ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN
Wekelijksch Overzicht.
vei
BRESKENSCHE COURANT
VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN
Abonnementsprijs per drie maanden f 1.25
met 15 cent dispositiekosten.
Advertentieprijs van 1 5 regels 75 cent
Elke regel meer 15 cent. ingez. Meded. 30 ct. p. regel.
Drukker-Uitgever
E. BOOM—BLIEK
TNo.'°2°n breskens
Abonnements-Advertenties zeer billijk tarief.
Tijdelijk verhoogd met 20 pCt.
Advertenties worden aangenomen tot u i t e r I ij k
Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur
32e Jaargang
Zaterdag 3 Februari 1923
Nummer 2798
Men kent het verhaal van den
jongen, Hie met zijn hulpgeroep
de wolf komt de menschen
net zoo lang voor den gek ge
houden had, tot ze hem toen de
wolf werkelijk kwam, kalmpjes
door den wolf lieten oppeuzelen.
Zoo gaat het nog altijd in de
wereld van het kleine en van
het groote. En het is daarom
zoo begrijpelijk, dat nu de En-
gelschen te Gallipoli de terreinen
vragen, waar hun in den wereld
oorlog gesneuvelde soldaten be
graven liggen met de tusschen
de begraafplaatsen gelegen we
gen, de Turken een ongeloovig
gezicht zetten en resoluut „neen"
schudden. Ze weten hoe Enge
land de eeuwen door zijn handig
heid gedemonsteerd heeft om
zich langs belangrijke zeeëngten
op de een of andere manier vast
te zetten en hoe graag ze dat
aan de Dardanellen zouden doen
en meenen, dat de Engelschen
nu voor het onderhoud van hun
begraafplaatsen weer een exor
bitant groot terrein opeischen en
dat zij, de Turken, zeiven mans
genoeg zijn om die begraafplaat
sen te onderhouden.
Lord Cut zon is boos geworden.
Dat kan zijn, omdat hij 't van de
Turken niet behoorlijk vindt En
geland van de begraafplaatsen
zijner gevallen soldaten te willen
verdrijven. Maar het kan ook
zijn, omdat de Turken toonen
den Engelschen eisch te begrij
pen, want men is nooit gauwer
boos dan wanneer men voelt
doorzien te zijn. Lord Curzon
is trouwens aldoor boos te Lau
sanne, wat bij iemand, die zijn
zin niet krijgt trouwens geen
bijzonderheid is. En hij heeft de
Turken al met den Volkenbond
gedreigd. Maar Ismet Pasja blijkt
zoo min bang voor den Volken
bond als voor de groote mogend
heden. En misschien is dat wel
de voornaamste reden van de
boosheid van Lord Curzon en
zijn collega's te Lausanne. De
groote mogendheden waren ge-
43)
Ik was dwaas, dat ik dit van
u geloofde. Ach, a's ik het
toch toentertijd maar vermoed
had als ik het vermoed zou
hebben.
Zij keerde zich plotseling weer
naar hem toe en hij keek ont
steld in haar krampachtig tril
lend, met tranen overstroomd
gelaat.
Zal ik u zeggen, wat ik gedaan
zou hebben, als ik op dien be-
wusten avond zoo verstandig
geweest was als nu Ik zou u
niet ellendig hebben laten om
komen als een verdwaald wild,
maar onder den overhangenden
rotswand, daar wij hand in
hand, op het smalle pad langs
den afgrond vooruitgingen, daar
zou ik mij met u in de diepte
hebben gestort 1
In haar oogen stond het ge
schreven, dat het haar werkelijke
overtuiging was, wat zij daar
uitriep. Maar ook nog iets an
ders was erin te lezen, iets, dat
Rudolf in een duizeling van
verrukking zou hebben gebracht,
indien hij dat vroeger daarin
woon, dat Turkije een buiten
gewoon respect althans toonde,
dat, zoo het zich al eens tegen
haar wensch te verzetten trachtte
het dit toch alleen deed onder
betuiging van gehoorzaamheid.
