rALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN mmhhmem De Misdadiger. Het Duitsche tegenvooistel, eVERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN Woensdag 30 Augustus 1922 31e Jaargang Vereenvoudigde rechtspleging. E. BOOM—BLIEK TNo.,02T BRESKENS p,°7s$4r0 Nummer 2754 BRESKENSCHE COURANT Abonnementsprijs per drie maanden f 1.25 met 15 cent dispositiekosten. A d v e r t e n t i e p r ij s v a n 1 5 regels 75 cent Elke regel meer 15 cent. Ingez. Meded. 30 ct. p. regel. Abonnements-Advertenties zeer billijk tarief. Tijdelijk verhoogd met 20 pCt. Advertenties worden aangenomen tot uiterlijk Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur uit den aard der zaak niet veel verschillen met de boete, die de kantonrechter gewoon is voor een dergelijke overtreding op te leggen, maar het voordeel zit aan twee kanten. In de eerste plaats is de overtreder gevrij waard voor een behandeling van zijn zaak ter openbare terechtzitting, wat hem beslom mering, tijdverlies bespaart. En in de tweede plaats wordt de kantonrechter, die het toch al druk genoeg heeft, bevrijd van de behandeling van zoo'n dood eenvoudig zaakje. Ook voor hem dus winst. Intusschen behoeft men geen gebruik te maken van de aldus gegeven faciliteit en kan men er de voorkeur aan geven zijn zaak door den kantonrechter behandeld te zien. Dat kan bijv. het geval zijn als men meent, dat de verbaliseeren.'e ambtenar niet in zijn recht is geweest. De kantonrechter behandelt dus de zaak op den dag door de op roeping aangegeven en heeft dan de bevoegdheid mondeling vonnis te vellen. Berust de overtreder daar in, zoo kan hij den vol genden dag de bcete bij de griffie betalen. Maar hij mag ook vragen om een schriftelijke veroordeeling, die hem zoo spoe dig mogelijk wordt uitgereikt. In de groote steden, waar de kantonrechter zooals te Amster dam eiken dag, of te Rotterdam en te 's Gravenhage driemaal 's weeks zitting houdt, is de mogelijkheid opengesteld, dat de politieman den overtreder ver zoekt met hem naar het kanton gerecht te gaan om daar onmid dellijk na afhandeling van de aanhangige zaak berecht te worden. Dan kan bijv. gebeuren bij baldadigheid, rustverstoring, optreden tegenover vreemdelin gen en dergelijke zaken. Als dat in de praktijk doeltreffend blijkt, zal dit meer nut tot bestrijding der tuchteloosheid bij ons volk hebben dan de mooiste betoogen en de krachtigste artikelen. Nu is het uit den aard der zaak niet goed mogelijk alle overtredingen op zulk een vlotte manier af te handelen. Er zijn een aantal oveitredingen van het strafwetboek die niet geschikt daarvoor zijn. We noemen de ambtsovertredingen, de scheep vaartovertredingen, inbreuk ma ken op de verplichtingen bij surséance van betaling, enkele overtredingen desbetreffende de goede zeden, enz. Zij zullen op de thans nog gebruikelijke wijze worden aangebracht en behan deld. Hetzelfde is het geval met overtredingen van enkele speciale wetten, zooals de Boter- wet en de Warenwet, alsmede de schending van verordeningen van waterschappen. In de tweede plaats heeft niet elke verbaliseerende ambtenaar de bevoegdheid om zoo'n sum miere oproeping ain een over treder aan te bieden. Die vrij heid is namelijk niet toegekend aan bijzondere ambtenaren of onbezoldigde Rijksveldwachters en marechaussees. Zij zullen in hun portefeuilles een stel van de hiervoren vermelde oproepingen hebben om deze na behoorlijke invulling, aan overtreders uit te reiken. Die invulling is hun zoo ge makkelijk mogelijk gemaakt. Toch vreezen we, dat in den beginne dit nog wel eens moeilijk heden zal baren, niet elke politie agent zal er dadelijk vlot mee overweg kunnen. Maar de prak tijk zal hier veel moeten doen. Trouwens de praktijk zal in deze gansche hervorming van groote beteekenis zijn. Zoowel de politie als het publiek zullen moeten leeren zich aan den nieuwen toestand aan te passen. Maar als men eenmaal ervaren zal hebben, van hoe heilzamen in vloed dit breken met sleur en gewoonte is op het maatschap- I Met 1 September a.s. wordt revoerd een hoogst belangrijke jziging in de behandeling van :hte strafzaken, welke behooren t de bevoegdheid van den «tonrechter. Over de nieuwe methode wordt >or het Vaderland" het vol- inde medegedeeld Na 1 September zal een poli sagent die b.v. een heer ver- iliseert, die