ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN
lIMelijksch Omzicht,
Installatie Buigemeestei
VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN
E. BOOM—BLIEK
TNo.,02°" breskens p°7s$4ro
31e Jaargang
Zaterdag 13 Mei 1922
Nummer 2724
van Schoondijke
den 10 Mei 1922.
BRESKENSCHE COURANT
Abonnementsprijs per drie maanden f 1.25
met 15 cent dispositiekosten.
Advertentieprijs van 1 5 regels 75 cent
Elke regel meer 15 cent. Ingez. Meded. 30 ct. p. regel.
Drukker-Uitgever
Abonnements-Advertenties zeer billijk tarief.
Tijdelijk verhoogd met 20 pCt.
Advertenties worden aangenomen tot uiterlijk
- Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur
Het spant er te Genua. .En
het zijn blijkbaar de Heigen,
die van deze spanning schuld
zijn. Helgiö heeft overwegende
belangen in Rusland, belangen,
die milliarden vertegenwoordi
gen. En de bereidwilligheid der
anderen om met een schadeloos
stelling voor de door de Sovjet-
regeering in beslag genomen
eigendommen en concessies ge
noegen te nemen, ging hun daar
om te ver. Maar het was ook
weer de politiek, die hier haar
woord meesprak. De onverzoen
lijke houding van Frankrijk en
zijn kleine vrienden, waarvan
België de eerste 111 de meest
toegewijde is, en de blijkbare
toenadering niet alleen van
Duitschland, maar ook van En
geland en Italië, ten opzichte
van Sovjet-Rusland, heeft de
eersten in een minder gunstige
positie gebracht, nu het er op
aankomt het uitgestrekte Rus
sische land op de been te hel
pen en te ontginnen. Er is alle
kans, dat zij bij het verkrijgen
van concessies achter het net
visschen. België is daarem bang,
dat de aan zijn onderdanen al-
genomen eigendommen en con
cessies, waarvoor het een sim
pele schadeloosstelling zou krij
gen, nu de nieuwe vrindjes ge
lukkig zullen maken.
Frankrijk, dat aanvankelijk
tegen de voorgenomen schikking
geen bezwaar scheen te hebben,
voelde zich geroepen zijn Bel
gischen vriend bij te springen
en teekende eerst de voorgeno
men regeling, zoo ook die in
de aan de Russen gerichte me
morie was neergelegd, onder
voorbehoud, een onderteekening,
die het later geheel introk. Zoo
ontstond de tegenstelling Frank
rijkBelgië tegenover de overige
mogendheden. Want hard
gelag voor Frankrijk zelfs
de kleine Entente liet het dit
maal in den steek.
De kleine Entente, in 't bij
zonder Polen, begint lont te
ruiken. Het DuitschRussisch
verdrag heeft de heeren in
Oost- en Midden-Europa plotse
ling de dreigende nabijheid ge
toond van een gevaar dat ze
tot nu toe maar liefst over het
hoofd zagen. Wanneer de twee
kolossen Duitschland en Rusland
elkaar beginnen te naderen, dan
is er alle kans, dat ze daartus-
schen fijn geknepen zullen wor
den. En teneinde dit zich aftee-
kenend gevaar nog zoo mogelijk
te ontloopen, begint vooral
Polen zich plotseling van bij
zondere vriendelijke gevoelens
ten opzichte van Duitschland
bewust te worden. Skirmanus en
Ratheuau dineeren samen. En
er is maar weinig meer noodig
of ze noodigen ook Tjitserin op
het feest der nieuw geboren
vriendschap. De Polen voelen
dan ook al erg weinig voor
België's onverzoenlijkheid tegen
over Rusland, die thans door
Frankrijk gesteund wordt. Lie
ver willen ze probeeren ook een
plaatsje te krijgen aan den
nieuwen tafel, waarop de Rus
sische concessies ten gebruik lig
gen uitgestald. En evenals zij zijn
ook de Roemenen en Tsjechen.
Lloyd George geett dit een bui
tengewonen steun in den rug.
