Plaatsii lays. Het plakken van zegels voor inwonende kinderen. Binnenland. Rechtzaken. wijs de lichamelijke oefening als verplicht leervak opgenomen en in de nieuwe lager onderwijswet is hetzelfde het geval. Tot versterking van de per soonlijke, moreele en nationale kracht is de minister van oor deel, dat het gewenscht is in deze richting nog een belang rijke schrede verder te gaan, want de genoemde voordeeien zullen in nog veel grootere mate worden verkregen wanneer het geen op dit gebied in de school is geleerd onmiddellijk daarna in 't leven wordt bijgehouden en ontwikkeld. De 8-urige arbeids dag en de vrije Zaterdagmiddag bieden thans bovendien voldoen de gelegenheid tot nuttige in- en ontspanning. De minister is van oordeel, dat deze verplichte voortgezette oefeningen er toe zullen leiden, dat de eigenlijk gezegde mili taire lasten voor ons volk kunnen worden verminderd, terwijl niet temin de weerkracht wordt ver hoogd. Dit laatste is voor ons volk een belang van de hoogste or de. Uit de wereldgebeurtenis sen valt de leering te putten, dat alle mannen in staat behoo- ren te zijn de wapenen ter ver dediging van hun land te dragen. Nochtans is het geenszins noodig, iederen man tot dat doel aan volledige militaire oefening te onderwerpen. Mits slechts een behoorlijke kern aanwezig is om den eersten stoot op te vangen en bij allen de vereischte licha melijke geschiktheid aanwezig is, kan de voor den militair noo- dige geoefendheid ook aan eene meerderheid, die niet als soldaat heeft gediend, binnen zeer kor ten tijd worden bijgebracht. Engeland en Amerika hebben proefondervindelijk de juistheid van deze stelling bewezen, ter wijl in Frankrijk de aldus op gedane ondervinding aanstonds is aangegrepen om bij de wet de aankomende jonge mannen te verplichten zich lichamelijk, als voorbereiding tot mogelijktn militairen dienst, te oefenen. In deze zelfde richting is voor ons Vaderland de oplossing van wat men pleegt te noemen het mili taire vraagstuk te zoeken. Alle physiek geschikte jonge mannen van 15 tot 19-jarigen leeftijd zullen bij de wet ver plicht moeten worden lichame lijk zich te oefenen. Deze, bij voorkeur in de open lucht te houden oefeningen, zullen elk militair karakter missen. In het bijzonder treden lichte athletiek, springen, speerwerpen, hardloo- pen, vrije- en orde-oefeningen, Zweedsche gymnastiek, wandel en marsch oefeningen, alsmede de verschillende openluchtspelen op den voorgrond. Bij het be reiken van den militieplichtigen leeftijd zijn dan, na de geregelde deelneming aan dergelijke oefe ningen, alle gezonde jonge man nen lichamelijk voorbereid voor den militairen dienst. Intusschen zal, naar de plannen van den Minister van Oorlog slechts een gering deel van hen door loting worden aangewezen om bij het leger te worden ingelijfd. Het contingent wordt belangrijk be neden het thans bestaande ge bracht. De groote meerderheid blijft vrij. Het zal voldoende blijken, dezen jongelui op een voudige, nader te ontwikkelen wijze de vereischte militaire bekwaamheden bij te brengen om, mocht onverhoopt ons Vader land worden aangevallen, hen in korten tijd tot bruikbare soldaten te vormen. Alleen op deze wijze zal de voorgestelde vermindering van het contingent mogelijk zijn, zonder de weerkracht van ons volk te schaden. Maar dan is het ook noodzakelijk om tot lichaamelijke oefening te ver plichten. Af te wachten wat met enkele aanmoeding zou kunnen bereikt worden, ware niet ver antwoord. De uitwerking van de boven geschetste denkbeelden heeft de minister zich aldus gedacht, dat, zooveel mogelijk aansluiting wordt gezocht aan het bestaande. Wie lid is van eene te goeder naam en faam bekende vereeni- ging, welke zich lichaamsoefe ning, als hier bedoeld, voor oogen stelt, zal, mits zekerheid bestaat, dat hij zich geregeld, ernstig oefent,niet nog verplichtbehoeven te worden aan andere oefeningen deel te nemen. Voor degenen, die niet in een dergelijk geval verkeeren, zal op terreinnen of in lokaliteiten, van