ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN
Wekelijksch Qverzicht.
Harten Vrouw.
AMPA-ZALF
BIIESKENSCHE COURANT
VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN
Abonnementsprijs per drie maanden f 1.25 1
met 15 cent dispositiekosten.
Advertentieprijs van 1 5 regels 75 cent
Elke regel meer 15 cent. Ingez. Meded. 30 ct. p. regel.
Drukker-Uitgever
E. BOOM—BLIEK
TNo.,02°r BRESKENS
Abonnements-Advertenties zeer billijk tarief.
Tijdelijk verhoogd met 20 pCt.
Advertenties worden aangenomen tot uiterlijk
:-: Dinsdag- en Vrijdagmiddag t uur
32e Jaargang
Zaterdag 11 Augustus 1923
Nummer 2850
De eerste klap is het dubbele
waard. Het is een waarheid zoo
wel in den oorlog als in iedere
jongensvechtpartij. T usschen
Frankrijk en Engeland is het
nog geen oorlog. Integendeel,
beide putten zich uit in weder-
zijdsche betuigingen en blijvende
vriendschap en bondgenootschap.
Maar niettemin vechten ze hard
nekkig, ook om de publieke
opinie der wereld. Engeland is
daarbij ongetwijfeld aan de win
nende hand De wereld is sinds
al beu van den oorlogshaat en
de Fransche onverzoenlijkheid.
Maar niettemin geeft Poicaré
de strijd niet op. En gedach
tig aan de betrouwbaar gebleken
vechtregel, heeft hij, evenals
zijn Belgische bondgenoot, de
verklaringen en nota's gepubli
ceerd, die in antwoord op de
Engelsche vragen en voorstellen
gegeven zijn, nu Baldwin op de
openbaarmaking der onderhan
delingen aandrong, voor nog
Engeland er toe kon overgaan.
Het zijn ellenlange vertogen, die
hij de wereld voorzet. Maar het
is niet waarschijnlijk, dat hij er
Frankrijk's positie mee versterkt
heeft. We weten nu langzamer
hand allemaal wei, wat Frank
rijk wil en wat het niet wil en
waarom het zoo wil. Daarvoor
hebben we den Franschen woor
denstroom niet meer noodig.
Maar uit den stroom steekt een
enkele zin het hoofd op, die
ons meer zegt dan dit alleen.
„Wij kunnen 18/0 niet vergeten."
In deze woorden geeft Poincaré
niet enkel weer de verklaring
van Frankrijk's onverzoenlijk
heid, hij teekent er Frankrijk's
houding mee, en de reden van
die houding sinds 1914 en mis
schien van lang voor dien.
De Holland8cb-Amerikaan8che
schrijver Dr. van Loon heeft
Poincare onlangs in een zijner
Amerikaansche brieven de per
sonificatie van de Fransche re
vanche-idee genoemd. De Fran
sche minister-president zelf heeft
DOOR
HELLMUTH MIELKE.
UIT HET DUITSCH VERTAALD.
(Nadruk verboden).
10.
111.
Ilij had een klein kamertje
gehuurd, eigen-i in de drukte
der voorstad. Het nieuwe leven,
de strijd om het bestaan zou
beginnen.
Zijn middelen waren gering,
zij konden hoogstens slechts voor
eenige weken voldoende zijn,
maar hij moest dan toch gedu
rende dien tijd uiterst zuinig
leven. Goede diners en de
daarbij behoorende wijn behoor
den nu voorgoed tot het verle
den al ging hij niet dadelijk
naar een volkskeuken, hij moest
zich nu toch met een klein,
bescheiden restaurant in de voor
stad tevreden stellen.
Alsen verwonderde er zich
zelfs over, hoe goed zijn maag
zich aan deze nieuwe omstan
digheden aanpaste. Weliswaar
had hij in de eerste dagen nog
wel eens naar vroeger tijden
terugverlangdhij herinnerde
destijds in zijn te Jeulien gehou
den redevoering deze karakte
riseering voor eigen rekening
genomen, toen hij verklaarde,
altijd opgekomente zijn tegen
het streven van die Eranschen,
die vóór den grooten oorlog
toenadering tot Duitschland zoch
ten op gevaar af, dat zulks zou
leiden tot een oflicieele beves
tiging van het vredesverdrag
van Frankfort, dat in 1871
aan den Fransch-Duitsche oor
log een einde maakte. Maar
het blijkt meer en meer dat hij
in deze personificatie tevens
Frankrijk vertegenwoordigde.