En het klinkt dan ook heelemaal
niet zoo onwaarschijnlijk dat hij
Frankrijk vcor de keus gesteld
zou hebben tusschen Engeland's
en België's vriendschap. Maar het
geelt een weinig opwekkenden
kijk op de kansen te Genua.
Zonder Frankrijk en België is
toch, waar ook Amerika terzij
de staat, oogenblikkelijk een po
ging tot herstel van Europa vrij
wel zeker tot mislukking ge
doemd.
Wanneer Frankrijk kwaad wil,
komt er van Duitschland's her
stel voorloopig natuurlijk niets te
recht. En Duitschland is de poort
naar Rusland. Het is begrijpe
lijk dat Frankrijk niet gemakke
lijk de vijandschap van Engeland
riskeeren zal. Maar het is zich
bewust, dat ook Engeland zijn
vriendschap noodig heelt ter
handhaving van de overheer-
schende positie van het Britsche
wereldrijk, die door een samen
gaan van Rusland en Duitschland
in de toekomst onvermijdelijk
gevaar zcu loepen. Het kan daar
om gemakkelijk de halsstarrige
spelen en zoo Engeland dwingen
het tenminste halverwege tege
moet te komen. Dat het het daarop
ten behoeve van België zou laten
aankomen is zoo onwaarschijn
lijk niet, ten slotte is deze door
België opgeworpen kwestie niet
meer dan een aanleiding.
Twee opvattingen ten opzich
te van het wereldherstel, twee
bedoelingen strijden te Genua
nog altijd met elkaar en teeke
nen zich in de houding der ver
schillende landen en hun delega
ties steeds sterker af.
Heeft Lloyd George zelfs de
Duitsehers Wirth en Rathenau
niet te gast gehad en uren lang
met hen geconfereerd zonder me
dewerking van den Franschen
bondgenoot Het ging natuurlijk
in hoofdzaak over de houding
en de maatregelen na 31 Mei,
den datum waarop Duitschland
aan de eischen der commissie
van herstel voldaan moet hebben.
Frankrijk en Engeland zijn het
daarover zoo totaal oneens, dat
Poincaré er vóór 31 Mei zelfs niet
over praten wil. Dat geeft aan
de eenzijdige Engelsche overleg
gingen met Duitschland haar pi
kante uiterlijk. Frankrijk be
schouwt Duitschland nog altijd
als de mogendheid, die slechts
aan Entente bevelen te gehoor
zamen heeft. Wanneer nu Enge
land buiten Frankrijk om met de
Duitsehers over hun schadever
goedingsplichten en dergelijke
gaat praten, dan begint de eens
gezindheid der Entente er al heel
vreemd uit te zien.
De oneenigheid ten opzichte
van Rusland krijgt er een scher
per en gevaarlijker kant door.
Op 't oogenblik schijnt er een
wedloop begonnen in de Russi
sche petroleum, waarin de groote
maatschappij, die een combina
tie is van de Shell en de Konink
lijke en gedeeltelijk in Engel
sche, gedeeltelijk in Hollandsche
handen is, een voorsprong tchijnt
te hebben. De Amerikanen, wier
Standard Oil met de Engelsch-
Hollandsche Maatschappij de pe-
troleummarkt der wereld it» han
den heeft, maar met dezen con
current een vinnigen strijd voert,
zijn er door op hun achterste
zolder geraakt en allicht geneigd
in den Fransch-Engelschen twist
Frankrijk te steunen. F'rankrijk's
onverzettelijkheid zou er allicht
door bestendigd en zoo het ge
vaar voor een formeele botsing
ermee vergroot kunnen worden.
Maar misschien krijgt Amerika
het elders te druk. In den Chi-
neeschen burgeroorlog heeft de
generaal, die Japan's partij ver
tegenwoordigd, het leelijk afge
legd. Dat kan Japan tot directe
bemoeienis nopen. Maar zal Ame
rika dat gedoogen De gebeur
tenissen daar eischen voorloopig
zijn volle aandacht. De petroleum
en Genua kon het daarom wel
eens minder gaan interesseeren.
