ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN 31e Jaargang Woensdag 15 Maart 1922 Nummer 2708 De Zomertijd. riTOSLLBYOK. phuld en Boete. Nederland en België. ESKENSOHE COURANT Abonnementsprijs per drie maanden f 1.25 met 15 cent dispositiekosten. Ad v e r t e n t i e p r (j s v a n 1 5 regels 75 cent Elke regel meer 15 cent. Ingez. Meded. 30 ct. p. regel. Drukker-Uitgever E. BOOM—BLIEK ^e'oon BRESKENS Pf79^!4ro Abonnements-Advertenties zeer billijk tarieft Tijdelijk verhoogd met 20 pCt. Advertenties worden aangenomen tot uiterlijk Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur Het voorloopig verslag is ver henen over het wetsontwerp il wijziging van de wet van j Maart 1918 (Stbld. no. 165) t tijdelijke afwijking van de et van 23 Juli 19Ü8 (Stbl. no. 36). Verscheidene leden verklaar- [ti ernstig de wijze te moeten itreiren waarop de Regeering t aangelegenheid der tijdrege- ig bij de Kamer heeft aan- Lgig gemaakt. Dat, indien de imertijd gehandhaafd blijft, de voorgestelde wijziging wen- belrjk zou zijn, kon de Re- lering sindo geruimeu tijd be ad zijn. Indien het haar mee- is, dat behoud van een mertijd voor Nederland aan- tveling verdient, was het plicht openlijk voor die meening lit te komen en een voorstel als et onderhavige voorzien van tn volledige toelichting, welke lans maar al te zeer ontbreekt, een zoodanig tijdstip bij de laten-Generaal aanhangig te laken dat daarover in ver- ind ook met de ingediende Mistellen tot afschaffing van Ito zomertijd na rijp beraad etn beslissing had kunnen wor den genomen. 'Sommige leden merkten op, lit het onderhavige wetsontwerp et beantwoordt aan de ver wittigen, die daaromtrent, in tt licht van de motie van den eer Beumer c.s. gezien, mocht lorden gekoesterd. Bij de be- adslagingen over deze motie erd de indruk gewekt, dat een iternationale regeling tot stand m komen, waartoe ons land su hebben toe te treden. Het igediende wetsontwerp heeft Chter slechts de strekking om a regeling van den zomertijd ier te lande in overeenstemming brengen met die van Enge- «d en België, het berust dus tenazins op een zoo breede isis, als zij hadden verwacht, ■tze leden vroegen, waarom de Begeering slechts met die landen Btltning houdt niet met p I Tot zijn niet geringe blijdschap ljeeg Sepherine den weg in naar pt station Saint-Lazare en begaf PI rich, daar aangekomen, regel- Ijttht naar het plaatskaartjeg- Iwreiu. 1 Sepherin stond juist op het IP't een kaartje voor Asnière,s vragen, toen hij, zich toeval- |"8 omwendend, op korten af stond Brigaid ontwaarde, i Ofschoon deze schielijk ter f 9"' trad, toen hij zich ontdekt ®"nde, had Sepherin hem toch !|tr goed herkend. Kijk, kijk, zeide deze bij zich fe,en, de schurk is mij nage- «ptn, om mij te bespionneeren. Uoch wacht maar, ik zal hem «saai leelijk bij den neus '"ben. trad naar het loket en rgi *P met luider stem Tweede Duitschland. Immers de belang rijke spoorwegovergangen met laatstgenoemd land zijn talrijker dan die met België en het aan tal reizigers, dat zich uit ons land naar Duitschland begeeft, is, naar zij meenden, ook in de tegenwoordige omstandigheden nog aanzienlijk grooter. Voorts geeft het verkeer over zee met Engeland minder moeilijkheden met betrekking tot de aansluiting, dan het landverkeer. Desniet tegenstaande wordt in de Memo rie van Toelichting van het ver keer met Duitschland geen mel- ding gemaakt, evenmin wordt medegedeeld, of ook in dat land de zomertijd zal worden inge voerd, en, zoo ja, op welke wijze. De hier aan het woord zijnde leden zouden gaarne daarom trent nader worden ingelicht. Naar hunne meening behoort, indien de zomertijd hier te lande gehandhaafd blijft, thans een afdoende regeling van deze aan gelegenheid te worden getroffen, die een bevredigende aanpassing met het buitenland mogelijk maakt. Zij zouden gaarne ver nemen of de Minister van Water staat en de directie van de Nederlandsche spoorwegen zich met de voorgestelde regeling hebben vereenigd en of de Ka mers van Koophandel in de groote steden daaromtrent zijn geraadpleegd. Ook zouden zij gaarne een opgave ont\angen van het aantal spoorwegreizigers, dat in den loop van elk der laatste driejaren onderscheiden lijk de oostelijke en de zuide lijke grenzen van ons land heeft overschreden. Ten slotte vroegen zij, of door dit wetsontwerp een internationale regeling mogelijk woidt, waarbij voorkomen kan worden, dat ons land bij het vervoer