gemeentewe ge beschikbaar te stellen, onder burgerlijke leiders, welke de Minister van Onderwijs' Kunsten en Wetenschappen zal aanwijzen, geregeld geoefend worden. Dat de gemeenten hier hare mede werking hebben te verleenen, ligt voor de hand. Niet zoozeer omdat zij het best in de gele genheid zijn het somwijlen ne telige terreinen of lokaliteits- vraagstuk op te lossen, maar vooral omdat er ook een groot gemeentelijk belang bij betrok ken is, indien de rijpere man nelijke jeugd aan de straat onttrokken wordt. Nochtans treedt het Rijksbe lang hier dermate op den voor grond, dat de kosten van terrei nen, lokaliteiten, oefenmateriaal, enz. vooi drie vierden ten laste van 's Lands schatkist moeten komen, terwijl de kosten aan de leiding en het toezicht verbon den, geheel door het Rijk zijn te bestrijden. Eene vraag, welke ten slotte antwoord vordert, is, hoe de sanctie op niet-nakoming van den oefenplicht te regelen. De ouders met gevangenstraf of boete be dreigen, verdient schier even weinig aanbeveling als de jonge lui zelf langs dezen weg tot oefenen te dwingen. De meest doeltreffende voorziening schijnt te zijn, dat de wetten ter uit voering van art. 181 der Grond wet nader regelen, hoe te voor zien in het gemis van voldoende oefening in de jaren, welke den militieplichtigen leeftijd vooraf gaan. Het wetsontwerp, dat een en ander beoogt te regelen, kan uit den aard der zaak niet in détails afdalen. Een gansch on bekend terrein wordt hier be treden, waar tastenderwijze de weg is te zoeken. Hoe dus de de aard, omvang en duur der oefeningen zullen zijn te regelen, op welke wijze het toezicht zal zijn uit te oefenen, wie met de leiding zullen zijn te belasten deze en meer vragen laat het ontwerp ter beantwoording over aan uitvoeringsmaatregelen, die grootere soepelheid dan de wet bezitten. Het ligt in de bedoe ling, ook omdat de lichamelijke oefening vooral uit het oogpunt van onderwijs en opvoeding moet worden beschouwd, eene afdee- ling van den Onderwijsraad, speciaal vertrouwd met deze materie, in het leven te roepen en dezen Raad, zoowel over de algemeene maatregelen van be stuur, uitvloeisel van de wet, als over andere belangrijke beslis singen, welke zij zal vorderen, te raadplegen. Het thans be staand Algemeen College van Advies voor de lichamelijke opvoeding zal zich dan als het ware in den algemeenen Onder wijsraad kunnen oplossen. De kosten, aan de uitvoering van de voergestelde maatrege len verbonden, laten zich be zwaarlijk met nauwkeurigheid becijferen. Al aanstonds zal daar op van grooten invloed zijn de omvang, dien de Overheidsbe moeiing met terreinen, lokalitei ten en oefeningen zal aannemen, welke op haar beurt geheel af hankelijk is van de vraag, in hoeverre particuliere vereenigin- gen hare leden in staat zullen willen en kunnen stellen aan de eischen der wet en hare uitvoe- rings-maatregelen te voldoen. Indien met de Regeering mag worden aangenomen, dat het overgroote deel der jonge man nen er de voorkeur aan zal ge ven zich aldus van hunne ver plichtingen te kwijten, zullen de kosten natuurlijk niet zeer hoog loopen, zelfs al moeten financi eel minder krachtige vereeni- gingen worden tegemoet geko men. Mocht deze voorspelling worden beschaamd, dan zal vooral 's Rijks schatkist worden aangesproken voor belooning van leiders, aandeel in de kosten van materieel enz. Intusschen zullen, naar ver wacht mag worden, zelfs dan de kosten zich binnen redelijke gren zen bewegen ten gevolge van de bepaling, dat de gemeenten zich tegen schadeloosstelling ge durende enkele dagen en uren de beschikking over particuliere gronden kunnen verschaffen en van de mogelijkheid om de uit voering en het toezicht op de naleving van de te geven voor schriften onder leiding van het Departement van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, te gen genot van eene toelage op te dragen aan reeds fungeeren- de ambtenaren en aan personen, wier hooldwerkkring elders ligt. Door den Centralen Raad van Beroep te Utrecht is