven
zoo moeilijk is. jPatienten welke
dan oflk, zijn altijd een beetje
aan verwende en vertroetelde
kinderen gelijk geworden. Zij
hebben ook geleerd, dat er veel
notitie van hen genomen wordt
en doen dit zeker zelf. De weeg
schaal, de thermometer, het on
derzoek van den dokter nemen
een groote plaats in hun leven
in. Dan moeten ze weer als ge
wone, gezonde menschen wer
ken, terwijl zij het werken afge
leerd hebben. Laat een volkomen
gezond mensch eens een half
jaar lang in bed en op een rust
stoel met nu en dan een kleine
wandeling doorbrengen, dan zal
het werken hem daarna eerst
ook heel ongewoon en bezwaar
lijk zijn. Maar ook de terugkeer
in de samenleving met zijn hard
heden en weinig zorg voor
zwakkeren valt menigeen hard,
zoowel de geestelijk als de
lichamelijk zwakken en zieken.
En voor al dezen moet een over
gang uit het ziekenhuis of her
stellingsoord naar h-t gewone
leven nuttig en noodig zijn. Men
zet daarom in de sanatoria
tegenwoordig de herstellende pa
tienten tegen hun vertrek wel
aan lichte werkzaamheden. Ar
beid werkt de genezing in de
hand en maakt den overgang
naar het gewone leven makke
lijker. Maar daarnaast is men in
Engeland begonnen met een bij-
zonderen nazorg, waar men io
bijzondere werkplaatsen oud pa-
tienten lichten arbeid laat ver
richten. Op Engelsch voorbeeld
is men er ook in ons land mee
begonnen. In Deventer wordt
een proef genomen met deze
nazorgwerkplaats, waar men in
de meest gezonde omgeving de
herstellende meest gescjtikten ar
beid kan laten verrichten. De
Engelsche oorsprong heeft ons
ook den Engelschen naam doen
overnemen en doen-spreken van
after-cure. Ze wordt in ons land
en ik werk thans als assistent in
zijn labaratorium".
Zij was klaatblijkelijk op ieder
antwoord eerder voorbereid ge
weest, dan op dit, dat haar
verried, dat zij met een weten
schappelijk onderlegd man sprak
en zij deed geen moeite haar
verbazing te verbergen.
„Maar hoe is het toch denk
baar, dat u in staat bent een
leven te leiden zonder eenig
kunstgenot te smaken Met het
doen van analyses en onder
zoekingen kan men toch niet
zijn geheele bestaan vullen".
Over Düringhoffens mager
gelaat gleed een glimlach en
de professoridochter ontdekte
met nieuwe verwondering, dat
hij er op dit oogenblik zelfs
heel cha.mant uitzag.
„Misschien toch wel, juffrouw I
Het komt er nu niet direct op
aan, wat men doet, maar dat
men het met hart en ziel doet
en dat men niet iets nutteloos
verricht. De eene bezigheid heeft
evengoed reden van bestaan als
de andere".
De jonge dame schudde eenige-
zins ongeduldig het hoofd. Och,
zoo bedoel ik het niet, Dat men
een of ander bepaald beroep
moet hebben, spreekt vanzelf en
dat ik een wetenschap, die mijn
nog niet algemeen en systema
tisch toegepast. Maar ongetwij
feld zal het daar steeds meer
toe komen en zal men voor alle
patiënten de gelegenheid ope
nen om over deze brug gemak
kelijker weer in het gewone le
ven terug te keeren. Misschien
dat men dan deze zorg nog wat
verder kan uitbreiden en deze
nazorg werkplaatsen tevens ge-
schikt maken voor hen, die niet
de oppassing van ziekenhuis of
herstellingsoord behoeven, maar
voor wie een tijdelijke steun in
het voor hen te zware leven
zoo uiterst nuttig zou kunnen
zijn.
Ingezonden Mededeeling.
MIJNHARDT's
Staaj-Tabletten 90et
Maag-Tabletten 7Ses
Zenuw-Tabletten 755
Laxeer-Tabletten 605
Hoofdpijn-Tabletten 60ct
Bij Apoth. en Drogisten.
Slot.
De „General Motors Corpo
ration" te Detroit (Michigan)
voerde een stelsel in, dat ten
doel heeft het sparen van haar
werkuemers (hoofd- en hand
arbeiders) te bevorderen.
Elke werknemer met minstens
drie maanden dienst kan jaar
lijks in de spaarbank der werk
nemers een bedrag storten, ge
lijk aan hoogstens 10 pCt. van
zijn salaris. De maatschappij
heeft daarnaast een speciaal
fonds ingesteld, waarin zij elk
jaar een bedrag stort, gelijk aan
de helft der jaarlijksche inlagen
der spaarkas. Dit bedrag komt
ten goede aan de werknemers,
naar verhouding van de som,
die elk hunner in de spaarkas
gestort heeftover vijf opeen
volgende jaren verdeeld, wordt
het dan namelijk in vijf ge
lijke deelen op zijn individueel
vader beroemd heeft gemaakt,
niet gering schat, zult u zich
toch wel kunnen voorstellen.
