PMsel Nieows. Binnenland. Gemengd Nieuws tegenwoordigsn, reeds heeft aan gewezen. Hier is men minder chaud voor het voorstel. We hebben er geen bezwaar tegen, schijnt Poincaré geantwoord te hebben, maar doen toch opmerken dat de technische voorbereidings arbeid voor den Turkschen vrede in Maart van dit jaar reeds heeft plaats gehad. Indien de Britsche regeering echter een nieuwe bijeenkomst noodig acht zal Frankrijk daarvoor wel nieuwe gedelegeerden aanwijzen, maar er is geen enkele reden waarom de bijeenkomst niet zou plaats hebben te Parijs, waar tot dus ver alle dergelijke bijeenkom sten der drie ministers van bui- tenlandsche zaken, en elke gemeenschappelijke technische voorbereiding hebben plaatsge had. Men schijnt hier liever te Lon den niet te vergaderen omdat men verwacht dat deze plaats van samenkomst opnieuw het wantrouwen der Turken op wekken zal. Waarschijnlijk zal Franklin Bouillon als voornaam ste Fransche deskundige op treden. Omtrent de plaats der eigen lijke vredes-conferentie is nog geen- besluit genomen. Van Smyrna schijnt toch geen ernstige sprake meer te zijn, en men verwacht hier dat de keus zal vallen op een plaats in Zwitser land, bijv. Lausanne of Lugano. Italië zal vertegenwoordigd zijn door commendatore Nogar, Italiaansch vertegenwoordiger in den raad van beheer der Otto- maansche schuld. Groot Brittanië zal waarschijnlijk vertegenwoor digd zijn door ambtenaren van buitenlandsche zaken, handel en financiën. De deskundigen zul len de financiëeele en oecono- mische bepalingen van het onge- ratificeerde verdrag van Sivres onderzoeken om na te gaan in hoever dit kan dienstbaar wor den gemaakt aan de voorberei ding van het nieuwe ontwerp verdrag. Nansen-Comité. Het Nansen-comité ontving van zijn vertegenwoordiger in Rus land, die toezicht op de ver deeling zijner levensmiddelen houdt, onderstaanden brief die voor zich zelf spreekt. Samara, 22 Sept. 1922. Aan het Nederlandsch Nan- sen-Comité, Scheepvaartshuis, Amsterdam. Mijne Heeren, Ik bevestig mijn schrijven van gisteren en kan er niet genoeg op aandringen, de actie niet te verslappen, daar er weer ver schrikkingen voor de deur staan, zoo na Nieuwjaar. Reeds thans zouden zich ge vallen van menscheneterij voor doen. Men komt ons voortdu rend van alle kanten om hulp smeeken, doch wij durven voor- loopig niets meer aannemen. Het heeft geen nut eenigen tijd zeer velen te helpen en dan te eindigen, om daarna allen te laten omkomen. Dat is juist, wat ik in het Zweedsche systeem steeds heb toegejuicht, namelijk uitrekenen hoever de pol» reikt en niet- verder springen, Dan wordt een deel der bevolking werkelijk geholpen en gaat niet ten gronde. Hoe spoediger ge holpen wordt, hoe beter, het is zeer gewenscht ons steeds te laten weten welke middelen be schikbaar komen, opdat wij op basis daarvan tijdig kunnen uit breiden. Dit jaar is een groot deel van de Hollandsche hulp laat geko men, zoodat eerst laat uitgebreid kon worden. Toen waren de menschen al zoo diep gevallen, dat opbeuring voor dit jaar niet meer mogelijk was. Een paar maanden vroeger hadden wij met levensmiddelen en zaaigraan kunnen bereiken, dat vele men schen, die wij nu verder moeten voeden, nu op eigen beenen hadden gestaan. Door het ont breken én van werkkracht èn van zaaigraan in het vroege voorjaar is er niet gezaaid en gewerkt. In de Zweedsche en de eerste Hollandsche districten is de toestand naar omstandig heden nu vrij goed en zal daar bijna geen hulp meer noodig zijn. De Koerier is reeds vertrok ken en laat ik dezen brief hier in Samara achter voor den vol genden. Hoogachtend, w. g. E. RIEMERSMA. DE WIJZIGING VAN DE L. O.