uitspraak gedaan in een geschil tusschen den Raad van Arbeid te Mid delburg en een landbouwer, be treffende den verzekeringsplicht van zijn inwonende kinderen. De Centrale Raad besliste, dat de kinderen van landbouwers in het algemeen niet in loon dienst zijn, dus niet verzekerings- plichtig ingevolge de Invalidi teitswet, zoodat. de ouders geen zegels moeten plakken. Deze uitspraak betreft alleen de inwonende kinderen. Niet in wonende kinderen zullen dus wel verzekeringsplichtig zijn, indien zij in het bedrijf van de ouders werkzaam zijn. Ook inwonende kinderen, die vandaag bij de ouders, morgen bi] een ander werkzaam zijn, zijn verzekerings- plichting, zoodat voor die kin deren wel premie moet worden betaald. De fentekaarten Van inwonen de kinderen die dus niet-verze- keringsplichtig zijn, moeten zoo spoedig mogelijk aan den Raad van Arbeid worden gezonden. In verband met het onderzoek dat nietigverklaring vooraf moet gaan, in de vele gevallen, die zullen moeten worden behandeld, is groote spoed gewenscht en zal wachten met inzending tot eind November oorzaak kunnen zijn, dat vóór 3 December de verzekeringsplicht niet is nietig verklaard en dus de verplichting tot premiebetaling blijft bestaan. Bij de kaart moet een ver klaring worden gevoegd, dat de kinderen uitsluitend in het be drijf der ouders werkzaam zijn en geen loon genieten. Blijkt bij nader onderzoek, dat deze verklaring in strijd is met de waarheid, dan zal op grond van art. 395 der Invaliditeitswet tot vervolging worden overge gaan. Dit artikel bepaalt, dat met hechtenis van drie maanden of geldboete van ten hoogste drie hondeid gulden wordt gestraft elke opzettelijk onvolledige of onware opgave of inlichting. Indien teruggave van de waar de der geplakte zegels wordt verlangd, moet een schriftelijk verzoek bij de kaart gevoegd worden. EEN VERKLARING VAN MINISTER DE v'RIES. De Minister van Financiën heeft in de vergadering van de Tweede Kamer van gistermiddag medegedeeld, dat de critiek in den laatsten tijd op hem, in en buiten de Kamer uitgeoefend, niet heeft nagelaten indruk op hem te maken. Mocht hij alleen luisteren naar den kant van zijn politieke tegenstanders, dan zou hij reeds aan de Koningin zijn ontslag hebben geviaagd. Maar hij zal met zijn ambtgenooten en zijne politieke vrienden na gaan, wat hem te doen staat en bij zijne beslissing rekening hou den met de adviezen, welke hij van hen zal ontvangen en ook met de vraag, of zijn heengaan meer politieke gevolgen met zich zal sleepen dan alleen het ver dwijnen van hemze'f. Breskens. Voor het diploma Ziekenverpleging te 's-Graven- hage, slaagde heden Mej. M. C. van de Sande, alhier. De nieuw opgerichte Zapg- vereei iging Scheldekoor" alhier mag zich verheugen in een flink aantal werkende leden, vooral van meisjes. Enkele krachten van jongens kunnen nog gebruikt worden. Retranohement, Voor de Vrije- en Orde-oefeningen der gymnastiek, is te Rotterdam ge slaagd, Mej. E. S. Cambier, alhier. IJzendijke. Bij Kon. be sluit is benoemd tot dijkgraaf van den Clarapolder de heer Th. J. de Clerck, en tot Gezworene de heer Th. van de Vijver alhier. Eerstgenoemde tevens als Dijkgraaf van den Van Dunnépolder. Biervliet. Bij Kon. besluit zijn benoemd tot Gezworene van den Paulinapolder de heer J. Dieleman, en tot Gezworene van den Van Dunnépolder de heer A. Claeijs, beide alhier. School» en Kerknieuws. Ev. Luth. Kerk. Groede. Op 76-jarigen leef tijd is te Leiden overleden ds C. W. Poolmann, emeritus pre dikant bij de Evang. Luth. Kerk aldaar Z.Eerw. heeft o.a. enkele jaren alhier gestaan. Arrond.-Rechtb. Middelburg. Zitting van 29 Oct. mishandeling: C. M., 25 j., arbeider, Schoondijke, ƒ10 of 10 d. hechtenis. niet voldoen aan het bevel van een ambtenaar: A. d. B., 19 j, arbeider, Schoondijke, 15 of 15 d. hechtenis. MARKTBERICHTEN. Rotterdam, 26 Oct. Op de heden in het Veilings lokaal Baan 43 gehouden veiling werden de volgende prijzen be steed Kipeieren f 18.75f22. id. (klein.) f 16.45f 17.35. Eendeieren f 16.85fOO.OO. Aangevoerd 29000 stuks. Predikbeurten. Ned. Herv. Kekk. Zondag 31 Oct. Breskens v 9'/2 u ds J. A. Raams Doöpbediening. n 2 u Zondagschool. n 5!