ALGEMEEN NIEUWS- EN AD VERTENTIEBLAD VO OR ZEEUWSCHVLAANDEREN Wekelijkse!) Omzicht. gsreaüü8T0K, Harten Vrouw. De Malaise. VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN Abonnementsprijs per drie maanden f 1.25 franco per post f 1,40 Advertentieprijs van 1 5 regels 75 cent Elke regel meer 15 cent Ingez. Meded. 30 ct. p. regel. Drukker-Uitgever E. BOOM—BLIEK TNo.,02in breskens p;78$4r0 Abonnements-Advertenties zeer billijk tarief. Tijdelijk verhoogd met 20 pCt. Advertenties worden aangenomen tot uiterlijk Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur 33e Jaargang Zaterdag 20 October 1923 Nummer 2870 We meenen wel een», dat we aan het recht van den sterkste ontgroeid zijn. Het is meer schijn dan werkelijkheid. We 'praten meer over recht en redelijkheid, denken aan internationale recht spraak en arbitrage en hebben den Volkenbond. Maar als het er op aankomt, dat wil zeggen op ons eigen belang en ons eigen recht dan doen we nog net als de menschen voor tweeduizend en meer jaren. Wat beteekent, dat we doen, waartoe we de macht heben. En dat drukt zoo wel op het nationale als op het internationale leven zijn stempel. Op het laatste natuurlijk in ster kere mate. Binnen de lands grenzen hebben we een macht weten te scheppen, die het recht van den sterkste nog wel niet op zij heeft weten te dringen, maar althans de uitoefening van dat recht binnen zekere perken moet behouden In het interna tionale leven zijn we nog zoover niet. We doen soms wel alsof, maar we weten heel goed, dat hier de wensch de vader der gedachte is. In werkelijkheid worden de internationale ver houdingen en gedragingen nog door de macht van het geweld bepaald. En we staan eigenlijk zelf eenbeetje verwonderd, wan neer we zien, hoe Italië zich werkelijk door de publieke opinie der wereld laat bepraten den pas opgerichten Volkenbond niet onbeschofter voor het hooft te stooten en het kleine Grieken land wat minder erg te moles- teeren dan het aanvankelijk van plan bleek. Onze vreugde over dat resultaat is zelfs zoo groot, dat we er niet meer aan denken Italië aan de gemaakte afspraak te willen houden, maar het zon der de uitspraak van het Inter nationale Hof van Justitie graag de Grieksche millioenen cadeau geven, blij dat het zaakje nog zoo goed afloopt. En we glim- lachee zoo'n beetje wanneer Griekenland de 9 millioenen DOOR HELLMUTH MIELKE. UIT HET DUITSCH VERTAALD. (Nadruk verboden). 30. Uit zijn humeur door die voort durende indringerigheid, wilde hij de mand wegduwen, toen een hem bekende stem op kla- genden toon zei: „Mijnheer, een paar lucifers alstublieft Het leelijke gezicht van Jules met de spleetoogjes en de stompe neus, dook achter de mand op. Zonder twijfel had hij in Alsen den vreemdeling herkend, die hem 's morgens de ongekende weelde van een ontbijt had be zorgd. ,Ah, kijk eens aan, Jules I" riep Alsen zeer verrast, ,dat is dus je avondberoep. Hoe gaat het toch met je vader De jongen is namelijk de zoon van den zieken klerk, over wien wij al spraken", merkte hij ter op heldering tot Frémoire op. Deze nam den knaap met een snellen blik van top tot teen op. In een ondeelbaar oogenblik had voor zijn Klein Aziatische vluch telingen negeert, die Italië het als troostprijs wilde toestoppen. Zoo doe je nu eenmaal niet te genover groote heeren. Er is nu weer zoo'n geval met een grooten heer en met een veel grooteren nog wel dan Italië met een, die in Europa op 't oogenblik zoo wat voor opperbaas speelt. De Volken bond komt er niet bij te pas en het Internationale Hof van Justitie ook niet. En er vallen