van Engeland naar Oost-Europauitgeschakeld wordt. Eenige leden merkten op, dat het niet te verwonderen is, dat dit wetsontwerp niet op een breede basis berust. Immers, blijkens de Memorie van Toe lichting, heeft het zijn ontstaan te danken aan de op 7 Maart klasseVille d' Avray. Brigard, die dit hoorde, wacht te nu tot Sepherin de wacht kamer binnen gegaan zou zijn, en toen trad ook hij naar het loket en nam een kaartje eerste klasse voor Ville d' ^Vvray. Terwijl hij zich naar het perron van vertrek begaf, dacht hij bij zich zeiven Als ik mij niet door de schijnbare onnoozelheid van dezen ouden huichelaar had laten misleiden, dan ware Claude al terstond gegrepen geworden en zaten Serge en Therese nog veilig in de gevangenis. Nadat hij zich van uit de verte overtuigd had, dat Sephe rin werkelijk in den naar Ver sailles vertrekkenden trein had plaats genomen, stapte ook hij in een waggon, en ging ziels vergenoegd in een hoek leunen, gedurende den geheelen rit over leggend, hoe hij wel het best achter de geheime gangen van den door ;hem vervolgde kon komen. j.l. ontstane actualiteit van de vraag, of niet de periode van tijdsvervroeging hier te lande moet worden veranderd, terwijl het reeds op 9 Maart daaraan volgende werd ingediend. Naar huune meening is, tijdens de beraadslaging over de boven genoemde motie in deze Kamer door niemand een regeling breede basis in uitzicht gesteld, doch slechts de wenschelijkheid van een internationale regeling ge opperd. Zij achtten het echter onbegrijpelijk, dat de Regeering, die op 7 Maart vermoedelijk dit wetsontwerp in voorbereiding had, niet aan de Kamer heeft te kennen gegeven, welke materie daarbij zou worden geregeld. De Kamer had daar dan rekening mede kunnen houden. Sommige leden merkten op, dat door dit wetsontwerp geens zins een volledige aanpassing aan htt buitenland zal worden verkregen, omdat het verschil tusschen den West-Europeeschen en den Amsterdamschen tijd blijft bestaan. Zij zouden er daarom de voorkeur aan geven, indien 's winters de W.-Euro- peesche en 's zomers de Mid- den-Europeesche tijd werd ingevoerd. Daardoor zouden te vens de bezwaren van de tegen standers van den zomertijd eenigszins worden ondervangen, omdat het verschil met den zonnetijd dan slechts 40 minuten zou bedragen. Gevraagd werd, of behalve het onderhavige wetsontwerp wellicht nog een voorstel zal worden ingediend betreffende aanpassing aan het buitenland van den tijd in het algemeen. Van de leden, die in beginsel tegen den zomertijd bezwaar hadden, konden sommigen ook niet met dit wetsontwerp mede gaan, omdat de tijd gedurende welke de zomertijd zal gelden, daardoor zal worde» verlengd. Voorts merken zij op, dat de zomertijd, die destijds op grond van economische overwegingen is ingevoerd, door dit wetsont werp op internationale over- Toen de trein op het station Ville d' Arvay stilhield, sprong hij terstond uit den waggon en stelde zich verdekt op een plaats op, van waar hij alle aankomende reizigers kon overzien. Tevergeefs echter loerde hij naar Sepherin. Nadat alle aan- gekomenen het perron verlaten hadden, liep Brigard naar den waggon, waarin Sepherin vóór het vertrek uit Parijs gestapt wasdeze was echter leeg en ook in de andere coupé's vond hij den gezochte niet. Een oogenblik later reed de trein door en Brigard bleef rade loos achter. Zou hij mij bij den neus gehad hebben vroeg hij zich zeiven af. Hij ergerde en schaamde er zich over, door zulk een mensch verschalkt te zijn ge worden, dien hij steeds voor een grooten domkop had gehouden. Alhoewel hij geen hoop had om den gezochte nog in Ville d' Avray te zullen vinden, door wegingen zal komen te berusten, niettegenstaande het tijdsvraag stuk zelf niet internationaal is of wordt geregeld. Andere tegenstanders van den zomertijd verklaarden evenwel dat, indien de zomertijd wordt ingevoerd, de thans voorgestelde wijze de voorkeur verdient, omdat daar door althans de aanpassing aan het buitenland wordt bevorderd. De verschuiving van de termijn achtten zij niet van veel betee- kenis. Naar hun meening zou een intei nationale regeling wel licht op den duur op de basis van den zomertijd kunnen wor den verkregen. Verscheidene leden betuigden hun instemming met dit wetsontwerp, omdat daardoor meer aansluiting aan het buitenland zal worden ver kregen. Sommige leden verklaarden, dat zij hun steun over het onder havige wetsontwerp niet konden