ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN
Wekelijksch Oveizicht,
VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN
Zaterdag 15 April 1922
31e Jaargang
Nummer 2717
gBEfSLLBTOK.
Schuld en Boete.
Protectie.
BRESKENSCHE COURANT
Abonnementsprijs per drie maanden f 1.25
met 15 cent dispositiekosten.
Advertentieprijs van 1 5 regels 75 cent
Elke regel meer 15 cent. Ingez. Meded. 30 ct. p. regel.
Drukker-Uitgever
E. BOOM—BLIEK
TNo.,02°n BRESKENS
AbonnementS-Advertenties zeer billijk tarief.
Tijdelijk verhoogd met 20 pCt.
Advertenties worden aangenomen tot uiterlijk
Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur
Uit hoofde van het
Paaschfeest verschijnt
aanstaande Dinsdagavond geen
nummer van ons blad
De Uitgever.
Bonar Law, de conservatieve
leider, heeft het wel eigenaardig
uitgedrukt, toen hij zeide, dat hij
Lloyd George tijdens den oorlog
al zoo dikwijls dingen had zien
ondernemen, die bijna hopeloos
schenen en deze tot een goed
einde zien brengen, dat hij hoop
had, dat de poging van Genua
met denzelfden goeden uitslag
zou worden bekroond. Daar
spreekt ongetwijfeld meer be
wondering voor Lloyd George's
staatsmanschap'en handigheid uit
dan goed vertrouwen in het te-
sultaat van de Genueesche con
ferentie. Daarom „die bijna ho
peloos schenen."
De meening der wereld over
de poging die thans te Genua
ondernomen wordt, wordt er mee
uitgesproken. Maar zoo die we
reld niettemin in gespannen ver
wachting blijft en een sprankje
hoop ondanks alles blijft tintelen
in de verlangende oogen, dan is
het niet allereerst door het ge
loof in Lloyd George's beleid
en staatsmanschap. Een Engelsch
publicist heeft het dezer dagen
nadrukkelijk verklaard, dat Llovd
George de moeilijkheden, waar
mee hij thans worstelde, zelf ge
schapen heeft. Wanneer hij in
dertijd te Parijs president Wil
son niet in de kou had laten staan,
maar zich met dezen verbonden
had tegen Clemenceau en de
Fransche eischen, dan zou de
wereld er nu ongetwijfeld anders
uitzien. Maar Lloyd George be
greep 't niet, begreep niet, welke
onvermijdelijke gevolgen uit zoo'n
wereldverdrag moesten voort
vloeien. Hij zag niet het Fransche
impeiialisme en de Fransche
vrees. Maar bovenal hij is de
man niet om stand te houden,
desnoods tegen alles in, in wat
82)
Dat doe ik ook, mijnheer, en
ik schaam mij volstrekt niet
over deze vriendschap. Ook
moet ik bekennen, dat ik er over
in de wolken was, toen de broe
der van mijne vriendin, die, 't
zij hier terloops opgemerkt,
eveneens mijn vriend is, zijn
zuster zoo ridderlijk uit de macht
der politie bevrijdde.
De chef der veiligheidspolitie
rimpelde het voorhoofd en zeide
op een eenigszins strengeren
toon
Naar ik bemerk, mejuffrouw,
is u de ernst van mijn bedoeling
nog niet recht duidelijk, aan
gezien ge me zoo schertsend
antwoordt.
Dit is zoo mijn gewoonte,
mijnheer.
