ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN
VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN
E. BOOM—BLIEK
31e Jaargang
Woensdag 12 October 1921
Nummer 2665
|De Loodsdienst in de
Wielingen.
FSCFXLLSTOK.
Schuld en Boete.
Gedenkschriften van
Von Moltke.
CHE COURANT
Abonnementsprijs per drie maanden f 1.25
met 15 cent dispositiekosten.
Advertentieprijs van 1 5 regels 75 cent
Elke regel meer 15 cent Ingez. Meded. 30 ct. p. regel.
Drukker-Uitgever
BRESKENS pj>7s^,4ro
Abonnements-Advertenties zeer billijk tarief.
Tijdelijk verhoogd met 20 pCt
Advertenties worden aangenomen tot uiterlijk
Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur i
[(ehoefijzer-correspondent van
td Hbld. deelt hierover het
rende mede
/at te voorzien was, is ge-
(beardDe Belgen zijn in de
liorige maand, óók met een
Jijodsboot bij Dungeness ver
benen en natuurlijk met een
imloodsboot. De toestand is,
het beloodsen van de Wie-
en belangt, nu dus zóó
ijgië bezet drie posten (Dim
mest, West Hinder en Wande-
"Tssr) met stoom, wij bezetten
.Jtwee posten (Dungeness en Wan-
ilaar) met zeil en daar tus-
len slechts één post met stoom,
dit laatste dan nog met één
thip (de Dolfijn is vervangen
een goede stoomloodsboot)
ider reserve zoodat het, na
irtien dagen buitengaats te
geweest, een week moet
men blijven. In zoo'n week,
it wil dus zeggen gedurende
leen derde van den tijd, hebben
ii{ daarbuiten zelfs maar de
ne zeilposhen tegenover de
ie stoomposten van België
Wij hebben vroeger al eens
mezen op de ongerijmdheid
het feit dat men vóór den
iterweg, waar men metgeener-
vreemde concurrentie heeft
maken en vóór IJmuiden
isrvan precies hetzelfde geldt,
luitend stoommateriaal legt
in de Wielingen (verreweg
belangrijkste Scheldemond,
lar de Belgen rusteloos con-
eeren), bijna uitsluitend zeil-
iteriaal. Wij wijzen nogmaals
die ongerijmdheid in de hoop
t de nieuwe Minister van
ine a. i. misschien wat min
der onder de bekoring van den
wpecteur-generaal van 't loods-
»«en zal wezen dan zijn voor-
En wij herhalen dat,
»g afgezien van den nationalen
>Mt der zaak, deze ongerijmde
N,
s.
31)
Het meeste haatte hij zijn
"ager, den commandant Mo-
i", dien hij als zijn .grootsten
'genetander beschouwde en
naam daarom ook nooit
10 rijn bijzijn genoemd mocht
warden.
kwam het, dat Angelina,
eenige spruit van het echt
paar Verdier, er niets van te
,l|en kwam, dat zij in Parijs
j°g bloedverwanten had. Had
oo advocaat Verdier in Bayonne
gitn uitgebreide praktijk gehad,
J1 Parijs ontbrak deze hem ge-
en nadat reeds een gedeelte
"o het toch reeds bescheiden
"®ogen, dat zijn vrouw hem
ten huwelijk had gebracht,
"Pg'leerd was, zon hij op mid-
tn> om het verlies te dekken
•o Mo mogelijk grootere som
min te
verwerven, die hem in
'Ui! 'telden, m een schitterend
'""te leiden, gelijk hij het
gewenacht en in zijn hoog
verdeeling van het loodsmate-
riaal ons land geld kost 1 Dat
is uit de cijfers aan te toonen
zooals we al meermalen hebben
gedaan.
In het Oostgat, bij pariteit
van materiaal, halen wij steeds
de helft, meestal méér dan de
helft, van al wat binnenkomt.
En altijd meer dan de Belg. In
de Wielingen, bij onzen grooten
achterstand, halen wij aan
genomen dat het daar zooveel
sterkere element der vrije lood
sen onaangetast zou blijven en
dus* alleen rekenend met de
Belgen 1/5, hoogstens 1/4,
van wat beide naties binnen
loodsen. Conclusiebij pariteit
van materiaal ook in de Wielin
gen, zou ons loodsaandeel en
zou dus de opbrengst der loods
gelden over dat zeegat welke
nu beneden dat over het Oost
gat blijft, minstens verdubbelen.
Dit is immers nog veel te laag
gerekend aangezien het aantal
schepen geen juiste maatstaf is
voor de opbrengst der loods
gelden. Die wordt immers be
rekend over den diepgang en
de Belgen kapen ons, met hun
stoomvermogen in de Wielingen,
niet alleen de meeste maar ook
de grootste schepen af en laten
het onvoordeelige grut voor ons.
Indien men dus uit het 4e en
5e district (Rotterdam) waar
negen stoomloodsvaartuigen zijn
voor maar éen zeegat (zonder
concurrentieer eenige over
bracht naar de Wielingen waar
men er niet eens één compleet
stel van 3 voor éen post heeft
tegenover de 3 stoomposten van
België en waar men een felle
concurrentie heeft te verduren,
dan zouden onze inkomsten uit
de Wielingen meer dan verdub
beld worden zonder dat het ons
een cent zou behoeven te kosten.
