ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN
veiooti
VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN
E. BOOM—BLIEK
TNo.,02T BRESKENS p°7s^h°
31e Jaargang
Woensdag 27 September 1922
Nummer 2762
Methodisch Werken.
Zeeuwsche Polder- en
Waterschapsboiid.
BRESKENSCHE COURANT
Abonnementsprijs per drie maanden f 1.25
met 15 cent dispositiekosten.
Advertentieprijs van 1 5 regels 75 cent
Elke regel meer 15 cent. Ingez. Meded. 30 ct. p. regel.
Drukker-Uitgever
Abonnements-Advertenties zeer billijk tarief.
Tijdelijk verhoogd met 20 pCt.
Advertenties worden aangenomen tot uiterlijk
Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur
Elke arbeid is toch ten slotte
iricht op het bereiken van een
paald resultaat, nietwaar Dat
ii nog niet zeggen, dat de ar
id zelf ons geen genoegen kan
rschaffen, ons niet tot op ze
re hoogte voldoet. Het zich
ipannen geeft het bewustzijn
n kracht, van kunnen, opent
lor onze oogen mogelijkheden,
e door haar verschiet ons be
ren kunnen. Maar ook het
luksgevoel, waarvan we ons
odoende bewust worden, ont
lat toch alleen door het be-
istzijn, dat we met die kracht,
e inspanning iets doen, iets
reiken kunnen. De mogelijk-
den, die we zien, zijn moge-
;heden van bereiken. En het
li dan ook alleen arbeid zijn,
e het verschiet op een resul-
it openbaart, waarin we plei-
:r hebben. Zoo het kunnen
s een gevoel van voldoening
'feft, is toch ook hieraan de
dachte, het te kunnen bereiken,
afscheidelijk verbonden.
We kunnen dus zeggen, dat
rreweg de meeste arbeid om
t resultaat verricht wordt en
It alle arbeid ten slotte alleen
ldoening geeft, zoolang de
'gelijkheid voor het bereiken
n een resultaat open blijft,
t dus de gedachte aan het
lultaat onafscheidelijk is van
en arbeid en die arbeid door
t resultaat eerst haar betee-
nis krijgt. Maar wanneer dit
o is, wanneer dus de arbeid
rricht wordt om het resultaat
met het oog op het resultaat,
n is het ook rationeel, wanneer
trachten met dien arbeid zoo
ed mogelijk het bereiken van
t resultaat te verzekeren, maar
k, dat we trachten met den
nst mogelijken arbeid het
ootst mogelijk resultaat te
rzekeren, dat wil dus zeggen,
t we geen arbeid verloren
en gaan.
De menschheid heelt dat in-
'tief al lang begrepen. En onze
oderne samenleving is feitelijk
heel op dat inzicht gebaseerd.
Weer een kleine controle van
t pandboek, niet waar
Ditmaal niet, mijnheer Imberg!
breng u slechts een kennis-
ving van gestolen zaken. Veel
tonders is er niet bij be-
Ive een waardevolle brillanten
raad, dat een zekere Mevr.
lerese Haller reeds een acht
gen geleden ontstolen moet
n. Nu, bij een man zooals u,
1 ik het wel bezwaarlijk terug-
nden, dat weet ik wel vooruit.
Hij had de gedrukte kennis-
iving uit zijn notitieboek ge-
men en haar aan Imberg
geven. Deze las haar snel
•or om dan met een uitroep
n schrik zijn hoofd plotseling
te richten.
