ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN Nummer 2694 31e Jaargang Ons verkeer en zijn kosten. Als Geneeskundigen geboycot worden door hun Collega's. h b,. Schuld en Boete. Woensdag 25 Januari 1922 BRESKENSCHE COURANT Abonnementsprijs per drie maanden f 1.25 met 15 cent dispositiekosten. Advertentieprijs van 1 5 regels 75 cent Elke regel meer 15 cent. Ingez. Meded. 30 ct. p. regel. Aboaaements-Advertenties zeer billijk tarief. Tijdelijk verhoogd met 20 pCt. Advertenties worden aangenomen tot uiterlijk Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur Er is een tijd geweest, dat eizen luxe was. l)e eenvoudige lurger deed er niet aan, tenzij iij hooge uitzondering. De vele rerraoeieni8sen, aan het reizen erbonden, de onzekerheid en «rekkelijke onveiligheid, de tzwaren, door het samenge telde van de noodzakelijke voor leidingen, dat alle9 lokte ovendien niet uit. En het han dels en bedrijfsleven, dat, schoon lan reeds sinds eeuwen over de reheele wereld zich uitstrekkend, ich in engeren zin binnen nau- rere grenzen beperkt bleef, naakte het reizen minder nood- akelijk. De stoom, juister het gebruik aken van den stoom als be- reegkracht, dat het aangezicht Ier wereld veranderde, heeft lok hierin verandering gebracht. )e spoorwagen en de snelle ootverbiridingen hebben eerst icht het handels- en bedrijfs- iven en het verkeer in volsten in internationaal gemaakt. De (standen van weken krompen leen tot dagen en van dagen ot uren. En met het verdwijnen an diligences en trekschuiten cheen het geheele leven losser n bewegelijker te worden en cheen ook den menschheid, uit le kluisters van haar plaatselijke fgezonderdheid losgeraakt, haar ewegingsvrijheid steeds verder it te breiden en het geheele ind, de geheele wereld voor ich op te eischen. De enorme opbloei van handel n industrie, en van het geheele edrijfsleven, toonde welk een Boten, gunstigen invloed van eze uitbreiding en toename, hn deze eindelijk gevonden pakkelijkheid van het verkeer tp ons oeconomisch leven uitging. Pe te volgen weg bleek daarmee Itngewezen. Wilde men dezen Opbloei verzekeren, en zoo mo eilijk vergrooten, dan moest «in steeds meerdere en zekerder en gemakkelijker wegen voor dit internationale \erkeer banen en door een beperking van de verkeerskosten tot het kleinste minimum het verkeer zelf nog trachten uit de breiden en te bevorderen. En het bleek, dat door de vermindering dezer kosten het verkeer zoodanig toenam, dat naar den regel „groote omzet, kleine winst" de verkeersmiddelen zelf als bedrijf niet leden, maar integendeel voordeelig werkten, dat dus aan de indirecte ook directe voor- voordeelen verbonden worden. Dit bracht tot het verzinnen van steeds nieuwe middelen om het verkeer goedkooper en ge makkelijker te maken, waardoor natuurlijkerwijs de omvang van dat verkeer zich nog voortdurende uitbreidde. Deze gang van zaken is door den grooten wereldoorlog plot seling verstoord. Het internatio nale verkeer werd feitelijk stop gezet, althans in zoo ernstige mate bemoeilijkt, dat het tot de kleinst mogelijke proporties inkromp. Hierdoor en door an dere oorlogsgevolgen werd het geheele oeconomische leven uit zijn natuurlijke verhoudingen gerukt en trad ten slotte een algemeene verarming in, die in de tegenwoordige malaise tot uiting komt. Aanvankelijk had deze ommekeer en deze ver scheuring van het oeconomische leven een enorme prijsstijging tengevolge. De loonen stegen als gevolg daarvan En ook de verkeersmiddelen, op deze alge meene stijging reageerende, ver hoogd hunne tarieven. Maar deze verhooging moest evenals de stijging der loonen het herstel van het oeconomisch leven nog meer bemoeilijken. Pogingen tot het verlagen van de productie als van de transpoitkosten wer den dan ook allerwege onder nomen. Men begrijpt, dat alleen langs dezen weg het middel te vinden is tot nieuwen opbloei. En wanneer de mogendheden eindelijk den weg tot verbetering Drukker-Uitgever E. BOOM—BLIEK no.'T breskens der internationale verhoudingen, tot samenwerking en, zoo noodig tot het opheffen van door den oorlog geheel terneergeworpen volken gevonden zullen hebben, waarvoor de conferentie te Can nes goede kans schijnt te bieden, dan zal alleen een verlaging der oogenblikkelijke levenskosten en een voldoende mate van energie noodig zijn, om de menschheid uit het moeras omhoog te trek ken, waarin zij zich zelf zoo leelijk