ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN
VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN
E. BOOM—BLIEK
31e Jaargang
Woensdag 4 Januari 1922
Nummer 2688
De conferentie te
Washington.
:n,
chuld en Boete.
Coüp. Suikerfabriek
Zeeland.
BRESKENSCHE COURAN
i
M.
Abonnementsprijs per drie maanden f 1.25
met 15 cent dispositiekosten.
A d v e r t e n t i e p r ij s v a n 1 5 regels 75 cent
Elke regel meer 15 cent. Ingez. Meded. 30 ct. p. regel.
Drukker-Uitgever
TNo.,02T BRESKENS p°7s$4ro
Abonnements-Advertenties zeer billijk tarief.
Tijdelijk verhoogd met 20 pCt.
Advertenties worden aangenomen tot uiterlijk
Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur
[liet halsstarrig vasthouden van
Franschen gedelegeerde
Irraut aan een minimum ton-
van 90.000 ton voor duik-
oten, waardoor van eenige
ereenstemming inzake de be-
rking van het duikbootwapen
ts dreigt te komen, heeft
oral in Engeland en Amerika
jote ontstemming gewekt. Ter
nferentie is dit tegenover de
ansche delegatie ook niet
rheeld. Balfour verklaarde dat
geland het Fransche program-
moest beschouwen als een
;r groote bedreiging voor zijn
ligheid. Door zijn groote
ikbootvloot, welke geen ander
tl kan hebben dan de ver-
tiging der koopvaardij, zou
inkrijk het bestaan van En-
and kunnen vernietigen,
ingeland wil, aldus Balfour,
laduit verklaren, dat het niet
it onverschilligheid den aldus
*Hicliapen' toestand kan aanzien.
fce Amerikaan8che minister
kstaat Hughes, sprak even-
la zijn leedvvezcn uit over do
iding der Fransche delegatie
het duikbootvraagstuk. Hij
•klaarde, dat als er in een
bot aantal duikbooten werd
brzien, er ook voor oorlogs-
llems moest worden gezorgd
jken deze duikbooten. In ver
lid daaimee moest hij op-
trken, dat de conferentie was
Jeengekomen ter overweging
Jln de beperking der bewape-
Ifig en niet van uitbreiding er
De geheele Engelsche peis
zich kanten tegen de hou-
5 van Frankrijk in het duik-
Ivraagstuk en geen enkel
1 gaat mede met de argu-
iten, die van Fransche zijde
IWashington zijn aangevoeld
Cl verdediging van een der-
0|'ijke vloot als door Frankrijk
(rd verlangd. Zelfs de Times,
doorgaans zeer Francophile
[komt tot de bekentenis, dat
oprechtheid van Frankrijk,
larmede het zegt, dat een oor-
\R
:n,
ein,
1.
nde
5k,
)e agenten bemerkten aan-
ikelijk ook op de Seine en
e oevers niets van de vluchte'
[en.
>v kunnen toch niet in de
kid gekropen zijn, zeide de
i woedend.
ander schreeuwde op het-
fde oogenblik, vervloekt, we
verschalkt.
ijk daar ginds maar eens.
wees naar den overgestelden
Ier der rivier waar juist een
ïoe boot aanlegde, en daar
'prongen twee mannen en
vrouw, die in allerijl de
ertrap naar de Quai du
,yre opgingen. Ondanks den
'tod herkenden de agenten in
vrouwelijke persoon hun ge-
'gene; die haar vergezelden
'tn ongetwijfeld de beide
fklui, die zich van hunne
log met Enge'and totaal uit
gesloten is en een daad van
waanzin zou zijn, niet in over
eenstemming is te brengen met
deze vlootplannen. NuDuitsch-
land., ter zee ontwapend is, zegt
de Times, is het absoluut on
duidelijk, wie dan de vijand zou
kunneu zijn, tegen wien Frank
rijk wapens begeert te hebben,
hetzij ter verdediging in de
eigen wateren, hetzij in den
Indischen Oceaan. Het blad is
in deze omstandigheden van
meening, dat de vloot, die tot
afweer van duikbooten moet
dienen, belangrijk zou moeten
worden vergroot, wanneer de
Fransche plannen tot verwezen
lijking kwamen, en aangezien de
kosten voor het bouwen van af-
weerschepen zeer hoog zullen
zijn, moet ieder land, dat iets
van Engeland meent te mogen
verwachten, er wel rekening mee
houden, dat een pond sterling
slechts eenmaal kan worden uit
gegeven.