Wat wat is dat bracht hij
De ver doorgevoerde arbeids
verdeling, die wij kennen en
de steeds verder voortgaande
specialisatie van den arbeid zijn
er de gevolgen van. Maar ook
het individueele methodische
werken, dat ons zakelijk leven
steeds meer begint te kenmerken,
steunt op dit beginsel. We doen
het niet intuïtief meer, maar zijn
ons van dit beginsel en van de
natuurlijke levenswet, die eraan
ten grondslag ligt, bewust ge
worden. En de Amerikanen,
praktische menschen als ze zijn,
hebben het beginsel zoo syste
matisch mogelijk tot toepassing
trachten te brengen, waarvan
het bekende Taylor-systeem het
gevolg werd. De doorvoering
heeft als iedere consequentie haar
nadeelen en gevaren. Zij maakt
ten slotte den rriensch tot een
machine. Maar dit neemt niet
weg, dat de gedachte, die eraan
ten grondslag ligt, juist blijft
en dat het verstandig is niet
alleen in strikt zakelijken zin,
in eigen leven deze gedachte in
toepassing te brengen. Want
feitelijk doen we dat in eigen
leven en eigen individueel werk
nog veel te weinig. Het geïn
dustrialiseerde groot- en ook
veelal het klein bedrijf heeft de
arbeidsverdeeling ver doorge
voerd en ten deele ook een
methode van werken ingevoerd,
die het te loor gaan van arbeid
en inspanning tot de kleinst
mogelijke afmetingen terug
brengt. Maar wij zelf, als indivi
dueele werkers, denken nog
veel te weinig om de noodzake
lijkheid ervan, 't zij we in ons
dagelijksch bedrijf of daarbuiten
arbeiden. We hebben nog maar
zelden geleerd methodisch te
werken en geen inspanning te
verspillen. En dit bemoeilijkt ons
leven onnoodig, omdat het van
ons öf meer inspanning vergt
voor het bereiken van een resul
taat dan, strikt genomen, noodig
is, öf belet het gewenschte resul
taat te bereiken. Het verspillen
van arbeid is het gevolg van
twee groote oorzakenondoel
matig gebruik van den tijd en
niet moeite uit. Een broche van
brillanten, robijnen en safieren in
den vorm van een grooten vlin
der, étui van rood leder
met witte zijde gevoerd en met
den naam van een Parijschen
juwelier. En als u dit sieraad
nu toch bij mij vond, mijnheer
Fahrig, wat zou u dan wel zeggen?
Wel, ik zou zeggen, dat de
dievegge het verduiveld slim
moet hebben aangelegd, het ding
juist bij u te brengen, antwoordde
de beambte kalm. Een nauw
gezetter en voorzichtiger man is
er op de heele wereld niet. Maar
laat u het toch eens zien.
De pandhouder was reeds naar
de geldkast gesneld, waarin hij
de waardevolle panden placht
te bewaren en met bevende
hand opende hij het geheime slot,
waarachter het meest waarde
volle verborgen lag. Hij drukte
op de veer van het roode étui
en las met bijna toonlooze stem:
Armand Thiebaut, Parijs 1 Dat
klopt dat klopt precies. En
ondoelmatig gebruik van onze
kracht, anders gezegd, verkeerde
tijdsindeeling, waardoor telkens
onnoodig tijd ongebruikt tijdens
onze arbeidsverrichtingen voorbij
gaat en onoodig krachtsinspan
ning, die vooi het beoogde effect
onnoodig of althans in die mate
niet noodig was. Van jongsaf
aan moeten we feitelijk het doel
matig aanwenden van onze kracht
leeren. Wie een kind gadeslaat,
kan gemakkelijk opmerken, hoe
veel onnoodige bewegingen een
mensch oorspronkelijk maakt,
wanneer hij iets doen wil. Maar
ook later doen we het allemaal
nog. Het feit, dat b.v. een zwakke
verpleegster een zieke uit bed
kan tillen en wegdragen, wat
een vrij sterke man soms niet
goed of alleen door sterke
inspanning kan, bewijst dit. Het
geheim van een vak bestaat voor
een groot deel in de kunst om
doelmatig met gereedschap om
te gaan. Maar ook de vakkundige
verspilt nog altijd door onnoodige
bewegingen arbeidskracht.