Zoo zouden België en Frankrijk
toch alleen blijven tegenover de
rest der wereld. Zouden ze het
aandurven daarop een breuk te
riskeeren f
Woensdagmiddag om half zes
kwam de Raad der gemeente
Schoondijke bijeen. Afwezig,
wegens ziekte, de heer Seen.
Overgegaan werd tot instal
latie van het nieuwe Raadslid,
de heer Bruijnooge.
Hierna zou de groote plech
tigheid plaats hebben, het in-
stalleeren van den nieuw benoem
den Burgemeester, de heer M.
A. Bleiker.
Aan den Dam werd Z.Ed.
Achtbare opgewacht door twee
Raadsleden, de heeren J. C.
Quist en C. C. Cammaert.
Te kwart voor zes arriveerde
Z.Ed.Achtbare met de tram.
Inmiddels liet de muziek het
Volkslied hooren.
De heer Quist sprak Z.Ed.
Achtb. als volgt toe
EdelAchtb. Heer Burgemeester
Het it mij een voorrecht, en
ik spreek ook namens mijn
mede-afgevaardigde, den heer
Cammaert, dat wij aangewezen
zijn, om ÜEd.Achtb. hier aan
de grens der gemeente als Bur
gemeester te mogen begroeten.
Ik roep U namens den Ge
meenteraad een hartelijk welkom
toe, en ik vertrouw dat ik dal
ook zal mogen doen namens het
overgroote deel der gemeente
naren. Wij vertrouwen van U
Edele, daar gij voor ons geen
onbekende zijt, dat gij Uw taak als
Burgemeester dezer plaats naar
plicht, eer en geweten, met op
gewektheid zal aanvaarden, om
alzoo onze gemeente onder
Hoogeren zegen, tot meerdere
bloei en welvaart te brengen.
Ik spreek de wensch uit, dat ge
tot in lengte van dagen als een
geliefde Burgervader de liefde
en de achting van alle welden
kende ingezetenen zult mogen
behouden of verwerven.
De Burgemeester bracht dank
voor de tot hem gesproken
woorden.
Hierna had op de Raadzaal
de plechtige installatie plaats.
Na opening der vergadering
door den waarnemend Voorzitter,
Wethouder J. M. Risseeuw, wordt
voorlezing gedaan van ingekomen
stukken, zijnde kennisgeving be
noeming van den heer M. A.
Bleiker, als Burgemeester dezer
gemeente, alsmede Procesverbaal
van eedsaflegging.
Hierna sprak de Wethouder
Risseeuw den nieuwen titularis
als volgt toe
Geachte Mijnheer Bleiker
Het heeft Hare Majesteit, onze
geëerbiedigde Koningin,behaagd
U tot Burgemeester van onze
gemeente te benoemen.
Het komt mij voor, dat ik de
gevoelens van den Raad en de
ingezetenen vertolk, als ik H.
M. dank zeg voor Hare in deze
gedane keuze.
Mijnheer Bleiker, we hopen in
U een goed Burgemeester ge
kregen te hebben. Dat U steeds
de belangen van Schoondijke
zult voorstaan, betwijfel ik geen
oogenblik. Daar ik reeds enkele
jaren met U mocht samenwerken,
eerst als Raadslid en nu als
Wethouder, weet ik van nabij,
wat U voor de gemeente voelt
en reeds gedaan hebt. Ik durf
gerust zeggen dat U de rechte
man op de rechte plaats zijt,
omdat ge Uw sporen als Secre
taris dezer gemeente reeds lang
verdiend heeft. Steeds was U
bereid om anderen en mij te
helpen en met raad en daad ter
zijde te staan. Door Uwe veel
zijdige kennis in Gemeentezaken
en Gemeentewetten gesteund,
geloof ik te mogen zeggen, dat
ik de toekomst van Schoondijke
hoopvol tegemoet zie.
Als Wethouder heb ik steeds
met genoegen aan de belangen
van Schoondijke met U mogen
samenwerken, dat het steeds
zoo moge blijven, wensch en
hoop ik.
