ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN Wekelijksch Overzicht. lil dj®! Honig's Lekkerbekken Puddingen Belastingen. BRESKENSCHE COURANT VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN Abonnementsprijs per drie maanden f 1.25 franco per post f 1,40 A d v e r t e n t i e p r ij s v a n 1 5 regels 75 cent Elke regel meer 15 cent. Ingez. Meded. 30 ct. p. regel. E. Telefoon No. 21 Drukker-Uitgever BOO M—B L I E K BRESKENS Postgiro 17704 Abonnements-Advertenties zeer billijk tarief. Advertenties worden aangenomen tot uiterlijk Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur 33e Jaargang Zaterdag 31 Mei 1924 Nummer 2932 dan is het wel mogelijk den vrede te bewaren. Menschen als Mussolini, die meenen dat de vrede alleen niet genoeg is, maar nog van eer en aanzien van hun land droomen, kunnen zich dan wellicht vergenoegen met de gedachte dat het ook een eer is, en de slechtste niet, de naties met elkaar te verzoe nen. Herriot, den leidei der Fran- sche radicalen heeft het pas nog gezegd. Het was een soort re- geeringsverklaring bij voorbaat. Zij diende in de eerste plaats ter geruststelling van het Duit- sche volk, gericht als zij was tot een Duitsch journalist. Maar daarnaast diende zij zeker ook ter geruststelling van Europa. „Als ik morgen aan de regee ring kom, kan de Duitsche re- publikeinsche regeering zich met vertrouwen tot mij wenden. Ik wil in vrede leven met het Duit sche volk en het zou de groot ste eer van mijn leven zijn, om alle Europeesche naties met el kaar te verzoenen. Herriot is de eerste en de eenige niet, die zulke woorden spreekt. Hij volgt van dichtbij het Engelsche voorbeeld, dat Mac Donald gaf. Maar ook Mus solini, zelfs Poincaré hebben den mond vol gehad van vrede en verzoening, zoovol, dat de we reld deze woorden een beetje is gaan wantrouwen als de ge bruikelijke schermen, waarachter de heerzucht en het imperialisme verheimelijkt worden. En al m&akt het dan nog een verschil, wie de woorden uitspreekt en hebben ze in den mond van Mac Donald of Herriot een an dere beteekenis dan in een re devoering van Poincaré, toch ziet die wereld liever naar de daden uit, waaruit deze begeerte blijkt. De bijlegging van het Zwit- sersch-Italiaansch kan er een van zijn; die van het Fransch- Zwitserech geschil wellicht een ander. Maar waar de wereld vooral op wacht, is de bijleg ging van het Fransch-Duitsch geschil. Zal Herriot haar kunnen bewerken? We weten altijd nog niet, ot hij er de gelegenheid voor zal krijgen. „Ais ik aan de regeering kom" is hij begonnen te zeggen. De toestand is in Frankrijk een beetje moeilijk, allereerst omdat de radicalen op zich zelf geen meerderheid hebben en nog niet zeker is of ze aan de regeering willen deel nemen of vasten steun aan een radicale regeering willen toezeg gen, maar dan ook door de be nauwde positie, waarin Millerand, de president der Fransche repu bliek zich zelf gevangen heeft. Millerand heeft indertijd leelijk zijn mond voorbijgepraat, toen hij zich met het bewind van Poincaré solidair verklaarde. Die tiater, want een tlater was het voor het hoofd van een con- stitutioneele staat, wordt hem nu door de radicalen, maar vooral door de socialisten,voorgehouden, die zijn aftreden wenschen. Feitelijk zou dat aftreden ook de natuurlijke consequentie van zijn uitspraak van eertrijda zijn. Maar Millerand besluit er niet graag toe, niet enkel uit gehecht heid aan zijn eerebaantje, maar vooral ook uit de overweging, dat hij nog een zekere rem kan vormen tegen de nieuwe politiek, die zoowel tegenover het bui tenland als in het binnenland, gangbaar zal worden'. Tegenover bet buitenland zal ze trouwens wel voor een groot deel bepaald worden door Duitschland's houding. Het is zeker niet zonder be doeling dat Herriot, zijn verzoe- ningsgezindheid uitsprekend, na drukkelijk van de Duitsche ,re- publikeinsche" regeering spreekt, die zich met vertrouwen tot hem zou kunnen wenden. Een monar chistische Duitsche regeering zal hij voorloopig nog wel niet vree zen. Maar wil hij met deze uit drukking de Duitschers eraan herinneren, dat het de Duitsche republiek en hun repubhkeinsche gezindheid is, die hen bij hem een voorsprong geven, omdat deze gezindheid hem meer ver trouwen geeftop hunvredelievend heid en dat ze dus minder tege moetkomendheid van hem te wachten hebben, naarmate ze zich in hun gevoelens verder van de republiek verwijderen en de anti-republikeinsche partijen bij hen meer invloed krijgen De waarschuwing zou niet te onpas komen, want er heerscht in Duitsche regeeringskringen, vooral bij de volkspartij, nog altijd een bedenkelijke neiging om de Duitsche nationalen