ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN
VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN
E. BOOM-BLIEK
29e Jaargang
Woensdag 28 Juli 1920
Nummer 2541
Het verkeer.
Ontmaskerd,
BRESKENSC
COURANT
Abonnementsprijs per drie maanden f 1.25
met 10 cent dispositiekosten.
Advertentieprijs van 1 5 regels 60 cent
Elke regel meer 12 cent. Bij abonnement lager tarief
Drukker-Uitgever
TNo.,02T breskens p°7s$4r°
Abonnements-Advertenties zeer billijk tarief.
Tijdelijk verhoogd met 20 pCt.
Advertenties worden aangenomen tot uiterlijk
Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur
voorkeur aan eene plaats in
Fransch-Zwitserland gegeven, en
is Genève aangewezen.
Deze beslissing is nagenoeg
algemeen toegejuicht. Het ge
lukkige bergland, dat de vol
kenbond in zijn midden gevestigd
ziet, geniet vrij wel algemeene
sympathie, en Genève schijnt bij
uitstek geschikt, om als verga
derplaats en middenpunt te die
nen aan wie beraadslagen en
beslissen willen in eene rustige
sfeer, waar politieke intrige en
internationale partijschap geen
gereeden toegang hebben. Ge
nève biedt een centrum, gelijk
ten onzent den Haag, waar de
hartstochten gemakkelijk be
dwongen worden, en dus de
kansen op juiste en onbevangen
beslissingen worden verhoogd.
Hier te lande zijn er geweest,
die gehoopt hadden, dat's-Gra-
venhage, van ouds de vergader
plaats van de groote internatio
nale conferenties, die vóór den
oorlog hebben plaats gehad, ook
voor den Volkenbond als zetel
zou zijn gekozen, doch men mag
zeggen, dat, nu het anders ge-
loopen is, ook hier te lande met
de verkiezing van Genève de
publieke meening zich gereede-
lijk heeft vereenigd, en niet dan
met sympathie deze plaats aan
gewezen gezien.
Intusschen niet overal heeft
men zich aanstonds bij de keuze
van Genève weten neer te leggen,
Met name in België heeft deze
keuze terleurstelling verwekt,
en dit is niet anders dan begrij
pelijk. Het heeft dan ook niet aan
pogingen ontbroken, om de ver
plaatsing van den Volkenbond
naar Brussel, waartoe, gelijk wij
opmerkten, het grond verdrag van
den Volkenbond gelegenheid
biedt, voor te bereiden. Dat,
België voor dergelijke pogingen
niet zonder steun werd gelaten,
lag voor de hand. De geschie
denis van de oorlogsjaren heeft
er van zelf toe geleid dat van
verschillende zijden de aanspra
ken van België bijval moesten
vinden. Hoe zeer dit het geval
is geweest, is ook hieruit geble
ken, dat de Raad van den Vol-
denbond (het bovenvermeld col
lege van acht, waarin een ver
tegenwoordiger van België zelf
zitting heeft) het Belgische plan,
om de eerste bijeenkomst van
de Asemblée, die door president
Wilson moest worden uitge
schreven, en waarvoor bij het
grondverdrag niet met zoovele
woorden eene plaats was vast
gesteld, alsnog te Brussel te
doen geschieden, bij den heer
Wilson heelt ondersteund.
Ondanks dezen aandrang heeft
de heer Wilson nu Genève ge
kozen. Dit is de groote betee-
kenis van het telegram, dat wij
hierboven vermeldden. Gelijk in
zooveel, is Wilson blijkbaar ook
hierin zijn eigen weg gegaan en
wij kunnen slechts met voldoe
ning van zijn standvastigheid
in dit opzicht, en van de onbe
vangenheid, waarmee hij zijne
keuze bepaalde, kennis nemen.
Het Brusselsche milieu, welke
onbetwistbare voordeelen het ook
bieden mag voor de huisvesting
en het vermaak van eene groote
internationale bijeenkomst, lijkt
ons vooralsnog minder geschikt
voor de vergadering van den
Volkenbond. Men verlangt voor
het belangrijke werk van den
Volkenbond een andere geestes
gesteldheid, dan die zich in het
laatste jaar in de Brusselsche
omgeving als heerschend heeft
geopenbaard, en wie het belang
van den Volkenbond stelt boven
dat van deze of gene natie zal,
met alle medegevoel voor de ver
nieuwde teleurstelling, welke in
België door het convocatiebiljet
van president Wilson moet ver
oorzaakt zijn, zich slechts ver
heugen kunnen, dat de heer Wil
son bij de keuze van de plaats,
waar de eerste vergadering van
den bond zal gehouden worden,
alle politieke bij-overwegingen
terzijde gelaten heeft, en zich
aan de aanwijzingen van' het
grondverdrag van den Volken
bond gehouden.