De ambtenaar zag, dat hij door
hij eens als goed en,noodzakelijk
heeft erkend. Daarvoor mist hij
de beginsel- en karaktervastheid,
die zichzelf gelijk blijft. En dit
is, waarom de wereld niet het
vertrouwen van Bonar Law heeft,
dat Lloyd George te Genua het
onmogelijke zal weten te verwe
zenlijken. Zijn houding in de
laatste zitting van het Lagerhuis
en zijn onderhoud met Poincaré
op de doorreis naar Genua zijn
allerminst geschikt, dat vertrou
wen te doen aangroeien. Wanneer
niettemin de hoop levendig blijft
in het hart van Europa, dan is
het omdat men voelt dat er een
uitweg gevonden moet worden en
dat die dwang sterker zal blijken
dan de Fransche onverzettlijk-
heid. Poincaré en Frankrijk mo
gen nog zoo vaak zeggen, dat het
vredesverdrag van Versailles op
de thans begonnen conferentie
niet het onderwerp van bespre
king mag zijn. zij kunnen niet
verhinderen dat te gedachte aan
dat vredesverdrag in de hoofden
van alle gedelegeerden leeft en
dat alle beraadslagingen plaats
hebben onder die dwanggedachte
Want de Genueesche conferentie
is niet anders dan de conferentie
van 't vredesverdrag. Dit vredes
verdrag heeft door de wijze,
waarop het den oorlog beëindig
de de conferentie noodzakelijk
gemaakt. En het zal alleen de
herziening van dat verdrag kun
nen zijn, dat vo'gende soortge
lijke conferenties overbodig
maakt. Gebeurt het nu niet, dan
gebeurt het later.
De wereld zal moeten confe-
reeren totdat er een andere grond
slag gevonden is voor de verhou
dingen der Europeesche volken
en staten dan het verdrag van
Versailles.
Minister Van Kamebeek is in
zijn uitlegging in onze Tweede
Kamer voorzichtig geweest. Hij
heeft het Russische vraagstuk
naar voren geschoven als het
punt waarom te Genua de be
raadslagingen zouden draaien.
En ongetwijfeld is de regeling
der verhouding lot Rusland het
herstel van dit ontzaglijke rijk,
vrees aanjagen bij deze jonge
dame niet veel verder kwam, en
nam daarom weder den vroe-
geren conservatietoon op.
Ik twijfel er geen oogenblik
aan dat ge volkomen overtuigd
zijt van de onschuld van hen,
die ge uwe vrienden noemt?
Wel dat spreekt van zelf.
Ook ligt het geenszins in mijn
bedoeling, om hierover met u in
een nadere bespreking te treden.
Daarmede zoudt ge dan ook
uw tijd nutteloos verspillen, die
voor u, naar ik meen, zeer kost
baar moet zijn, daar in Parijs
nog zoovele misdadigers op
hunne arrestatie wachten.
Julienne 1 riep de notaris, ver
schrikt door de vrijheid, waar
mede zijn dochter zulk een
hooggeplaatst ambtenaarwaagde
te behandelen.
O, geef u geen moeite, mijn
heer 1 zeide de chef der veilig
heidspolitie glimlachend
mejuffrouw en ik we zullen het
best met mekaar eens worden.
een der groote vragen; die de
conferentie zal hebben op te los
sen. Maar die opilossing is zon
der Duitschland onmogelijk. En al
leen een hersteld althans een her
stellend of herstelbaar Duitsch
land is tot medewerking in staat.
Zoo wijst ook het R ussische vraag
stuk naar de herziening van het
vredesverdrag. De afzonderlijke
punten, die minister Van Karne
beek als waarschijnlijke punten
van behandeling ter conferentie
aanwees, houden dan ook met de
kwestie van Duitschland's herstel,
dat is van de herziening van het
vredesverdrag ten nauwste ver
band. De groote finantiëele pro
blemen, de vraagstukken van den
geldkoers, de taak van de circu
latiebanken, het geldwezen, het
denkbeeld van eeri internationaal
syndicaat, de vrijmaking van het
handelsverkeer en zoo vele an
dere kunnen niet geregeld wor-
zonder bespreking en wellicht
herziening van het vredesverdrag.
