ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN 1 Het motorverkeer en de regelen van den weg. Gemeente-Monopolies. BRESKENSCHE COURANT VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN Abonnementsprijs per drie maanden f 1.25 franco per post f 1,40 A d v e r t e n t i e p r ij s v a n 1 5 regels 75 cent Elke regel meer 15 cent. Ingez. Meded. 30 ct. p. regel. Drukker-Uitgever E. BOOM—BLIEK TNO.,02T BRESKENS Abonnements-Advertenties zeer billijk tarief. Advertenties worden aangenomen tot uiterlijk Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur 33e Jaargang Woensdag 18 Juni 1924 Nummer 2936 In onze Tweede Kamer heeft dezei dagen de wijziging van de Motor- en Rijwielwet haar beslag gekregen. Zij gold vooral het verkeer met motorrijtuigen, automobielen zoowel all motor- rijwielen en bedoelde voor dit verkeer strengere regelen te stellen. De nieuwe bepalingen ware echter den Kamerleden blijkbaar nog niet streng ge noeg. En door amendementen hebben ze deze gestrengheid nog weten op te voeren. Een van de voornaamste veranderingen, daardoor aangebracht, is wel, dat ten nadeele van de motor rijders de bewijslast is omge keerd wanneer tengevolge van aanrijding schade is ontstaan. In 't algemeen is ieder aanspra kelijk voor de schade, die hij toebrengt. Maar wie de schade vergoeding vi aagt, moet dan de schuld van een ander bewijzen. Ten opzichte van motorrijders wordt nu echter de schuld aan genomen. Bij een ongeval, dat schade veroorzaakt, moet dus deze motorrijder bewijzen, dat hij geen schuld had. Het is ge makkelijk te begrijpen, dat daar door zijn aansprakelijkheid enorm verzwaard wordt. Want juist het bewijs is het moeilijke in zulke gevallen. Wanneer je omverge reden wordt, bewijs dan maar eens dat de rijder schuld had. In 80 van de 100 gevallen kan je dat niet. Maar nog moeilijker dan het bewijs van schuld is over 't algemeen het bewijs, dat men aan iets geen schuld heeft. Gewoonlijk zal dat alleen mo gelijk zijn door het bewijs van overmacht. En dat is dan hier ook de bedoeling. Maar men kan wel zeggen, dat door deze omkeering van den bewijslast de motorrijder feitelijk schade zal moeten vergoeden voor alle ongevallen, die tengevolge van het motorverkeer plaats hebben, terwijl anders de wet steeds het 2. (lielangwekkende processen in den loop der tijden). III. JUSTlTIEELE DWALINGEN: VER- ÜORDEELINGEN VAN D'ANGLADE (1687; EN LEBRUN (168a), Een ieder ook zou, volledig heidshalve, naar het verleden van de bedienden van Montgomery een onderzoek hebben ingesteld. Niets van dit alles geschiedde. Ondanks dat men zoowel D' Anglade als zijn vrouw pijnigde, en hen op de gebruikelijke wijze een bekentenis trachtte af te persen, bleven beiden ontkennen en doorstonden moedig alle pijnenwat konden zij ook an ders, daar zij niet schuldig waren De rechters moesten dan ook in de uitspraak erkennen, dat van een wettig en overtui gend bewezen schuld geen sprake was; het ernstig vermoeden echter, tegen D' Anglades be staande, leidde tot hunne veroor deeling tot levenslangen dwang arbeid. Zoo werden zij, reeds uitgeput door de doorgestane bestaan van schuld eischt, wil men voor iets verantwooidelijk gesteld worden. Deze geheel an dere behandeling is door den minister gerechtvaardigd door een beroep op de gevaren-the orie. Het motorverkeer doet meer dan normaal gevaar op den weg ontstaan en moet dus aan andere dan de gewone re gelen onderworpen worden. De juistheid van dit betoog zal wel door allen die geen motorrijders zijn, en waarschijnlijk door de meeste motorrijders worden toe gegeven. Maar dit meerdere ge vaar ontstaat toch in zijn uitge strektheid meer door