-WET. Naar het „Vad." verneemt is de Nota van Wijzigingen betref fende het wetsontwerp tot wijzi ging van de Lager Onderwijswet 1920, welke nota deze week aan een speciaal afdeelingsonderzoek is onderworpen, in de afdeelin- gen der Tweede Kamer slecht ontvangen, speciaal door links, omdat men vreest, dat de open bare school hierdoor nog verder achterop zal geraken. Breskens. Ondanks het zeer koude weer, was het Circus Li- bot Donderdagavond goed be zet. Een zeer mooi afwisselend programma vult den avond. De koorddanseres mej Libot, toonde evengoed op het koord als op den beganen grond te kunnen dansen. De evenwichtshouders op de losse ladder, gaven sterke staal tjes van acrobatiek te zien. Het kleine paardje Jefke, voorgesteld door den clown Titi bleek goed gedresseerd te zijn, evenals Dikki Bigmans, het door dezen clown gedresseerde var ken. Een avond doorgebracht in circus Libot, is een aangenamen avond. IJzendijke. Bij het jl. alhier gehouden examen voor de voor-oefeningen, slaagden onder staande jongelui J. Dierickx, Aug. Groosman, Th. Cornelis, J. A. Bevin, Ch. E. Sturm, A. O. Gabriël, C. van Tiggelen, F. v. d Bunder. Hiermee hebben ze bereikt, dat hun eerste oefeningstijd met vier maanden wordt verkort. Schoondijke* De heer A. F. Leenhouts alhier, slaagde de vorige week te Arnhem voor Electr. Technicus. Het oudste leesgezelschap alhier herdenkt dezer dagen het 140 jarig bestaan, zeker wel een bijzonderheid op het platteland; te meer, waar door de tijds omstandigheden tegenwoordig vele gezelschappen het leven er bij laten. Predikbeurten. Ned. Herv. Kerk. Zondag 22 Oct. 1922. Breskens v 91/, u ds Bremer. n 1.30 u Zondagschool. n 5i/2 u ds Bremer. Groede v 9'/j u ds v Griethuijzen Heilig Avondmaal. Hoofdplaat v 10 u ds Meloen. Nieuwvl. n 2 u ds v Griethuijsen Heilig Avondmaal. Schoondijke v 9'/a d8 Scholte. Heilig Avondmaal. Ev. Luth. Gem. Groede. vm. 9.30 u ds J. P. van Heest. EEN DOODELIJK SCHOT. Dinsdagmorgen ging een hor logemaker, te Velp woonachtig, in de buurt van Duinen op jacht. Hij kwam daarbij op land van een landbouwer die in een boom appels aan 't plukken was. Deze stoof op den jager af om hem te beduiden zijn grond te ver laten. Hierdoor ontstond ruzie. Wat er verder gebeurde, staat nog niet vastin ieder geval hoorden personen, die in de buurt op het land werkten, een schot en toen zij toesnelden von den zij den landbouwer badende in zijn bloed. Een schot hagel had hem in het hoofd getroffen. Hij is dien avond nog overleden. De jager heeft zich bij de poli tie te Velp aangemeld. De offi cier van justitie heeft de zaak in handen gesteld van de mare chaussees. De dader, die als een driftkop bekend staat, is zeer onder den indruk. Hij verzekert dat het schot aan een ongeluk is te wijten. Hij is thans in be waring gesteld. AANGEHOUDEN. De Venlo'sche politie heeft naar de N. Venl. Crt. meldt, aangehouden een beruchten man, uit Oirschot, die verdacht wordt van spoorwegdiefstallen en dief stallen te Valkenswaard, Strijp, Gerwen, Geldrop en Woensel. Bij zijn arrestatie was hij in het bezit van 37.000 mark en f20. Hij gaf voor, Duitscher te zijn, had een Duitschen pas op naam van J. Krechting uit Dusseldorp. DRIE INBREKERS GEPAKT. Woensdag heeft men ingebro ken in den winkel van een juwe lier in de Lange Poten te 's-Gra- venhage. Na met een hengelstok een in de omgeving in een steegje staan de lantaarn te hebben uitgedraaid, klommen de inbrekers met be hulp van een touwladder over een muurtje aan de achterzijde van het perceel, waardoor zij toegang kregen tot magazijn en winkel van den juwelier. Er wer den ontvreemd een groot aantal gouden voorwerpen ter waarde van ruim f 10.000. Een surveil- leerend rechercheur van politie zag een hem bekenden persoon het gebouw verlaten. Hij floot on middellijk om assistentie, met het gevolg, dat drie bekende inbre kers konden worden gean esteerd. Het bleken te zijn een 27- en een 30-jarige