Nu in Zeeuwsch-Vlaanderen
het verkeer met auto's, motors
en rijwielen zeer druk is gewor
den, achten wij het van belang
eenige gegevens uit het motor
en rijwiel-reglement weer te
geven
Op de wegen: Bestuur
ders van motorrijtuigen en rij
wielen moeten zoowel voor elkan
der als voor alle andere rij- of
voertuigen, rij- en trekdieren of
ander vee behoorlijk uitwijken
Naar rechts bij het tegen
komen. Naar links bij het in
gehaald worden om hem, die
voorbij wil rijden en daartoe 't
verlangen kenbaar maakt, de
noodige ruimte te geven.
Bestuurders van alle andere
rij- of voertuigen dan motor
rijtuigen en bestuurders en ge
leiders van rij- of trekdieren en
ander vee zijn verplicht deze
zelfde bepalingen in acht te
nemen tegenover bestuurders
van motorrijtuigen en rijwielen.
Voetgangers moeten de noo
dige ruimte laten voor het pas-
seeren van motorrijtuigen en
rijwielen, zoowel bij het tegen
komen, als bij het ingehaald
worden.
Bestuurders van motorrijtuigen
en rijwielen moeten, voor zoo
ver de vrijheid en veiligheid van
het verkeer dit eischt
a. Bij plotseling verminderen
van de vaart of stilhouden tijdig
één der armen of eenig voorwerp
ter zijde van het rijtuig of rij
wiel op en neer bewegen.
b. Bij het veranderen van
richting tijdig één der armen of
eenig voorwerp uitsteken in de
richting welke zal worden in
geslagen.
Dezelfde bepalingen gelden
voor bestuurders van andere rij
en voertuigen, die echter in het
onder a genoemde geval ook de
zweep kunnen opsteken.
Indien verschillende motor
rijtuigen, rijwielen, of andere
rij- en voertuigen gelijk een
kruispunt naderen, moet de be-
De eerste vergadering
van den Volkenbond.
President Wilson heeft den
Volkenbond formeel bijeengeroe
pen, om zijn eerste vergadering
te houden te Genève op 15 No
vember aldus lezen wij in de
N. R. Crt. Het bericht is in
tusschen wttard, om er de aan
dacht op te vestigen. De ver
gadering, waarvan hier sprake
is, is de eerste bijeenkomst van
de Asemblée",, het voornaam
ste college van den Volkenbond,
waarin alle leden van den bond
vertegenwoordigd zijn, met ten
hoogste drie leden. De Assem-
blée komt op vaste tijdstippen
bijeen, en kan daarenboven ver
gaderen, wanneer de omstandig
heden dit vereischen. Als plaats
der bijeenkomst heeft het grond
verdrag van den bond den zetel
van den bond of welke andere
plaats ook, die zal worden aan
gewezen, bepaald.
De zetel van den Bond is,
gelijk men weet, volgens art.
van het grondverdrag, Genève,
maar de Raad van den Bond
het college, waarin, ieder
met een lid, de geallieerde en
geassocieerde groote mogend
heden, benevens vier van de
andere mogendheden (aan te
wijzen door de Assemblée, doch
tot aan de eerste aanwijzing
door de Assemblée zijn die vier
door het verdiag aangewezen,
te weten België, Brazilië, Spanje
en Griekenland) zitting hebben
kan dpn zetel verplaatsen.
De eerste bijeenkomst van de
Assemblée moest, volgens het
grondverdrag (art. 5), door den
president van de Vereenigde
Staten bijeengeroepen worden.
Gelijk men zich zal herinneren,
is er over de plaats, waar de
zetel van den Volkenbond zou
gevestigd worden, indertijd veel
te doen geweest. Verschillende
landen dongen naar de eer, den
Bond bij zich gevestigd te zien.
België schijnt eenigen tijd kans
te hebben gehad, dat Brussel zou
worden gekozen. Ten slotte is
echter, om allerlei redenen, de
26)
Lucie aanschouwde hem met
wezenlijke belangstelling. Het
was alsof zij zich verheugde in
de innerlijke woede, die hem
verteerde.
Dan trad Egon plotseling op
haar toe. Zijne gloeiende oogen
boorden zich als het ware in
haar aangezicht.
Wijf riep hij met bevende
stem, wat ge mij en mijne familie
hebt aangedaan, is een ongehoord
schandaalwie verhindert mij,
u daarvoor te straffen
Het was alsof de bedreiging
ernstig was, en een besluit van
vertwijfeling door hem was ge
nomen. Op driftigen toon ging
hij voort
Wat zoudt gij zeggen, als
geen van ons beiden, deze af
gelegen plaats levend meer ver
liet Daarbij haalde hij een
revolver uit zijn zak en onder
zocht het slot. De deur der
torenkamer had hij vooraf ge
sloten en den sleutel in zijn zak
gestoken.
Lucie werd bleek als de dood,
doch geen hulpgeroep kwam
over hare lippen, hetgeen dan
ook wel tevergeefsch zou zijn
geweest, want nooit kwam iemand
in dit afgelegen gedeelte van
het slot.
Gij wilt ons beiden vermoor
den vroeg zij met een ijzigen
lach, waarvan Egon gruwde.
Waarom Zoudt gij zoodoende
de vlek, die op uw wapen ge
worpen is, afwasschen In wer
kelijkheid hangt gij ook nog te
zeer aan uw jong leven, om het
u zoo lichtvaardig te ontnemen.