de onbe suisdheid, die aan het motor rijden vrijwel algemeen verbon den schijnt, dan aan het motor rijden zelf. Het motorverkeer is snelverkeer. En hierdoor ontstaat op de publieke wegen die voor alle verkeer bestemd zijn, reeds bizonder gevaar. Maar dat ge vaar wordt toch alleen daarom zoo dreigend, omdat een groot deel van automobilisten en mo tor wielrijders dat verkeer tot zijn hoogst mogelijke snelheid trachten op te voeren en langs de wegen vliegen, als waren die wegen uitsluitend voor hun gebruik en daarop niemand an ders dan zij aanwezig. En tegen deze motorrijders gaat dan ook- feitelijk de gestrengheid van de nieuwe wet. Ze moeten in hun beurs getroffen worden, willen ze wat voorzichtigheid leeren, zei een der Kamerleden, 't Is nog de vraag, of het helpen zal. De kans is immers groot, dat automobilisten en motorwielrij ders zich zullen gaan verzekeren tegen dit nieuwe risico, dat aan hun sport verbonden wordt. En dan zou de bepaling juist averechts kunnen werken, omdat dan niet zij, maar de verzekeringsmaat schappij de schade te betalen kreeg en bovendien van schuld geen sprake meer was, zoodat voor hen alle reden om voor zichtig te zijn, vervallen zou. Maar waarschijnlijk zouden de verzekeringsmaatschappijen rij ders, die veel ongevallen ver oorzaakten en voor wie ze dus ellenden, naar 't bagno gebracht; D' Anglade hield het er niet lang uit, en opgenomen in het hos pitaal te Marseille, stierf hij reeds op 4 Maart 1689. En, gelijk het in dergelijke gevallen meer gaat, onmiddellijk na zijn dood kwam er licht in de duisternis. Anonieme brieven bereikten de Justitie in vrij groot aantal en gaven haar aanwijzin gen, die zij, op straffe van par tijdig te zijn wat zij niet wilde zijn niet mocht veron achtzamen. Zoo werd een onder zoek ingesteld naar de afkomst van een tweetal der bedienden, bij Montgomery in dienst en dit onderzoek was weinig gunstig. Toch is het de vraag of het tot een arrestatie dier bedienden zou zijn gekomenwat zou men trouwens, na zoo lang tijdsver loop, hebben kunnen bewijzen tegen een tweetal personen volleerd genoeg in misdaden om elk spoor daarvan te doen ver dwijnen. Doch het toeval wilde, dat zij zich aan een nieuw ver grijp hadden schuldig gemaakt; vergrijp van veel minder ernsti- gen aard, en slechts betrekking hebbend op een kleine, onbetee- kenend geachte oplichterij. Toen de politie hen echter eenmaal te pakken had, strekte veel te betalen kregen, al spoe dig weigeren en zouden zoo de onbesuisde rijders langzamer hand van de mogelijkheid zich te verzekeren buitengesloten wor den. Langs dezen weg zouden dus de bepalingen wel sterk ter voorkoming kunnep werken en het woeste, onbesuisde rijden door middel van de tusschen- komst der verzekeringsmaat schappijen doeltreffend belem meren. Al te vee- hoop moet men echter op e$n dergelijke uitwerking nog maar niet heb ben. Ds motor schijnt tot onbe suisdheid te verleiden. En zoo als de schaatsenrijder al rijdende zich driester gaat wagen en geen gevaar meer Ziet, zoo raakt blijkbaar ook bij n enig automo bilist en motorrijder het besef van het gevaar, dat ze voor an deren veroorzaken, totaal ver loren. Een bewijs van bekwaam heid, zooals de nieuwe wet dat thans ook eischt, helpt daartegen niet. Het zijn zeker niet de be kwaamste motorrijders, die het voorzichtigst zijn, veeleer vaak juist de ombekwaamsteo, die zich zelf nog niet goed vertrou wen. Waarschijnlijk is dan ook een meer algemeene regeling van het wegverkeer noodzake lijk. In de Kamer is daarop door verschillende ledec aangedron gen. En een paar jaar geleden is op de Jaarvergadering der Tuchtunie aan de hand van het rapport