Landbouwtentoonstelling
RESKENSCHE COURANT
AlGEMEEN nieuws- en advertentieblad voor zeeuwschvlaanderen
VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN
Abonnementsprijs per drie maanden f 1.25
franco per poat f 1,40
A d v e r t e n t i e p r ij s v a n 1 5 regels 75 cent
Elke regel meer 15 cent. Ingez. Meded. 30 ct. p. regel.
Drukker-Uitgever
E. BOOM—BLIEK
tno.'°2? breskens p°7$;°
Abonnements-Advertenties zeer biliyk tarief.
Advertenties worden aangenomen tot ulteriyk
Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur
33e Jaargang
Zaterdag 19 Juli 1924
Nummer 2945
I )e Groote
te Slum.
De gemeente Sluis, welke de
groote eer te beurt viel binnen
hare veste de Landbouwtentoon
stelling te mogen houden, had
aan dit teit de noodige feeste
lijkheden verbonden, welke bij
zoo'n tentoonstelling onmisbaar
zijn, en, dank zij het gunstige
weer, zijn èn tentoonstelling èn
feestelijkheden uitnemend ge
slaagd. Jammer, dat, wegens
het heerschen van de gevreesde
ziekte fMond- en Klauwzeer",
het eenhoevig vee niet kon ten
toongesteld worden, daar de
deelname hiervan een groot
gedeelte van het lijvige pro
gramma vulde.
Dinsdagavond vergaderde het
Hoofdbestuur der Maatschappij
tot bevordering van Landbouw
en Veeteelt in Zeeland, in het
Raadhuis, waarin o.m. besloten
werd mede te werken tot op
richting van een Rechtskundig
Bureau.
Verder werd besproken de
groote schade, welke duiven
toebrengen aan gezaaide lande-
lijen. Getracht zal worden in
de politieverordening vast te
leggen, dat het een zekere
periode bijv. van 15 Maart1
Mei verboden is duiven te laten
uitvliegen.
Woensdagmorgen opende het
Muziekgezelschap Apollo" de
Feestelijkheden, met een concert
op de Markt.
Om half elf had de Alge-
meene Vergadering plaats, bij -
gewoo d door plm. 100 leden.
De Voorzitter, de heer Mr
Dieleman riep het welkom toe
aan de aanwezigen, in het bij
zonder de autoriteiten, de Minis
ter van Binnenlandsche Zaken
en Landbouw, Ruys de Beeren-
brouck en de leden van de
Tweede Kamer, Ged. Staten en
Prov. Staten.
De heer L. van Dijk^ Leeraar
der Landbouwschool te Schoon-
dijke hield een lezing met als
onderwerp; „De Landbouwschool
te Schoordijke, haar doel en
inrichting".
Op zeer duidelijke wijze zette
spreker de beteekenis der Land
bouwschool uiteen, vooral voor
de Landbouw in Z.-Vlaanderen.
Te Schoondijke is de school
begonnen met een le en 3e
klasse, welke tha- S beide 11
leerlingen tellen. Samen dus 22.
De leerlingen der lekla;se heb
ben met goed gevolg een lagere
school afgeloopen, die der 3e
hebben meer gevorderd onder
wijs genoten, 't zij enkele klas
sen H. B. S, M, U. L. O.-school
of welke richting dan ook.
Het begin laat zich te Schoon
dijke dus zeer hoopvol aanzien,
al is het dan ook dat het aantal
leerlingen nog voor uitbreiding
vatbaar is.
Te hopen is in elk geval, dat
blijken zal, dat zwartgallige
pessimisten, welke op den wor-
dingsweg van deze school nooit
anders dan leeuwen en beren
hebben gezien, het bij het on
juiste eind hebben gehad.
Verder gaf spreker een uit
voerig relaas hoe de nieuwe
school tot stand is gekomen, en
eindigde met de kernachtige
dichtregelen van de Genestet
fPractijk en theorie ja,
zijn beide heel veel waard,
fVlaar 't is slechts daar het ware,
waar gij ze vindt gepaard".
Welnu, wanneer ge dit voor
oogen houdt, twijfel ik er niet
aan of ons Bestuur zai bij velen
Uwer niet aan dovemans deur
kloppen.
De landbouwer die het land
bouwonderwijs steunt in welken
vorm dan ook, steunt per slot
van rekening zijn eigen belang.
Mogen mijne woorden er toe
hebben bijgedragen daarvan onze
landbouweis te overtuigen.
