ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZÊÊUWSCHVLAANDEREN
1
VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN
E.
29e Jaargang
Zaterdag 26 Ju^ 1920
11 Wekelijks Overzicht
Ontmaskerd.
17)
Nummer 2532
Toch saemen kermesse
gouwen
BRESKENSCHE COURANT
prijs per drie maanden f 1.Drukh>r-Ilitorevpr II
Abonnementsprijs per drie maanden
met 10 cent dispositiekosten.
Advertentieprijs van 1 5 regels 60 cent
Elke regel meer 12 cent. Bij abonnement lager tarief
Telefoon
No. 21
Drukh» i-Uitgever
BOO 4_B LI E K
BRESiens
Postgiro
17704
Abonnements-Advertenties zeer billijk tarief.
Tijdelijk verhoogd met 20 pCt.
Advertenties worden aangenomen tot uiterlijk
Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur
Tempora mutantur et nos mu-
tamur in illisMen kent dit
Latijnsch gezegde, dat de evo
lutie van alle leven vaststelt en
daaruit ook de geestelijke evo-
luitie verklaart. Het kan immers
ook wel niet anders, wanneer
de tijden veranderen, moeten
wij ook veranderen. En met ons
en de tijden verandert alles. Dat
is de rustelooze wenteling dien
wij nauwelijks zien, maar die
zich in allerhande nieuwe ver
schijnselen en nieuwe vormen
aan ons leven openbaart.
De groote wereldoorlog was
in zekeren zin, ondanks zijn
vliegtuigen en tanks, nog ouder-
wetsch. Vechten en zijn zin te
krijgen, dat deden Assyriërs al
en Chineezen tientallen eeuwen
voor hen. En dat is sinds zoo
gebleven tot onzin tijd toe.
Maar onze tijd toont ook de
verandering.
Onder de oorlogsmiddelen wa
er een, dat vroegere eeuwen,
althans in dezen beslissenden
vorm, niet kenden, dat is de
blokkade. Dit middel beteekent
het einde van den vechtoorlog.
En de Entente-conferentie te
Parijs heeft dat begrepen, toen
ij den Volkenbond stichtte en
als represaille-maatregelen tegen
onwillige staten de oeconomische
boyot voorstelde. Het is werke
lijk een oplossing, je vecht niet
meer en je raast en je slaat niet
meer. Het mooie ervan is juist,
dat je feitelijk niets doet en dat
je ook geen gevaar loopt, dat
anderen je wat doen. Je laat
alleen anderen ondergaan. Heel
kalm doe je het zonder opwin
ding. En het mooie is, dat je
er mee door kunt blijven gaan,
ook wanneer de oorlog uit heet.
Dat vertoont nu de Entente te
genover Duitschland, dat ze door
het doen betalen van schadever
goedlngen, die hooger worden
naarmate Duitschland meer be
talen kan, willen knijpen tot er
niets meer in zit. Want daartoe
schijnen de heeren Millerand en
Lloyd George te Hythe besloten
te zijn en daartoe is blijkbaar
l
Si
zo
e1
OQ
)F(?
bt
ndl
ir:
01
ctei
irii
zen:
sch
om
Lig
elj
de,
Zij
dutft,
kte
n.
D«
',/j
b. 5|
ior
aar|
:en.j
1de
en-]
51 had
Dus pas goed op, dat gij de
overigen in al hun doen en la-
en navolgt. Daar gij eene
goede opvoeding genoten hebt,
hoop ik, dat het u niet moeilijk
zal vallen.
Het gesprokene was op hoog-
moedigen toon gezegd en Lucie
moeite moeten doen, om zich
in te houden en den graaf niet
in het aangezicht uit te lachen.
Met innige voldoening dacht zij
aan de schuldbekentenissen, wel
ke in haar bezit waren 'en die
zij steeds bij haar droeg, om
•®'ker te zijn, dat zij niet ver
loren gingen of ontstolen zouden
^worden.
De graaf had haar tevens ge
zegd, dat zij tot des avonds, als
ook de confentie der geallieerden
te Boulogne bezig te besluiten.
