ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN DE SALEIS1M VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN E. BOOM—BLIEK BRESKENS 34e Jaargang Woensdag 28 Januari 1925 Nummer 2999 DE BALANS. Ingezonden Mededeeling. Zijn Uw handen en lippen De ontwrichting onzer Maatschappij. SKENSCHE Abonnementsprys per drie maanden f 1.25 franco per po»t f 1,40 Advertentieprijs van 1 5 regels 75 cent Elke regel meer 15 cent. Ingez. Meded. 30 ct. p. regel. Telefoon No. 21 Drukker-Uitgever Postgiro 17704 Abonnements-Advertenties zeer billijk tarief. Advertenties worden aangenomen tot u 11 e r I ij k Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur Ziet, het oude is voorbijge gaan en het is alles nieuw ge worden. Dat gelooven we zoo graag. Want voor de meesten van ons is er in het verleden te veel, dat ons hindert, ons ont stemt, ons tot zelfbeschuldiging en zelfverwijt brengt, ons pijn do;t en zorgen maakt. Maar het is alleen mogelijk, wanneer wij dat oude maar niet als waarde loos hebben weggeworpen, maar ermee hebben afgerekend. In volstrekten zin is het natuurlijk nooit mogelijk. Het oude gaat nooit gebeel voorbij. En een totale vernieuwing is onbestaan baar. We bouwen voort op het velleden, waar wij bouwen aan ons leven en aan ons zeiven. Maar daarom bouwen wij toch anders en kunnen iets anders bouwen, zoo we dat verleden begrepen. Zoo wordt het leven een voortdurende vernieuwing. En wanneer een jaar is voorbij gegaan en we in een nieuw jaar als 't ware een nieuwe toekomst tegentreden, dan kunnen we zeggen, dat 't oude is voorbijge gaan en alles is nieuw geworden, zoo we de rekening hebben op- gem rakt van het oude en de nieuwe plannen voor de toekomt vastgesteld. De rekening van het oude 1 In iedere zaak worden aan het einde van het jaar de boeken gesloten en wordt de balans op gemaakt. Wij moeten dat ook doen, ieder van ons en allen ge zamenlijk. Wij moeten weten, wat we aan het oude jaar ge had hebben en hoe we er nu eigenlijk voorstaao, niet alleen wij, als individuen, maar ook als gemeenschap. En wanneer we dat trachten te weten te komen en, gereed voor den arbeid van het nieuwe jaar, nog eens ach ter ons zien over 1924, dan kan het niet anders, of we moeten ons na den langen tijd van zorg en moeite, die we sinds den oorlog doormaakten, wat bemoe digd voelen. Het is nog niet goed, maar het is beter. En dat zegt veel. De internationale ver- 42. Ik zal je dragen, als het noo- dig is. En de haaien zei Jacques. Heb je er aan gedacht, dat die op deze kust wemelen. Zij zijn de beste bewakers van het eiland en het bestuur weet dit zeer goed. Wij zullen de haaien trotsee- ren. Wij hebben vijfhonderd meter te zwemmen, misschien minder. Wij zullen trouwens gewapend zijn. En de stoomiloep is in een oogenblik bij ons. Weinul Tot morgen dan. Ver trek. Laten wij scheiden, om geen argwaan te wekken. Zij omarmden elkaar hart dijk. Op den drempel sprak Tra- gomer met den bewaker i Hij is een beetje gek, maar ik feloof evenals u, dat hij geen waad doet. Een kind, milord. Waar woont hij Ik zal u de plaats laten zien. Naast den aalmoezenier. In een gebouw, dat tot bewaarplaats van het touwwerk dient. Hij kan daar praten met den aalmoeze- houdingen zijn verbeterd en nieuwe mogelijkheden van her stel geschapen, 't Is, of we be zig zijn uit de diepte der ma laise tegen den wal op te klau teren. Maar dat gaat nog moeilijk en af en toe glijden we nog wel eens een eindje terug. De heer Heldring, van de Am- sterdamsche Kamer van Koop handel, die gewoon is, ieder