Maar dat is de laatse jaren an
ders geworden. Toen demogend-
heden onder elkaar aan 't bak
keleien raakten en Turkije inde
algemeene vechtpartij ook mee
ging doen, slonk het respect aan
merkelijk. Een oogenblik scheen
het in versterkte mate terrug-
gekomen voor de overwinnende
groote mogendheden. Maar dat
duurde maar zoolang Turkije
meende, dat die overwinnaars
nu ook de wereld naar hun hand
konden zetten en maar hadden
te blazen om hen van den aard
bol te doen verdwijnen. Zoodra
het inzag, dat zij, door de lange
inspannig aemechtig geworden,
allermeest naar rust verlangden
en ver van huis alleen met drei
gende blikken en woorden nog
wat konden uitrichten, was ook
het ontzag weg. En toen daar
na zijn eigen overwinning op de
Grieken het van eigenkracht be
wust had gemaakt, begon het
te vinden, dat de rollen bezig
waren om te keeren en het zich
van de heeren niets hoefde te
laten zeggen. In die stemming
was het met Ismet Pasja niet ge-
makelijk onderhandelen, vooral
niet voor zoo hooge oomes als
de geallieerden, die nog op de
zelfde onderworpenheid, zoo mo
gelijk nog een beetje aangedikt,
hadden gerekend. En het gevolg
is dan ook geweest een mis
lukking Het lijkt er veel op.
De heeren te Lausanne hebben
hun koffers al gepakt. En van
overeenstemming en een vredes
verdrag is nog niets te bespeu
ren. Tegen het voorleggen van
zoo'n verdrag aan Turkije in den
vorm van een ultumatum verzet
zich Italië. En ook de andere
heeren zijn er niet erg tuk op.
't Is trouwens de vraag, of het
helpen zou. En zoo zijn feitelijk
vrijwel alle belangrijke kwesties
die in het nabije Oosten nog te
regelen zijn, nog onopgelost ge
bleven, van de capitulaties af tot
had ontdekt. Nu echter was
het te laat te laat niet alleen
ter wille van het onafwendbate
noodlot, dat zich sinds gisteren
tusschen haar en hem had ge
drongen, maar te laat vooral,
omdat hij met een zekere schrik
plotseling zich er van bewust
werd, dat dit noodlot de op
laaiende vlammen van zijn harts
tocht tot op het laatste vonkje
uitgedoofd had.
De schoonheid van dit bekoor
lijke meisje, naar wie hij stellig
zelfs nu nog slechts de hand
had behoeven uit te strekken,
om haar in zijn armen te nemen,
kon wel het smartelijke mede
lijden nog vergrooten, dat hij
voor haar gevoelde, maar zij
beteekende voor hem thans geen
verlokkende verleidingmeer
zooals vroeger. Hem zelf kwam
deze plotseling tot bewustzijn
gekomen innerlijke ommekeer
raadselachtig en vreemd voor,
maar het was een voldongen
feit, dat hij niet langer kon ont
kennen
Nu? iiep Lili met een onnatuur-
lijken lach uit, nadat zij eenige
oogenblikken op zijn antwoord
had gewacht. Is het nog de
angst over het gevaar, waarin u
zich toen bijna had bevonden,
dat u doet zwijgen Of hebt u
de grensregeling met' Meso
potamia toe. De Grielsen trek
ken dan ook ai hun cdnclusies
en schijnen zich ih Thrajsië voor
een nieuwen oorlog g^feed te
maken. Maar zoo'n nieuwe oor
log beteekent, dat naar alje waar
schijnlijk ook Bulgarije, 'dat zijn
uitweg niet naar zee heeft ge
kregen, tegen de Grieken van
leer trekt En daarmee is dan
feitelijk de heele boel weer aan
't rollen gebracht. Zuid-Slaviü
en Roemenië kunnen Bulgarije
niet laten begaan. Maar Rusland
loert nog op Roemenië, dat het
Bessarabië afhandig maakte en
voelt zich de bondgenoot van
Turkije. En Hongarije is nog
Zevenbergen en het Banaat niet
vergeten.
Maar tegen het Hongaarsche
gevaar zullen ook Tsjecho-Slo-
wakijë en Polen in het geweer
komen. Is er nog meer noodig
voor een nieuwen Europeeschen
oorlog? Gelukkig, we hebben den
Volkenbond nog. En Engeland
heeft er al een beroep op gedaan
nu Turkijë het Mosoel niet wil
laten varen en hieruit oorlogs
gevaar onstaat, in welks geval
de Volkenbond moet ingrijpen.
Maar oorlogsgevaar dreig: al zoo
lang in het Westen en an de
Roer zonder dat de Volk ibond
er zich veel -van aantrekt.