/2 u ds J. A. Raams Groede v 91/, u ds v. Giiethuijsen. Ev. Luth. Gem. Groede. vm 9.30 u ds J. P. van Heest. Herdenking der Kerkhervorming Woensdagavond half zeven ds J. P. van Heest, Bijbellezing. IlIgCZOIllltMl. Mijnheer de Redacteur Midden in ons dorp bevindt zich de markt met een vrij uit zicht op de vier lange straten, die elkaar op die markt kruisen. Dat is onze markt, de markt. En heerlijk beschut door de omringende huizen kan men bij alle weersgesteldheid daar recht genoegelijk vertoeven, want re gent het of waait het van den eenen kant, dan is men veilig nan den anderen. Alleen als de zon fel schijnt, is het er wel wat warm. Men kan dan liggen in de zon op een plaatsje apart, en dat is soms ook niet onaan genaam. En op die markt staat het Gemeentehuis met zijn hooge muren," zoodat niets in den weg is, om er tegen te leunen of te hangen. Een trottoir er voor zorgt, dat men vrij staat van de voorbijgangers en dus prachtige gelegenheid biedt om het trot toir als aschbak te gebruiken of voor iets anders. (De veld wachter merkt dat het best, als hij moet opruimen). Voeg daarbij, dat zich een paar groote café's op de markt bevinden, waardoor het ook bij avond licht is, en er de tram stilhoudt, dan is het geen won der, dat voor velen de markt alles is, een stuk van hun leven uitmaakt, 't Begint al vroeg. Als een matineux rentenier, na z'n koffie te hebben gedronken een straatje omloopt, komt hij natuurlijk op de markt terecht. Spoedig krijgt hij gezelschap, want weldra zal de tram komen en dus dient gekeken, wie er op reis gaat. Dan is het ook juist schafttijd en weldra zijn de trouwe markt- klanten present. Nog eenige oogenblikken gekout en men gaat aan den arbeid. Het eerste bedrijf is geweest. In dien tijd zijn wat school kinderen gekomen en het jonge volkje vervangt op de markt eenigen tijd de grooteren Ech ter niet lang, want reeds spoedig komt een andere tram en wordt nieuwsgierig bekeken door hen, die even naar „den tram zijn gaan kijken". Nu volgt een poosje stilte, vooral als de school aan is. Na de 10-uur koffie komen vanhier en daar de lui, die niets omhan den hebben en met belangstel ling de werkzaamheden van den smid gadeslaan, de lijnwerkers inspecteeren of kijken naar hen, die passeeren en daarover op merkingen makend, terwijl ze ook terdege nagaan, wie naar het Gemeentehuis gaan. Natuur lijk worden ook de café-bezoe kers nagegaan. Na het uitgaan der school is de markt een oogenblik de speelplaats van een deel der schooljeugd, tot de middagdisch allen naar huis roept. Nu is de markt verlaten. Nauwelijks is echter de maaltijd geëindigd of de markt is het tooneel van rechte gezelligheid voor de trou we bezoekers. Ambachtslui, enz. genieten van praten, lachen, stoeien of elkaar wat wijs maken. En het zijn zeer verheffende gesprekken, die er gevoerd wor den 1 Maar toch ook, soms worden er de gebeurtenissen van den dag besproken en niet weinig gecritiseerd de daden van velen. Er loopt dan menigeen door de spitsroede. Onder de vaste klan ten zijn er velen, die heel aardig op de hoogte zijn van het wel en wee van verscheidenen. Met zichtbaar welgevallen wordt zoo'n spreker aangehoord, want men komt op de hoogte van velerlei nieuwtjes, om die dan verder rond te brengen. Als de schafttijd voorbij is en het werk dus begint, is het voor de niets-doeners ongeveer tijd om ,de thee" te gaan drinken. In den namiddag is het stil, ten minsten in den drukken werktijd. Alleen enkelen ziet men nu en dan, maar die kun nen u dan haarfijn vertellen, wie op visite gaat, of wie visite krijgt. Na den middagschooltijd wordt het weer drukker op de markt, totdat eindelijk de avond er is, het meest heerlijke moment van genieten op de markt. Zij, die over dag den tijd misten, zij vergrooten nu het aantal der

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1920 | | pagina 2