ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN
VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN
E. BOOM-BLIEK
30e Jaargang
Woensdag 25 Mei 1921
Nummer 2625
jebrek aan bewustheid.
yagaABTe».
Ontmaskerd.
KENSCHE COURANT
Abonnementsprijs per drie maanden f 1.25
met 10 cent dispositiekosten.
A d v e r t e n t i e p r ij s v a n 1—5 regels 75 cent
Elke regel meer 15 cent. lngez. Meded. 30 ct. p. regel.
Drukker-Uitgever
TNo,02in BRESKENS p,°7s$4ro
Abonnements-Advertenties zeer billijk tarief.
Tijdelijk verhoogd met 20 pCt.
Advertenties worden aangenomen tot uiterlijk
Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur
)e BKESKENSCHE COU-
RANT wordt in alle
a t s e n van Z. Vlaanderen
elezen, in ruim 3000 gezinnen,
'elefonisch aangesloten No. 21.
Er is al zooveel over de ver-
iezing van Had-je-me-maar tot
van den Amsterdamschen
iemeenteraad geschreven, dat
tt mosterd na den maaltijd
ou zijn, nu nog met een be
bouwing over deze „eigen-
irdige" verkiezing aan te ko
en. Maar waar het nooit te
at is fouten en gebreken aan
wijzen, die ons openbaar leven
ederven en op wond.' plekken
en vingei te leggen, wanneer
ie zich door plotselinge gebeur-
nissen aan ons geopenbaard
ebben, kan het zeker zijn nut
ebben, ons de diepere oorzaken
an deze Amsterdamsche ge-
eurtenis bewust te maken en
aar het licht te zien, dat zij
5 ons politiek stelsel werpt,
nder de 14,000, die den dronken
edelaar en verloopen zwerver
et meest waardig vonden om
em in het bestuur hunner stad
vertegenwoordigen, zullen er
eker geweest zijn, die hun stem
p dit individu uitbrachten uit
rotest tegen den stemdwang
n anderen, die daarmee hun
linachting wilden uitdrukken
in opzichte van ons gansche
matschappelijke stelsel, waar
gen zij in voortdurend verzet
ijn. Maar dat is zeker maar
en betrekkelijk klein gedeelte,
'rincipiëel verzet tegen den
temdwang, verzet dus, dat uit
lts anders voorkomt dan uit
iverschilligheid of luiheid, is
aarvoor te zeldzaam. En het
antal van hen, die hun welbewust
erzet tegen de tegenwoordige
taatschappij, niet door aanslui-
ug bij sociaal-democraten en
ommunisten en vrij-socialisten,
laar alleen door zulk stemmen
itdrnkken, zal ook wel gering
ijn. Zoodat men gerust mag
De beide geneesheeren waren
nnengetreden en zochten de
ienstboden te begrijpen, dat
et voor haar het beste was, als
ij den wil van de grafelijke
unilie opvolgde en mee naar
et slot toeging, omdat zij toch
erplicht was, zoolang haar groot
ader afwezig was, onder de
oede en 't opzicht der grafe-
jke familie te leven.
Als de heer Steften terug-
ekeerd is, kunt gij hem zeggen,
at Gerda onder onze hoede op
£t slot verblijft. En als de heer
effen iets met ons te regelen
eft, kan hij zich op het slot
irvoegen, waar wij steeds ten
inen dienste zijn.
Bij dit gezegde wierp hij
mwelijks een blik op de dienst-
ide. Hij was steeds in de weer
aannemen dat van de 14.000
kiezers, die Had-je-me-maar
uitverkoren, zeker meer dan
10.000 het alleen deden om een
„lolletje" of uit een soort kwa
jongensachtige, lummelige weer
spannigheid. Maar wanneer in
een stad als Amsterdam, tenmin
ste 10,000 kiezers zijn, die van
hun hoogste burgerschapsrecht
en burgerschapsplicht opzettelijk
een lolletje maken, dan kan dat
niet meer verklaard worden uit
gewone onverschilligheid, die
zich trouwens nog veel meer in
niet stemmen zal geuit hebben
noch uit lummelachtigheid of
pleizier aan slechte grappen,
maar moet daarvoor een diepere
oorzaak blijken te bestaan, die
op een ernstige fout in ons po
litieke leven zou wijzen.