Ook de Daily Chronicle, die
in dergelijke vragen steeds in
zeer nauw contact staat met
Lloyd George, zegt, dat de fi-
nancieele opofferingen van En
geland ten behoeve van Frank
rijk alleen dan verwacht kunnen
worden, wanneer de gelden, op
deze wijze verkregen, niet wor
den verdaan voor doeleinden,
die met den algemeenen geest
van de wereld in strijd zijn.
Op dezelfde bijeenkomst der
commissie voor de vlootaange-
legenheden heeft Hughes een
resolutie van senator Root doen
voorlezen omtrent de oorlogs
reglementen en voor duikbooten,
luidende als volgt
De ondergeteekende mogend
heden, verlangend om onder
staande voorschriften door alle
beschaafde naties te zien aan
vaard, ter bescherming van het
leven van neutralen en non-com
battanten in tijd van oorlog,
verklaren hierbij
1. Aan koopvaardijschepen
moet worden gelast te stoppen,
alvorens zij in beslag kunnen
worden genomen. Zij mogen
werkkielen ontdaan hadden.
Dat is afgesproken werk, riep
de eerste agent wanhopig uit
De ander antwoordde echter
vastberaden Voorwaarts Hen
na 1 Wij moeten hen te pakken
krijgen, als we tenminste onze
betrekkingen er niet bij willen
verlieven.
Zijn kameraad met zich voort
trekkend liep hij over de Pont
des Arts en beiden riepen naar
den anderen oever toe Houdt
de dieven en de moordenaars.
Doch reeds waren de beide
mannen met hun begeleidster in
een op de kade staand, met
twee sterke paarden bespannen
heerenrijtuig gesprongen, dat nu
met het drietal in galop den
Quai du Louvre af en naar de
Tuilerieën reed. Een minuut
later was 't bij de Place du
Carroussel aan de blikken der
vervolgers onttrokken.
Toen deze buiten adem aan
de Tuielrieën kwamen, was het
rijtuig reeds lang de Rue de
niet worden aangevallen tenzij
zij weigeren te stoppen en zij
mogen niet worden vernietigd
atvorens de bemanning en de
passagiers in veiligheid zijn ge
bracht.
2. Oorlogvoerende duikbooten
zijn onder geen omstandigheden
van bovenstaande algemeene
regelen uitgezonderd en als een
duikboot op een wijze, die niet
in overeenstemming is met deze
regelen, een koopvaardijschip
buit kan maken, dan eischt het
volkenrecht, dat de duikboot
zich van aanval onthouden en
het schip ongehinderd zal laten
passeeren.
3. De ondeigeteekende mo
gendheden erkennen, dat het
zoo goed als onmogelijk is, om
de duikbooten als vernietigings
middel voor den handel te ge
bruiken, zonder een inbreuk op
de algemeene, door de beschaaf
de naties aanvaarde bepalingen
ter bescherming van het leven
van neutralen en non-combat
tanten te maken en opdat het
verbod van een dusdanig ge
bruik algemeen zal worden er
kend als deel uitmakend van
het volkenrecht verklaren nnder
geteekenden hun goedkeuring
aan een dusdanig verbod te
hechtep en noodigen zij alle
naties uit, zich eveneens aan
deze overeenkomst te houden.