Hierna hield de Voorzitter,
de heer Mr P. Dieleman zijne
Jaarrede, waaruit wij het vol
gende ontleenen
Het is heerlijk eenige dagen
te mogen vertoeven in dit schoone
gewest, het oude Vlaanderen,
het oer- Vlaanderen, waar vrijheid
eeuwen heerscht en slavernij,
zelfs toen deze in het tegenwoor
dig Belgisch Vlaanderen of in
Frankrijk nog bekend wa9, niet
bestond het oer-Vlaanderen,
waar in den nacht der eeuwen
reeds de vruchtbaarste gronden
werden aangetroffen en zoo stof
felijk als geestelijk rijke wel
vaart heerschte. Reeds voor het
begin der grafelijke regeering
omstreeks 863 toen Karei de
Kale zijn schoonzoon Boudewijn
van de Ardennen, bijgenaamd
met den ijzeren arm, en die ge
huwd was met Karel's dochter
Judith, erkende als vorst over
het land tusschen Somme en
Schelde, waarouder de huidige
Ü08terschelde moet verstaan wor
den.
Zoo zijn wij dan in het mooie
vruchtbare Vrije van Sluis. Aldus
genoemd nadat Sluis en dit deel
van Zeeuwsch-Vlaanderen onder
de generale Staten is gekomen.
Het is een deel van het vrije
van Brugge.
Menige zeestrijd werd bij Sluis
en St. Anna ter Muiden gevoerd,
tusschen Franschen en Ëngelschen
tusschen Vlamingen en Hollan
ders, tusschen Hoekschen en Ka-
beljauwschen.
Het was hier dat in 1340 het
buskruit wel niet werd uitge
vonden, maar toch voor 'teerst
weid gebruikt. Waaraan mis
schien de scherpzinnigheid der
bewoners is te danken. Uitvin
den is schoon, maar goed weten
te gebruiken niet minder. Zelfs
in den grooten Spaanschen oor
log werd nog aan den mond
van het Zwin ernstig gestreden.
Joos de Moor, de Zeeuwsche
zeeheld, overwon er in 1603 de
galeien van Frederik de Spinola.
In Napoleons dagen was er slechts
een kil meer, waarover hij zich
zetten liet door veenschippers,
in een hoogaarts bij het oude
Cadsandria, later door de ver
sterkingen van Mau>it8 Retran-
ch- ment geno mJ. Hij gaf 3
Siuische scfnppcis frs. lOOuO.
en twee bovendien een jaargeld
van frs. 150.Dezelfde Napo
leon die door zijn schenking aan
den soldat de fortune generaal
graaf van Damme van de schor
ren en slikken in het Zwin, oor
zaak was van latere groote eigen
domsprocessen.
En thans is dat alles vrucht
baar land*
Wonder ijk land,
Daar diepte verzandt,
En scheeprijke stroomen,
Met bloemen en boomen,
Staan vroolijk geplant.
Dit zong Gargon in 1716 van
Walcheren in zijn Ariadia, meer
nog geldt het van Westelijk
Vlaanderen.
Reeds vroeg heeft men hier
de vruchtbare landen door dij
ken bescherm i tegen het geweld,
der zee. En Dante gewaagt dan
ook reeds in zijn Inferno daar
van, als hij zingt
Gelijk de Vlamen in 't land,
[aan zee gelegen.
Bij Brugge en Kadzand tegen
[hooge vloeden,
Door zware dijken te besoher-
[men plegen.
Schoon land ziet gij thans
vanaf de Cadzandsche duinen,
waarvan men het uiuicht aller-
wege als eenig in Nederland
heeft bestempeld. Van daar tot
Brugge is Vlaanderens tuin. Men
ziet daar Retranchement, de ver
sterking door Maurits aangelegd
ter beheersching van het Zwin,
waarin de Voorzitter van de Af-
deeling Oostburg zijn zetel koos.
Men ziet er Sluis, de oude
schoone stad met zijn zinrijk
Belfroit hoog in de lucht gehan
teerd, bewaakt door zijn oudsten
burger Jan. Men ziet anderzijds
de heerlijke Schelde, waar,
gelijk een dichtor zong, Nereus
zijn vlokkige kudde weidt-
Men ziet er het stille dorpje
Cadzand, waar een onbeschrij
felijke rust heerscht, die oorzaak
is dat zooveel hun hoogen leef
tijd bereikten, zoodat het levens
gevaarlijk kan geacht worden
dat de stoomtram hier is door
gedroegen met zijn lawaaierig
gedoe.