Wanneer men iemand, die
onze zaken moet behartigen of
voor onze belangen opkomen,
die ons bindend kan vertegen
woordig en voor ons handelen,
naar een notaris stuurt, bij Xien
een erfenis te deelen valt of naar
een kantongerecht of als zaak
waarnemer in welke zaak of
aangelegenheid ook, waarbij wij
onze belangen nauw betrokken
weten, dan past men wel op
niet zoo'n type daarvoor uit te
kiezen. Geen van de 10,000
Amsterdammers, die van zoo'n
voorliefde voor dit straattype
blijk gaven, zouden er aan den
ken. Maar door hem naar den
Raad af te vaardigen, geeft men
toch een soort volmacht om
onze belangrijkste zaken waar
te nemen, ons belasting op te
leggen, voor het onderwijs onzer
kinderen, voor onze veiligheid,
het uiterlijk aanzien van onze
stad enz. te zorgen en ons door
leeningen als anderzins op ver
strekkende wijze te verbinden.
En de conclusie is gewettigd,
dat men dat niet zou doen,
wanneer men deze strekking en
deze gevolgen van zijn daad
begreep. Maar dit niet begrijpen
komt niet voort uit domheid,
die men zoo verregaand bij zoo'n
groot aantal moeilijk veronder
stellen kan. Er moet een diepere
oorzaak voor zijn, die met de
Gerda, die in den grootsten angst
verkeerde, gerust te stellen.
Handenwringend smeekte zij,
haar gerust te laten en hier stil
in den molen te laten blijven.
Niets mocht baten, door de
naamlooze angst en opgewonden
heid liet zij zich ten laatste ge
heel willoos door de beide ge
neesheeren naar het rijtuig
geleiden, dat in allerijl met zijn
buit naar het slot werd gevoerd.
Bij het vertrek riep zij tot de
oude dienstmeid: Zeg mijn groot
vader, dat men mij tegen mijn
wil naar het slot bracht.
Wat zou haar de toekomst
brengen? Van dit oogenblik zou
voor haar een nieuw leven be
ginnen, misschien van naamloos
lijden en verdriet.
De jonge graaf volgde het
rijtuig. De beide geneesheeren
hadden de uitnoodiging van den
graaf om nog mee naar het slot
te keeren, van de hand gewezen.
Zij wilden van het schoone weder
beteekenis der verkiezing zelve
verband houdt. Een dergelijke
daad, waarbij men ook met zijn
materiëele belangen, die den
menschen toch nogal na aan
het hart plegen te liggen, zoo
lichtvaardig omgaat, is alleen
begrijpelijk, wanneer men de
daad zelve en zijn beteekenis
niet begrijpt. Wat dus zeggen
wil, dat men, kiezende, zich
niet duidelijk bewust is, dat men
daarmee zijn eigen zaakwaarne
mer, zijn eigen bestuur, in veel
opzichten zij eigen rechter aan
wijst. En dit gebrek aan be
wustheid is het onmiddellijk ge
volg van het ontbreken van alle
contact tusschen het volk en
zijn vertegenwoordigende licha
men, waardoor men niet duide
lijk voelt, dat men feitelijk zich
zelf regeert.