Maar ik begrijp niet dat men
alleen in zulk een eentonigen
arbeid ten volle bevrediging kan
vinden. Men moet niet 't minste
gevoel voor het groote enmooie
bezitten, wanneer men in staat
is, zoo van alles afstand te doen,
dat anderen tot geestdrift stemt
en genoegen verschaft".
zoudt stellig gelijk hebben,
juffrouw", antwoordde hij rustig,
indien datgene, wat u het groote
en mooie noemt, zich voor ons
nergens anders openbaarde dan
in de kunst. Maar men kan
bezieling en loutering ook op
ander gebied zoeken, zonder
daarom zulk een strenge afkeu
ring te verdienen. Een bestaan,
waaraan een doel en een doel
bewust streven ontbreken, zou
toch al heel beklagenswaardig
zijn. Een doch daar is de
professor 1".
„Goeden morgen, beste Dü
ringhoffen 1 Neem me maar niet
kwalijk, dat ik je zoo lang heb
laten wachten. Maar misschien
was je met deze plaatsvervan
ging nog niet zoo heel ontevre
den, want je zult met mijn doch
ter toch wel een onderhoudend
tegoed bijgeschreven. Zoowel
over de inlagen der werknemers
als door de maatschappij gestorte
bedragen, betaalt de laatste
jaarlijks 6 pCt. rente.
Gedurende de vijf jaarlijksche
periode kan elke werknemer ten
allen tijde beschikken over het
geen hij gestort heeft, alsmede
over het extra bedrag, dat reeds
op zijn individueel tegoed is
overgeschreven, als vermeerderd
met 6 pCt. rente. Hij derft dan
echter de rest van de extra som,
die anders op zijn individueel
tegoed zou worden geboekt.
Het daardoor overschietende
bedrag wordt aan het einde der
vijf jaren verdeeld onder de
werknemers, die geen tusschen-
tijdsche terugbeta'ing hebben
verlangd en er tevens in toe
stemmen om h-t geheele hen
toekomende bedrag te ontvan
gen, niet in contanten, doch in
den vorm van aandeelen der
maatschappij.
Daar dit stelsel in 1919 werd
ingevoerd, werd onlangs het
totaal van de in 1919 gedane
inlagen met de daarbij komende
verhoogingen uitgekeerd. I)e
totale som, welke verdeeld moest
worden, bedroeg 2.400.000 dol
lars, met inbegrip van rente, de
te verdeelen aandeelen, geno
teerd volgens de koerswaarde
en 760.000 döllats aan oor
spronkelijk door de werknemers
gestorte spaargelden. Waar de
gemiddelde inlage per werk
nemer io 1919 97.60 dollar had
bedragen, beliep thans het ge
middelde uitbetaalde bedrag
282.70 dollar. De eerste uit-
keering leverde dus voor de
betrokkenen een voordeel op van
bijna 200 pCt., terwijl door de
maatschappij bij de invoering
van het stelsel slechts een voor
deel van 20 j^Ct. jaarlijks ge
durende een periode van vijf
jaar, dit is 100 pCt.,gegarandeerd
was.
Door 55 pCt. van de 28.000
werknemers, in dienst der maat
schappij in 38 steden van de
Vereenigde Staten en Canada,
is thans een gedeelte van hun
spaargelden bij de spaarkas der
gesprek gevoerd hebben niet
waar
Zijn servet nog in de linker
hand houJend, stond professor
Wallroth in de deuropening
een flink gebouwde, statige vijf
tiger, die ondanks de talrijke
grijze draden in zijn vol, dicht
hoofdhaar en zijn golvenden
baard stellig nog een knappe
man genoemd kon worden.
De goede stemming, waarin
een gezond mensch door een
smakelijken maaltijd pleegt te
geraken, spiegelde zich op zijn
opgewekt gelaat en klonk uit
zijn joviale begroeting.
In plaats van den assistent
echter was het professors doch
ter, die hem op zijn laatste vraag
antwoord gaf.
„Zeker, vadertje, wij hebben
ons voortreffelijk beziggehouden
en wat mij betreft ben ik zelfs
eenige goede lessen rijker ge
worden. Maar ik wil u niet
langer storen. Goede morgen,
mijne heeren 1"
„Kaboutertje lachte de pro
fessor, terwijl hij zijn wegsnel
lende dochter vasthield, om haar
met een teederheid, die waar
schijnlijk ook haar oorsprong
vond in zijn goede luim als ge
volg van het heerlijke ontbijt,
opoeide wangen te kussen.
(Wardt vervolgd,)