UB GALEISLAAF. ALGEMEEN NIEUWS- EN AOV RTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN Landontginning* Oe haven van Vlissingen. 8RESKENSCHE COURANT VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN Abonnementsprijs per drie maanden f 1.25 franco per po»t f 1,40 A d v e r t e n t i e p r ij s v a n 1 5 regels 75 cent Elke regel meer 15 cent. Ingez. Meded. 30 ct. p. regel. Drukker-Uitgever E. BOOM—BLIEK TNo,(2in BRESKENS p°78$4ro Abonnements-Advertenties zeer billijk tarief. Advertenties worden aangenomen tot uiterlijk Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur 33e Jaargang Woensdag 10 September 1924 Nummer 2960 Dc hygiënische zorgen en de krachtige vitaliteit der verschil lende volken hebben ook hunne nadeelen. In vrijwel alle landen der wereld Frankrijk vormt een der weinige uitzonderingen neemt de bevolking snel toe. En het gevolg is, dat overbe volking dreigt. Ook in ons land is dat gevaar niet denkbeeldig. Over enkele tientallen jaren zal onze bevolking zoo talrijk zijn, dat ons land ze niet meer kan bergen, althans niet meer kan voeden. Die zekerheid doet ook ten onzent naar middelen zoe ken, om het gevaar te keeren. En van alle zijden, ook door de overheid, wordt emigratie naar minder dichtbevolkte landen aan gemoedigd. Maar er is nog een ander middel om die overbe volking, zooal niet te keeren, dan toch minder drukkend te maken. En dit middel kan tevens dienst doen om de welvaart der blijvende bevolking te verhoo, gen. Het is alleen maar de vraag of het thans met succes kan wor den toegepast. Meer dan een tiende van on zen bodem bestaat nog uit woes- ten grond. En de ontginning daarvan kan dus een vrij groot aantal menschen aan brood hel pen. Maar dit gaat niet ^ogen blikkelijk, eerst na jaren. En de vraag is maar, of we in staat zijn, de lasten ervan zoolang te dragen, totdat de onderneming werkelijk rendabel wordt. Een deel van dien woesten grond is natuurlijk voor bebouwing heele- maal niet geschikt, of kan nooit zooveel opbrengen, dat het de moeite en kosten loont. Maar ook voor de ontginning van het overblijvende zijn de oecono- mische verhoudingen op het oogenblik niet erg gunstig. Het geld is schaarsch en de malaise maakt de meeste menschen hui verig om wat te wagen. Ver schillende gemeenten hebben weliswaar de taak der landont- ginning aangepakt als middel van werkverschaffing, waardoor Jenny Hawkins was het portret van Lea Perelli. Maar een Lea, even donker als de andere blond was. Grooter ook en gezetter. De indruk, dien ik kreeg, was uiterst pijnlijk. Ik wendde mij af en keek de zaal rond, om niet weer 't spook te zien, dat "mij aan het andere einde der aarde, de zoo droevige omstandigheden kwam herinneren, die mij genoopt hadden mijn vaderland te ver laten. Maar indien ik haar niet zag, ik hoorde haar en den schoonen en breeden zang van Ave Maria bracht haar reine stem tot mijn oor. Heel dikwijls had ik Lea hooren zingen als ik met Ticques naar haar toe ging. En ik vond haar orgaan niet terug. Het was het wel en het was het niet, zooals het gelaat van Jenny Hawkins dat van de doode was en evenwel in sommige onderdeelen verschilde. ze twee nuttige doeleind n dient. Maar de financirën der meeste gemeenten staan er tegenwoor dig ook niet rooskleurig voor. En zoo is de eenige, die op dit gebied nog iets van beteekenis tot stand kan brengen, de staat, al maakt ook de toestand der staatsschatkist het noodzakelijk het werk uitermate te beperken. Indertijd heeft oud-minister Van IJsselstein over dezestaats- werkzaamheid een artikel