nieuw jaar in een uitvoerige re de het afgesloten jaar te over zien, heeft er terecht op gewe zen, dat, vergeleken met vorige jaren, in het oeconomiich leven, en in ons Nederlandsch oecono- m'sch leven in 't bijzonder, een belangrijke verbetering en ople ving merkbaar was. Voor wat ons betrett, en gedeeltelijk ook voor de rest der wereld, is die verbetering vooral te danken aan de langzame herleving van Duitschland, welks koopkracht zich opnieuw ontplooid heeft, zoodat onze uitvoer naar Duitsch land is toegenomen, De toestand in onze nijverheid is vooruit gaande, al is hij soms, zoo o.a. in de metaalnijverheid, nog moei lijk. Met de scheepvaart daar entegen is het nog slecht ge steld. Maar er was over 't alge meen meer werkgelegenheid. En de verbetering van den algemee- liCU IUC8ia»U T/llJSV", UV/n. werkeloosheidscijfers. De toe stand van onze schatkist is aan merkelijk verbeterd en de gul den vrijwel veilig geworden. Maar een nadeel is, dat deze finantieele verbetering hoofdza kelijk verkregen is door ver meerdering der lasten. Het te kort bij de sporen slonk van 23 millioen in 1923 tot 4 millioen in 1924. En bij de posterijen zal men dit jaar waarschijnlijk en kele millioenen winst maken, zoodat verlaging van de abnor maal hooge tarieven wellicht mogelijk kan worden. Tegenover deze gunstige ver schijnselen staat echter een niet voorbij te zien feit, dat bewijst, hoe de verbetering in den oeco- nomischen toestand toch nog maar een halve winst brengt en we het moeras nog allesbehalve nier. Hier is het huis. Trago- mer hield stil. Goed 1 ik zal het morgen be zoeken, want ik kom terug om den dokter en den notaris te zien. Laat ons nu naar Noumea terug keeren1 Zij waren aan de kade geko men, waar in de boot, de roeiers op de banken lagen te slapen, in de zon, gewiegd door de golven, die tegen de treden van de trap aaoklotsten. Maar toen de be waker een fluitje aan den mond bracht, richtten de galeiboeven zich op, met wilde oogen en bleek gelaat. Stap maar in, milord. Het bootje kliefde de golven der baai en een uur later betrad Tragomer de trap van het jacht. Marenval, onkenbaar in zijn wit flanellen costuum, een marine pet met goudgalon op 't hoofd, snelde zijn vriend tegemoet en voerde hem mede onder een linnen tentdak, dat het dek be schutte tegen de zonnestralen. Welnu 1 Hebt ge hem gezien Ik kom bij hem vandaan. Maar ik moest hem haast bedreigen om hem tot vertrek te doen besluiten. Geen wilskracht bij hem hij was onder den invloed van ik weet niet welke fatalistische gelaten heid. De strijd schrok hem af. uit zijn. De cijfers van den in dex, de lijst der prijzen van de levensbenoodigheden, zijn nog lang niet mooi en schijnen wel de profeten eener duurzame duurte gelijk te zullen geven. Het zijn cijfers, die den Engel- schen groothandel gelden, maar ook voor ons land vrijwel op gaan. We nemen daar van dan het totaalcijfer, dat dus de kos ten van het leven aanduidt. Im mers graan en vleesch, thee, sui ker en andere voedingsmiddelen, weef- en delfstoffen, rubber, hout en petroleum behooren voor de meesten tot de levensbenoodigd- heden. Men stelt nu het totaalcijfer der levenskosten voor de periode 1901 19J5 op 100. Reeds voor den oorlog treedt een kleine stijging in, totdat in Maart 1920 't topcijfer 379,6 bereikt wordt. Dan treedt een geleidelijke da ling in tot Augustus 1922, wan neer het indexcijfer 190.4 is. Maar daarna neemt met enkele schommelingen de duurte weer toe. En December 1924 eindigt met 220,7, dat is met het peil van September 