bewoner van Den Haag en 24-jarige bewoner van Amsterdam. Een van hen was in het bezit van den buit. De aan gehoudenen zijn in verzekerde bewaring gesteld. DE VERLOREN ZOON. Eenige maanden geleden ver voegde zich ten huize van het echtpaar Ten B., aan de Smit straat te Arnhem, een man, die mededeelde, dat hij de zoon was, die 30 jaren geleden het ouder lijk huis was ontloopen en sinds dien niets meer van zich had laten hooren. De ouders, die hun zoon reeds lang dood waanden, hechtten aan deze mededeelin- gen geen waarde en hij vertrok. Eenigen tijd daarna, aldus de „Tel", stierf de bejaarde heer T. en B. en nam de weduwe haar intrek bij een familielid te Brummen. Een dochter van het echtpaar bleef in de Smitstraat wonen en toen Zaterdag een man voor het raam van haar woning verscheen, herkende zij in dien man haar dood gewaanden broe der. Toen hij als 17-jarige jongen, aldus zijn verhaal, de ouderlijke woning had verlaten, is hij aan het reizen en trekken geraakt. Toen in 1914 de oorlog uitbrak, wilde de Duitsche regeering, niet tegenstaande hij Nederlander was en zich als zoodaning kon legimiteeren,hem inlijven en naar het front zenden, waartegen hij protesteerde. Ten slotte werd hij naar Rusland gezonden, waar hij na de gevechten belast was met het bijeenbrengen en begraven van gesneuvelden. Hij wist echter te ontvluchten en is na eenige jaren reizen te Arnhem terecht gekomen, waar hij zijn ouders ging bezoeken, die, zooals te begrijpen was, den 47-jarigen man niet meer herkenden. Thans is de verloren zoon te recht en vertoeft bij zijn moeder te Brummen. DE HEER BROEKHUIJS EN DE STAATSLOTERIJ. Een medewerker van het „Vad." heeft uit Zwitserland het volgend aanbod van den heer Broekhuijs ontvangen „Ik ben bereid de Staatsloterij zoodanig te reorganiseeren dat 50 procent der geheele Begroo ting door de winsten worden ge dekt. Ik ben genegen f 1,000,000 te storten bij de Nederlandsche Bank,, welk bedrag vervalt ten bate van den Staat, wanneer mijn plannen worden uitgevoerd en niet bedoelde winsten in de schatkist werpen" Aan dit bericht voegt het „Vad." het volgende toe: „Wij weten op grond van een onderhoud met den Minister van Financiën, dat de Regeering uit moreele overweging niet op het plan kan ingaan, omdat zij terug schrikt voor het odium, dat zij ons volk tot gokken zou ver leiden. „Geheel afgezien van de mo rtelen kant, kunnen wij echter voorloopig niet gelooven, dat het plan practisch uitvoerbaar is. Met 50 procent der begrooting zijn toch een 250 tot 300 millioen gemoeid. En dit zou de netto opbrengst der loterij moeten zijn." EEN NEDERLANDSCH STOOMSCHIP VERGAAN. Het Nederlandsch stoomschip „Cornelis" is Zondag bij het Grankulen-Vuurschip in de Oost zee gestrand. Het schip was met een lading hout op weg van Ulenborg naar Ter Neuzen, waar het thuis behoort. Maandag is het schip door midden gebroken en gezonken. Volgens een telegram van Lloyd's Agency, te Stockholm, bevond het bergingsvaartuig „Diana" zich Zondag bij het schip en wilde de bemanning van de „Cornelis" overnemen. De bemanning weigerde echter en bleef aan boord van het eigen schip. Maandagmiddag is een red dingsboot van den wal langszij van de „Cornelis" gekomen, doch vond het schip toen ver laten. De reddingsboot ontdekte niemand meer op het schip. Ook de scheepsbooten waren weg, zoodat aangenomen wordt, dat de bemanning zich in eigen booten gered heeft. Waar zij op het oogenblik vertoeft, is nog niet bekend. Het is moge lijk, dat zij door een passeerend vaartuig is opgenomen of geland op de Alands-eilanden. Het stoomschip „Cornelis" be hoort aan de reederij A. C. Lensen, te Terneuzen, en meet 4200 ton D.W. Door bemidde ling der firma F. en W. van Dam, te Rotterdam, is de „Cor nelis bij de Rotterdamsche Beurs verzekerd. De