geen kanonschoten bij er dreigt geen oorlogsverklaring. Maar overigens is het wel zoo iets, waarvan de grooten het recht van de macht demonstreeren en kleinen het ijdele van het ge praat over arbitrage en recht spraak en recht ondervinden. Want Zwitserland heeft op dat recht en die rechtspraak en op het Haagsche Hof een be roep gedaan. Sinds de vrede van Versailles heeft het een moeite met Frankrijk over de douanegrens rondom Genève. Het verdrag van Weenen van 1815 had zekere districten om Genève heen aan Frankrijk toe bedeeld, maar bepaalde, dat buiten de Fransche douane-grens zouden blijven en vrije handel met Zwitserland hebben, wat vooral voor Genève en omge ving van veel beteekenis was. Het vredesverdag van Versailles had echter de noodzakelijkheid van wijziging van dezen toestand uitgesproken en feitelijk den toestand opgeheven, maar de nieuwe regeling aan de twee betrokkenen overgelaten. En in 1921 stemden de Zwitsersche onderhandelaars toe in afschaf fing der vrije zone en gelijk stelling van de douanegrens met de politieke grens. Maar een voksreferendum in Zwitserland sprak zich tegen deze overeen komst uit. En nadat de Zwitser sche regeering daarop de rati ficatie geweigerd had, heeft nu Frankrijk, zonder zich om het verzet van Zwitserland te be kommeren, toch de nieuwe dou anegrens naar de politieke grens verlegd. hij zich een oordeel over Jules gevormd. ,Ja, je arme vader I" zei hij langzaam en tot Alsen's groote verrassing legde de detective een gevoelvol medelijden in zijn woorden, terwijl zijn handen in de mand rondwoelden en hij toch zijn oogen niet van Jules afwendde. ,Wat kost dit doosje, vrindje Vijf centimes Duur, erg duur. Voor een buurman kon je wel wat goedkooper we zen. Ik heb al heel wat goeds voor je vader gedaan. Gaat het vandaag wat beter met hem Jules staarde den detective zonder te begrijpen aan. Hij begreep er geen woord van, wat deze allemaal gezegd had. „Ik wil hopen, dat het beter met hem gaat", ging Frémoire op denzelfden, gevoelvollen toon voort, die klonk, alsof er een diaken in hem schuilde, ,maar heusch, hij moet wat geduld hebben. Kijk, vriend, dezen heer hier, die een rijk man is, heb ik heel veel van de ziekte van je armen vader verteld. Wij willen hem Zondagmorgen een bezoek brengen en hem een kleine on dersteuning laten toekomen. Hier heb je twintig centimes, m'n jongen". „Hier" Alsen gal hem lachend Op zichzelf is dit natuurlijk geen gebeurtenis van wereld- beteekenis. Het gaat hier om een betrekkelijk kleine strooks gronde. En een oplossing moet toch ten slotte gevonden wor den. Maar Frankrijk's eigen machtige daad en volstrekte ne gatie van Zwitserland's ver- toogen en verzoeken demon streert wel weer op duidelijke wijze de minachting voor de kleine staten en hun rechten en het geloof aan het recht van de macht. Had Frankrijk tegen over Engeland of Italië gestaan het zou zich wel twee neen twintigmaal bedacht hebben voor het door zoo'n onhebbe lijkheid en massale eigenmach tigheid de wederpartij voor het hoofd stootte. Maar tegenover Zwitserland, dat zich wel erg beleedigd acht, maar niet met eert sabel laat rinkelen, kan het geen kwaad. Frankrijk weet, dat het de sterk 8te is en dat het recht van den sterkste altijd zegeviert. Wij hebben dit al zoo dikwijls en tijdens den oorlog op zoo'n overduidelijke wijze ervaren, dat we gewoon gaan vinden en soms zelfs de overheersching van den sterkere maar wenschen, wanneer de zaken scheef gaan loopen. In Duitschland gaan ze het nu op die manier probeeren. Na Italië, Spanje er_ Griekenland krijgt