We kunnen 1870 niet vergeten.
Lloyd George weet het wel en
heeft het waarschijnlijk altijd
wel geweten, al heeft hij een
tijd lang gedaan of hij het niet
wist. Maar weet Baldwin het
ook niet Toen Lloyd George
op de verklaring antwoordde
die de eerste minister naar aan
leiding van het Fransche ant
woord op de Engelsche voor
stellen in het Lagerhuis aflegde
heeft hij de fictie veroordeeld,
waarom Engeland door dik en
dun bleef vasthouden en die van
de voorstellen de nieuwe demon
stratie waren. Maar het is de
vraag, of Baldwin die officieele
fictie in zijn gemoed al niet lang
heeft losgelaten en of we juist
daaraan niet de huidige Engel
sche politiek danken. Frankrijk's
politiek is duidelijk genoeg, zei
Lloyd George, het wenscht aan
de Koer te blijven. „Totje dienst",
had Baldwin kunnen antwoorden,
.maar ik wou het dit zelf laten
verklaren". Hij zei het niet zoo;
althans niet in die woorden.
Maar wat hij in andere woorden
zei, toonde wel, dat zijn opvat
tingen van die van Lloyd George
niet zoo heel veel verschilden.
Bonar Law heeft hetzelfde ook
al eens gezegd in nog andere
woorden. Maar de verklaringen
zijn voor Frankrijk duidelijk
genoeg. Fan tweeën één: óf
men wenscht de schadevergoe
ding, maar dan moet men ook
een Duitschland willen dat in
staat is, die te betalen, óf men
wil een geruïneerd Duitschland.
zich hoe in die dagen de biefstuk
veel malscher was geweest, toen
hij eens gedurende een kort
verblijf in Berlijn in een prachtig
hotel had doorgebracht. Maar
over 't algemeende nieuwe
spijzen smaakten hem toch wel,
al waren ze soms wat ongewoon
voor hem.
Dat was ook in 't geheel geen
wonder, want ook bij hem werd
thans het spreekwoord bewaar
heid, dat honger de beste saus is.
Wanneer hij zich den geheelen
dag moe had geloopen of de
uitgestrekte voorstad per tram in
alle richtingen doorkruiste, dan
moest hij wel hongerig worden.
De jacht was thans voor hem be
gonnen, die vreeselijke, lichaam
en geest afmattende jacht naar
brood, naar een betrekkiug.
's Morgens en 's avonds zat
hij in de couranten te snuffelen,
en tot laat in den nacht werden
brieven geschreven, waarin hij
zijn kennis en bekwaamheden
ophemelde, zooals een kwakzal
ver zijn wonderzalfjes over
dag bezorgde hij zijn tallooze
brieven op de verschillende
couranten-bureau's en stelde zich
voor in enkele zaken, die op
zijn sollicitatie waren ingegaan.
Ja, het waren maar heel weinig
antwoorden, die hij op zijn tal
Een tu8schenweg is er niet.
En Baldwin heeft het alternatief
duidelijk genoeg gevoeld. Maar
dan heeft ook Lloyd George gelijk
en hoeft hij niet langer te wach
ten. Want Frankrijke' autwoorJ
is duidelijk genoeg. Het heeft
het Britsche ontwerp-antwoord,
waarin toch aan Duitschland den
raad gegeven weid het lijdelijk
verzet te staken en de hoop uit
gesproken dat daartegenover
Frankrijk en België de bezetting
zouden wijzigen, niet eens in zijn
lange verklaringen aan Engeland
der vermelding waard gekeurd.
En we hebben de Fransche en
Engelsche antwoorden niet zin
voor zin na te gaan om te weten,
wat Frankrijk's en ook Beigie's
keuze is. Zal Engeland nu
werkelijk de conclusie durven
trekken en daarnaar handelen
Men kan de publicatie der
onderhandelingen als een eerste
stap zien op den eigen weg.
Maar omtrent het juiste verloop
van dien weg schijnt de Engel
sche regeering zelve zich nog
geen duidelijke voorstelling te
hebben gemaakt.