der ingestelde verkeers- commissie deze mogelijkheid al besproken. In Frankrijk ia zoo'n wet tot regeling van het weg verkeer reeds totstandgekomen. Er komen bepalingen in voor over de breedte der voertuigen, de soort wielbanden, de ver lichting, de snelheid in steden en dorpen, de mannier om elk ander te passeeien, de signalen enz. Een nieuwigheid is, dat iedere fiets van achteren voor zien moet zijn van een toestel met een weerkaatsend rood op pervlak, zoodat de voorman ot chauffeur haar des avonds ziet door de roode schittering bij zijn eigen licht. Maar er staan ook allerzonderlingste bepalingen zij haar onderzoek verder uit de beide mannen werden op de pijnbank gebracht en een hun ner bekende zijn schuld in het misdrijf, dat aan D' Anglade en zijne vrouw was toegeschreven. De ander doorstond moedig de hem opgelegde martelingen, maar bekende toch, voordat hij werd opgehangen. Zoo stond er dus niets in den weg om het vonnis van de D' Anglades te herzien. Dat geschiedde echter eerst bij arrest van 17 Juni 1693, waarbij tegelijk Montgomery werd veroordeeld om de hem destijds ten laste van de D' Anglades gedane uitbetaling te restitueeren. De openbare mee ning, die ten gunste van de onschuldig veroordeelden krach tig partij had gekozen tegen de Justitie, weerhield haar ingeno menheid met dit vonnis niet. Voor het dochtertje van D' An glades, in afzondering opgevoed, werd dan ook eene inzameling gehouden, die niet minder dan 100.000 livres, voor dien tijd een hoog bedrag, opbracht 1 Geheel anders, veel eigen aardiger en karakteristieker is het geval met Lebrun dat van ongeveer denzelfden tijd dateert. Deze Lebrun was bijna dertig jaren als huisknecht in dienst bij in. Zoo wordt aan kuddedrijvers voorgeschreven, dat het vee niet meer dan de halve breedte van den weg mag innemen. Alsoi schapen en kalveren en koeien, om van de recalcitrante varkens maar niet eens te spre ken, soldaten zijn, die luisteren naar het commando: links uit de flank" of „met rotte rechts". Naast deze wegyegelen zou bij het toenemend autobus-ver keer zeker een wet voor den vorm en den toestand dezer nieuwe verkeersmiddelen in den trant als de verordening, die de provincie Utrecht maakte, wen- schelijk zijn. Want dat is een nieuw gevaar uit den allerlaat- sten tijd, dat deze autobussen voor haar eigen passagiers ver oorzaken. Maar in de nieuwe wet is daarmee nog weinig re kening gehouden. Het is een re den te meer dus om met een wet, die het wegverkeer in het algemeen regelt, niet te lang meer te wachten. De kwestie van den gemeente lijken verkoop van bevroren vleesch te Amsterdam, waarover wij indertijd reeds een afzonder lijk artikel schreven, vestigt weer eens de aandacht opdegemeente- bedrijven. Het zal misschien velen ont gaan zijn of wellicht geheel onbekend dat nog geen 35 jaar geleden de groote ondernemin gen van publiek belang nog bijna allen in handen van par ticulieren waren. Zoo waren zelfs in de hoofdplaatsen van de provincies de gasfabrieken en de waterleidingen in handen van particulieren. Geheel vrij waren de exploi tanten van deze ondernemingen altijd niet, daar meestal conces sies werden verleend, waaraan zekere bepalingen ten grondslag lagen. lil de praktijk voldeden deze ondernemingen echter niet. Doel toch was zooveel mogelijk winst een zekere mevrouw Mazel, die in de Kue Mayons Sorbonne te Parijs een ruime woning had. Een zoolange diensttijd had Le brun tot heel wat meer dan huisknecht gemaakthij was in zekeren zin de luitenant van zijne meesteres, en in onder geschikte zaken haar rechter hand, haar vertrouwde. Hij was reeds jarenlang gehuwd, maar teneinde buitenshuis