1921. Het dalen der loonen en de toename van den belastingdruk maakt deze stij ging nog bedenkelijker, want fej'Si'jfe.Akaab-jye -er. daatdqcv 1921. De oorzaken hiervan zijn van verschillenden aard. Zoo houdt de trustvorming de daling der prijzen ernstig tegen, b.v. ten opzichte van ijzer, kali, petro leum enz. Ook de hoogere in voerrechten oefenen invloed en daarnaast de daling der loonen, die de koopkracht doet afnemen en door kleineren omzet de duurte bestendigt. En we zullen goed doen er rekening mee te houden, dat deze oorzaken voor- loopig nog wel zullen blijven voortwerken. Al is dus 1924 in veel op zichten geen slecht jaar geweest en lijkt het wel eens, ot er een keer ten goede gekomen is, het overzicht over dit jaar geeft nog slechtsgedeeltelijke bemoediging. En zoo we al, voor een nieuw Ik moest hem het verraad van Sorège onthullen om hem aan hem zelf terug te geven. Maar toen sprong hij op van woede en huilde van wanhoop. Toen had ik hem te pakken I Wat hebt ge besloten Het eenvoudige plan zal het beste zijn. Ik breng hem mor gen een kiel, een pet en een matrozenbroek. Ik blijf 's avonds onder voorwendsel van 't binnen land te bezoeken, en ik help Jacques een punt van de kust bereiken, waar wij in de rots holten den nacht kunnen afwach ten. Dan komt gij met de stoom- sloep langs het eiland kruisen en nadert zoo dicht mogelijk zoodra het donker wordt. Wij werpen ons in zee en bereiken de boot. In eenige oogenblikken zal alles beslist zijn onze redding of ons verderf. En het schip Het schip zal morgen zijn papieren vragen en zich om 7 uur 's avonds in beweging stellen. Maar wij moeten gereed zijn 't maximum van snelheid te berei ken. Want wij kunnen worden vervolgd. Niets te vreezen, ons jacht loopt goed. En wij hebben kanon nen om ons te verdedigen. De kapitein is een Engelschman, Zijn jaar en een nieuwe toekomst staande, den moed voelen stij gen, het zal goed zijn er ons rekenschap van te geven, dat nog veel moeilijkheden over wonnen moeten worden, voor we werkelijk met 'n blijmoedige hoop en een nieuwen glimlach onze balans zullen kunnen afsluiten. pijnlijk, schraal of gesprongen door de koude gebruik dan de heerlijk verzachtende en snel genezende Purol. In doozen van 30, 60 en 90 ets. Bij apothekers en drogisten. Wie zoekt er niet naar de schuld daarvan en wie meent niet voor zichzelf een oplossing gevonden te hebben Zij, die 't denken een toer vinden en er liefst niet te veel aan doen, zeggen: „deOorlog". Anderen geven de rooden, anderen de communisten de schuld, zoo vangt Ellen Forest een -1 Groene Amsterdammer" aan. Ik voor mij, zoo vervolgt ze dan, ik geloof dat 't veel een voudiger is. De schuld der wereldontwrichting (voor mij) zijn wij vrouwen en onze ijdel- heid. De vrouw heeft haar plaats in huis verlaten, niet, dat weten we nu wel zoowat, omdat de sfeer waar ze nu heerscht in fabrieken en kantoren, prettiger is dan die in een huishouden. Evenmin omdat haar ziel zich in haar nieuwe omgeving beter ontplooien kan, In 't lawaai van een fabriek, bij getik van type writers of telefoongedoe, is geen fijne gedachte op haar plaats. Evenmin is de beweging gezon der. De vrouw in een huishouden doet heel den dag gymnastiek, ze bukt, ze rekt zich, ze loopt, ze buigt knieën en rug. De vrouw bemanning is aan tucht gewend, hij zal de gegeven orders uit voeren. Marenval zuchtte. Hij had de moeilijkheden, het gevaar voor zien. Het oogenblik om ze te trotseeren was gekomen. Hij was vastbesloten als een dappere. Tot nu toe is alles gelukt, zeide