Algemeen nieuws- en advertentieblad voor zeeuwschvlaanderen
mmhhmew.
Uit liet land dei Bolsjewlki,
Melijksch Overzicht.
VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN
Nummer 266^
Schuld en Boete.
E. BOOM—BLIEK
Zaterdag 15 October 1921
Het lijden der kinderen.
BRESKENSCHE COURANT
Abonnementsprijs per drie maanden f 1.25
met 15 cent dispositiekosten.
Advertentieprijs van 1—5 regels 75 cent
Elke regel meer 15 cent. Ingez. Meded. 30 ct. p. regel.
Abonnements-Advertenties zeer billijk tarief.
Tijdelijk verhoogd met 20 pCt.
Advertenties worden aangenomen tot uiterlijk
Dinsdag- en Vrijdagmiddag I uur
31e Jaargang
In onzen tijd", heeft onlangs
|e tachtig jarige Clemenceau bij
tonthulling van zijn standbeeld,
HU als den vader der overwin-
iag gewijd, gezegd, „in onzen
jd is de ware veiligheid van
to land in de eerste plaats ge-
gen in de rechtvaardigheid
'oer zaak." Wanneer met die
oorden Frankrijk's geloof is
gesproken, dan zou men tot
conclusie moeten komen, dat
tzelfde Frankrijk in de recht-
«rdigheid zijner eigen zaak
ten al te groot vertrouwen stelt,
i behoeven daarvoor nog niet
i kijken naar het groote leger,
it Frankrijk onderhoudt. Dat
pen vrijwel alle volken nog,
Is ze kunnen. Maar de rede
in den Franschen afgevaar-
igde ter Volkenbondsvergade-
itg Noblemaire, heeft het ge-
ligd. Frankrijk voelt zich nog
iet voldoende veilig. Het vreest
It Duitsche revanche en rekent
ir afweer daarVan meer op zijn
iUioenenleger dan op de recht-
nardigheid zijner zaak, waarin
lemenceau de beste waarborg
tr volken meende te zien. Mis-
chien heelt het gelijk. Recht-
aardigheid is ook een betrek-
dijk begrip en ziet er heel an
tra uit, wanneer men van Duit
dien dan wanneer men van
ranschen kant er naar kijkt,
an Uuitschen kant bekeken, is
e Fransche zaak niet recht-
aardig. En dat maakt onge-
rijfeld Frankrijk's veiligheid
aar dien kant een beetje wan-
ld. De beste manier om daarin
erandering te brengen lijkt ech-
trmeer een voortgaan op den
rtg van Wiesbaden, waar Rat-
benau en Loucheur overeenkom-
ten aioten, dan het onderhouden
'in millioenen legers. Het is nu
ttnmaal niet anders en er is
ok niets aan te veranderen, dat
tótschland, welke stukjes Frank-
tijk er ook tracht af te knab-
Itltn, meer millioenen blijft tel-
Itn dan Frankrijk en dus de
Juitsche millioenenlegers het op
33)
Serge van zijn kant was altijd
fan vriendelijk en hartelijk
j'gens haar, maar meer ook
"h. Van lieverlede begon de
!*ijfel haar te kwellen. Zou hij
0jj niet lief hebben, hij, wien
""j" gansche ziel toebehoort
Deze gedachte verliet haar
{ten oogenblik meer, zij werd
te pijnigender, toen zij bij
jtb zeiven ei kennen moest, dat
^'ge haar nooit aanleiding had
itgtven, om van zijn kant innige
{"Helens voor haar te vermoe-
Doch daarentegen scheen
'tt haar ook alweer onmogelijk,
hij niet bemerken zou, hoe
"tig hij door haar bemind werd.