ge schreven. Hij wilde de ont ginning niet rechtitreeks door den staat doen verrichten, maar door particulieren met behulp van den staat. Heide en woeste grond, zoo meent hij, ïb voor weinig geld te koop. Maar hooge loonen, dure kunstmest en schaarschte van kapitaal houden de ontginning tegen. Met behulp van den staat is echter mogelijk op deze gronden een klein land bouwbedrijf te vertigen, waar een gezin een zelfstandig bestaan kau vinden. In 1922 is er dan ook vier ton voor dit doel uit getrokken. De eerste acht jaar behoeft van het voorschot geen rente betaald te worden daarna begist het betalen van rente en aflossing. Ten koste van een uitgaaf, die na eenigen tijd terug keert, van f 1000 wordt 1 H.i° grond in cultuur gebracht. Minstens 200.000 H.A. liggen klaar voor dit werk, een opper vlakte even groot, als men door het dempen van de Zuiderzee hoopt te winnen. Daardoor krij gen jonge landbouwers een eigen bedrijf. En bovendien zal de trek naar de steden erdoor ge- stuit worden. Want het is toch een ongezonde toestand, dat een vierde deel onzer bevolking in de vijf groote steden woont. Tal van boerderijen zijn reeds met steun van het Rijk op woesten grond tot stand gekomen. En hoewel ze in den duren tijd gesticht werden, acht de oud minister het niet twijfelachtig, of op deze hoeven zal een levensvatbaar bedrijf kunnen worden u:tgeoefend. Het is niet waarschijnlijk, dat allen er even optimistisch over zullen oordeelen. De landbouw wordt de laatste jaren door de algemeene malaise ook zwaar gedrukt. En, al lijkt eenige verbetering in zicht, het blijft nog onzeker, wat de komende jaren zullen brengen. Zal er dan op de nieuwe hoeven met grond, die veel werk en veel mest zal vereischen, genoeg voortgebracht worden, dat er niet alleen rente betaald kan worden, maar ook het voorschot afgelost, waardoor de gebruiker op den duur eigertaar moet worden Van den morgen tot den avond zal niet alleen de man, maar het geheele gezin hard moeten ploeteren en, als de tijden niet veranderen, zal dit hun slechts eed poover bestaan opleveren, zoodat de bereiking van het doel onzeker blijft. Er is natuurlijk aan elke onderne ming risico verbonden. En het spreekwoord zegt terecht„wie niet waagt, wie niet wint". Maar de te behaten winst lijkt hier niet zoo erg groot eu t wagen aanzienlijk. Alle mogelijkheden en kansen mogen dan ook wel goed onder de oogen gezien worden, voordat men dezen weg inslaat om eigenaar van een kleine hoeve te worden. Maar men dient ook. te bedenken, dat de kansen in den levensstrijd voor de meesten, die niet over een aanzienlijk kapitaal of bui tengewone bekwaamheden be schikken, tegenwoordig overal onzeker zijn, in welke positie of werkkring ze het ook probeeren. Hier kan men althans op staats steun rekenen, waarvoor zij in aanmerking komen, die behoor lijk landbouwonderwijs hebben genoten en zelf een weinig kapi taal hebben. De flinksten onder hen krijgen daa door ongetwij feld een kans. En slagen ze, dan kunnen ze gezonden, aan- genamen arbeid en een rustig bestaan vinden. In elk geval lijkt het middel te probeeren. Het dient zoowel het ii.dividu als het geheel. En waar in de naaste toekomst on getwijfeld de vraag al dringen der wordt, hoe ieder land zijn En hoe had die zangeres Lea Perelli kunnen zijn, die twee jaar vroeger in de rue Marbeuf vermoord was, om welken moord te boeten d e ongelukkige Jacques de Fréneuse naar Noumea was verbannen Een dwaasheid I Een vizioenl Een toevallige ontmoeting, die geen enkel gevolg hebben. Een gewaarwoiding, die mij