Ook zou het zich zeker niet met
de militaire eer, van graaf
Rheinsberg vereenigen, om als
moordenaar uit de wereld te
scheiden. En een moordenaar
toch zoudt ge zijn, als gij mij
tegen rnijn wil vermoordde.
Ik recht mij zelf, als ik ook
het wapen tegen mij richt, zei
de graaf.
De ernst, die uit de woorden
en het donkere wezen van den
graaf sprak, scheen het vast
besluit uit te drukken, de daad
uit te willen voeren.
Lucie's aangezicht werd blee-
ker en hare lippen persten zich
vast op elkander.
Hoor mij ten minste eerst aan,
Egon, alvorens gij in dezen
zenuwachtigen toestand zulke
waanzinnige daad begaat. Hare
stem scheen thans eenigen in
vloed op het gemoed van den
graaf te hebben gekregen. Zijne
opgewondenheid over het on
gehoorde bedrog, waarvan hij
en zijne familie het slachtoffer
waren geworden, bedaarde.
Spreek, zeide hij op dreigen
den toon.
En Lucie vertelde de toedracht
der zaak, zooals zij in den molen
was begonnen, en door den graaf
verrast, als het ware in de rol
die zij afgespeeld had, was in
gedrongen.
Het gelaat van den jongen
graaf werd vriendelijker, vooral
toen Lucie van den ontzaggelij
ken rijkdom van den molenaar
verhaalde, en mededeelde, dat
zij reeds van een groot gedeelte
meester was.
Zijn eergevoel als officier ver
zette er zich wel tegen, er naar
te luisteren, omdat hetgeen Lu
cie bezat, oneerlijk verkregen
was. Doch de verzoeking was
te groot 1
Aan den eenen kant het on
gehoorde schandaal, als hij Lucie
verstiet en het bedrog openbaar
werd, afgezien nog, dat hij ge
heel geruïneerd was.
Aan de andere zijde, als hij
het gepleegde bedrog, in de
hand werkte, Lucie als zijn ge
malin duldde, dan wenkte hem
een leven van rijkdom en genot
toe 1
Gij zijt werkelijk in het bezit
van alle schuldbekentenissen op
stuurder van het motorrijtuig of
rijwiel die den anderen aan zijn
rechterhand heeft dezen voor
laten gaan, en daartoe zoo noo-
dig stilhouden of langzamer gaan
rijden.
Binnen bebouwde kommen mo
gen motorrijtuigen, rijwielen, en
andere rij- en voertuigen slechts
dan de linkerzijde van den weg
houden, indien dit noodzakelijk
is bij het voorbijrijden. In boch
ten binnen bebouwde kommen
en in alle bochten waar het uit
zicht niet vrij is, moeten zij in
elk geval de rechterzijde van
den weg houden.
De rijwielpaden, aan
geduid door het wettelijk ken-
teeken, mogen uitsluitend bere
den worden met rijwielen en,
voor zoover zij hiervoor niet
gesloten zijn, ook met motor-
tweewielers. Ook is het ver
boden er paarden of ander vee
over te leiden of te drijven.
Voetgangers moeten op tijdige
waarschuwing van wielrijders en
motorwielrijders het rijwielpad
verlaten, indien dit behoort tot
den weg. Op afzonderlijke rij
wielpaden moeten zij naar rechts
uitwijken.
Op rijwielpaden gelden voorts
de gewone regels van den weg
omtrent het uitwijken bij het
tegenkomen en voorbijrijden en
omtrent het laten voorgaan bij
kruisingen en omtrent het geven
van teekens bij het stilhouden
of van richting veranderen.
Op rijwielpaden echter, welke
met den weg gemeen liggen en
voor hem, die het pad berijdt,
links van dien weg liggen, moet
hij, die een vóór hem rijdend
wielrijder of motorrijder wil voor
bijrijden, dezen aan de rechter
zijde passeeren en dus het rij
wielpad verlaten.
Wielrijders en motorwielrijders
behoeven tegenover het verkeer
op den hoofdweg het rijwielpad
niet te verlaten, al ligt dit voor
hen links van dien weg.
Indien twee of meer wielrijders
naast elkaar rijden op het rij
wielpad, dan moeten zij bij het
tegenkomen van een anderen
Rheinsburg vroeg hij nieuws
gierig.
Anders zou ik mij wel ge
wacht hebben, de zaak zoo door
te voeren, als ik het nu gedaan
heb, zeide Lucie. Egon, kwam
het thans stokkend uit hare keel.
Zult gij mij vergeven wat ik
gedaan heb
Nooit, klonk het scherp en
koud van de lippen der jongen
graaf.
Ook niet voor den prijs, dien
ik voor uwe eer der wereld, die
op het spel staat, betaal De
schuldbekentenissen op Rheins
burg en de millioenen van den
ouden molenaar Want ik ben
thans Gerda van Rheinsburg, ik
bezit de bewijzen van hare her
komst en ik alleen ben de erf
gename van den ouden Steffen,
als wij samenspannen kan
nooit een andere hare rechten
doen gelden!
(Wordt vervolgd,)