PU ROL 30c ALEEf. EEK NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN Oud en Nieuw. DE wmw. Wekelijkscb Overzicht. ENSCHE COURANT VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN AOOiinementsprjjs per drie maanden f 1.25 franco per post f 1,40 AJvertentieprijs var 1 5 regels 75 cent Eke regel meer 15 cent. hgez. Meded. 30 ct. p. regel. Drukker-Uitgever E. BOOM—BLIEK ™oe,<*>,D BRESKENS Abonnements-Advertenties zeer billijk tarief. Advertenties worden aangenomen tot uiterlijk Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur - 34e Jaargang Donderdag 1 Januari 1925 Nummer 2992 Hit zich rekenschap gevet (ai eigen daden en eigen lever en val de werking der alge meens Levensomstandigheden, die op het eigen leven invloed heb-' ben geoifend, van het verleden dus en de krachten, die dat ver leden bepaalden, is wel eender eerste symptomen van, maar ook een der eerste voorwaarden voor bewustwording. Het is wa! de memch van het dier onder scheidt en wat men dm zelfs bi; de primitiefste volken zal waar nemen. Niet alleen de 20ste eeuwsche blanke, maar ook de neger uit Afrika's binnenlander sal soms den vaak nauwelijkfl begrepen drang voelen eer oogenblik stil te staan en terug te zien over den weg, dien hi in het leven ging. Bij den ne ger moge die terugblik niet zot ver gaan en zeker zich niet ove zoo onbeperkte levensgebieder uitstrekken, beelden zelfs uit zijl verre kindschheid zullen ziel toch aan hem soms opdringe evenals aan ons, al zal hij we licht niet in staat zijn daaraa de gedachten te verbinden, di zich in ons verdringen en vei van wat wij bewust beleven e ons bewust herinneren, zal oo voor hem vage vorm herkrijge ziin denkleven beïnvloedei hij, evenals wi ekomen, onwillt verleden van ai leven, ook voc de consequentie p die toekomst e het erg^- romstig leven, haa invloed zullen doen gelden. Hie als daar, bij hem en bij ons za eenzelfde menschelijke behoeft zich oper.oarep, die aan onzi mensche'Ok'le'ci> immers aan dr bewusn'mid, waarmee we in te- ge[u:elling met de dieren leven, p.afscheidenlijk is verbonden. En het is deze behoefte, dit zich onwillekairig heftig ei sterker aan ons opdringt, war neer we staan ip een uitsteken! punt in den groten levensweg op een scheidslii, op een over- 35. Het meisje, stalTragorrer de hand toe en met ale gratij, die haar mogelijk was, zeide zij Ik heb me door mijn gevoel laten meesleepsn. U vergeeft het mij toch wel hoop ik. Zeer gaarne, zeide Breton. Dan heelt niets wet van avond hier gedaan of gezegd zal worden, belsng meer voor Ik ta heen. .""j^te haar vader, en gevolgd door fcjorègq verwijder- Toen I ragorter bj Merenval Wt; tf^8£ekeerd, sprak hij gevonden enMieJn f)ondgen.oot niet onverschö" *f*yey kan onze pogingen leubllve" voor Fréneuse En al. vST-'6 Va" 1 vt» "wvoeanHicrbpV,1 660 naar eloo; jk uw haai ren. oofde dat gij len hebt gang, wanneer we uit een om geving, een levenssfeer, een wo ning, een woonplaats, een jaar, in een ander, een nieuw over stappen. Het is eigenlijk maar een wil lek -urigi scheiding, die we ma ken, als we spreken van een oud en een nieuw jaar. Het zijn de groote levensgebeurtenissen, die de werkelijke onderscheidin gen maken, die ons leven en ons wezen ook vaak als 't ware omkeeren. Maar juist daarom zijn zij het wellicht niet in de eer9te plaats, die ons tot stilstaan en nadenken brengen. Haar in werking beneemt ons maar al te veel de rust en de evenwich tigheid, die we noodig hebben om ons rekenschap te geven. Ze kunnen als bliksemflitsen vaak de duisterheid van ons leven en ons innerste, diepste wezen belichten, maar ze bren gen ook veelal de emotie, de angst, de huivering, die zulke felle schichten in ons wekken. En maar al te vaak haasten we ons voort en voorbij aan de plekken, waar ons leven een keer scheen te nemen. Maar later, wanneer de opwinding vaak al lang voorbij is en we ons wel licht eerst de beteekenis van het gebeuren bewust worden en de herinnering terugkomt als een vreemde bode uit een ver land, die een nauw begrepen woord fluistert aan ons oor, dan, wanneer het is, of een eens ge hoord woord plotseling ons voor hoofd streelt, keeren we ons ver wonderd om en, starend over de velden van ons verleden, bepein zen we den weg, dien we gingen en begrijpen maar al te vaak niet, hoe het kwam, dat we hier aanlandden, op de plek, waar we nu staan. Er is zooveel, dat deze herinnering wekken kan, een zachte zoelte, die langs ons voorhoofd strijkt, de stille sche mering van een winteravond, een eens gehoorde