4. De ondergeteekenden ver
klaren, dat een ieder, in dienst
van een mogendheid, welke
deze regelen heeft erkend, en
die inbreuk maakt op deze
bepalingen, zal worden be
schouwd als een schender van
de oorlogswetten en als zoodanig
kan hij worden onderworpen
aan een gerechtelijke vervolging
en voor daden van zeerooverij
worden gestraft.
De Amerikaansche en de Brit-
sche gedelegeerden drongen aan
op aanneming dezer resolutie. De
Fransche, Japansche en Italiaan-
sche gedelegeerden wilden de
zaak verwijzen naar de commis
sie van deskundigen, doch de
Amerikanen verzetten zich hier
tegen, betoogende dat dit vraag-
Rivoli door, zoodat iedere ver-
volging doelloos scheen. De
beklagenswaardige beambten ke-
k-.n elkaar wanhopig aan, zij
moesten immers vreezen, dat zij
verdacht zouden worden van
met de vluchtelingen geheuld te
hebben. Op dit oogenblik be
merkte zij een van de Pont-
Royal komend en naar de Rue
des Tuileries rijdend rijtuig,
waarin de rechter van instructie
met den gerechtsschrijver en de
chef der veiligheidspolitie zaten.
Het is maar het best, om hun
terstond alles mede te deelen,
zeide de eene agent tegen den
ander en beiden liepen het rij
tuig na, dat zij echter eerst
midden in de Rue des Tuileries
inhaalden. Op hun geroep hield
de koetsier stil en de chef der
veiligheidspolitie stak zijn hoofd
buiten het portier.
Toen deze zijn beide agenten
en hunne ontdane gezichten zag,
raadde hij terstond wat er ge
beurd was. Hij sprong haastig
stuk een algemeene verklaring
van haar standpunt door de
conferentie vereischt.
De heer J. van Walcheren
schrijft omtrent de Suikerfabriek
„Zeeland" in de Molenaar het
volgende onder de titel „Het
zinkende Schip".
Met de beste bedoelingen, de
mooiste vooruitzichten, werd het
directeursschap van de Coöpe
ratieve vereeniging „Eiland Wal
cheren" indertijd aanvaard. Nu
met 1 Januari 1922 wordt het
directeursschap neergelegd.
Met de beste bedoelingen
heeft hij vanaf de oprichting
dier vereeniging in het belang
der coöperatie de zaken bestuurd;
maar van de mooie vooruitzichten
is er niet veel terecht gekomen.
Verwonderen kan ons de han
delwijze van den directeur niet,
alleen kunnen wij het betreuren,
dat de man zooveel jaren te loor
heeft moeten laten gaan. Noch
de maatschappij, noch hij zelf
is er iets op vooruit gegaan.
Laten wij hopen, dat hij juist
intijds het zinkende schip heeft
verlaten en dat hij in z n nieuwe
onderneming slagen mag.
Het is zeer wel mogelijk, dat
een ander zal beproeven de
coöperatie te dienen met z'n
beste krachten, natuurlijk ook
deze vereeniging staat of valt
niet door één persoon, maar
gezien het gewurm, het gemier,
de steeds stijgende ontevreden
heid der leden, ook in ande
re coöperatieve ondernemingen,
waarbij de zelfde boeren zijn be
trokken, daar kan men er bijna
zeker van zijn, dat te. avond of
morgen zij er den brui van ge
ven, dat zij zich niet langer
laten beïnvloeden door wie dan
ook.
Zeer veel draagt er toe bij
om de leden der coöperatieve
landbouwvereenigingen in een
opgewekte stemming te brengen
en hun vertrouwen in de coö-
uit het rijtuig, de rechter van
instructie en de gerechtsschrijver
volgden hem, en alle drie hoor
den nu met ontsteltenis het ver
haal der agenten aan, waarvan
trouwens alleen de oudste sprak,
terwijl de ander er zich toe
bepaalde de opgaven van zijn
kameraad door gebaren te be
vestigen.