zijne vrij heid onverkort te bezitten, woon de hij met zijn gezin niet ver van het huis zijner meesteres, en bracht slechts dan in haar huis den nacht door, wanneer late avondpartijen ot andere, hem opgelegde diensten daartoe leidden. Mevr. Mazel had twee zonende oudste Kené de Sa- vonnières, raadsheer, was enkele jaren tevoren met een spilzieke vrouw getrouwd, tegen welke haar schoonmoeder een „lettre de cachet" had weten te ver krijgen zoo nu en dan ontsnapte de jonge levenslustige vrouw uit haar verbanning, maar werd door het wakend oog van mevr. Mazal steeds weer teruggebracht. De tweede zoon, Savonnières, de Lignières was verliefd op een weduwe, wier gedrag de moeder niet aanstond, zoodat zij tot dusver het huwelijk had te behalen. Het belang was dikwijls bijzaak. Dat daardoor botsingen met de gemeenten niet kouden wor den voorkomen ligt voor de hand. Immers waren de groote ondernemingen niet in de eerste plaats winst-instituten, doch meer belangen-lichamen, daar de in gezetenen bij een goede, doel treffende exploitatie groot belang hadden. Het gevolg was, dat in de gemeenteraden naar een betere oplossing werd gezocht en meestal meende men die te moeten vinden in de exploitatie door de gemeente zelf. Daarbij golden dan echter ook dikwijls andere, minder mooie motieven dan het algemeen belang. Vaak toch maakten de particulieren met de exploitatie dier bedrijven goede zaken en was belangrijke winst niet buiten gesloten. Die winstmarge was dan dikwijls een aansporing voor de gemeente om tot eigen ex ploitatie over te gaan, hetgeen des te verleidelijker was daar het particulier initiatief den weg nu eenmaal gebaand had. Maar behalve deze motieven waren er echter ook andere krachten, die de gemeenten voortstuwden in de richting van eigen exploisatie. De ontwik kelingsgang van de laatste jaren bracht nieuwe gedachten en nieuwe inzichten mede. De steeds voortschrijdende techniek leidde het verkeerswezen in andere banen, de toepassing van elec- triciteitin tal van bedrijven stelde nieuwe eischen en het gevolg van een en ander was, dat het algemeen belang steeds nauwer verbonden werd aan de exploi tatie van tal van bedrijven. En het was dit algemeen belang, dat wel noodzaakte tot het op richten vangemeente-monopolies, omdat bij een exploitatie van gemeentewege toch in de eerste plaats de behartiging van dit belang op den voorgrond stond en niet de winst-marge. Afgezien van alle andere motieven is er veel voor te zeg gen, dat er verschillende be drijven zijn, die het best door weten te beletten. Een huis genoot van mevr. Mazal was een zekere Abbé Poulard, die in het drama overigens geen rol speelt. Maar als huisgenoot moest hij beschikken over een huis sleutel en daartoe had Lebrun de zijne, die hem jarenlang was toevertrouwd, moeten afstaan. Hij had toen een huissleutel genomen, waarvan mevr. Mazal het bestaan blijkbaar niet meer wist, en op die wijze was hij niet zoo aan de uren van sluiting van de woning gebonden als zonder sleutel het geval zou zijn geweest. Maar het bezit van dezen sleutel, hoe onbeteekenend op zichzelf, zou zijn verderf worden. Op een ochtend nu, dat Le brun het gewone belsignaal uit de kamer zijner meesteres ver wachtte, dat zij de hulp harer kamenier behoefde, bleef dit teeken uit. Lebrun maakte zich ongerust; den vorigen avond had hij, laat thuis komende hij en de zijnen hadden een sou- pertje gehad een der deuren van het huis op onverklaarbare wijze opengevonden. Hij luister de aan de deurmet hem luis terden met ingehouden adem de twee dienstboden. (Wordt vervolgd;.

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1924 | | pagina 1