Maar het min of meer gevaar
lijke van dit nieuwe oorlogsmid
del is dat niet alleen regeeringen
het kunnen gebruiken, maar dat
het ook door particulieren, die
zich vereenigen, tegen die re
geeringen kan aangewend wor
den. De arbeiders die internatio
naal vereenigd zijn en zonder
wier medewerking het oecono-
misch leven niet gang kan blijven,
zijn daarvoor het eerst in de
gelegenheid. En nu een deel van
hen in Hongarije in de verdruk
king zit, zijn ze dan ook tot toe
passing van dit middel overge
gaan.
De internationale boycot tegen
Hongarije, die Maandagmorgen
begonnen is, wil dit land totaal
van het verkeer met andere landen
afsnijden en zoodoende de re
geering dwingen de vervolging
van de arbeiders, die het er
hard te verantwoorden schijnen
te hebben, te staken.
Maar dit nieuwerwetsche oor
logsmiddel is een tweesnijdend
wapen. Het wondt ook minder of
meer dengene, die het hanteert
en derden nog bovendien.
Dat heeft de wereld tot haar
schade maar te duidelijk ervaren.
Nu nog zucht het onder de ge
volgen van deze wijze van oor
logen, die tegen Midden-Europa
toegepast, het geheele oecono
mische leven zoodanig ontwricht
te, dat men nog altijd te Bou
logne en elders vergeefsche po
gingen aanwendt het weer op de
been te helpen. De boycot tegen
Hongarije zal wel zoo'n uitwer
king niet hebben. Maar wel zul
len naburige landen als Oosten
rijk eronder lijden, omdat Hon
garije als verweermiddel ook
hen gaat boycotten. E11 die sta
ten, Oostenrijk vooraan, zijn het
juist, die dat al heel slecht kunnen
Voor de Entente, die, sinds
ze de wereld regeert, voor albe-
schikster moet spelen, is dit een
zorg te meer. En ze heeft wer
kelijk al genoeg. Op de confe
rentie te Boulogne worden ze
opnieuw gewogen en bespro
ken. Daar zijn er heel zware bij.
De verhouding tot Duitschland,
tot Rusland, tot Turkije.
zij na het diner aan hare familie
voorgesteld zou worden, op hare
kamers moest blijven. Zij zou
haar eten op hare kamer op
gediend krijgen. Ook zeide hij,
terwijl hij een afkeurenden blik
op hare kleeding wierp, dat zij
zich niet opvallend moest klee-
den, daar men maar in klein
gezelschap was. Evenwel, voegde
hij er op vriendelijken toon bij,
moet ge u passend kleeden, want
mijn zoon Egon is met verlof
op het slot.
Die naam had haar als een
zwaard doorstoken en alle in
haar sluimerende wraakplannen
opgewekt. Lucie lachte inner
lijk over hare duivelsche plan
nen. De grafelijke familie zou
zij doen ondervinden, dat zij
niet genadiglijk wilde behandeld
worden, maar in alles aan de
overige familieleden wilde gelijk
staan. Zij wilde zich doen ken-
Mét de Duitschers ft_fj men
niet zooveel complimenin ,neer
te maken. Zij zullen eei,oujjg
gesommeerd worden hun (esjer
tot 100.000 man te verminaren.
Maar met de Tui ken en de
Russen gaat dat zoo gemak^.
lijk niet. Men kan ben ook wj
sommeeren en ten opzichte vat
Turkije doet men dal dan ook
heel naarstig. Maat daarmee
is men er nog niet. >e Turken
zitten verder af dan Ie Rijn en
men moet zelfs nog een heel
eindje verder trekkendan Kon-
stantinopel om hun he vredes
verdrag op te leggen Dat is
juist het moeilijke. Oierteeke-
ning door de regeerin te Kon-
stantinopel is geheel cvoldoen-
de. Men zou ook de gcikeuring
moeten hebben van d nationa
listen in Klein-Azië e die den
ken er niet aan haar geven.