Dp zekeren avond, toen Serge
?*het gemeenschappelijk ge-
""bte diner zich gereed maakte
den duur altijd moeten winnen
van de Fransche, omdat wel
niet ten eeuwigen dage de vor
ming van Duitsche legers verhin
derd zal kunnen worden. Frank
rijk moet dus met Duitscbland
tot overeenstemming trachten te
raken. En dat kan het nu allicht
makkelijker dan later zonder
dat het afstand behoeft te doen
van alles waarop het recht heeft.
Te Wiesbaden is daartoe dan
ook al een eersten, zij het wat
weifelenden stap gezet door de
overeenkomst over de Duitsche
leveringen ter vergoeding van
de door Frankrijk in den oorlog
geleden schade. Hij is een eer
ste erkenning van de onvolko
menheid van het vredesverdrag.
En wannneer de Franschen daar
in wat verder kunnen gaan, zou
het hun veiligheid in de toekomst
allicht nog meer ten goede ko
men, omdat het Duitschland's
moreele ontwapening, die No
blemaire noodig noemde, onge
twijfeld heel wat dichter bij zou
brengen. Daarmee zouden tevens
voor de conferentie te Washing
ton heel wat betere banen ge
opend zijn dan die Noblemaire's
rede in uitzicht stelde.
Het gaat immers niet alleen
over de Stille Zuidzee, waarover
ook wij zullen mogen meepraten.
De verhouding tusschen Ameri
ka en Japan moge gespannen
zijn en de vrede in gevaar drei
gen te brengen, de verhoudingen
in Europa zijn het niet minder.
En Noblemaire's woorden heb
ben al getoond, dat de ontwape
ningsconferentie, die op de Stille
Zuidzee volgen zal, nog over
anderer ontwapening dan die van
Japan een moeilijken strijd zal
te voeren krijgen. Wellicht zou
het daarom niet kwaad zijn om
daarop ook andere dan de groo
te mogendheden toe te laten.
De kleine staten, althans die van
West-Europa, zullen het voor de
ontwapening wel heel wat ijve
riger opnemen dan hun groote
broers. In Oost-Europa is dat
een beetje anders. Daar hebben
over 't algemeen de kleine de
gewoonten der groote overge
nomen. En de gevolgen daarvan
om in een elegant salon-kostuum
de woning te verlaten, vroeg
zijn nicht hem Ga je nog uit
Ja, ik ben geïnventeerd bij
den kolonel Garancier.
Alweer 1 zeide de comman
dant.
U weet het immers, vader, ik
kan voor deze invitatie niet
bedanken.
Bij deze woorden straalden de
oogen van den jongen man zoo
overgelukkig, dat er bij Ange
lina een bedroevend vermoeden
oprees.
Nadat Serge heengegaan was,
ondervroeg zij haar oom schijn
baar zonder eenige bedoeling
over de familie Garancier. De
commandant stak zijn meening
aangaande den kolonel en de
groote levenswijze, die deze
destijds leidde, volstrekt niet
onder stoelen of banken en ein
digde met de woorden
Ik zou liever zien, dat Serge
deze familie niet zoo vaak be-
Drukker-Uitgever
™o.,02°n BRESKENS W°
doenzich nog iederen dag voelen.
Ze concurreeren trouwens niet
alleen in bewapening, ook in
jaloezie en grootdoenerij. Tsje-
cho-Slowakije neemt het Italië
a' kwalijk, dat dat land het uit
den bemiddelaarsrol gedrongen
heeft, die het tusschen Oostenrijk
en Hongarije over West Honga
rije dacht te spelen, maar die
nu Italië, als eerst aangezochte,
zelf voor zich opeischt. Het
dreigt een twist te worden over
een twist en lijkt een slecht be
gin voor vredestichting. De be
doelingen van den vredestichter
komen daardoor wel in een heel
eigenaardig licht. Het „doe wel,
en zie niet om" is hier zeker
niet de beweegkracht.