maar een avond in de war zou bren gen, gedurende die voorstelling, en die bij het vallen van het gordijn zou ophouden. Helaas 1 De ontzettende werke lijkheid, waartoe ik door die gelijkenis werd teruggevoerd, zou duurzamer zijn. Terwijl ik de kunstenares hoorde zingen, ging ik bij me zelf dit alles na, en evenwelwas de emotie, die ik gevoeld had, toen ik haar zag opreden, zóó levendig geweest, dat ik haar door een nieuw onderzoek wilde controleeren. Ik keerde mij om en zag de vrouw aan. Zij lag geknield op een bid- stoel, haar schoon hoofd op de gevouwen handen neergebogen, en de oogen ten hemel geslagen als om hulp van boven in te roepen. Ik sidderde. Voor de tweede maai, maar veel intenser dan den eersten keer, kreeg ik de ge- waarwording, dat Lea Perelli voor mij stond. Op zekeren avond, na een van de hevige twisten, die zij met Jacques had gehad, zag ik. haar zoo neerknielen, bij den leuning stoel, waarin Jacques zich ge. worpen had. Zij had de ellebogen gelegd op de armen van den leuning stoel, en, de wang geleund tegen de gevouwen handen, had zij haar minnaar aangezien met een teeder en smeekend lachje. Het was hetzelfde uiterlijk, hetzelfde gebaar, dezelfde blik en hetzelfde lachje Was het mogelijk, dat er zulk een, ik zeg niet physieke, maar moreele gelijkenis bestond Die proeve bevestigde mijn geloof b-ter dan ik wel gewenscht had. Een buitengewone ontroering had zich van mij meester ge maakt. Ik boog mij naar mijn gastheer over, en vroeg hem Kent u die Jenny Hawkins? Zeker. Het is de derde maal, dat zij te San Francisco komt zingen, en telkens heeft zij er succes gehad. Hebt u haar al gesproken Wel meer dan tien maal; ik heb met haar gesoupeerd, toen toenemende bevolking zal blij ven voeden, is landontginning en intenciever bodemcultuur ze ker een der middelen, die men voor de oplossing kan aanbe velen. Door het Vlissingsche gemeente- be tuur werd ons toegezonden het vervolg van de brochure. ,De verbetering van de haven van Vlissingen ter uitvoering van de wet van 25 Juli 1919 en de Waterstaatsbegrooting 1923 en 1924", „Tot ons leedwezen", aldus vangt het voorwoord aan, „zijn wij genoopt, op onze brochure van 25 October 1923 een ver volg uit te geven." En verder ontleenen wij aan het voorwoord van het werkje „Wij stellen op den voorgrond, dat wij ons voor Limburg ver heugen, dat het nu zoo krachtig geholpen wordt, maar waar het beschikbare geld tegenwoordig zoo sterk gelemileerd is, mag dit niet ten koste van Zeeland gaan. In het financieel nog guns tige jaar 1919 bedroegen de gelden voor buitengewone wer ken op de Waterstaatsbegroo ting voor Zeeland ongeveer f450.000 en voor Limburg on geveer f 3.8 millioen. Diezelfde cijfers bedragen thans voor de begrootingen 1923 en 1924 voor Zeeland ruim f 700.000 en ruim 600.000 en voor Limburg ruim 7 millioen en ruim 6 millioen. Waarom mocht er dan in die beide jaren niet telkens ruim 1 millioen voor de verbetering van de haven van Vlissingen worden uitgegeven tegenover die vele millioenen voor Limburg Had de minister van Waterstaat de f 1.2 millioen van Minister König voor de havenverbetering voor 1923 gehandhaafd en een gelijk bedrag voor 1924 aangevraagd, dan ware met een laatste onge veer gelijk bedrag voor 1925 de havenverbetering van Vlis singen gereed geweest want zij de maitresse was van mijn vriend Johan Lewis Day, den grooten goudhandelaar van Sa cramento. Het is een zeer net en vriendelijk meisje. Hoe oud denkt u dat zij is Ik denk vijfentwintig jaar. Zij schijnt op straatouder dan op het tooneel, omdat