hij. Ons jacht kan zonder te vertragen twaalf uur lang achttien knoopen in het uur loopen. Reken op mij, dat alles naar wensch fa. Ik zal de brug niet verlaten. In als ik alles moet wagen om je te helpen, zal ik het doen 1 De avond viel. In den door- schijnenden nevel, die zich uit strekte over de zee, gingen de lichten van het eiland Nou op. Op die kalme reede, te midden van het plotseling ingevallen duister, het tafereel van het bagno, die stad van misdaad en schande, waaruit een kreet van haat en wraak opsteeg in de avondlucht, onder den hel deren, met sterren bezaaiden hemel 1 Te midden van die kalmte der natuur, vloekten menschen, ware verdoemden, 't leven, dat zich voor hen voort sleepte in lijden en ellende, zon der hoop. De bewaker, die Tragomer in een tabriek of op een kantoor gebruikt maar eenige, en steeds dezelfde spieren. Haar zenuwen lijden meer dan dragelijk is, haar lichaam, na eenige geslachten, zal slechts moeizaam kinderen ter wereld brengen. Toch ontvluchten steeds meer meisjes den staat van dienst bode, hulp in 't huishouden, huishoudster, nurse en zelfs naai ster, Dat de dag zal komen, dat ze vrouw en moeder zullen zijn, weten ze wel, maar ze trek ken er zich niets van aan. Wie dan leeft, wie dan zorgt. Met een tekort gedaan lichaam en verslapte zenuwen, zonder eenig begrip van huishouden trouwen, vinden ze gewoon. Als ze tot aan dien trouwdag maar 's avonds haar vrijheid hebben. Niet om haar uitzet te verzorgen, dat komt wel uit fabrieken, waar andere meisjes net zoo doen als zij. Niet om zich te ont wikkelen (of 't moest zijn met 't oog op meer salaris) maar om in stofiige dancings of cinema's nieuwe prikkeling te zoeken voor haar zenuwen, die de stilte niet meer verdragen kunnen. De mannen zijn even onwijs als zij, eischen niets dan wat schijn, een soepel lijntje, liefst den kous en hooge hak. En ook hij denkt niet aan later. Als 't moet, blijven ze samen op kan toor, elk op 't zijne, of samen op een fabriek, dan verdienen ze veel en kunnen veel uit. Want uitgaan en „genieten1 is de groote préoccupatie van dit ge slacht. En dat genieten moet dan steeds zenuwprikkelend zijn. 't Is geen wonder, dat de goede theaters moeilijke tijden beleven, dat concerteerende kunstenaars voor een schijntje moeten wer ken, dat goede boeken bijna geen afzet hebben. Dat alles eischt te veel tijd en aandacht en vooral te veel verdieping. Een cinema geeft drie drama's op één avond, dat is je ware, een café chantant is bijna even heerlijk. had begeleid, wees op de touw- slagerij en zei Milord, hier is de woning. Christian wendde zich tot een matroos, die hem volgde en zei in 't Engelsch tot hem Kom met mij mee naar binnen, Dougall. De man, die op zijn schouder een houten kistje droeg, bracht de hand aan zijn muts en wilde doorgaan, toen de schildwacht hem tegenhield en zei Je kist moet buitenblijven. Niets mag zonder vergunning in de gebouwen worden gebracht. Hier is de vergunning, zei de bewaker terwijl hij een papier uit zijn zak haalde. De zeeman, Tragomer volgend, trad de loods binnen, waar, op den grond, den rug naar den muur, hun keten aan den gordel bevestigd, galeiboeven grof ge teerd touwwerk zaten uit te halen. De hoofden werden nieuws gierig opgeheven, de handen, die pijn deden van het ruwe weik, hielden stil. Een dof gemor steeg op uit dit menschelijk vee. Maar toen zij den bewaker za gen, die de deur sloot, heerschte er weer een bange stilte. (Wordt vervolgd,)

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1925 | | pagina 1