Dat men het probeeren wil, ze
ker Maar zal tijdens de beraad
slagingen het spook, dat Frank
rijk vrees aanjaagt, zich niet
zelf de vergaderzaal binnen
dringen
Engeland heeft tegenover den
te grooten onwil van anderen
waarschijnlijk al een stok achter
de deur klaar gezet. Want het
is wel toevallig, dat het juist nu
alle geallieerden, die hij hem in
het krijt staan, België uitgezon
derd, aan die schulden en de ver
plichting tot rentebetaling heeft
herinnerd. Zeker, het is als een
terugslag op Amerika's aanma
ning aan Engeland. Maar kon
het daarom niet even goed deze
aanmaning een paar maanden
hebben thuis gehouden dan er
de stemming te Genua een beetje
mee te verzuren Geld krijgt
het toch vooreerst niet.
Frankrijk blijkt er over ont
sticht. Het wordt van alle
kanten gemaand «n weet, dat
het niet betalen kan. Maar des
te vaster rekent het op Duitsch
land. Rekenen Zou het waar
zijn Het is haast ondenkbaar,
dat het in trouwe gelooft nog
Welnu dan. Ik wil eens aan
nemen, dat uwe vrienden werke
lijk onschuldig zijn of liever
gezegd uw vriendin, wijl er op
dit oogenblik alleen over haar
sprake is.
Goed, mijnheer, neem dat aan.
Zelfs in dit geval mag niemand
zich aan de politie onttrekken.
Ook dan niet, wanneer de
politie zich vergist.
Zij vergist zich maar zelden.
Zij moet zich nooit vergissen.
En wanneer zij zich vergist,
dan duurt deze vergissing toch
nooit lang. Is uw vriendin wer
kelijk onschuldig, dan zou dat
toch niet openlijk erkend worden,
wanneer zij zich niet ter beschik
king stelt van het gerecht, dat
daarover te oordeelen heeft.
Wie zegt u, dat zij niet ver
schijnen zal op de openbare
terechtzitting.
Kent ge haar plannen in dit
opzicht
Bijgevolg hebt ge juffrouw
ooit de gedroomde milliarden
van over den Rijn te halen.
Maar het houdt het dreigement
gereed tegenover Duitschland,
maar ook tegenover de bond-
genooten-crediteuren, die het
naar Duitschland verwijst.
De Duitschers begrijpen het
misschien wel een beetje. Ze
zijn naar Genua gekomen met
actentasschen vol memories.
Zouden ze dat alleen doen om
over het Russisch herstel of de
schulden der geallieerden of het
Europeesche geldwezen te pra
ten
Er staan nog andere regelin
gen dan die van de Duitsche
schadevergoeding in de vredes
verdragen, waarvan het verdrag
van Versailles de grondslag is.
De Oostenrijksche, de Hongaar-
gaarsche, de kwestie van het
nabije Oosten, om maar een
paar te noemen. Zullen die ook
onbesproken blijven De monar
chistische relletjes te Weenen,
ter gelegenheid van den lijk
dienst voor wijlen keizer Karei
en de bomaanslag te Boedapest
hebben er voor gezorgd, dat de
heeren te Genua nog even aan
deze kwesties herinnerd werden
en niet door de genietingen aan
de heerlijke Riviera zouden ver
geten, hoe heel Midden- en Oost-
Europa nog in de ellende zit.
Zoo de opruiming al een
ondernemen schijnt, dat naar
Bonar Laws woorden hopeloos
is, noodzakelijk is ze zeker. Dus
blijft de eenige hoop. Want ten
slotte gebeurt in de wereld niet
het wenschelijke, maar het nood
zakelijke. Poincaré en de Fran-
schen mogen het zich herinneren.
Van verschillende zijden is
betoogd geworden, dat onze
Nederlandsche industrie 't hoofd
niet boven water zal kunnen
houden, als van regeeringswege
geen buitengewone maatregelen
ter bescherming worden gëtrof-
fen. De concurrentie uit landen
Garancier gesproken sinds den
dag harer vlucht.
Neen. Zij heeft aan mij ge
schreven uit Londen, waarheen
zij de wijk genomen heeft
met haar broeder en met Serge
Morain.
O, mejuffrouw. Ge dwaalt en
overschrijdt zelf de grenzen.