In Amerika wil men trachten
ook hierin methode te brengen
door wetenschappelijk de goede
en onnoodige beweging bij het
werk voor te stellen. Door elec-
trische lichtjes aan de hand van
den werker worden de verschil
lende bewegingen nagegaan.
Men maakt dan van het werk
foto's, waarop de bewegingen
door lichtlijnen zijn afgebeeld.
Een Amerikaansch ingenieur,
die daarover onlangs in ons land
een lezing hield, liet daarbij een
foto zien van een typiste, die
151 lettergrepen zonder fout in
de minuut kan tikken en daar
voor op een wedstrijd te New-
York een prijs van 5000 dollars
won. Men ziet op de plaat niets
dan een wazige massa, de han
den bewogen zich te snel voor
de opname. Het hoofd der typiste
was echter goed getroffen. Dat
had ze dus bij haar werk stil
gehouden. De meeste doen dit
laatste niet en maken daardoor
voortdurend geheel onnoodige
en vermoeiende bewegingen,
verspillen dus voortdurend ar
beidskracht.
Maar onze verspilling van
arbeidskracht is maar 'voor een
betrekkelijk gering deel het ge
volg van onnoodige lichamelijke
bewegingen tijdens ons werk.
De groote oorzaak dezer ver
spilling is het onsystematisch
werken. Hierdoor kost onze
dagelijksche arbeid ons veel meer
intellectueele en lichamelijke in
spanning, dan we voor het be
reiken van het resultaat feitelijk
zouden behoeven aan te wenden.
Wat bij het verrichten van een
enkelvoudige, mechanische han
deling als het typen gemakkelijk
door een foto te demonstreeren
is, geschiedt ook in samengestel
de handelingen en in onze ge
dachten-werkzaamheid. Het is
daar niet alleen moeilijker aan
te toonen, maar ook moeilijker
te controleeren en vaak moei
lijker in bepaalde feiten vast te
leggen. Maar we zijn ons alle
maal bewust, dat het gebeurt en
bij voortduring gebeurt. Het feit
alleen, dat de meeste menschen
zoo weinig planmatig werken,
geeft die verspilling van arbeids
kracht al aan. En het eenige
algemeene middel om haar të
voorkomen is, om bij onzen
arbeid en bij iedere arbeids-
verrichting afzonderlijk het doel
goed in het oog te houden, dat
we met dien arbeid en met iedere
verrichting op zichzelf bereiken
willen. We moeten vaststellen,
wat we willen, dan langs welken
weg we het willen en met welke
middelen om ten slotte het juiste
gebruik van weg en middelen
te zoeken voor we het werk
beginnen en bij het verrichten
van het werk ons niet laten af
leiden, maar het verdei liggende
en ook het naderbij zijnde deel
van iedere handeling strak in
onze gedachte houden. We zullen
er zelf bij winnen. Het leven is
te zwaar dan dat we arbeid of
tijd zouden te loor doen gaan.
En ieder van ons, maar ook het
geheel der menschelijke samen
leving zal profijt trekken van
het doelmatig aanwenden van
dat moest mij overkomen mij 1
Ah, dat is laf schandelijk
het is een nagel aan mijn doodkist!
Maar weest u toch rustig, beste
mijnheer Imberg. Dat kan im
mers iedereen overkomen. Nie
mand zal u daarvan een verwijt
maken en daar u bij de beleening
zonder twijfel volkomen correct
gehandeld hebt, zult u uit deze
zaak ook geen nadeelige gevol
gen ondervinden. De zaak zelf
is weliswaar schijnbaar geheel in
orde. De beschrijving klopt im
mers in alle bijzonderheden. Van
wie hebt u het sieraad gekregen?
De pandhouder was nog steeds
geheel in de war en de beambte
moest zijn vraag herhalen, al
vorens hij antwoord kreeg.
Van een jong meisje iemand
op wier eerlijkheid ik volkomen
vertrouwd heb.
Nu, in iemands eerlijkheid kan
men zich anders leelijk vergis
sen, vooral bij vrouwspersonen
daarvan weten wij mee te praten.