zij dan niet geschminkt is, en bovendien, het leven van een rondreizende artiste is zeer vermoeiend en doet de schoonheid van een vrouw verwelken. Zij is heel aangenaam om mee om te gaan. Oogenblikkelijk heelt zij nie mand als zij u bevalt, zal ik u voorstellen. Bij de gedachte, dat ik mij in tegenwoordigheid van die vrouw zou bevinden, klopte mijn hart hevig en ik werd zeker een weinig bleek, want Pector begon te lachen en zei Zijt ge zoo voor indrukken vatbaar, of heeft de lange ont houding u zoo'n begeerte doen krijgen, dat het zien van jeug dig vleesch u buiten u zelf brengt. Ik ging voort met ondervragen. Spreekt Jenny Hawkins En- gelsch zonder vreemd accent Zij spreekt het heel zuiver, maar u weet dat wij in Amerika evenals bij u in Frankrijk, ver schillende uitspraken hebben, de havenverbetering zal niet 6 a 7 millioen kosten, zooals de Minister eenige malen in de Staten-Genenaal heeft verklaard. Men had dan de nu door den Minister vermelde „desiderata" voor Zeeland dadelijk krachtig kunnen aanvatten. Moet nu Zee land de uitgestelde bedragen geheel derven en zou Vlissingen daarvan geheel het slachtoffer moeten worden Maar men moet nog meer voor Vlissingen in het oog hou den. In tijden van oorlogsgevaar of oorlog voelt Nederland door de harde werkelijkheid de ban den met het strategisch belang rijk gelegen Vlissingen sterk en Vlissingen heeft dan steeds getrouw zijn plicht vervuld. In den laatsten wereldoo log echter meer dan dit 1 De Vlissingsche Stoomvaart-Maatschappij Zee land heeft van uit de Vlissing sche haven in de oorlogsjaren door de mijnvelden heen de ver binding van het vaste land van Europa met Engeland onder houden en daardoor belang rijke internationale diensten be wezen. Zij heeft niet alleen haar uitstekend personeel en materiaal gewaagd, maar haar vier beste schepen verloren. In andere lan den, onder gelijke omstandighe den verkeerend, is de waarde van zulke schepen door het Rijk aan particuliere maatschappijen volledig terugbetaald. Waar het Rijk niet verder is willen gaan dan het verleenen van een voor schot van f2.4 Millioen aan de Mij. Zeeland, is deze maat schappij ten slotte door een par ticuliere firma gesteund, natuur lijk echter onder bezwarende voorwaarde. Weliswaar heeft de Stoomvaart-Maatschappij Zee land, Koninklijke Nederlandsche Postvaart, ook in oorlogstijd op eigen risico gevaren en kon zij in strikt juridischen zin geen recht op volledige schadever goeding doen gelden, maar o.i. gelden ook voor rijk, provincie en gemeente moreele overwe gingen. Het is voldoende bekend hoe de vóór den oorlog zoo krachtige en bloeiende Stoom- naar de provincie, waar wij zijn geboren. Het zou mij niets verwonderen, als Jenny Hawkins een Cana- deesche was. Zij heeft een Fransche manier om sommige woorden te accen- tueeren. Zij spreekt verwonderlijk goed Italiaansch. O, dat moest zij wel leeren in het belang van haar carrière. Alle troepen, die zich hier op houden, zingen Italiaansch of Duitsch. Is zij vroolijk van aard Neen, eer zwaarmoedig. En het haar, dat zij in haar rol laat zien, is dat van haar zelf, of draagt zij een pruik Is zij werkelijk bruin Wat doet gij gekke vragen 1 Wat kan u dat schelen? Houdt gij niet van vrouwen, als zij niet van een bepaalde kleur zijn Kan men met de tegenwoordige haarverf, weten of haar natuur lijk is Wil u weten hoe ik er over denk? Wel, ik geloof, dat Jenny Hawkins van nature bruin is, maar dat zij zich vroeger blond heeft moeten verven, (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1924 | | pagina 1