Door dit na te laten, bena
deelt Marine de schatkist.
En dat nog wel in een tijd
waarin alles zoo berooid is.
moedige droomen het zich af
gemaald had. Met het over
schotje van het vermogen begon
hij nu de meest verschillende
speculaties, en wel met het af
wisselend geluk. Alhoewel hij
vaak aanzienlijke sommen ver
loor, kwamen er ook wel eens
tijden, waarin hij veel geld won.
Alsdan placht hij met zelf
bewustheid te zeggen
Ditmaal heb ik het geluk te
pakken. Thans kunnen de mil-
lioenen mij niet meer ontgaan.
In zulke tijden verkwiste hij vele
duizenden, voor zichzelven zoo
wel als voor zijn vrouw en
dochter, die hij dan de kost
baarste sieraden en de prach
tigste toiletten ten geschenke
gaf. Hij kocht een buitenplaats,
hield paarden en rijtuigen, en
talrijke bedienden en gaf groote
partijen.
De pret duurde gewoonlijk
niet lang, en op rijkdom en ver
kwisting volgden niet zelden
armoede en gebrek.
Toevallig bevond Verdier zich
juist weer in een gunstige finan-
cieelen toestand, toen hij stierf,
zoodat de weduwe en de dochter
Wij herhalen dusDe loods-
politiek van Marine in de Wie
lingen kost geld 1
Misschien zal dit argument
meer indruk maken dan het
nationale.
Wat althans den vorigen Mi
nister vrij koud liet.
In de Matin deelt Jules Sauer-
wein een en ander mede omtrent
een onderhoud, dat hij gehad
heeft met den beroemden philo-
soof Rudolf Steiner betreffende
de gedenkschriften van Von
Moltke, die bij het uitbreken
van den oorlog chef van den
Duitschen generaleu staf was.
Von Moltke's weduwe had inder
tijd Steiner gevraagd voor de
uitgave van de gedenkschriften
van haar man te willen zorgen,
maar de Duitsche regeering had
de publicatie er van verboden.
Steiner vertelde o.a., dat in
het eind van Juni 1914 Moltke
zich in verband met zijn ge
zondheidstoestand naar Karlsbad
begeven had. Tot aan zijn dood
heeft Von Moltke niets geweten
omtrent hetgeen er gesproken
was in den beruchten kabinets
raad te Potsdam op 5 en 6 Juli
1914. Hij keerde n.l. eerst naar
Berlijn terug, na dat het ultima
tum aan Servië gesteld was
Zoodra hij te Berlijn aangeko
men was, stond het voor hem
vast, dat Rusland zou aanval
len. En hij geloofde stellig aan
een ingrijpen van Frankrijk
en Engeland. Voor den keizer
schreef Von Moltke een over
zicht van zijn operatieplan.
Het plan van den Duitschen
generaleu staf was in groote lij
nen nog precies eender als
vijftien jaar geleden. Het was
opgesteld door Von Moltke's
voorganger Von Schlieffen. Het
ten minste voor gebrek gevrij
waard waren.
Op de begrafenisplechtigheid
verschenen ook de commandant
Morain en diens zoon Serge, en
op deze wijze kwam Angelina,
die toen 14 jaar oud was, het
eerst te weten dat zij een oom
en een neef had. Toen zij den
volgenden dag aan hare moeder
vroeg, waarom er nooit over
deze bloedverwanten gesproken
was geworden, kreeg zij ten
antwoord
Je vader wilde geen omgang
met hem hebben.
Maar 't zijn toch onze naaste
en eenige bloedverwanten. Wij
kunnen toch niet zoo geheel
afgezonderd leven.
Tijdens het leven van je va
der onderwierp ik mij steeds
aan zijn wil, en zoo zal 't ook
in 't vervolg blijven.
De goede vrouw had dan ook
inderdaad tegenover haar echt
genoot nooit een eigen wil ge
had en meende ook na diens
dood de onzalige familiebreuk
te moeten laten voortduren. Na
een jaar reeds volgde zij haar
man in het graf en Angelina
beginsel was, groote troepen
massa's tegen Frankrijk in het
veld te brengen om ten koste
van alles zoo spoedig mogelijk
tot een definitief resultaat te
Komen. Tegen Rusland moest
men een zwak verdedigingsleger
uitrusten om dat uit te breiden,
als in het westen successen be
haald waren. De eenige veran
dering, welke Von Moltke in
het plan gebracht had, was dat
zijn voorganger via België en
Nederland den aanval wilden
richten, terwijl Von Moltke, ten
einde in het geval van een
blokkade aan Duitschland de
gelegenheid te geven vrijer te
ademen, afzag van een aanval
door Nederland.
Op 30 Juli zag Von Moltke,
dat hij alleen een beslissing
moest nemen en hij vroeg aan
den keizer het mobilisatiebevel
te onderteekenen, hetgeen dus
vrijwel gelijk stond met een
ooilogsverklaring. Verder zou
alles dan op vastgestelde uren
zich automatisch ontwikkelen.