Tegenover Frankrijk, welks
nieuwe verordening in het bezet
te gebied, waai bij feitelijk de
kolenmijnen geannexeerd wor
den, nu de kolen- en cokes-
voorraad is uitgeput en Duitsche
mijnwerkers hem niet blijken te
willen aanvullen, zijn houding
teekent, tegenover deze resoluut
heid staat Engeland nog min of
meer aarzelend. En 't is wel waar
schijnlijk dat de plotselinge dood
van president Harding die hou
ding nog onzekerder zal maken.
Sinds Amerika zich in den
oorlog tot een eerste wereldmacht
ontwikkelde, zoekt Engeland
naarstiger nog dan voor dien de
Amerikaansche vriendschap. In
de regeling van het schadever-
goedings-vraag8tuk hoopte het,
ondanks Amerika's teruggetrok
ken houding na den vrede van
Versailles, op de medewerking
van den Amerikaanschen neef.
Harding, die sterk Engelsch-
geziud was, scheen daartoe wel
geneigd. Maar hoe zal zijn
opvolger daar tegenover staan?
rijke brieven ontving en ook bij
die enkele zaken bleef zijn solli
citatie na een persoonlijk bezoek
steeds zonder resultaat. Hij
maakte als persoon den meest
gunstigen indruk, maar zoodra
hij op de vraag naar zijn getuig
schriften moest antwoorden, dat
hij er geen bezat, trok de des-
betrotfende chef telkens de
schouders op ,Het spijt mij zeer
zonder getuigschriften en
nadere informaties - onmogelijk".
En daarmee was het atgeloo-
pen en kon hij de deur aan den
buitenkant dicht doen.
Het ging nu eenmaal wonder
lijk toe in de wereld. Bezield
met een heilig willen tot werken,
vond hij toch gfeen gelegenheid
zijn krachten pioductief aan te
wenden, want hem ontbrak dat
eene, het beste de verklaring
zwart op wit, dat hij werkelijk
zoo flink was, zooals hij zich
voorgenomen had te willen wor
den, en zonder zulk een bewijs
bleef hij in de oogen van een
koopman slechts een avonturier,
zoo niet zelfs een speler of
schelm.
Soms kwam de gedachte bij
hem op, of hij toch niet beter
had gedaan aan de overzijde
van den oceaan zijn geluk te
beproeven. Daargings in New-
Zijn positie als vervanger van
den gestorven president, waar
door hij slechts tot Maart 1925
de presidentiëele waardigheid
vervult, maakt het hem niet
gemakkelijker een actieve poli
tiek in te leiden. In elk geval
zal Engeland willen afwachten,
hoe hij zich tegenover de Euro-
peesche vraagstukken plaatst,
voordat het beslissende maat
regelen neemt. En zoo gaat
opnieuw internationale tijd ver
loren, die juist op het oogenblik
zoo kostbaar is. Want in Duitsch
land dringen de omstandigheden
naar een oplossing. En ook elders
in Europa de nieuwe revolutio
naire beweging in Hongarije is
er een bewijs van duurt de
onrust voort. Wie spoedig helpt,
helpt dubbel, heet het. Maar op
die dubbele hulp behoeft Europa
al niet meer te rekenen.
Ingezonden Mededeeling.
P
Invoer van aardappelen,
tomaten en eierplanten
in België.
De bepalingen betrelfende den
invoer in Be gië van aardappel
knollen en planten daarvan, zoo
mede den invoer van vruchten
of planten van tomaat-, of eier-
plant treden vanaf 15 Augustus
in werking.
Voor den invoer van aardap
pelknollen en planten in Bel-
gie gelden de volgende bepa
lingen
le. De invoer van aardappelen
gegroeid binnen een afstand van
5 K. M. van een door wratziekte
besmet perceel is verboden.
2e. De invoer van aardappelen
gegroeid tusschen 5 en 2(3 K.M.
afstand van een door wratziekte
besmet perceel kan slechts plaats
vinden, indien de aardappelen
York of Chicago hechtte men
misschien minder waarde aan
een stuk beschreven papier en
daardoor meer aan den persoon
zelf; men vroeg slechts of iemand
iets presteerde en niet of hij al
een zak vol aanbevelingen mee
bracht. Het gebeurde wel eens,
dat hij den blik op de harten-
vrouw-kaart, die hij in zijn
kamer aan den wand had vast
gespijkerd, richtte met de stille,
spottende vraag: ,Wat denkt u
ervan waarde dame, zullen wij
naar Amerika varen
Maar hij ging niet naar Ame
rika. Juist die kaart hield hem
aan Duitsch grondgebied vast,
of liever niet de kaart, maar
wat deze thans in zijn oogen
beteekende.