niet slechts in de regeering op te nemen, maar daarin ook een vooraanstaande plaats te ver zekeren. En met een rijkskanselier als admiraal Von Tirpitz, die de Duitsch-nationalen naar voren schoven, maar van wien vooral centrum en democratie dan ook niet willen weten, is de verzoe ning van alle Europeesche naties niet zoo heel veilig. De Engelschen zullen het ook wel begrijpen en allicht ook in die richting een wenk te Berlijn geven. Maar dergelijke wenken doen zooveel kwaad als goed, niet alleen te Berlijn. De ver zoening is er nog niet, maar de wedijver en het onderlinge ver trouwen. E?n zoolang die heer- schen plegen raadgevingen en wenken een averechtsche uit werking te hebben. Het maakt pogingen als Herriot zich voor stelt, zoo uiterst moeilijk en gevaariijk vaak voor wie ze onderneemt. Dat zal waarschijnlijk niet alleen de toekomstige Fransche premier ondervinden. President Coolidge kan het ook gewaar worden, nu hij de voor de Ja panners zoo hatetijke immigratie- wet opnieuw naar het Congres heeft teruggezonden met de boodschap, dat de uitsluiting van de Japanners in tegenspraak is met de bestaande verdragen en dat dit moet worden verbe terd voor de president de wet kan onderteekenen. Zal het Congres zich laten gezeggen? Of zal deze poging den presi dent zijn populariteit en wellicht zijn kansen op candidaatstelling voor de nieuwe presidentsver kiezing kosten C. Het Zwitsersch-ltaliaansch ge schil is bijgelegd. Dat is op zichzelf niet van zoo heel be langrijke beteekenis. Uit dit ge schil behoefde men geen wereld oorlog als gevolg, niet eens een Zwitsersch-Italiaansche oorlog te vreezen. En het verbreken van de diplomatieke betrek kingen tusschen Italië en Zwit serland, het ergste wat scheen te kunnen gebeuren, zou toch eigenlijk alleen de beide landen last veroorzaakt hebben, wat ze blijkbaar ook wel hebben be grepen. Maar deze bijlegging krijgt beteekenis door den geest, die er uitspreekt Blijkbaar be gint Mussolini de driftigheid en de heerschzucht van de jeugd wat kwijt te raken en te besef fen, dat Italie's belangen niet het best gediend zijn door sa- belgerinkel en vuistslagen op tafel. En hij heeft begrepen, dat de Zwitsersche soldaat die wat leelijk tegen hem schreeuwde, dat hij te Rome toch niet hooren kon, Italie's prestige veel meer afbreuk zou doen, wanneer hij er een offi- cieele twist met Zwitserland over uitlokte, dan wanneer hij er zijn schouders over ophaalde. Voor dat laatste voorval was het al te laat. Maar hij heeft althans met de eenvoudige be straffing van den schuldige zijn eer en die van Italië gewroken geacht. En de Zwitsersche re geering van haar kant heeft haar verontwaardiging over de vrijheidsberooving van een Zwit- serschen burgemeester door Ita- liaansche fascisten om de wille van de lieve vrede maar inge slikt. Het is het gewone wereld- sche verloop. De zwakken en kleinen moe ten maar zien of ze niet te veel merken van de last en de be- leedigingen, die de grooten hun aandoen. En wanneer dan de grooten ook een beetje schap pelijk zijn en niet altijd het on derste uit de kan willen hebben, yBtflïaïafi1T83N. 3. (Belangwekkende processen in den loop der tijden). EEN GEVAARLIJKE GIFTMENG- STER DE MARKIEZIN DE BRINVILLIERS (1676). Wel echter bracht hij een aantal namen naar voren van personen, die naar hij zeide, en naar later ook bleek, meer en beter op de hoogte waren, en naarmate men deze, voor zoover zij niet vluchtten, in hechtenis nam, verhoorde en daardoor weer op andere sporen werd geleid, kwam men achter geheel een vergiftigingszaak van zoo wijden omvang, dat in bepaalde geval len van vergiftiging moeilijk viel te onderscheiden of het uitslui tend lust tot vergiftigen was geweest dan wel om eenige reden was gehandeld. La Chaus- sée had, het bleek maar al te duidelijk, als werktuig gediend. Maar hij was de man geweest, die welbewust, den heer d' Aubrauy de doodende drank had gebracht en zijn dood stond tevoren vast. De markiezin de Brinvilliers was het in Frankrijk te warm geworden. Op een goeden avond was zij gevlucht met medeneming van bijoux, gereed geld en wat meer mede te nemen viel. Zoo overhaast was blijkbaar haar vlucht geweest, dat zij haar buiten niet door de deur, maar door het raam had verlaten. Zij begaf zich naar Luik en hield er, onder haar eigen naam, zich schuil. Waarom ook niet? Uit levering was in die dagen nog maar weinig bekend en zij ver toefde op een gebied, dat met Frankrijk op voet van oorlog stond. Intusschen, het mocht schijnen, dat de Fransche justitie sliep. Antoine d' Abray bleef waken. Zij heeft voortdurend, geholpen door den trouwen Cluet, nieuwe bewijzen bijeengebracht, en