De Grieken hebben r aange
boden dat zaakje alle op te
knappen, maar de maichalken
der Entente, Foch e< Wilson,
schijnen dat een beef groot
spraak te vinden, waton trou
wens de Grieken in 'tgemeen
niet afkeerig zijn. Dnoeilijk-
heid is echter, datfoch en
Wilson vechtlustiger z dan de
soldaten, die ze te caiandee-
ren zouden krijgen edan de
volken, die de soldatlmoeten
leveren. Europa krijgbo lang
zamerhand genoeg vatt vech
ten, de Grieken dan uitionderd
-en de Polen. Missch: zullen
de eersten er ook ge;g van
krijgen. Wanneer dTurken
hun dat aan het versti bren
gen. En de Polen ziyl aar-
dig op weg er genoepan te
hebben, nu de bolsjew nog
zoo duchtig van zich tVijken
te kunnen slaan.
Tempora mutantur. Ar.ffiien
veranderen ze nog eens -da
nig, dat zelfs Polen en (iken
niet meer vechten willen dat
ook het nieuwerwetsche oojs-
middel heelt uitgediend, ar
voorloopig zijn we daaraajg
niet toe, getuige de Volkesd
en andere wijzen van inteti-
onale samenwerking.
nen als het kleinkind van n
millioenen rijken eigenaarr
Rothbachmolen. Ook nain
zich reeds voor den wenk 1
den graaf om in eenvoudig,
let aan het diner te verschi,
niet op te volgen.
Nauwelijks was zij dan
een paar uren in het slot
gekomen of de graaf ontwaï
tot zijn schrik, dat zij harl
slechts zou volgen.
Deze kamers zouden vinj
bestemd zijn I zeide zij ech
telijk, toen zij de veken
betrad, die men haar Kan-
gewezen. Deze kam'zijn
nauwelijks goed genoeg het
kindermeisje, dat ik mijhu-
ren, en hier zou men eenvin
van Rheinsburg willen ben
verblijven 1 En op hfde
oogenblik bracht zij del in
beweging, dat het door Iele
slot klonk.
Een vertelling nit Z.- Vlaanderen.
(Slot.)
De slimme vader van Camiel
had al gauiv bemerkt dat èn
zijn zoon èn Marie er in den
laalsten tijd bedrukt uitzagen, en
hij had dra begrepen hoe de
>ork in den steel zat. Hij was
gien bekrompen inan en zag
dadelijk in, dat de vele goede
hoedanigheden, die Marie bezat,
ruim opwogen tegen het gemis
van geld. Hij nam zich daarom
voor zijn zoon een beetje te
helpen.
Toen de Pinksterdagen voorbij
waren, nam hij hem apart.
„'Oe is 't, Camiel, je noe
nog geen meisje gevonnen, da'
je anstaet
,Jae, joengen, 't 'óor noe toch
lied vóo' je. Je moe' noe maar
e kéer zoeken of je geen flienk
meissen kan vinnen. Asjemae'
zurgt, da' ze goed voo' je zae-
ken kan zurgen én nie' bange is
van werken, dan bin ik content!"
,In-,-e, vaeder,eh gee-
v-et nie', of ze géén geld 'ét
„Bêt nêet toch, joengen! As't
maer een fassoendelijk meissen
is in flienk. Geld je zelf ge
noeg. Kiek Donderdag op Er-
denburgsche kerremesse maar e'
kêe' goed of 't er gêen nae' je
zin is
En glimlachend ging hij weg.
't Was of 't Camiel plots veel
helderder werd. Zeker, hij zou
vaders zin doen en op de Aar-
denburgsche kermis een meisje
vinden en zonder lang te zoeken!
En nu, nu was 't Sacraments
dag, de drukste dag van de
Aardenburgsche kermis. En Ca
miel was vroeg opgestaan om
Marie toch nog eens eventjes
alleen te spreken. Ze was op
gestaan nu, den emmer vol schui
mende melk in de hand. De
blaarkop ging verheugd verder
grazen. Marie keek naar Camiel.