nu ook Duitschland zijn direktorium tengevolge van de buitengewone volmachtswet, die het kabinet-Stresemann door de goedkeuring der machtigingswet eindelijk heeft gekregen, ondanks het verzet, dat zich daartegen van den kant der partijen, die haar plannen door deze dictoriale macht bedreigd zagen, de Duitsch nationalen en de communisten richtte. Het schijnt tijd te wor den. De bloedige onlusten in Rijn- en Roerstreek en de hou ding zoowel van de Beiersche als van de Saksische regeeiing bedreigen op bedenkelijke wijze de eenheid van het Rijk. De Beieren schijnen zelfs van plan zich rechtstreeks tegen de beve len der rijksregeering te verzet- een francstuk het zal een kleine troost voor je wezen, want Maandag kun je wel op een flink pak slaag rekenen. Mijnheer Pichet is erg boos op je. ,Wel, wel, boos op mijn bra ven Jules, die voor zijn vader lucifers verkoopt?" vroeg Fré moire, en in den toon waarop hij sprak klonk thans opeens een werkelijke belangstelling. „Wat heb je dan nu weer gedaan, m'n jongen De stompzinnige knaap was rood geworden. Hij zag den een, dan weer den ander aan. De heeren schenen het goed met hem te meenen. „Ik heb dien dommen brief heelemaal vergeten. O, mijn heer", zei hij zich tot Alsen wendende, ik kan hem immers ook morgen nog wel bezorgen. „Mijnheer Pichet heeft Jules bij mijn komst een brief te be zorgen gegeven", verduidelijkte Alsen voor den detective, en de kleine Jules heeft dat heele brief je vergeten. In plaats van den brief te bezorgen, heeft hij, naar het schijnt, weer ergens rond gezworven". „Een brief? riep Frémoire met gemaakte opwinding. Den heelen dag heb ik op een brief van mijnheer Pichet gewacht. ten, waar ze van het ontslag van den opperbevelhebber der rijksweer in Beieren, generaal von Lorsonder die de bevelen vnn den minister van oorlog niet wilde opvolgen niet willen hoo- ren. Zal het kabinet Stresemann zijn nieuwe macht tegen dit verzet in werking durven stellen? Het kan in Saksen een bond genoot hebben, maar een bond genoot, die gevaarlijk kan wor den. En uit het Rijnland maant het separatisme, dat door de ellende nieuwe aanhangers toe gevoerd krijgt, om den boog niet te strak te spannen. Maar laat men Beieren begaan, dan gaat ook Saksen zijn gang met zijn verzet tegen de bevelen tot ontbinding der proletarische honderdschappen, die de repu bliek moeten verdedigen tegen het drijven der monarchisten En beteekent dit al niet het begin der ontbinding van de rijkseenheid. Poincaré ligt op de loer. Hij wil met de Duitsche regeering niet over het herstel aan de Roer onderhandelen wel met plaat selijke overheidspersonen. Is het wonder, waar de seperatieven zelfs vrij reizen krijgen voor hun betoogingen Duitschland's eenige kans schijnt nog de be zinning van Engeland, waar nu de rijksconfèrentie van ministers uit de zelf besturende gewesten en afjgevaardigden uit lndië te zamen met de rijksregeering de politiek van het rijk zullen be palen. Er is een sterke stroo ming voor beslister ingrijpen van Engeland in de internatio nale aangelegenheden en Frank rijk's houding aan de Roer. Maar tegenover deze gioep, die in generaal Smuts haar voornaamste vertegenwoordiger heeft, staat een andere, dien door vastere samenvoeging van de deelen van het Britsche rijk en onderlinge bevoorrechting dit rijk meer afhankelijk wil maken van den toestand in de roes der wereld en in verband daarmee een geringe bemoeienis van Engeland met de Europeesche moeilijkheden bepleit. Wie zal Jou deugniet, jou bengel 1 Wat heb je met den brief gedaan Oogenblikkelijk geef je