De Raadsvergaderingen ken
merkten zich steeds door een
aangenaam samenwerken. Hee-
wel U, krachtens Uw ambt, niet
aan de beraadslagingen van den
Raad kon deelnemen, was U dik
wijls de vraagbaak in moeilijke
kwesties.
Nu U tot Voorzitter geroepen
zijt, ben ik er van overtuigd,
dat die samenwerking steeds zal
blijven en onder Uw wijs beleid
Schoondijke tot groei en bloei
zal komen.
Ook U, Mevrouw Bleiker,
wensch ik van harte geluk met
de onderscheiding van uw echt
genoot. Dat het U beiden en
uwe kinderen nog lang gegeven
moge zijn in gezondheid en liefde
voor elkaar te leven.
En hiermede, Mijnheer Bleiker,
omhang ik U het teeken Uwer
waardigheid en verklaar U ge
ïnstalleerd als Burgemeester van
Schoondijke.
De Burgemeester, hierop het
woord nemende, sprak als volgt
Mijnheer de Voorzitter!
Sta mij toe dat ik in de eerst
plaats mijn dank betuig aan I
M. onze geëerbiedigde Koningi
die mij tot dit ambt heeft be
noemd en Z.Ex. den heer Ministe j
van Binnenlandsche Zaken en dei
heer Commissaris der Koning!
in deze Provincie, die daarto
hebben medegewerkt. In d
tweede plaats U mijn hartelijke
dank, Mijnheer de Voorzitter
voor Uwe gelukwenschen en voc
Uwe vriendelijke woorden zoo
even tot mij gericht.
ik ben het mij ten volle be
wust dat aan het ambt dat il
op het punt sta te aanvaarde)
ook bezwaren zijn veibonder
Hoe dikwijls gebeurt het nie 1
dat men iets komt verzoeken, ei
dat niet altijd kan worden in
gewilligd. Maar al te gauw i
men dan geneigd te denken
dat kon toch wel anders, maa
ik zou die menschen die zoc
denken, willen toeroepenbe
denk tevens dat de persoon to
wien het verzoek gericht wordt
vaak gebonden is aan Wetten
Koninklijke besluiten en regie
menten en niet altijd kan doet
wat hij zelf zoude willen.
Maar voor mij is er ook eei
lichtzijde. Ik acht mij gelukkig
dat ik hier niet als een vreem
deling voor U sta. Ik heb he
voorrecht de gemeente reedi
meer dan 20 jaar als Secretarii
te dienen, zoodat de nooden ei
behoeften der gemeente en vai
de ingezetenen mij voldoendt
bekend zijp. Maar met dit
kennis alleen komt men er niet
Men behoeft daarbij steun ei
medewerking. Dit leert ook dt
geschiedenis. Waar een menscl
ten onder ging, een groep men
schen zich konden staande hou
den.
Welnu, Heeren Raadsleden
ik kom thans dien steun er
die medewerking vragen in hel
belang der gemeente. Wil mi
die niet onthouden. Van mijr
kant geef ik U gaarne de ver
zekering, dat ik mijne beste
krachten zal stellen in dienst dei
gemeente.
Ook aan U heeren Wethou
ders vraag ik die medewerking,
bij de voorbereiding onzer werk
zaamheden.
Welnu, mijne heeren, wanneer
men dit alles voor oogen houdt
en bezield is met de gedachte
het belang der gemeente te
dienen, dan kan het ook niet
anders of ons eendrachtig samen
werken, moet strekken tot bloei
der gemeente en tot welvaart
van de ingezetenen.
Verder wensch ik een beroep
te doen op alle ambtenaren in
dienst der gemeente. Ik hoop,
dat ook zij mij zullen steunen,
om mijn taak zoo licht mogelijk
te maken.
Alvorens te eindigen, gevoel
ik mij verplicht van deze plaats
mijn hartelijken dank uit te
spreken aan de inwoners dei
gemeente voor de zeer vele
blijken van belangstelling ont
vangen bij mijne benoeming er
voor de vriendschapsbewijzen op
heden. Aan U Mijnheer de
Voorzitter mijn dank voor dt