met zijn fiets op L, e kleine steentjes heeft gereden we nemen opzettelijk een lodeenvoudig, dagelijks voor J imend geval hem niet toe- legen het gebruikelijke „u zult V nader van hooren", waarop an na eenige weken een dag- larding hem voor den kanton- chter roept, maar hij zal hem n oproeping overreiken om rer een paar dagen voor den antonrechter te verschijnen. Dat irmulier zal echter nog meer I svatten. Het zal n.l. den deli- lent mededeelen, dat als hij lafvervolging wil voorkomen, 3 j zich zoo spoedig mogelijk ondeling of schriftelijk kan enden tot den ambtenaar van st openbaar Ministerie bij het intongerecht om de voorwaar- en te vernemen, waaronder dit "gelijk is. Men weet, dat men reeds vol- ans het thans geldende recht in vervolging voor een over- eding waarop enkel boete als raf is gesteld, kan voorkomen aar het maximum der bedreig- e boete te betalen. Het daaraan n grondslag liggende beginsel ordt nu uitgebreid. Men zal ch nu bij het parket kunnen Ervoegen en met den ambtenaar an het O.M. onderhandelen over e onmiddellijke betaling van an bedrag, door deze vast te ellen, desnoods ver beneden et maximum. Dat bedrag zal i) (Slot). Hoe kwaamt gij er aan dienst i willen doen als geheim agent? Ik wilde niet aan de galg omen. Gij zijt immers onschuldig 1 Ja, maar wie zou dat hebben eloofd? Gij evenmin als iemand nders. Uw alibi Ik had er geen. Ik sliep dien acht in de open lucht. Dat is waar, en dan uw vroe- ere bedreiging om wraak te allen nemen. Zijt gij heel boos P mij, Hover Volstrekt niet. Gij hebt uw licht gedaan. Maar waarlijk, [ij moet voortaan wat minder lacht over de menschen denken. Over de menschen, ja "aar Ook gevangenen en ontslagenen •tjn menschen, die somwijlen ""i uiterste best doen om zich ;e beteren, maar de maatschappij dwingt hen met alle geweld, weer slecht te worden. Gij hebt gelijk, en ik voor mij beken ootmoedig dat ik er veel toe heb bijgedragen om menigeen dergenen, die aan mijne bewaking waren toever trouwd, nog meer te verbitteren en te stijven in het kwaad. Maar dat is voortaan gedaan. Dan is de zaak in orde, want gij zijt geen man die met woor den schermt. Gij doet wat gij zegt. Nagenoeg ieder denkt er over zooals ik deed, hernam Bosman tot zijne verontschuldiging, Nagenoeg? herhaalde Hover bitter: Och, zeg maar ronduit ieder. Binnen drie weken tijds heb ik zeven diensten gehad. Al mijne meesters zonden mij weg, niet omdat ik slecht werkte, niet dat zij ook maar het minste op mij hadden aan te merken, maar omdat ik een ontslagen gevan gene was. De laatste joeg mij als een hond zijne woning uit. Dat geschiedde op den bewusten avond. Ik was er bijna toe ge neigd den eersten den beste te dooden, want heel het mensch- Drukker-Uitgever dom immers was mij vijandig. Geen sterveling wilde mij in staat stellen een eerlijk mensch te blijven. Maar thans... o, ja... Dat zal de hoofdcommissaris u mede deelen. Hij was thans gereed en zij gingen. De grijsaard beantwoord de met eene vriendelijke bewe ging van de hand Hovers eer biedigen groet. Al wat gij ons mededeeldet is gebleken waar te zijn, sprak de oude ambtenaar, en daarom doet het mij leed, dat gij deze uren in arrest hebt doorgebracht. Maar neem toch plaats, mijn beste Hover! Op dat oogenblik overtoog een donkere blos het gelaat van den voormaligen misdadiger. Een onbeschrijfelijke gewaarwording van geluk greep hem aan het was hem te-moede als ware er een berg van zijne ziel afge wenteld, als waren zijne vroegere ketenen hem nu eerst ontnomen. Neem toch plaats, mijn beste Hover, had de algemeen geachte man tot hem gesprokon Nooit, sedert, heeft de ongelukkige den pelijk leven, dan zal men on getwijfeld ook verder op dien weg voortgaan en niet enkel op strafrechterlijk doch ook op burgerlijk gebied streven naar vereenvoudiging van de rechts- toepassing. De rijksregeering heeft thans te Londen, waar de gedachte aan verpanding in den vorm van ingrijpen in de staatseigen dommen van het rijk en de bonds staten, voor het eerst is opge doken, geen twijfel laten bestaan, dat het onmogelijk is daarop in te gaan. Naast andere rede nen speelde bij de afwijzing van het voorstel ook de omstandig heid een rol, dat Duitschland voor een moratorium op korten termijn in het geheel geen onder panden wilde geven, daar deze daardoor voor het doel van een