bepalen, zoolang geen beslissing was genomen over de wetsont werpen van den heer Braat en van den heer Deckers c.s. De motie van den heer Beu mer had den indruk gewekt, dat de voorstellers hun denk beelden in den vorm van amen dementen op het regeeringsont- werp zouden kunnen dienen. Bij de behandeling daarvan kan de afschaffing van den zomertijd evenwel niet aan de orde komen. Andere leden betoogden daaren tegen, dat eerst over het regee- ringsontwerp behoort te zijn beslist, alvorens de initiatieve ontwerpen opnieuw in behande ling kunnnen worden genomen. Weer andere leden verklaarden, dat huns inziens het onderhavige wetsontwerp zeer goed kan wor den behandeld, afgescheiden van de vraag of de zomertijd al dan niet gewenscht is. Enkele leden betoogden de wenschelijkheid van een afzon derlijken spoorweg, zooals ook vroeger bestond. De meeste leden kwamen echter daartegen op en betoogden, dat de éénheid van tijd in het binnenland behoort te worden gehandhaafd. (Hbl.) kruiste hij toch het plaatsje, begaf eich eindelijk naar een der aldaar aanwezige café's en liet zieh een eenvoudig diner geven. Voor de geringheid der hem voortgezette spijzen trachtte hij zich schadeloos te stellen door een grootere hoeveelheid van den zeer goed drinkbaren wijn en spoelde hiermede van liever lede zijn ergernis weg. Hij begon zelfs in zijn mislukte reis toch een klein succes te ontdek ken, want hij kwam tot de over- tuiging, dat de geheime wijze van handelen van Sepherin diens verbinding met de vluchtelingen bevestigde, wier schuilplaats ongetwijfeld in de westelijke omgeving van Parijs te zoeken was. Ik zou wel durven wedden, riep hij plotseling, dat Sepherin reeds in Asnières den trein ver laten heeftwellicht bereik ik mijn doel, wanneer ik de» om trek der villa van mijnheer Fourmont doorkruis. De correspondent van het Handelsblad te Brussel seint Woensdagavond zijn de heeren van het Comité de politique nationale andermaal bijeengeko men om feest te vieren en tevens den dag te herdenken waarop de Opperste Raad op 8 Maart 1919 plechtig België's recht heeft erkend op de herziening van de tractaten van 1839. Generaal de Witte zat de vergadering voor. Een delegatie uit Hollandsch Limburg heet aanwezig te zijn geweest. Eerst heeft Pierre Not- homb natuurlijk gesproken van de wereldpolitiek en de Rijn- politiek, vervolgens over de Bel- gisch-Luxemburgsche overeen komst die hij zich gewaardigde goed te keuren en hij besloot met er op te wijzen dat thans nog het Scheideregiem en den toestand van Limburg dienden geregeld. Indien de Belgische diplomaten, zoo meende Not- homb, de onderhandelingen met Nederland hervatten en daarbij de plechtige belofte der mogend heden op 8 Maart 1919 uit het oog verliezen, dan zouden zij aan hun plicht te kort komen en stuiten op een onverbrekelijken tegenstand van het nationaal ge weten. Een tweede dischgenoot de heer Crockaert sprak over het Schelderegiem. Hij meende dat, daar de verplichtingen in 1839 aangegaan thans opgeheven zijn, het vrije regiem dat van 1831 tot 1839 bestond weer in gevoerd moet worden en de Belgische schepen ongehinderd de Schelde moeten gebruiken. Met het oog op de verdediging der Oostgrens heeft België de steenwegen van Venloo en Sit- tart noodig. Holland heeft erkend Limburg niet te kunnen verde digen zoodat België gerechtigd is van Holland het passagerecht te eischen door Limburg. Ver der sprak een afgevaardigde uit Hollandsch Limburg die zou hebben gezegd dat de Limbur gers een levendige sympathie voor België koesteren en die Een uur later bevond hij zich te Asnières en begaf zich ter stond naar den oever der Seine, want daar hoopte hij een spoor van Claude te vinden, wiens voorliefde voor de roeisport hem bekend was. Herhaalde malen liep hij langs den rivieroever op en neder, ook nam hij de villa van zijn chef, hare parkmuren en den geheelen omtrek nauwkeurig op, doch hij ontdekte niets. Toen het elf uur sloeg, wilde hij zich weder naar het station begeven, om met den eerstvol- genden trein naar Parijs terug te keeren, zijn verdere naspo ringen tot den volgenden dag uitstellend. Toen hij echter bij den opgang tot de groote brug kwam, die op korten afstand van de spoorwegbrug over de Seine naar de Parijsche voorsteden Clichy en Levaillois voert, besloot hij den terugweg naar Parijs door die plaatsjes te voet af te leggen, (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1922 | | pagina 1