Dit is het. Dit is de eenige
oorzaak van een stemming ten
opzichte van een vertegenwoor
digend lichaam, zooals die zich
in de verkiezing van Had-je-me-
maar zoo schril geopenbaard
heeft. Het volk voelt niet, dat
het zich zelf regeert, maar voelt
de regeering als iets boven of
tenminste buiten zich. Dit moge
door deze Amsterdamsche ver
kiezing wat fel aan het licht
getreden zijn, het is voor wie
het volk, en dat werkelijk niet.
alleen de onontwikkelde massa,
kent, ook in andere symptomen
telkens weer en allerduidelijkst
merkbaar. En de oorzaak daar
van is de feitelijke scheidingslijn,
die tusschen volk en regeerings-
kringen loopt. Want evenals in
onzen regèntentijd, zij het in
minder volstrekten zin, hebben
zich regeeringskringen gevormd,
van wie de eigenlijke regeer
macht uitgaat. De volksvertegen
woordigers in Kamers en Raad,
uit verschillende volkslagen ge
kozen, worden deels binnen die
kringen getrokken, waar binnen
verder alleen politiekers en en
kele anderen gezag oefenen, en
missen, voor zoover ze er buiten
blijven, ook allen rechtstreek-
schen invloed. De groote massa
van het volk, van eiken stand,
maar vooral van den zoogenaam-
gebruik maken en te Voet naar
het naastbijzijnde station gaan.
Een zeldzaam geval! zeide de
jonge geneesheer, terwijl hij in
gedachten verzonken naast den
ouderen voortwandelde. Het was
alsof eenige twijfel over hetgeen
de graaf hem had medegedeeld,
in hem was opgekomen. In elk
geval, zei hij, wil ik eens onder
zoeken of het gezegde van die
jonge juffrouw, betreffende de
echtgenoote van dien graaf, waar
heid bevat, en ook informeeren
in Amerika of zij aldaar wezen
lijk in een krankzinnigengesticht
heeft vertoefd. Onder den twij
fel, die ieder oogenblik grooter
werd, zetten zij hunne wande
ling voort.
XXXVI.
De bedienden op het Rheins-
burger slot waagden het slechts
fluisterend te spreken. Zooals
men voorgaf, was de jonge gra
vin ziek op het slot teruggekeerd.
den vierden en van de eigenlijke
burgerklasse staat er vreemd van
en heeft daardoor zeer sterk het
gevoel, dat zij aan de eigenlijke
regeering, spijts haar stembiljet,
weinig toe- of afdoet, dat zij
geregeerd wordt door anderen.
En hierdoor mist dit volk voor
een groot deel het besef van
verantwoordelijkheid voor den
goeden gang van zaken en wor
den verkiezingen als die van
Had-je-me-maar en vele andere,
minder opvallend weliswaar, maar
even onverdedigbaar, mogelijk.
Het is gemakkelijker deze fout
aan te wijzen dan een weg ter
verbetering. Maar die fout zelf
wijst op een elementaire fout
van ons parlementair stelsel,
waardoor onze regeeringsvorm
feitelijk zijn vertegenwoordigend
karakter verliest.
De maandelijksche kosten van
een huishouding in Oostenrijk.
De correspondent van de N.
R. Crt. te Weenen schrijft
Hoeveel kost op het oogen
blik de huishouding eener fa
milie, die uit vadei, moeder en
2 kinderen bestaat, wanneer al
leen het allernoodigste wordt
gekocht
Ziedaar een vraag, die het
centrale bureau voor de statis
tiek te Weenen, op verzoek van
de regeering, sedert Januari
1921 maandelijks beantwoordt.
Aan de gegevens over de maand
April is het volgende ontleend,
waarbij opgemerkt zij dat in
1921 eigenlijk geen groote prijs
stijgingen meer zijn voorgeko
men. Wel is de prijs van en
kele levensmiddelen en ook van
brandstoffen sedert Januari ge
stegen, van het brood bijv. van
kr. 4.76 tot kr. 7-14, van aard
appelen van kr. 7-30 tot kr. 9.30,
van vleesch (op kaarten) van kr.
91 tot kr. 95.50, van jam van
kr. 80 tot kr. 100, van kolen van
kr. 4.82 tot kr. 6,20 en van
brandhout van kr. 2,60 tot kr.
3.40, alles per K.G., doch daar
staat tegenover dat de prijs van
rijst gedaald is van kr. 70 tot
Zelfs had men twee geneesheeren
ontboden om den toestand te
onderzoeken, en dat reeds gaf
bij hen te denken.