Hij lachte, een gelukkig lachje
en zij, zij huilde bijna en ze vond
hem wreed op dat oogenblik.
„Je gaet toch zeker ook nae'
De bedienden snelden uit de
verste hoeken te voorschijn, om
dat zij dachten, dat een ongeluk
was gebeurd.
Lucie stond bevend van toorn
in de deur van het vertrek en
beval den bediende terstond haar
koffer terug in het rijtuig te
brengen, daar zij geen uur langer
op het slot wilde vertoeven, als
men haar geene andere vertrek
ken verschafte. Zij wilde in
elk opzicht haar passende ver
trekken hebben, om alles naar
eigen smaak in te richten; gaf
men haar die niet, dan reisde
zij terstond af.
Oin een openlijk schandaal te
vermijden, moest de grafelijke
familie den wil van het nieuwe
familielid vervullen, en kreeg
derhalve de prachtigste vertrek
ken van het geheele slot.
Nog was zij niet tevreden,
want alle spijzen, die men haar
de kerremesse vanmiddag, Ma
rie. 't Gae zu'k schoon wêer zien!
Zeg in weet je, wa-t-of men
vaeder gezeid ét. 'k Moen van-
daege een vrouwe zoeken zei-
t-ie. In 'k gaen 't doen ook,
zu'jeJe moe' maer e' keer
kieken, of 't een goeje is, 'óor 1
Mae' 'k gaen je nie' langer op'
ouwen. Toet vanmiddag, él"
't Was weer de grooteknecht,
die door zijn verschijning een
eind aan 't gesprak maakte.
Als 't er gewerkt moest worden,
moest je wei ken, luidde 't con
signe van den boer. En zelfs
zijn zoon mocht de melkmeid
niet van 't wérk houden.
Intusschen was Marie aan de
volgende koe begonnen en peins
de onder 't melken. Nog ver
toonde haar mond denzelfden
smartelijken trek, nog meer dan
zooeven. Arm kind, ze had
niet begrepen 1 Ze dacht in zijn
vroolijkheid een spot te zien
alsof hij zeggen wou'k Kan
je missen
In gedachten verzonken molk
zij voort
Omstreeks twee uur al begon
het druk te worden in Aarden-
burg. Vooral op het marktplein
verdrong zich heel veel volk
tusschen de talrijke kramen en
tenten. Het weer werkte mee
een vriendelijk zonnetje scheen
uil de blauwe luchthet beloofde
een goede dag te worden voor
de „spullemenschen" en café
houders.
In de cafés, of in danstenten
daarachter, stonden groote or
gels, die al van één uur af hun
deuntjes lieten hooren. Vooral
daar werd het geweldig druk;
voornamelijk het jongere ge
slacht kon men er vinden ieder
een wenschte de beenen van den
vloer te lichten. Zoo was weldra
4 s deel van de tent of de zaal
ingenomen door toekijkenden,
die straks hun beurt wilden heb
ben, terwijl in de overschietende
ruimte, een cirkel van misschien
4 Meter middellijn, zoo onge
veer 20 a 25 paartjes ronddraai
den of rondbotsten En het
orgel draaide afpolka, mazur
ka, schotsch, wals of hetzelfde
in andere volgorde 1
wilde opdienen weigerde zij
kortaf en verklaarde alleen aan
de familietafel iets te gebruiken.
Dienstboden aten alleen, liet zij
de familie zeggen, doch geene
gravin van Rheinsburg. Zij zou
op tijd in de eetzaal verschijnen.
De grafelijke familie zag spoe
dig in, dat zij in alles de wil
van de brutale indringster, zoo
als de oude gravin haar noem
de, moest laten welgevallen.
Dien dag had men eenige
gasten uitgenoodigd uit de buurt,
waarbij ook eenige officieren,
vrienden van Egon. Onmogelijk
kon men dus in tegenwoordig
heid van dit gezelschap een
schandaal maken en men liet
haar dus begaan. Doch boeten
zou zij voor dit optreden tegen
den wil der grafelijke familie.
(Wordt vervolgd.)