heeft vastgewerkt. Met die verlaging kunnen we hopen tot een normaler levenspeil terug te keeren. Daartoe zal dus een voorloopige aanmerkelijke ver- laging der loonen en een zoo groot mogelijke verlaging der productie-, maar ook der trans portkosten noodig zijn. Want deze transportkosten immers ook bepalen door hun beslissenden invloed op het verkeer voor hun deel den bloei van het oecono misch leven. Te land worden di; transport kosten voor een groot deel door de spoorwegen beheerscht. En voor wat het reizigersverkeer betreft, ook een belangrijk deel van het geheel verkeerswezen en voor het oeconomisch leven van beteekenis, vrijwel geheel. De Engelsche spoorwegen, de noodzakelijkheid begrijpende en inziende welken invloed ook zij op het herstel van het oeco nomisch leven uitoefenen, hebben dan ook hun tarieven, die tijdens en vlak na den oorlog mede de hoogte ingegaan waren, reeds belangrijk verlaagd. En het blijkt dat zij niet misgezien hebben. Het verkeer neemt belangrijk toe. En tengevolge van die toe name wordt er tengevolge van deze verlaging geen verlies ge leden, maar zal het ongetwijfeld mogelijk blijken, de gestegen bedrijfskosten ook bij deze tarief verlaging voldoende te dekken. Onze Nederlandsche spoor wegen blijken echter een ave- rechtschen weg te willen gaan. In een tijd, waarin de nood zakelijkheid van oeconomisch herstel om verlaging roept en de algemeene verarming bij een verhooging belangrijke inkrim ping van het verkeer onvermij delijk maakt, d-ijft de directie niettemin de tarieven nog voort durend de hoogte in. De schade, die zij daarmee aan het land toebrengt, schijnt zij niet te achten. Ons leven is in tegen stelling met vroeger op een zeer intens verkeer ingericht. We kunnen er persoonlijk moeilijk meer buiten en ondervinden daardoor in ons particuliere leven tal van onaangenaamheden van de beperking, die de enorme kosten ons gebiedend voor- schiijven. Maar het heele leven lijdt onder deze gedwongen beperking, die niet noodzakelijk is. Juist omdat de verhooging der spoorwegtarieven in dezen tijd vooral alleen vermindering van personen- en goederen-ver- voer tengevolge kan hebben, kan de spoorwegdirectie van deze verhooging geen verbetering van haar financieelen toestand, eer der het tegendeel verwachten. En het is ook een allerzonder lingst beleid om thans nog tot deze verhooging over te gaan. De tijd, dat officieele en semi- officieele personen en lichamen het leven de wet konden voor schrijven, dat ambtelijke en semi-ambtelijke regeling dwong en met de private belangen eu private personen geen rekening hield, is gelukkig weer voorbij. Maar onze spoorwegen schijnen het nog niet gemerkt te hebben. Dat blijkt niet enkel uit de ver hooging der tarieven. Het zou daarom goed zijn, wanneer zij er eens gevoelig aan herinnerd werden. In het Nederlandsche Tijd schrift van Geneeskunde, lezen we het volgende verhaal Een viertal stadsspecialisten hielden ergens in een klein plat telands-ziekenhuis spreekuur. De huisartsen ter plaatse achtten dat strijdig met hun belangen; span den er zonder succes de Maat schappij voor en eindigden, toen de specialisten volharden in het booze en in het ziekenhuis ble ven komen, met de bewerking dat hun de toegang tot dit ziekenhuis tot dat doel ontzegd werd. Maar verre van verslagen te zijn door dezen, niet halven maatregel, huurden de specialis ten ter plaatse een huis om daar spreekuur te houden en rekenden zich ontslagen van iederen band met de betrokken huisartsen. En ziet, wat te voren kwijnde, ging bloeien, zoodat de corres pondent dezer dagen van een der vier de booze verzuchting hoor de „Och, waren toch alle col lega's incollegiaal". Werkelijk zoo schrijft deze correspondent verder zwaar rust de druk der onwijsgeerigheid op onze afdeeling. Want dit is binnen een kinderleeftijd de tweede maal, dat zij zich verzet tegen iets wat zij vreest, op een wijze, die het vermeende gevaar snel tot werkelijkheid maakt. „Ongeveer vijftien jaar geleden sprak dezelfde afdeeling den boycot uit over een harer leden, wierp hem buiten de afdeeling en ontzegde hem collegialen bij stand. Maar in stede van als berouwhebbend boeteling zijn onderwerping aan te bieden, pakte de uitgewezene al wat hij aan energie en werkkracht bezat (en dat was heel veel) tezamen, kocht een tweede paard voor zijn rijtuig, schafte zich een mo torfiets aan, benevens een