Zou het dat wel zijn bij de
internationale hulpverleening, die
ten aanzien van Rusland over
wogen wordt De moties, die
de conferentie te Brussel heeft
aangenomen, lijken wel wat ver
dacht. Wanneer men werkelijk
't Russische volk van den honger
dood wil redden, anders niet,
is het dan noodig vooraf de
erkenning der bestaande schul
den door de Sovjet-regeering te
eischen Het is, alsof men van
den nood gebruik wil maken, om
Rusland met het mes op de keel
deze erkenning af te dwingen.
De bolsjewiki hebben dan ook
van het stellen dezer voorwaarde
gretig gebruik gemaakt om op
het huichelachtige der kapitalis
tische maatschappij te wijzen.
Maar op deze wijze komt men
niet veel verder, nóch het hon-
ger-lijdende Rusland, nóch het
uit zijn evenwicht geraakte Eu
ropa. De eenige manier is hel
pen zonder meer. Voor het stellen
van eischen aan Rusland is het
later nog tijd genoeg. Want
met deze hulp alleen zal Rus
land niet op de been te helpen
zijn. Dat komt later, wanneer
deze nood voorbij is.
zocht, maar ik kan het hem
niet beletten. Claude Garancier
is een vriend van hem reeds uit
de jeugd.
Heeft die Claude niet een
zuster
Ja, je moet ze, dunkt me,
kennen, want ze was met jou op
dezelfde kostschool.
Ha, ha, nu herinner ik me
haar. Een half kind, hoogblond
en altijd uitgezocht elegant ge
kleed.
Juist riep de commandant, een
cocquet modepopje, waaruit nooit
van zijn leven iets behoorlijks
groeien zal.
En hoe oud is dat kind
Therese zal thans vijftien jaar
oud zijn.
Deze laatste mededeeling stelde
Angelina eenigermate gerust, en
zij zocht haar ontkiemende eer
zucht door de gedachte te onder
drukken, dat zulk een kind toch
onmogelijk gevaarlijk voor haar
kon worden. Toch gelukte het
De toestand waarin Rusland
is gekomen, een toestand van
honger en ellende, waarvan de
oorzaak niet het minst is toe te
schrijven aan het heilzaam
werkend Bolsjewisme, wordt door
den heer Podasjewsky, Corres
pondent van de „Izvestia" be
schreven.
Hij deelt zijn persoonlijke in
drukken mede, van 't „Honger-
front", in 't bijzonder van het
dorp Ivanovka, dat het meest
karakteristieke voorbeeld van een
dorp in het hongersnoodgebied
is. De heer Podasjewsky voegt
er nog aan toe, dat geen woord
in zijn verslag overdreven is,
maar dat alleen de feiten ge
geven worden, zooals ze zijn.
De oogst werd binnengehaald.
Sommigen gingen in het geheel
niet naar hun velden, daar er
toch geen enkele aar te vinden
was. De anderen maaiden hun
graan niet, maar trokken, over
de velden kruipend, de halmen
een voor een zoo diep mogelijk
uit den grond om vooral niets van
het kostbare stroo verloren te
laten gaan. De oogst onderging
ditmaal ook een geheel buiten
gewone bewerking en werd niet
als gewoonlijk gedorscht. Zooals
de aren van het veld kwamen,
werden ze in hun geheel op de
kachel gedroogd en vervolgens
in een vijzel fijngestampt of ook
wel in een koffiemolen gemalen.
Dan was het „meel" klaar.
Toen dit meel verbruikt was,
bleef nog slechts gras als voe
dingsmiddel voor mensch en dier
over. Niet ver van het dorp was
een boschje, waar 's morgens
schapen, koeien, paarden en boe
ren heen gingen om alle te za-
men hetzelfde voedsel te geniet-
ten.
Groot is het aantal grassoorten,
bladeren en wortels, welke men
als voedingsmiddelen begon te
gebruiken, b.v, wrangkruid, va
renkruid, sleedoorn, enz.