Zeker is er een groote ver
scheidenheid van bevolking in
dezen streek, oer Vlaming kruiste
zich met Zeeuwen, met Zuide
lijke Vlamingen, met Franken,
zelfs mjt Salzburgers.
Namen als Risseeuw, de Hullu,
Becu en zooveel meer herinneren
er ons aan hoe eenmaal Frank
rijk van zijn beste zonen uit hun
vaderland verdreef, waardoor
kracht en energie te meer hun
intreden deden in deze vrije ge
westen.
De verscheidenheid openbaart
zich in taal, zelfs in kleeding,
in karakter en levenswijze, niet
minder, evenals in godsdienst.
Groot is het verschil t sschen
Abraham Erasmus en Reüé IJse-
baert. De een is itemmig, de
ander luiddruchtig. Maar allen
hebben een hart vol liefde voor
den Vlaamichen grond en streven
op hunne wijzenaar verheffing van
Vlaamsche welvaart en bevesti
ging van Vlaamsche vrijheid.
Luctor et Emergo. Het Zeeuw
sche devies kan ook het Weste
lijk Zeeuwsch-Vlaamsche zijn.
Hierna schetste spreker de
toestanden, zoomede de ontwik
keling van den Landbouw in Z.
Vlaanderen, van de vroegste
eeuwen tot nu toe. Verdrr gaf
hij een breedvoerig en duidr-liik
overzicht van 't afjeloopen j tar,
wat b-t'ett de toestanden op
het Landbouwgebied.
De minister jhr. Ruys de Bee-
renbrouck het woord verkrijgende
zeide dat een tegenvaller soms
ook een medevaller ten gevolge
kan hebben. Was spr. niet ver
leden jaar op het laaste oogen-
blik verhinderd geweest te Tho-
len te komen op de algemeene
vergadering, hij zou er nu niet
geweest zijn.
Na een beschouwing te hebben
gegeven van de grondverdeeling
in Zeeland de verbouwing der
vruchten, zegt spr. dat het wei
land in Zeeland minder dan elders
maar pas heeft hij in Dordrecht
zich weer overtuigd dat de oude
Zeeuwiche roem wordt gehand
haafd. Spr. noemt twee namen,
die van Van Dixhoorn en Aer-
naudts die namen zeggen alles.
Het spijt ook spr. dat het rund
vee niet kan worden tentoonge
steld, en hij wil ook in dit op
zicht een naam noemen, name
lijk die van Becu, die zooveel
voor de controlevereeniging heeft
gedaan.
Met den Voorzitter noemt de
Minister de namen van Vorster-
man van Oyen en Henntquin,
met welke heeren het hem een
eer is geweest een tijd lang in
de Tweede Kamer te zitten.
Aan hunne nagedachtenis brergt
spr. hier gaarne hulde.
Wat betreft de kwestie der
uitmiddelpuntige deelen van het
land, spr. kan verzekeren, dat
die zijn groote belangstelling
hebben en hij zegt gaarne toe
de juiste woorden hier gesproken
aan zijn ambtgenooten te zullen
overbrengen en ze te zullen on-
derstreepen ook.
De woorden van den Minister
werden herhaaldelijk door ap
plaus onderbroken.
Hierna hield de heer Ir.
Joh. Tenge, te Amsterdam, een
lezing m t onderwerp: De be
hoefte aan menschelijke arbeids
krachten in den Nèdërlandschen
Landbouw, en de noodzakelijk
heid van de kennis hiervan voor
iedere bedrijfsleider.
Uit deze lezing, welke zeer
uitgebreid, doch daarom niet
minder leerzaam was, ontleenen
wij het volgende
bpreker begon met te wijzen
op het groote verschil tusschen
den landbouw en de industrie,
daar eerstgenoemde bijna geheel
van de natuur afhankelijk is,
teiwijl daarentegen inde nijver
heid, den handel en het verkeer
het productiebesef bijna geheel
in de macht der menschen is.
Spr. ging in den breede na hoe
het gebruik van arbeidskrachten
in den landbouw beperkt is en
hoe in den landbouw een minder
economisch gebruik van de
menschelijke arbeids-krachten
worde gemaakt. Dit heeft o.a.
trek naar de steden tengevolge,
wat verkeerd werkt als niet
volJoende krachten op het plat
teland achter blijven, en te veel
losse werkkrachten moeten wor
den gebruikt, wat schadelijk
werkt op de uitkomst van het
bedrijf.