Hij had het knappe meisje
van de jaarmarktdrukte op de
„Hasenheide" niet vergeten.
Ondanks de teleurstellingen en
ontgoochelingen die hem iedere
dag weer bracht, zweefde haar
beeld toch hoopvol voor zijn
oogen. Een soort romantische
prikkel was daardoor in zijnleven
gekomen, een innerlijke kracht,
die hem op de been hield en
hem moed gaf. Het kwam hem
zelf verwonderlijk voor, dit ge
voel, alsof hij niet alleen streed
voor zijn eigen bestaan, maar
voor UITSLAG, JEUK, WON
OEN en alle aandoeningen
der HUID. Geneest zelfs
DAUWWORM.
Vraagt Uw Drogist.
door een ambtenaar van den
Plantenziektenkundigen Dienst
zijn onderzocht en vrij bevonden
van wratziekte en een certifi
caat, waarin verklaard wordt,
dat het onderzoek heeft plaats
gevonden, de zending vergezeld.
3e. De invoer van aardappelen
gegroeid op meer dan 20 K.M.
afstand van een door wratziekte
besmet perceel is vrij, daar deze
aardappelen worden beschouwd
aL vrij te zijn van wratziekte.
De aardappelen behoeven daar
om niet onderzocht worden.
Het is voldoende, dat de zen
ding vergezeld wordt van een
ceitificaat waarin o.a. verklaard
wordt, dat de aardappelen ge
groeid zijn opmeer dan 20 K.M.
afstand van een besmettingshaard
In verband met deze bepa
lingen moeten de aardappelen
vallende onder de 2e categorie
aan een ambtenaar van den plan
tenziektenkundigen Dienst ter
inspectie worden aangeboden,
waarna bij goedkeuring door
dien ambtenaar certificaat wordt
uitgereikt.
Indien de aardappelen ge.
groeid zijn in een nader be
paald deel der provincies Gro
ningen en Drente moet bij aan
bieding ter inspectie een bewijs
van oorsprong, afgeven door den
burgemeester van de gemeente
waar de aardappelen gegroeid
zijn overgelegd worden.
Voor aardappelen vallende
onder de 5e categorie, kan het
certificaat dat de zending ir.oet
vergezellen aangevraagd worden
bij den burgemeester van de
gemeente waar de aardappelen
gegroeid zijn.
Op aanvrage bij het hoofd
van den Plantenziektenkundigen
Dienst kunnen belanghebbenden
opgave verkrijgen zoowel van
de gemeenten waaruit in het
geheel geen export van aardap
pelen naar Belgie mogelijk is
na inspectie en goekeuring der
aardappelen. Een model van
het certificaat hetwelk afge
geven kan worden door de bur
gemeesters van de gemeenten
waaruit export naar Belgie zon
der onderzoek der aardappelen
alsof zijn strijd ook nog een
ander doel had, dat weliswaar,
zooals hij zich dan weer moest
bekennen, achter blauwe wolken
scheen schuil te gaan.
Zij had hem beloofd ten
minste zoo had hij haar hoofd
knik opgevat hem bericht te
zenden. Dagelijks ging hij naar
het postkantoor, maar de
tweede teleurstelling nooit
was er een brief voor hem.
Zou zij werkelijk haar belofte
niet willen houden, of waren
andere omstandigheden oorzaak
van haar stilzwijgen
Hij droomde de beide meisjes
den een of anderen dag op straat
te ontmoeten. Maar nooit zag
hij Tilli's hooge, slanke figuur
met de fijne gelaatstrekken, noch
Tine's kort wijsneusje en haar
kleine, schalksche oogen. Hijging
den volgenden Zondag weer op
zoek naar de Hasenheide'
doorzocht alle lokalen doch
tevergeefs, van beiden vond hij
geen spoor.
Het kunststuk hen onder de
duizenden deser wereldstad te
ontdekken, was ook niet gemak
kelijk. Éénmaal moest het stellig
gebeuren, dat hij haar terugzag.
Het toeval of nog beter harten
vrouw moest hem helpen.
(Wordt vervolgd),