Onder welken naam is zij hier
gekomen
Wacht u ik zal 't dadelijk
nazien. Zie, hier staat het
Melanie van Neuhoff. Parkstr. 2.
De man van de wet lachte.
Met een minder goed klinken
den naam kon zij het waarschijn
lijk niet doen. Mijnheer van
Neuhoff en zijn familie ken ik
toevallig. Hij is een gepension-
neerd generaal en bezit door
zijn vrouw een vermogen van
eenige millioenen. Juffrouw Me
lanie behoeft dus geen sieraden
te beleenen en nog minder be
hoeft zij deze te stelen. Waar
door heeft de dievegge zich dan
als mejuffrouw van Neuhoff kun
nen uitgeven
August Imberg hijgde van
opwinding. Maar hij dacht er
niet aan er zich met een leugen
uit te redden. Door een visite
kaartje. Daar ik heb het nog
in mijn lessenaar liggen.
De beambte bekeek het smalle
strookje carton en zijn tot nu
vergenoegd gelaat werd ernstiger
tijd en arbeid, die alleen door
methodisch werken mogelijk is.
Uit het jaarverslag van boven-
genoemden Bond ontleenen wij
het volgende
Evenals het vorige jaar werd
ook in dit jaar het Maandblad
„Het Waterschap", orgaan van
den Zuid-Hollandschen Water-
schapsbond, aan de leden toe
gezonden, evenwel slechts tot 1
Juli. Vanaf dien datum werd
genoemd blad vervangen door
Waterschaps-belangen", een
maandblad tot dien datum gewijd
aan de waterschapsbelangen in
de provincies Friesland, Gronin
gen, Drenthe, Overijssel en Gel
derland, sindsdien ook aan de
Zeeuwsche polder- en water
schapsbelangen.
Het bestuur meende met deze
verandering in den geest der
leden te handelen. Niet alleen
heeft het laatstgenoemde blad
boven „Het Waterschap" als
voordeel dat het beschikt over
een staf van medewerkers die
ieder een der genoemde provin
ce's vertegenwoordigen, doch
ook worden meer algemeene
onderwerpen besproken.
De abonnementsprijs bedraagt
't dubbele van de abonnements
prijs van „Het Waterschap".
Hier tegenover staat echter,
behalve de genoemde voordeelen,
dat de bond de beschikking
heeft over een rubriek voor
bondsberichten, waardoor kosten
van circulaires worden uitge
spaard, terwijl ook specifiek
Zeeuwsche onderwerpengeregeld
in dit blad zullen worden be
handeld.
Het kan zijn nut hebben, dat
in dit verslag nog eens de aan
dacht van de leden wordt ge
vestigd op de gelegenheid die
voor de abonné's op dit blad en
dus ook voor de leden openstaat
om gratis van de vragenbus
gebruik te maken. Voor zoover
Maar dat is toch geen ligiti-
matie-bewijs, mijnheer Imberg 1
U zult toch vermoedelijk wel
betere bewijsstukken van haar
hebben verlangd, eer u zich met
deze zaak inliet.
Dat is juist mijn ongeluk, dat
ik zulks niet gedaan heb, steunde
de pandhouder. Ik ik liet me
juist bepraten.
Dan ziet het er wel wat be
denkelijker voor u uit. Ik wil
niet zeggen, dat men iets oneer
lijks in uw handelwijze zal zien
daarvoor behoedt u wel de
goede naam die uw zaak tot op
heden had. Maar u zult er nog
veel last van ondervinden en ik
geloof ook niet, dat Mevrouw
Haller onder zulke omstandig
heden ertoe verplicht is, u het
geld, dat u op het sieraad ge
leend hebt, te vergoeden.
August Imberg liep in de
kleine ruimte achter de toonbank
rond, alsof hij door hevige licha
melijke smarten gepijnigd werd.
(Wordt vervolgd.)