Ook wijst spr. op de moeilijk
heid bij den landbouw voldoen
de menschelijke krachten door
machines te vervangeo. Hij ging
na wat vroeger reeds ten dezen
opzichte onderzocht en beschre
ven is. O.a. reeds door den
Duitschen lancbouwkun ige Al-
brecht ihaer in 1815, die o.a.
aa d O Ig up Vr-rd-eluig a.' d-*n
undai b ld over het geh eie jaar
en wel zoo gelijk, mogelijk, wat
bij wisselbouw beier gaat dan
bij het oudere toenmaals heel
veel voorkomende diicslagstel-
sel, terwijl hij er op wees, dat
technische nevenbeurijven een
guustigen invloed uitoefenen en
werk geven in de arbeidadaille
tijden.
bpreker ging in den breede
na het totale arbeidsverbruik
per jaar of de arbeidsintensiteit
in de onderscheidene typen van
landbouwbedrijven; en kwam
daarbij o. a. tot de conclusie,
dat het aantal arbeidenden per
10 H.A. cultuurgrond op zeeklei
gebieden in het algemeen 2.60
is, en dat die cijfers in Zeeland
zijn Tholen en St. Philipsland
2.94, Noord Beveland 2.87, O.'
Z. Vlaanderen 2.74, Walcheren
2.56, Zuid-Beveland 2.55, W. Z.
Vlaanderen 2.39 en Schouwen
en Duiveland 2.16.
Verder ging hij na de schom
melingen in het arbeidsverbruik
in de onderscheidene bedrijfs-
typen en zeide dat het verichil
in groote tusschen maximaal en
minimaal arbeidsverbruik in het
bouwbedrijf kan worden weer
gegeven door de verhouding 1 2
tot 4, terwijl de hooioogst in het
weide bedrijf een meerder ar
beidsverbruik mede brengt van
50 tot 100 pCt. Ook wees spr.
op de invloed van den intensi
teitsgraad op het arbeidsverbruik
en op het verschil in arbeids-
behoefte der zomer- en winter
perioden. In den breede stond
■pr. ook stil bij den invloed van
de gewassen, van de machines
en van de bedrijfsgrootte, om
dan te komen tot de overige
factoren, die op den landarbeid
van invloed zijn. O.a. wees spr.
er daarbij op dat er in Neder
land 175 arbeidsdagen vallen in
de zomerperiode en 115 in de
winterperiode. Ook we es spr. op
den invloed van de grondsoort
en de bodemkwaliteit en meende
hij dat in Nederland veel te
weinig verkaveling plaats heeft,
waarom de wet op de ruilver
kaveling zoo is toe te juichen.
Ook wees hij op het groot be
lang van een goede regeling
van den waterstand.
Hierna kreeg de Commissaris
der Koningin, jhr. mr Quarles
van Ufford het woo; d. Hij noem
de de Z. L. M. den schakel
tusschen de landbouwers en het
prov. bestuur. Spr. zet 't groote
nut van organisatie uiteen en
vraagt of de landbouweis dit
wel voldoende begrijpen. Er is
niet voldoende sympathie voor
de Z. L. M. Dit was er wel in
de oorlogsjaren toen men directe
voordeelen zag, maar niet nu,
daar men meent dat er alleen
indirecte voordeelen zijn. Spreker
roept ook vooral de Zeeuwsch-
Vlamingen toe in eendracht
kracht te zoeken, en met den
tijd mede te gaan, wat ook
noodig is op landbouwgebied.
Met de beste wenschen voor den
bloei der Z. L. M. eindigde spr.
Hierna sloot de voorzitter de
vergadering.
Des middags half drie stonden
een 38-tal auto's gereed voor de
te houden rijtoer, waaraan door
258 personen werd deelgenomen.
De tocht ging van uit Sluis
over Draaibrug langs de hofstede
Lannoye naar Waterlandkerkje
en IJzendijke, waar even werd
halt gehouden en de hooge gas
ten up het btadhuis door den
burgemeester Heudrikse werden
ü- na g- **n d eeifwij- a*»
gebodeu, wcIkc laak. ciour de
jonge dames Hendrikse werd
waargenomen.
De Burgemeester heette allen
welkom, inzonderheid den Com
missaris der Koningin en den
Minister, loeu spr. vernam, dat
IJzendijke ais rustplaats was uit
gekozen, heeft hij dit met ge
noegen gehoord^ en gaarne de
gelegenheid aangegrepen voor
deze ontvangst. Met de beste
wenschen voor het slagen der
tentoonstelling eindigde spr.
De heer Dieleman bracht dank
voor de ontvangst en herrinnerde
ei aan hoeveel wijlen den vader
van den burgemeester steeds