Wilhelm II aarzelde echter en
beperkte zich tot het afleggen
van de verklaring, dat het land
in een toestand van oorlogsge
vaar verkeerde.
Den volgenden dag liet de
keizer opnieuw Von Moltke ont
bieden, en in de zes uren, welke
het onderhoud tusschen den
keizer en Von Moltke duurde,
voltrok zich het drama.
Bethmann Hollweg bevond
zich bij den keizer en de rijks
kanselier beefde van zenuwach
tigheid.
Verder waren er de minister
van oorlog Falkenhayn en enkele
generaals aanwezig.
De keizer verklaarde zich ten
zeerste tegen het plan van Von
Moltke. Niet alleen zou, volgens
den keizer Engeland neutraal
blijven, George V had dit zelf
aan (Wilhelm verklaard, maar
bovendien zou Engeland Frank
rijk verhinderen deel te nemen
stond nu geheel alleen op de
wereld. Vaak had zij in de
laatsten vreugdeloozen tijd aan
haar oom en haar neef gedacht,
zij gaf beiden onverwijld kennis
van het overlijden van hare
beste moeder. De commandant
Morain kwam terstond naar haar
toe, omhelsde haar teederlijk en
zeide
Ween maar, mijn kind. Tra
nen verzachten de smart. Laat
mij voor al het overige zorgen.
Toen Angelina na de begra
fenis harer moeder in de woning
van haar oom werd gevoerd,
ondervond zij een gewelddadige
geruststelling des gemoeds.
Ondanks haar diepe smart
ontging haar toch het onder
scheid niet tusschen dit ordelijke,
gezellige huishouden en de meer
of minder ongeregelde levens
wijze, die zij tot dusver geleid
had. Zij zeide bij zich zelve
Wat een geluk moet het zijn,
hier te wonen.
Haar oom bracht haar in een
vriendelijke kamer, waarin zij
menig stuk huisraad uit de wo
ning harer ouders meevoerde.
Toen zeide hij haitelijk tot haar
aan den oorlog. Onder deze om
standigheden was het dus ge-
wenscht, het heele leger in eens
tegen Rusland in het veld te
brengen. Wat Moltke hier ook
tegen in het midden bracht,
Wilhelm hield voet bij stuk.
Moltke geloofde niets van de
berichten omtrent Engeland en
daar de keizer het mobilisatie
bevel reeds onderteekend had,
maakte Moltke, dat hij daarme
de zoo spoedig mogelijk weg
kwam, de anderen in vertwijfe
ling achterlatend.
Toen Moltke halfweg het kei
zerlijk paleis en de bureaux van
den generalen staf was, werd
zijn rijtuig achterhaald door een
auto van den keizer. Alvorens
naar het paleis terug te keeren,
gaf Moltke echter het mobilisa-
tiebevel aan zijn adjudant mee
eu zeide „Laat de troepen op
rukken 1"
De keizer had weer een tele
gram uit Engeland gekregen en
las hieruit, dat het conflict in
elk geval tot het Oosten be
perkt zou blijven, daar Engeland
en Frankrijk neutraal zouden
blijven.
,Ge moet," zeide de keizer,
„onmiddellijk een tegenbevel uit
vaardigen voor de troepen welke
ge hebt doen oprukken."
Moltke weigerde.
De keizer gaf toen zelfs last
aan een zijner adjudanten, tele
fonisch aan het hoofdkwartier
te gelasten, bevel te geven, dat
de troepen halt moesten houden
op minstens een uur afstand van
de Fransche en de Belgische
grenzen.
Een adjudant kwam aan Molt
ke het tegenbevel des keizers
brengen, met het verzoek dit te
onderteekenen. Hij weigerde ech
ter en zond het terug.
Om 10 uur 's avonds liet de
keizer Moltke weer telefonisch
bij zich ontbieden. De keizer lag
reeds te bed en stond in zijn
onderbroek en in een kamerja-
Je hebt buiten ons geen andere
bloedverwanten, bijgevolg ben
ik, zooals van zelf spreekt, je
voogd. Je zult hier in huis leven
als mijn eigen kind. Je ouders
deden er verkeerd aan, even
goed als ik, om in oneenigheid
met elkaar te leven. Vergeten
wij het verleden, en leven wij
in de toekomst des te eens
gezinder.
Angelina had een. mat-witte
gelaatskleur, een hoog voorhoofd,
donkerbruin haar en blauwe,
eenigszins dwepende oogen.
Hare anders regelmatige en
schoone trekken namen slechts
nu en dan een uitdrukking van
hardheid aan, dienadeelig werkte
op hare aanvalligheid.
Angelina wist, dat zij mooi
wa9, en gevoelde er zich ge
lukkig door, want zij putte
daar uit de hoop om eens de
liefde te winnen van dien man,
met wien zij reeds lang in stilte
dweepte en dien zij thans innig
lief had.
En deze man was haar neef
Serge Morain.
(Wordt vervolgd.)