Het heet, dat Branting, die
als Zweedsch minister president
zitting in den Raad van den
Volkenbond heeft, er hem attent
op wil maken. Maar de Franschen
weren een ingrijpen van den
Bond al bij voorbaat af door
het als een werking van Enge
land voor te stellen. Ze recht
vaardigen daarmede tevens de
Turksche weigering om de kwes
tie inzake de petroleumvelden
van Mosoel aan de arbitrage van
den Bond te onderwerpen. Maar
het prestige van den Bond ver-
hoogen ze er zeker niet mee.
Waarvoor dient die dan? zal de
wereld vragen. De toestand in
hel nabijë Oosten, het schade-
vergoedingsvraagstuk, de rege
ling der schulden tusschen Ame
rika en Engeland, waarmee het
ook nog niet vlotten wil, het lij
mij werkelijk niets in het
geheel niets meer te zeggen
Stellig, juffrouw van Ranten,
ik zou u nog heel veel willen
zeggen, maar ik wil het liever
niet doen, alvorens u eenigszins
gekalmeerd bent. In deze op
gewonden stemming zoudt u
waarschijnlijk toch aan mijn
woorden een verkeerden uitleg
geven en zoudt u voor onver
schilligheid of harteloosheid hou
den, wat
Zij had na haar onomwonden
bekentenis, die zij hem zoo juist
met haar oogen en mond had
gedaan, iets geheel anders ver
wacht en het vernederende be
wustzijn, dat zij zich vergist had,
deed haar ineenkrimpen alsonder
een zweepslag.
Neen, ik wil niets hooren,
viel zij hem heftig in de rede,
niets niets niets 1 Ga heen
laat mij alleen I Ik haat u
het is mij onverdraaglijk u nog
langer te zien.
Hij trachtte tevergeefs haar
te kalmeeren en toen hij er op
stond, dat zij thans met hem
den terugtocht zou aanvaarden,
liep zij plotseling weg. Het
volgende oogenblik reeds was
zij in de mist verdwenen en
Rudolt wist niet eens, welke
richting zij was ingeslagen om
ken allemaal vraagstukken voor
een internationale rechtspraak
van den Volkenbond. Maar zoo
dra er groote eigenbelangen bij
betrokken zijn, willen descheppers
van den Bond zeiven van zijn
bemiddeling niet weten en laten
het liever hard tegen hard gaan.
In het Roergebied gaat het
"og altijd zoo. En de commissie
^an herstel heeft dat nog een
"eetje aangedikt,door te bepalen,
dat Uuitschland's verzoek om een
moratorium, nu het alle leveran
ties heeft stopgezet, niet meer
in overweging kan worden ge
nomen en voor de betalingen de
regeling van Londen, in 1921
gemaakt, weer geldt, zoodat op
31 Januari '/2 milliard goudmark
moest betaald worden. Veel
verandering brengt dit wel niet.
De zaak is al lang hopeloos
vastgeloopen. En niemand be
grijpt hoe dit moet afloopen.
De economische ondergang
van Europa is al zoo vaak voor
speld. Maar het zou wel kunnen
dat toch eindelijk de wolt eens
kwam en ons opat.
Het Hollandsche Kinder
tehuis in Tscheljabinsk.
Een bede om verdere hulp.
Het is circa een jaar geleden,
dat het Algemeen Comité tot
Steun aan de honderden in
Sow jet-Rusland met het verzoek
tot ons kwam ons beschikbaar
te stellen voor het Kinder-red-
dingswerk in het Hongergebied
van Rusland. Er zou door het
Algemeen Comité in samen
werking met de Duitsche Vrou
wen-beweging een Kindertehuis
worden opgericht en wij zouden
daar als vertegenwoordigers van
van het Algemeen Comité werk
zaam te zijn. Na rijp beraad
stemden wij in dit verzoek toe
en na een interessante reis via
Stettin, Reval, Petrogad kwa
men wij in Februari in Tschel
jabinsk aan.
- Voor het kindertehuis dat wij
zouden inrichten en onderhou
den met onze 36 wagens levens-
haar te volgen. Hij zocht nog
wel een tijdlang de heele om
geving af en riep telkens haar
naam, maar hij wist van te
voren, dat het een nutteloos werk
was. Zonder twijfel had 'zij
zich vast voorgenomen, zich niet
door hem te laten vinden.