hemhier. „De brief is niet voor u 1" beweerde Jules geheel en al onthutst. „Laat eens zien 1 Ik kan het niet gelooven. Mijnheer Pichet had mij toch zoo stellig beloofd, mij vandaag op die kwestie te antwoorden. Je wilt zeker uit vluchten zoeken, vrindje 1" Jules had zijn mand op tafel gezet en stak zijn hand in zijn kapotte zak. „Daar" zei hij grijnzend, ter wijl hij een brief te voorschijn haalde, als de brief voor een vrouw is, hos kan hij dan voor u wezen Met een snellen greep had Frémoire hem den brief uit de hand gerukt. Na een blik op het adres te hebben geworpen, stak hij hem bij zich. „Neen, de brief is niet voor mij bestemd", zei hij rustig, maar ik kom morgen bij die dame en zal hem haar zelf overhandigen. Dat is veiliger. Heb maar geen zorg Jules, ik zal mijnheer Pichet wel inlichten". Jules bleef verbluft en wat besluiteloos staan. „Kan ik daarop vertrouwen vroeg hij trouwhartig. het winnen Engeland's belang is wel nimmer geheel af te schei den van het belang der wereld. En het is toch alleen hierom, dat Engeland zich Europa's be lang zal aantrekken, niet waar? We weten nu eindelijk toch wel, waarom het ten slotte gaat. En, teleurgesteld zeker, maar vast besloten bergen we de praatjes over recht en vrede en inter nationale rechtspraak in den ruimen hoek onzer verloren illusie. Van meer dan één zijde wordt in de laatste maanden gewezen op den als gevolg van den we reldoorlog ongunstigen algemee- nen toestand. Somber zijn de zoowel oflicieele als niet ofiici- eele berichten omtrent de voor uitzichten in binnen- als buiten land. Handel en industrie zijn ernstig getroffenhet financie wezen is ontwrichtstaatsbud getten zijn bijna niet meer slui tend te maken. De belasting- schroef is tot het uiterste aan gedraaid werkgever en werk nemer strijden den strijd om het bestaan als nooit te voren. En nog steeds verheldert zich de eco nomische hemel niet, droef grauw is de lucht, waarvan de zon wel voor goed verdwenen lijkt. Ook de binnengekomen en inmiddels gepubliceerde cijfers betreflende den stand der indu strie over het 2e kwartaal van dit jaar bewijzen maar al te zeer, dat de economische de pressie nog lang niet tot staan is gekomen en dat voor handel en industrie nog moeilijke tijden te wachten zijn. Verwondering kan dit niet baren. Bij de eigenaardige, wij mogen wel spreken van onzekere internationale verhoudingen ligt het voor de hand, dat net een maal verbroken economische evenwicht niet zoo spoedig her steld zal zijn. Men behoeft heusch nog geen pessimist te zijn om den toestand donker in te zien. Een feit is, dat de malaise nog „Je kunt er gerust op ver trouwen, jongen, de brief is in goede handen. Wat? ken je ons dan niet Heeft deze mijnheer hier vanmorgen nog niet samen met mijnheer Pichet ontbeten Ik doe er mijnheer Pichet na tuurlijk een groot plezier mee, als ik dien brief van je over neem. Nou, wel te rusten 1 Denk er om, dat we morgen je vader komen bezoeken en zorg dat je zelf ook thuis bent. Je moet ons morgen nog wat hel pen". Daarbij boog Frémoire zich wat dichter naar Alsen en fluis terde hem toe„Geef u den jongen nog een francstuk". Alsen voldeed aan die raad geving. „Hier Jules dus tot morgen". Jules stopte het geldstuk in zijn zak. Hij scheen nu heel tevreden te wezen, dat de zaak zich op deze manier had opge lost en ging met zijn mand met lucifers naar een ander tafeltje. „Maar in 's hemels naam, u hebt den jongen een brief af genomen, die niet voor u be- bestemd ia 1" riep Alsen uit. (Wardt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1923 | | pagina 1