Ook verspreidde zich het ge
rucht, dat de gravin in Amerika
in een krankzinnigengesticht
geweest, Joch daaruit ontvlucht
was. De graaf had zooals men
vertelde een dépêche gekregen,
van daar, waarin vermeld werd
dat de gravin door de hulp
eener verpleegster, die men
daarvoor eene zeer harde straf
gegeven had, in den nacht de
inrichting verlaten had. Dit
scheen zich te bevestigen, daar
zij nu op het slot was aangeko
men. Zij was naar haar groot
vader gevlucht, en had zich daar,
zooals men zeide, een tijd lang
verborgen gehouden. Doch de
graaf had dit wel vermoed, en
spionnen aangesteld, die in het
geheim den ouden molen be
waakten, en deze hadden spoe
dig hare komst aldaar ontdekt,
kr. 64, van erwten van kr. 40
tot kr. 35, van vet van kr. 300
tot kr. 260, van eieren van kr.
14 tot kr. lll/2 (per stuk) en
van geconsenteerde melk van
kr. 140 tot kr. 120 (per busje),
zoodat het totaal bedrag in de
verschillende maanden niet veel
van elkaar verschilt.
Bij de berekening der uitga
ven voor levensmiddelen is aan-
fenomen dat per hoofd en dag
000 calorieën met 70 gr. eiwit
als minimum noodig zijn, en
voorts dat de familie genood
zaakt is alles in den vrijen han
del te koopen, mitsdien niets op
kaarten kan betrekken.
Een familie van 4 personen
had per maand noodig in Juli
1914: voor voeding totaal 72,73
kr., in April 1921 8201,43 kr.,
voor kleeding en wasch totaal
36,21 kr., in April 1921 5582 kr.
De kosten eener woning, be
staande uit twee kamers en
keuken, ergens in een buiten
wijk, beliepen voor den oorlog
20 kronen per maand, thans 400
kronen.
Daarentegen zijn de kosten
voor verlichting en verwarming
sterk gestegen, de prijs van gas
b.v. van kr. 0.10 per M3- tot
kr. 10.50, van hout van kr. 0.08
tot kr. 3.20 en van kolen van
kr. 0.42'/2 tot kr. 6 50 per K.G.,
zoodat de uitgaven voor 28 M3.
gas, 15 K.G. kolen en 150 K.G.
hout van kr. 17-39 tot kr. 871.50
per maand zijn toegenomen.
Bovendien berekend het bureau
voor de statistiek dat de familie
voor zeep, voor baden, tram
kaarten, couranten en haarsnijden
vroeger kr. 13.38, thans kr. 711
per maand uitgeeft, waardoor
het totaal der uitgaven der fa
milie van kr. 159.71 in 1914 tot
kr. 15,405. 92 in 1921 is geste
gen, of wel tot het ruim zesen-
negentigvoudige. Een familie,
die voorheen van eën inkomen
van kr. 2000 's jaars nog kr. 80
voor bijzondere uitgaven kon
bespaien, heeft thans nagenoeg
kr. 185.000 noodig om op de
zelfde eenvoudige wijze te kun
nen leven.
en haar door list en hulp der
geneesheeren in het slot terug
gebracht.
Toch kwam de bedienden alles
zonderling voor. Gelukkig scheen
het jonge paar wel nooit geweest
te zijn. Meerendeels waren zij
op reis en genoten dan van de
genoegen des levens, (doch op
het slot schenen zij nooit tevre
denheid gevonden te hebben,
want van een gezellig familie
leven op het slot kon men niets
ontwaren. Doch dat treft men
meestal bij de voorname families
aldus aan.
Onder de nieuvre bedienden,
die men op het slot in den laat-
sten tijd had aangenomen, was
er een die bijzonder de aan
dacht trok. Hij was zeer stil en
maakte den indruk van iemand,
die eene goede opvoeding ge
noten had, zijne fijne handen en
zijne goedgekozen woorden leer
den hem kennen als iemand, die
tot den deftigen stand behoord
had, (Wordt vervolgd.)