Zoo bleef hem dan ten slotte
niets anders over dan alleen de
thuisreis te aanvaarden, gekweld
door bitter berouw, dat hij zijn
eerste ingeving ontiouw was
geworden en aan haar uitnoo-
diging toch gevolg had gegeven.
Het afdalen was nog ver
moeiender en gevaarlijker dan
het omhoog klauteren en bijna
overal, waar hij den voet op de
naakte rotssteenen zette, bestond
er gevaar van uit te glijden.
Maar hij kreeg toch langzamer
hand een bepaalde zekerheid en
kwam gelukkig bij het bruggetje
over den steilen afgrond van de
adelaarsrots.
Daar sprong eensklaps achter
hem een donkere menschen-
gedaante te voorschijn, de
gestalte van een grooten, mage-
ren man, uit een verborgen
plekje onder een overhangend
rotsblok, waar de man zich zoo
lang schuil had gehouden.
Zonder eenig geluid, met
onhoorbare schreden, gleed de
middelen en inventaris had men
15 landhuisjes gereserveerd,
werst buiten de stad, gelegen
in berkenbosschen aan den oever
van eeft groot zoutmeer. Smolino
heette onze nederzetting.
Het transport werd afgeladen,
in magazijnen en moest verder
worden gebracht op 2 vracht
auto's, die op Onze komst wacht
ten. Bij het inrichtten der
eigenlijke huizen deed zich een
moeilijkheid voor. De kinderen,
die meestal weezen geworden,
in de straten en op het land
werden gevonden, werden aan
vankelijk ondergebracht in voor-
loopige tehuizen, z.g. „prvoets"
en vandaar successievelijk ver
deeld over de kindertehuizen,
die zouden worden ingericht.
Onze kolonie in Smolino nu
was reeds door dergelijke hulp
behoevende kleine bevolkt. Zij
leefden er onbezorgd, nagenoeg
zonder levensmiddelen, zonder
meubilair, zonder bedden enz.
Wij stonden dus voor de moei
lijkheid, deze huizen in te rich
ten en tegelijk de kinderen, die
er woonden, reeds direct van
het noodige te voorzien. Dat
bereikten wij door huis voor
huis eerst te ontruimen, de kin
deren over te brengen in de
andete woningen en dan het
leege huis bewoonbaar te maken,
d.w.z. te reinigen, te meubilee-
ren, te voorzien van ailes wat
noodig is om een groot kinder
gezin, waarvan de meesten als
patiënten te beschouwen waren,
op te kweeken. Maar met ver
eende krachten lukte het. Wij
beiden hadden krachtige steun
aan twee medewerksters, een
Duitsche en een Fransche en
verder hielpen enkele arbeiders
naar krachten, naar hun zwakke
krachten, want ondoorvoed als
zij waren, konden wij beter tillen
en kisten dragen dan zij. Hulp
vaardigheid kwam echter van
alle kanten, de dankbaarheid voor
steun als die wij brachten, is
algemeen, zelfs bij hen, die er
niet van genieten zouden.
En toen eenmaal alles zijn
plaats had en het migazijn ge
ordend was en nauwkeurig ge-
kerel op Rudolf toe en plotseling
de niets vermoedende be
vond zich juist op de plaats van
de leuning, die het smalle brugje
naar den kant van den vreese-
lijken afgrond beschermde
wierp hij zich met de volle
kracht van zijn lichaamsgewicht
tegen den jongen rechtsgeleerde.
Rudolf slaakte een kreet van
verrassing en schrik en draaide
zich met een bliksemsnelle, half
werktuigelijke beweging om naar
zijn lafhartigen aanvaller. Het
gelukte hem ook werkelijk hem
beet te pakken, maar het ge
wicht van den onverwachten
aanval had de jonge man toch
niet kunnen weerstaan. Zij rolden
beiden in hun volle zwaarte
hevig tegen de leuning. En de
beide kruisgewijze over elkander
gespijkerde paaltjes, waaruit de
leuning bestond, boden geen
reddenden weerstand. Ot het de
langzaam verwoestende invloed
der natuurelementen, dan wel
een misdadige hand geweest
was, die den weerstand der leu
ning had gebroken in ieder
geval gaf de leuning direct mee
en stortte tegelijk met de beide,
zich thans in hun val stevig
omknelde lichamen in de aff
schuwelijke diepte.
(Wordt vervolgd).