In één woord, zeide een boer,
haar niet, om zichzelve voort
durend gerust te stellen ook
kreeg zij weldra uit eenige ge
sprekken tusschen vader en zoon
de overtuiging, dat Serge geene
slechts voorbijgaande neiging
voor Therese had, en eindelijk
moest zij bij zichzelve erkennen
Hij heeft haar werkelijk lief.
Op een dag, volgende op een
dier feestelijkheden, die ook
Serge had bijgewoond, bemerkte
Angelina, dat haar neef meer
malen een aan zijn horlogeketting
hangend medaillon opende, en
den inhoud daarvan met teedere
blikken beschouwde.
Zij maakte van den avond
van denzelfden dag gebruik van
een oogenblik, waarop Serge
ketting en horloge had afgelegd,
opende heimelijk het medaillon
en ontwaarde daarin behalve het
portret van den commandant ook
dat van Therese en tusschen
beide in een lokje blonde haren,
wij eten alles wat op de aarde
groet. Sommige grassoorten, b.v.
zuring en klaver worden op het
veld rauw opgegeten, terwijl an
dere naat huis worden gebracht
en in de „keuken" gesorteerd om
voor brood of voor de soep te
dienen.
Brood wordt voornamelijk be
reid uit pruimen en sleedoorn
bladeren. Deze worden gedroogd,
tot poeder gestampt en met wa
ter vermengd. Om het te binden
voegt men er nog een handvol
meel bij. Zulk brood kunnen niet
allen maken, maar alleen de ge
lukkige bezitters van een beetje
meel.
Het aantal dezer gelukkigen
vermindert echter van dag tot dag,
en dikwijls hoort men sedert
Paschen hebben wij geen stukje
brood meer gezien.
Dit brood uit bladeren en gras
is zoo hard als een steen en het
is onbegrijpelijk hoe het verteerd
kan worden dit is het geheim
van de Russische natuur. De klem-
is groen of zwart als de aarde.
Het is eigenlijk belachelijk om
over de voedingswaarde ervan
te spreken. In het beste geval is
het ongevaarlijk, maar dikwijls is
het absoluut schadelijk. Van
rorangkruid wordt men duizelig
vertelde mij een boer en
vele kinderen sterven ervan.
Reeds in het begin van den
zomer was het onverdragelijk
heet. Het gras was verschroeid
of opgegeten. Zoo begon de
gras-crisis. In vroegere jaren had
men in dit district veel last van
de Siberische marmotten, die op
de korenvelden veel schade aan
richtten. Nu is het in deze stre
ken gemakkelijker een oester te
vinden, dan een marmot.
Door honger gedwongen proe
ven de menschen iedere gras
soort en alles wat leeft, of het'
misschien eetbaar is.
Eens kwam een uitgehonger
de boer, Peter genaamd, bij zijn
buurman en op een eveneens uit-
gehongerden hond wijzend, zei
de hij
Geef hem mij meejij hebt
er toch niets aan.
Maar wat doe jij er dan mee
met een blauw zijden bandje
samengebonden.
Dat zijn haren van dat meisje!
riep zij, en terwijl zij, voor den
spiegel tredende, dat lokje met
heur eigen donker haar ver
geleek, zeide zij
Mij bemint hij niet, dat zie ik
thans duidelijk. Wat zal ik dan
nog langer hier blijven
Bijna vijf jaren waren er ver
streken, sinds de commandant
Morain alle familietwisten ver
getende, Angelina welwillend bij
zich in huis had genomen en
gedurende al dien tijd hadden
vader en zoon in ieder opzicht
er naar gestreefd, om haar het
leven zoo aangenaam mogelijk
te maken. Dit alles vergat zij
thans en loonde de haar bewezen
weldaden met ondank.
Ik blijf hier niet langer 1 zeide
zij bij zichzelve daar ik meer
derjarig ben, heb ik het recht
om te wonen waar het mij belieft.
(Wordt vervolgd,)