Toen de mededeelingen af-
geloopen waren, zeide de rech
ter van instructie droogjes
Dat is toch werkelijk om
duivelsch te wordennauwelijks
zijn er een paar verdachten
gearresteerd, of esn van hen
ontkomt ook weder.
Waarom achtervolgdet ge de
vluchtelingen niet snauwde de
chef der veiligheidspolitie zijn
ondergeschikten toeGe hadt
eveneens in een rijtuig moeten
springen en hen narijden.
Met uw verlof, antwoordde de
oudste verlegen, de voorsprong,
dien de vluchtelingen hadden,
was zóó groot, dat wij hen
peratie in het algemeen te doen
stijgen, dat de ieden van de
Coöperatieve Suikerfabriek „Zee
land" deze week werden verrast
met de betaling van naar men
mij mededeelde 8.—per 1000
K.G. suikerbieten. De boeren
welke hunne bieten aan andere
fabrieken hebben geleverd, heb
ben reeds lang 22 tot 23
per 1000 K.G. in hun zak. Ik
zeide zij werdendezeweekverrast
maar de verrassing was voor zeer
velen een beetje pijnlijk, maar als
goede coöpeiators leggen, zij
zich er geduldig bij neer en
wachten zij weer maar even
geduldig op de dingen die nog
komen kunnen. Misschien dat
het nog niet bij deze ééne ver
rassing blijft. Men beleeft tegen
woordig rare dingen.
In de MiddelburgBche Courant
van 12 November en 15 Novem
ber j.!. kon men lezen, dat deze
fabriek prachtig was ingericht.
De redactie van de M. Crt. was
er uitgenoodigd tot een bezoek
en indien wij niet beter wisten,
dan zouden wij met de heeren
kunnen instemmen, dat de Zeeuw-
sche boeren met recht trots kon
den zijn op hunne fabriek. Ook
de Commissaris der Koningin in
Zeeland heeft zich moeten over-
overtuigen van de inrichting
der modelfabriek. Maar waartoe
dient dit alles, zoo vraagt men
zich af.
Of een redacteur eener cou
rant nu al schrijft, dat het voor
hem een leerzame dag is ge
weest en of nu de hoogste
autoriteit der provincie moet
zeggen, dat hij verrukt is over
datgene wat hem ter bezichtiging
werd gesteld, daarmede is nog
niet bewezen, dat de financieele
zijde van deze coöperatieve
onderneming nu ook even model
in de puntjes is, dat wil zeggen
of men aan deze coöperatieve
onderneming nu ook zoo ver
gevorderd is, dat men iets meer
zou kunnen betalen per 1000
K.G. bieten, dan aan andere
fabrieken. Indien dit het geval
was, dan zouden de Zeeuwsche
bietenverbouwers trotsch kunnen
zijn op hunne eigen modelfabriek.
in geen geval zouden hebben
kunnen inhalen. Ook scheen het
mij noodzakelijker, u van het
voorval te verwittigen, dan ons
met een doellooze vervolging in
te laten.
Dat is zoo, zeide de rechter van
instructie tegen den politiechef.
Laat ons de plaats van den
oever eens gaan opnemen, waar
de vluchtelingen landden, wel
licht dat we daar iets vinden,
wat ons op het spoor kan bren
gen van de aanleggers van dit
plan.
En dan moeten wij terstond
alle mogelijke maatregelen nemen
om de vluchtelingen en hare
beide handlangers weer zoo
spoedig mogelijk in handen te
krijgen. Geheel Parijs moet
doorzocht worden. Degenen, die
zich zoo gaarne vroolijk maken
over de politie, zouden dan
nieuwe stof tot spotternijen krij
gen, wanneer het ons niet gelukte,
deze onhandigheid weder te
herstellen. Wordt vervolgd,)