internationale leening waardeloos zouden worden. Zooals men weet, speelde ook bij de besprekingen te Berlijn deze week de gedachte an pan den een voorname rol. Zeer spoe dig kwam de vraag van de hout en kolenleveringen op den voor grond en wel zoo, dat men zoowel voor het uitstel van de betalingen in geld als voor de hout- en kolenleveringen onderpanden verlangde. Een van Fransche zijde voorgestelde modificatie, die er op neerkwam, onder de hout- en kolenquaestie niet de opbrengst, maar het beheer te verstaan, werd van Duitsche zijde eveneens van de hand gewezen. In dit stadium dreigden de onderhandelingen te worden af gebroken. Toen werd Donderdag een nieuw voorstel op het tapijt gebracht, dat in hoofdzaak er als volgt uitzag. De Duitsche regeering verklaart zich bereid, een volkomen gelijkwaardige klank dier woorden vergeten. Zij waren de drempel, waarover hij tot een betere levenswijs geleid werd. Maar hij ging niet zitten, hij zonk op de knieen en drukte zijn in tranen badend gelaat tegen de hand van den geheel ontroerden grijsaard. Zacht hief deze hem op en dwong hem plaats te nemen, waarna hij hernam In de eerste plaats rust op mij de taak u te zeggen, dat ik gemachtigd, 'ja wat meer zegt, gelast ben u als geheim agent van politie in onze residentie aan te stellen. Zijt gij daar mede voldaan Ik ben heel gelukkig, stotterde de arme man. En ik zal u mijn leven lang erkentelijk blijven. En dan heb ik nog een per soonlijke vraag tot u te richten. Wat heeft u toch, in de eerste plaats, doen vermoeden, dat de moordenaar door het venster van de werkkamer binnengedron gen was? De schaduw, welke de huis houdster door het sleutelgat gezien hadik begreep dadelijk dat de hanglamp haar moest garantie voor de hout- en kolen leveringen te geven, in dier voege, dat voor de nader vast te stellen hoeveelheden kolen- en houtleveringen tusschen de industrieelen contracten worden afgesloten, welke de verplichtin gen van het rijk volgens het kolen- en houtprogram garan deeren. De industrieelen zullen, onder overeengekomen straf, tot levering gehouden zijn. De regeering heeft, om dit voorstel kracht bi] te zetten, zich den noodigen steun bij de in aanmerking komende indus trieelen verzekerd. Dezen zijn bereid, dergelijke leverinscon- tracten voor den duur van het moratorium, voorloopig tot het eind van het jaar, af te sluiten. Zij achten zich, in de eerste plaats door het afsluiten van de overwerkovereenkomst in het Ruhrgebeid, in staat, de noodige toezeggingen te doen. De heeren Bradbury en Mau- clère namen het memorandum van de rijksregeering bereidwillig in ontvangst en verklaarden, dat zij het na hun aankomst te Parijs zoo spoedig mogelijk aan de Commissie van Herstel zouden voorleggen. Op de uitwerking van de schets tot een uitvoerig voorstel konden zij niet meer wachten, daar zij zoo mogelijk nog voor het einde der week te Parijs terug wilden zijn. De uitvoerige tekst van het laatste Duitsche voorstel zal daarom waarschijnlijk einde dezer week door den officeelen Duitschen vertegenwoordiger te Parijs aan de Commissie van Herstel worden overhandigd. Dit is het resultaat van de besprekingen te Berlijn. De onderhandelingen zijn dus voorloopig niet afgebroken, maar alleen onderbroken. De Com missie van Herstel en de geal lieerden zullen het er nu over eens moeten worden, of zij op dit voorstel willen ingaan. De hebben veroorzaakt, en dat deze door den moordenaar in bewe ging moest zijn gebracht bij zijne vlucht uit het raam. En waar zijt gij dan toch geweest van 10 October tot op gisteren toe Ik heb mij verborgen gehou den in het leege tuinmanshuis, naast het terrein van Wemar. En waar haaldet gij uw voed sel vandaan Ik, mijnheer, ik vraag u nederig om verschooning, maar ik at '8 middags en 's avonds vlak naast u, in „de Blinde Vink". De hoofdcommissaiis was op gesprongen. Gij Gij waart dus die vreemde heer, die beweerde hier een huis te zoeken riep hij uit. Ja, mijnheer. Ik moest im mers, voor zooverre mogelijk was, ieder woord opvangen, dat mij helpen kon den moordenaar te vinden. Mijne vrijheid en mijn leven stonden daarbij op het spel. U dus, dien men in de gansche stad, in den geheelen omtrek zocht, heb ik dagelijks de hand gedrukt Nu, ik doe het thans

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1922 | | pagina 1