melodie, die ergens ver weg opnieuw hare bekoring uitzingt, de bekende klank van een lief woord. Maar is er wel iemand, die niet een oogenblik opkijkt van zijn werk en het peinzend hnnffl doen vermoeden Niets. Ik heb me liever door dat vreemde meisje laten be spotten. Maar ik zal wel zor gen, dat zij van meening om trent mij verandert. Gij gaat heen Ja. Ik heb nog eenige zaken te regelen. Waar treffen wij elkaar mor gei, Te drie uur, bij Mevrouw de Fréneuse. Ik moet haar trachten te spre ken. Ik reken op u, om door haar te worden ontvangen. Tot morgen dus. Het sombere huis in de rue des Petits Champs scheen te ontwaken uit zijn doffen sluimer, toen de schelknop werd gedrukt door de ongeduldige hand van Tragomer. De oude Giraud kwam de deur openen, hij knikte Marenval vriendelijk toe en bleef, toen hij Tragomer zag, verstomd staan. Zijn gelaat werd weer strak «n toen Marenval vroeg Zijn de dames te spreken antwoordde de bediende Voor meneer zeker, maar ik weet niet of meneer dc Tra gomer De verwijtende toon, waarop steunt in de hand, wanneer de schemering van den winter dag de klank der klokken, die het oude jaar uitluiden, de her innering aandraagt aan de dagen die voorbijgingen en den stillen weemoed om h-t verloren leven Was het niet eens, to n onze verwonderde kinderoogen vra gend staarden in het haardvuur, dat vreemd de ruime groote kamer van ons ouderlijk huis doorlichtte, dat we naar dien- zelfden klank luisterden En was het niet later, toen we sterk en gereed voor den strijd, het leven verlangden en tartten, dat ergens op een eenzame kamer ditzelfde klokgelui tot ons door drong als een oproep tot den strijd meer dan tot een stilstaan en herinneren Maar nog later is het geweest, dat we, staande bij een verloren liefde, en met de wroeging om begane zonden of de droefenis van veel lijden en leed in het hart, in den klank der klokken het verwijt meenden te hooren over verloren leven. In den kring van familie of vrien den, aan de tafel, waaromheen zich onze kinderen schaarden en in de stilte van onze een zaamheid hebben we deze klok ken gehoord. En altijd weer is op hun klank de herinnering aangedragen van jaren en dagen en uren, die voorbijgingen. Is het wonder, dat we ook nu weer het peinzend hoofd buigen en dat onze gedachten teruggaan naar wat zoo lang al voorbij is Maar ze kunnen daar niet blijven immers. Het leven eischt ons op. Op den laten oudejaarsavond kunnen we in de rust onzer warme kamers het leven her denken dat achter ons ligt en stilstaand terugzien over den langen weg, dien we gingen en waar weer een oogenblik de liefde schijnt te bloeien en het leed en het berouw hun scherpe dorens schijnen te dragen, het nieuwe jaar vraagt nieuwe daden en nieuwe plannen en een nieuwen moed. Wanneer de Nieuwjaars morgen zijn nieuwe licht schit tert in onze ruiten, dan voelen we ons staan voor een nieuwe die afgebroken zin werd uit gesproken, trof den jongen man diep. Bij den- eersten stap, dien hij in het huis zette, wist hij nu, hoe er over hem werd gedacht. En de oude man, die hem van zijn kindsheid af kende, die hem zoo dikwijls, als hij met Jacques had gespeeld, thuis had ge bracht, vroeg zich af, of zijn meesteressen hem zouden willen ontvangen. Tragomer kwam als vreemde weer terug in het eer tijds zoo vriendelijke en gast vrije huis. Hij zeide: Giraud, tvees zoo goed de dames niet te zeggen, dat ik er ben, ik zal daar, in de kleine zaal wachten, maar Het is noodzakelijk, dat ik mevr. de Fréneuse spreek.Marenval zal gaan vragen mij te ontvangen. Ga met hem meeik zal wach ten, tot gij mij komt halen Hij trad het vertrek binnen, waar Marenval Giraud zoo lang ondervraagd had over de Sorège. De oude dienaar en Cyprien gingen naar den salon, waar, altijd bij don schoorsteen gezeten, de ontroostbare moeder in haar rouwkleed haar leven zonder vrede en hoop voortsleepte. Bij he, venster zat hare dochter zwijgend te werken. De twee Maar het is niet een toekomst, die los staat van het verleden. Wat achter ons ligt, blijft deel van ons leven en oefent, zelfs wanneer het totaal vergeten lijkt, op dat leven nog altijd zijn in vloed, Aan ons staat het dien invloed nog zooveel mogelijk ten bate van ons zeiven te doen werken en aan te wenden. We moeten ons werkelijk en ten volle rekenschap geven. Dat wil zeggen, we moeten het verle den trachten te begrijpen. Doen we dat dan zullen we er uit kunnen leeren. Allereerst kun nen we ons zeiven leeren ken nen, maar daarnaast ook de verhouding tusschen ons het le