reus achtige bel (zie later) en ging zoo hard aan het werk, dat hij na korten tijd deed als vóór hem de Geuzen en hij het som bere woord boycot wist over te smeden in een eerenaam, zoodat weldra de roem van „de bekót" door heel het omliggende land rondging. In dezen tijd heeft de corres- dokterBernedel en eenige politie agenten plaats. Serge weende bitter, doch hij bleef bedaard. Voor het lijk zijns vaders knielde hij neer en zeide tot zich zeiven als in een zacht gebedDierbare vader, ik herhaal mijn gelofte, om uw dood te wreken, wie zich daar ook aan schuldig gemaakt moge hebben. Ik kan niet gelooven, dat Therese schuldig is, want anders zou ik ook niet langer willen leven. Terwijl hij dit bij zich zei ven dacht, scheen het hem toe, alsof er leven kwam in het gelaat zijns vaders en als riep dtze hem toe Theresc is evenmin schuldig als gijLeef en benuttig de vrijheid, die men u aanbiedt, om gezamenlijk met uw vriend d« moordenares op te sportn. Na een korte, pijnlijks stil zwijgendheid riep de rechter van instructie hem toeNog een maal vraag ik u thansBekend ge schuldig te zijn (Wordt vervolgd.) Voor zulk een goeden turner ■1> gij, is dat maar een kleinig heid, Voor men je achtervolgen kan, «reikt je door het aangrenzende mis de straat, waar ik met een tijtuig op je wachten zal. Nadat Serge deze mededee- 'i"g doorgelezen had, zeide hij "ij zich zeiven Claude is voor- 'thtig genoeg geweest om er "jn naam niet onder te zetten, •o opdat men in geval van ont- kkking in dit papier zijn hand- thrift niet zou kunnen herken- "u, heeft hij den geheelen brief gedrukte woorden samen- (Wteld. Nog eenmaal doorlas hij den johoud, om zich de bijzonder- 'den goed in 't geheugen te j'tnten, en vervolgens verscheur- jk hij het papier in heel kleine stukjes, die hij inslikte. Dien nacht deed hij geen oog toe, hij dacht voortdurend na over het plan tot ontvluchting. Daar Claude in rijn brief zeide „wij moeten Frankrijk verlaten" was dus ook Therese al vrij, anders zou haar broer er zeker niet aan denken, om naar het buitenland te gaan. Ook herin nerde hij zich nu enkele woorden van den i echter van instructie, waaruit doorschemerde, dat The rese niet meer in arrest was. Bovendien had men hen beiden tot dusver ook nog niet met elkaar geconfronteerd. Ja, zij is vrij zeide hij ten slotte bij zich zeiven en zij verwacht mij, bijgevolg is zij zich-zelve ook van geen schuld bewust. Deze gedachte deed hem zoo goed, dat hij een geheel ander msnsch scheen, toen de dag aanbrak Hij twijfelde niet aan het gelukken van zijn bevrijding, waartoe Claude zeer zeker re^da alle toebereidselen gemaakt had. De sprong van uit het corridor- raam in het raam van het aan grenzende huis was een kleinig heid voor hem, die in Claude's bijzijn vaak veel gewaagdere sprongen had gedaan. Als men hem maar niet de armen bond. Doch dit was niet te duchten, daar dokter Berne- del den beambten der veilig heidspolitie had aanbevolen, om den gevangene zooveel mogelijk ts sparen, opdat hij niet meer in drift zou geraken. Bovendien nam Serge zich voor, dien dag uiterst kalm en gewillig te zijn, opdat men toch maar geen reden zou hebben, een verandering te brengen in de maatregelen, waaraan hij tot dusver onder worpen was. Men bracht hem 's middags in de allereerste plaats naar het bureau van den rechter van in structie, die hem een scherp verhoor van eenige uren deed ondergaan. Serge beantwoord de alle vragen met de grootst mogelijke kalmte en bepaalde er zich toe, om nogmaals zijn onschuld aan de misdaad te betuigen. Nu, zeide de rechter van in structie, wanneer ge er dan volstrekt niet toe besluiten wilt om een openhartige bekentenis af te leggen, dan dwingt ge me, u een zware beproeving te doen ondergaan, die ik u anders be spaard had. Ge zult me naar de Morgue volgen en wanneer ge daar bij uw loochenen volhardt, dan voeren wij u in uwe vroe gere woning. Alhoewel Serge op deze mede- deeling was voorbereid, zoo kon hij toch een innerlijke huivering niet onderdrukken, doch schielijk herstelde hij zich en zeide met een vaste stem Ik kan overal slechts hetzelfde verklaren, ook voor het lijk mijns vaders zal ik zweren, dat ik geen schuld heb aan zijn dood. Een uur later had dan ook werkelijk de wreede confrontatie in het bijzijn van den rechter van instructie, den politiechef,

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1922 | | pagina 1