bemanning van de „Cor nelis" bestond uit 23 koppen, te weten Wiebe Teensma, Rijswijk, kapitein W. v. Oppen, Rotter dam, 1ste stuurman; C. Baans, Rotterdam, 2e stuurman; G. Schippers, bootsman, G. v. d. Vrede, A. Eekman, W. Romijn, A. v. d. Klooster, matrozen; P. Romijn, en L. Oppeneer, licht matrozen, allen te Ter Neuzen; M. Augustijn, Zierikzee; De Bov v. Uijen, hofmeester, Vlissingen, J. Maas, messroombediende, Ter Neuzen, M. Veerduin, le machi nist, Amsterdam; A. Visser, Delf zijl, 2e machinist; D.Lagerman, Rotterdam, 3e machinist; G. de Rijke, Ter Neuzen, donkeyman, J. van Dixhoorn Ter Neuzen en W. W. Albrecht, onbekende woonplaats, stokers; A. Hamed, uen Aziaat, stoker, A. M. Faas en P. Griep, Ter Neuzen, trem- mers, en A. Barbe, Ter Neuzen, marconist. Uit de omstandigheden, dat beide schuepsreddmgsbooten Maandag weg waren, leidt men af, dat de ontscheping regelmatig heeft kunnen plaats hebben. De strandingsplaats was 10 mijl van den vasten wal verwij derd. Gehoopt wordt, dat de be manning is geland aan weinig bevolkte kusten der Alands-eilan den en niet terstond over de middelen beschikt om berichtte zenden. Omtrent deze scheepsramp vernemen wij heden dat enkele lijken van de uit 23 personen bestaande bemanning van het te Ter Neuzen thuisbehoorend stoomschip „Cornelis" dat in de Oostzee is vergaan, aangespoeld zijn. Men neemt daarom aan dat de bemanning geheel is omge komen. Bij de familie van den kapi tein van do „Cornelis" te Rijs wijk is een telegrafisch bericht ontvangen, dat de bemanning van de „Cornelis" zou zijn om gekomen. OPLICHTSTERS GBARRESREERD. De politie te Zeist heeft de hand gelegd op een tweetal slu we oplichtsters, moeder en doch ter De W. Deze dames hebben reeds vele jaren lang een deel van het land bereisd en gelogeerd in hotels en pensions, zonder te betalen. Laatstelijk hebben ze te Zeist weer een drietal maanden in een pension vertoefd. Toen ze merkten, dat de pensionhou der hen begon te wantrouwen, vertrokken ze per auto naar een andere gemeente, waar ze ter stond weer hun intrek namen in een bekend hotel. Verschillen de hotelhouders hebben vorde ringen op dit tweetal van 800 a 1000. De dochter, die steeds de bespreking voerde, is aange houden en ter beschikking van de justitie gesteld. De moeder is 84 jaar oud. EEN SCHIPBREUK. „Bacchus" kapitein J. Reckle- ben, van Archangel naar Amster dam, bemerkte Zondag j 1. op 57 gr. 38' N. B., en 2 gr. 52' O.L. een wrak, recht vooruit, van een schoenerbrik. Een boot werd uit gezonden met den derden offi cier, den timmerman en een paar matrozen. Het schip lag op bakboordzijde geheel in het wa ter met de masten gelijk aan het wateroppervlak. Menschen waren niet aan boord. De stuurboord lantaarn stond nog op hare plaats en de zeilen waren nog aangeslagen alsof men het schip even te oren met grooten spoed verlaten had. Het schip droeg den naam „Dannebrog", dus waarschijnlijk van Deensche na tionaliteit, doch waar het thuis behoorde kon men niet nagaan, daar de spiegel geheel onder water was. De gezagvoeder, constateeren- de dat het niet meer geborgen kon worden over den grooten afstand van 320 mijlen uit IJmui- den, gaf order tot het tot zinken brengen, teneinde het gevaar voor anderë schepen uit den weg te ruimen. De boot keerde naar het wrak terug en de inzitten den hakten er een paar gaten in, waarna het in brand gestoken werd. Vermoedelijk is het schip dus later brandende gezonken maar dit feit heeft men niet meer kunnen vaststellen, omdat het mistig werd en de „Bacchus" de reis vervolgde. Hoogwatergetij Breskens. DAGEN. vm. nam Zaterdag 21 Oct. 1.04 1.28 Zondag 22 1.45 2.09 Maandag 23 2.32 2.56 Dinsdag 24 3.1 3.41 Eerste Kwartier Vrijdag 27 Oct. nam. 1.46.

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1922 | | pagina 2