ven. Dat moet ons voor de toe komst van buitengewoon nut zijn. En wanneer we op den Nieuw jaarsmorgen op den eisch van het nieuwe leven trachten te antwoorden met nieuwe plannen en nieuwe bedoelingen, dan moeten we dat doen in het licht, dat de Oudejaarsavond ieder jaar opnieuw over ons leven ontsteekt. Het is zeer moeilijk zichzefl te verloochenen, misschien wel het moeilijkste, wat er op de wereld te doen valt. Wij moe- en het allemaal op onze beurt. Maar we doen het slechts zei tan zonder innerlijk verzet en den nog maar ten deele. Hoe ver wij er in gaan, hangt daarbij dan gewoonlijk van de macht af, die ons tot zelfver loochening dwingt. Dat hoeft niet altijd een uiterlijke macht te zijn. Zij het onwillig vaak, toch erkennen we ook de zede lijke machten en onderwerpen ons, maar aarzelend slechts en schoorvoetend en niet verder dan noodig is. Ook een regeering erkent die. En het is duidelijk dat die er kenning de Engelsche regeering van het oogenblik een beetje Ucu weg 7it. vrouwen hadden geen woorden meer noodig om elkaar te be grijpen. De deur ging open en achter Giraud verscheen Marenval. Het gelaat van Mej. de Fréneuse werd verhelderd door een glim lach. Zij stond op, reikte Cy prien de hand en bracht hem bij haar moeder. Ik had u beloofd binnen kort terug te komen, waarde nichten, zei hij. Hier ben ik, en ik kan u betere verzekeringen geven dan den vorigen keer. Hebt gij iets gehoord, dat gunstig is voor onze zaak vroeg Mevr. de Fréneuse ontroerd. Ja zeker, zeer gunstig. Maar vóór alles, wil ik mij zelf niet alleen de verdienste doen toe schrijven van wat er is gedaan. In deze zaak heb ik een be kwaam, volhardend bondgenoot, wien grootendeels het resultaat, dat reeds is verkregen, te dan ken is Meneer de Tragomer Het voorhoofd van Marie de Fréneuse betrok. Marenval hield vol Het is noodzakelijk dat gij hem spreekt. Hij alleen kan u de zoo belangrijke inlichtingen geven, die wij bezitten, want hij heeft ze verkregen door veel Ingezonden Mededeeling. Gesprongen Handen Ruwe, Schrale Huid Springende Lippen Huidwondjes Bij Apoth. en Drogisten. Indertijd, toen Baldwin het Lagerhuis ontbond, hebben de conservatieven den stembusstrijd glorierijk verloren, die ze onder de leuze der protectie zoo hoop vol waren ingegaan. Dat heeft hen wat geleerd. En toen Mac Donald's ontbinding hen op nieuw tot den strijd dwong, hebben ze de oude leuze wijse lijk achterwege gelaten. Het succes bleef niet uit. Ze haalden niet slechts een meerderheid, dan ze voor de tusschenregee- ring der arbeiderspartij bezeten hadden. Maar dit succes legt hen nu ook verplichtingen op, die hen tot zelfverloochening noodzaken. In hun hart zijn ze protectionistisch. Ze hebben dat nooit onder stoelen of banken gestoken en doen dat ook nu nog niet. Maar de uitspraak der kiezers is te duidelijk gevoelt, dan dat ze die kunnen en mo gen negeeren. Onder ds leuze der protectie leden ze de ne derlaag. Maar zoodra borgen ze die leuze niet op en ver klaarden uitdrukkelijk van pro tectie voorloopig af te zien, of hun oude meerderheid keerde versterkt terug. Van invoering der protectie mocht dus geen sprake zijn. Maar voor een protectionisti sche partij is dat een hard ge lag. En daarom tracht nu de nieuwe Engelsche regeering pro tectie in te voeren zonder dat het protectie heet. Ze gaat daarbij uit van de wet, die na den oorlog ingevoerd is, om de Engelsche industrie tegen de Duitsche concurrentie te bescher men, maar maakt die bescher ming in zoover weer algemeen, dat ze niet enkel tegen de Duit- geduld en scherpzinnigheid. Mevr. de Fréneuse zag haar dochter aan om te zien hoe zij dat verzoek zou opnemen. Het meisje maakte een gebaar van tegenwerping, haar gelaat ver bleekte, evenwel gaf zij toe. Ontvang hem, als u er belang bij hebt. Ik zal mij verwijderen. Kun je je niet minder streng toonen Ik zal nooit vergeten, moeder, dat weet u wel. Maar als hij nu zijn fout her stelt, als hij met ons werkt aan de rehabilisatie van je broer Er is meer noodig dan ijdele troostwoorden om mij te over tuigen, zei het meisje bitter. Zij schelde, en toen de oude bediende verscheen; zei ze Laat meneer de Tragomer hier komen. En zonder een woord meer, ging zij haar moeder voorbij en ging heen. Tragomer trad binnen. Een oogenblik bleef hij weifelend op den drempel staan, hij zocht mej. de Fréneuse met den blik. Hij ag niemand dan Jacques' moeder in den rouw, met witte haren. (Wordt v-volgd.)

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1925 | | pagina 1