de Parijsche justitie gevoelde, dat. waar de macht haar ont brak, list moest worden gebruikt. Een zekere Degrais, een uiter lijk knappe jongen, werd er op afgestuurd. Hij wist onder een vermomming met de markiezin te Luik in aanraking te komen, zij verveelde zich, verlangde naar afleiding en was dus voor zijn ietwat galante toenadering niet ong-voelig. Trouwens, in geheel deze moordzaak toonde de markiezin zich een groot kind, die zelfs de meest gebrui kelijke maatregelen van veilig heid niet in acht namhaar leven, haar eer en alles in han den gaf van personen van geringe ontwikkeling. Degrais wantrouw de zij geen oogenbliktoen hij dan ook, na haar eenigen tijd te kennen, een wandeling buiten de stad voorsloeg, ging zij erop in. En daarbuiten wachtte een ka ros, waaruit plotseling een viertal dienaren van de Parijsche justitie kwamen schoon het tegen de wet en de goede orde was, na men zij de markiezin gevangen, voerden haar niet zonder moeite binnen. Een vertegenwoordiger van het gerechtshof was haar reeds tot aan de grens tegemoet gereisd en daar werd zij voor het eerst verhoord. Degrais in tusschen had zijn taak nog niet volbrachthij begaf zich naar de verblijfplaats van de markie zin te Luik, doorzocht deze en vond er een hoogst eigenaardig, voor haar zeer bezwarend pa pier. Want daarop had zij, in groote, bijna kinderlijk groote letters, een bekentenis neerge schreven, van al wat zij slecht gedaan had in haar leven. De ombrenging door middel van vergif van naar vader volgde er direct op kleine jeugdzonden zij bekende tegen alles gezon digd te hebben, tegen de wet, tegen haar familie, tegen zichzelf en ook tegen God. Later is de vraag of deze bekentenis in 't geding mocht worden gebracht ernstig besprokenmen meende, dat het met het religieus karak ter van dit stuk in strijd was, zulks te doen. De juristen even wel, daarover geraadpleegd, stelden in het licht, dat dit reli gieus karakter ophield in een geval als dit, dat het geschrift blijkbaar een bekentenis was jegens zichzelve, en dus nist van boeteling tegenover biecht vader. De markiezin werd naar Parijs gevoerd, en bijna vier jaren nadat de cassette van de St. Croix de eerste aanleiding tot dit fameuze geding had gegeven, werd de acte van beschuldiging tegen haar opgemaakt. In het algemeen achtte men, in verband met La Chaussée en de door hem aangewezenen aan bekente nissen hadden nagelaten, haar schuld vrijwel vaststaande. De van haar ontdekte bekentenis kon niet anders dan deze over tuiging versterken. Maar de ju stitie in die dagen, gebrekkig als zij mocht zijn, eischte even I'¥ Ik is een minder vleiende naam voor hen wier smaak zoo fijn ontwikkeld is, dat zij geen bevrediging vinden in voed sel, dat daaraan niet tegemoet komt. Men moet er echter rekening mee houden. De meest verstokte lekkerbek is voldaan door Gefabriceerd met Honig's Maïzena. 6 De verzoening moet komen niet alleen van alle Europeesche naties, maar van alle naties ter wereld. Maar de volken lijden nog aan de vergiftiging door veel nationalistische propaganda. En wie haar daarom poogt tot stand te brengen, moet zijn eigen oogenblikkelijk succes durven riskeeren voor de toekomstige dankbaarheid der wereld. Wanneer er een verplichting is, waarvan de Nederlander (bij andere volken zal dit trouwens eveneens wel het geval zijn) zich met weinig sympathie kwijt, dan is het zeer zeker die van het betalen der verschuldigde belasting. De mededeeling van den Minister van Financien hier- als thans niet alleen het over tuigend, doch ook het wettig bewijs, en dit bleef ontbreken. Getuigen zonder tal werden voorgevoerd, maar zij konden niets anders dan verhalen doen van hooren zeggen. De markie zin bleef halsstarrig ontkennen; met den moed der wanhoop streed zij voor haar leven geen oogenblik week van het teere, in zeker opzicht nog kinderlijke gezicht de vastberaden trek de koude minachting, die zij voor de haar aanklagenden had. Totdat eindelijk Cluet, die op zijn hoede gebleven wat, erin slaagde een getuige bij te bren gen, die haar den genadestoot gaf. Het was een zekere Brian- court, rechtsgeleerde, dis eenigen tijd in dienst van de familie d' Aubray was geweest. Aanvan kelijk bleek hij niet bereid om heel veel te vertellen, doch later, afzonderlijk door den president van den rechtbank in verhoor genomen, ontlastte hij zijn ge weten. Het bleek toen, dat de markiezin, om van zijne diensten te kunnen gebruik maken, hem in den zeer vertrouwelijken kring had opgenomen, en hem duide lijk te verstaan had gegeven welke diensten van hem werden gevergd. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1924 | | pagina 1