Waartoe dit sprookje? Ik
geef u de verzekering, dat dit
volkomen doelloos isonwaar
heden klinken nooit fraai, zelfs
al spreekt de schoonste mond
ze uit.
Julienne bloosde en zeide
gemelijk
Wanneer ge me niet gelooven
wilt, mijnheer, verhoor mij dan
ook niet.
Verhooren Wel, mejuffrouw,
ik verhoor u geenszins. Wij spre
ken alleen maar over een jonge
dame, bij welke wij beiden even
veel belang hebben, ziedaar alles.
En ik herhaal het u, dat 't niet
voldoende is, wanneer uw vrien
din eerst op den dag der open
met „lage valuta" slaat de nijver^
heid hier in het lar.d lam.
Bij de behandeling der landfl
bouwbegrooting in de Tweedi' 1
Kamer hebben die stemmen oom|
geklonken. Het doet ons goed "Ij
te weten, dat Kamerleden ui f
verschillende partijen, die de'f
plattelands-toestanden kenner S.
daartegen dadelijk zijn opgeko'
men. Toch blijft het noodig (1
dat hier een wakend oog word
gehouden, te meer, daar over
tuigde vrijhandelaars van vooriW
heen, zoowel werkgevers ahli
arbeiders, onder den drang dei1 i I
omstandigheden, protectionis-' j
tische neigingen beginnen te ver-1
toonen. Zelfs het N. V. V. blijkt.'1
wat dat betreft, niet zuiver meer' 1 j
op de graad te wezen, en mem
weet, wanneer dit machtige ver-1 1
bond ergens zijn schouders onder jH
zet, dan is de politieke barometer.,1
daar zeer gevoelig voor. Dub--i|
bela/eden dus om deze beweging 'Jp
niet onopgemerkt aan ons voorbil' j
te laten gaan. Want het is al'j, i|
zoo dikwijls herhaald, als de!r,
industrie wordt beschermd, dan'fï
worden de binnenlandsche pro- viji
ducten duurder en dat meerdere jFj
moet worden betaald door deiGj
binnenlandschen verbruiker. Dat'
zijn niet alleen industrieelef'lj
menschen, maar daartoe behoo-,
ren ook wij, plattelanders.
Levert de industrie duurder,
machines en verdere gereed-
schappen bijv., dan zullen de
bedrijfskosten van den boer stij- J
gen, terwijl de prijzen der pro-\j
ducten door de vrije concurrentiehf-
zullen blijven bepaald. De netto- J
opbrengst der boerderij zal der-
halve minder worden.
Op het loon zal dit moeilijk
kunnen worden verhaald, omdat
dit toch al tot een minimum be- f'
perkt is en bovendien de land-
arbeider zelf meerdere artikelen
duurder zal hebben te betalen, O
zoodat boer en arbeiden in het
tegenhouden dier protectie een 1
gemeenschappelijk belang heb-
ben. Hierbij komt nog, dat onze
land- en tuinboew grootendeels
zijn aangewezen op export, op i
de buitenlandsche markten. Wij
bare terechtzitting te voorschijn
komt. Overigens ia zij niet te
Londen, en heeft zij u noch van
daar, noch van uit een andere
plaats geschreven, maar zij heeft
met u gesproken. En aangezien
zij deze villa niet verlaten heeft.
Hoe weet ge dat
Mijnheer uw vader zeide het
mij.
Nu, dan zijt ge inderdaad
goed onderricht 1
Ik blijf beweren, dat mejuf
frouw Garancier zich hier heen
begeven heeft.
Wanneer
Op den dag van haar vlucht,
en zij is nog hiei
Werkelijk
Ja zeker. Ik wil deze aan
gelegenheid niet van uit het
standpunt der wet behandelen,
want anders zou ik ook u moe
ten arresteeren, mejuffrouw.
De notaris verbleekte bij de
gedachte, dat zijn dochter in de
gevangenis zou kunnen komen.
(Wordt vervolgd.)