ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN E. BOOM-BLIEK 29e Jaargang Woensdag 14 April 1920 Nummer 2512 )e Frausche bezetting. EMILY. Gemeenteraad. BRESKENSCHE COURANT Abonnementsprijs per drie maanden f 1.— met 10 cent dispositiekosten. Advertentieprijs van 1 5 regels 50 cent Elke regel meer 10 cent. Bij abonnement lager tarief Drukker-Uitgever ™oe,02°1n BRESKENS p°7s$4ro Abonnements-Advertenties zeer billijk tarief. Vraagt condities. Advertenties worden aangenomen tot uiterljjk Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur Omtrent de bezetting van Frankfort door de Fransche troepen ontleenen wij aan de R. Crt. het volgende De kaakslag, dien Lloyd Ge- irge aan Millerand heeft toege- iend, is hard aangekomen. Er lijn nu al in het geheel drie zeer officieuze mededeelingen over het Engelsche standpunt tegenover het optreden van de Franschen en de onzijdige zone openbaar gemaakt, en zij zijn alle drie zeer onaangenaam. Op je stemming van de Fransche 'egeering moeten zij werken als saarschuwing, aanmaning en Iwangbevel op een nalatig be lastingbetaler. I De eerste mededeeling was rort en bondigde Engelsche egeering is het niet eens met le Fransche over de tusschen- romst in Duitschland. De tweede lichtte uitvoeriger loe, waarin het verschil in op- ratting bestond „Reuter verneemt uit gezag hebbende bron dat Frankrijk ge- 1 leel op eigen verantwoordelijk- eid handelde, toen het besloot de onzijdige zone op te ruk- en, daar Engeland, Italië, Bel- ië en Amerika er allen tegen aren. „De Duitsche regeering schijnt overijld gehandeld te hebben, n Frankrijk heeft daarop ge antwoord door de methode toe :e passen, die de geallieerden ris laatste middel voorgesteld ladden. Frankrijk, dat een lang durige ervaring van het Duitsche juk en van de waarde van Duit sche verzekeringen had, kwam blijkbaar tot de conclusie, dat de Duitsche zet gedaan werd uit verderstrekkende beweegre denen. De geallieerden in hun geheel kunnen niet in de ver antwoordelijkheid voor Frankrijk 's optreden deelen. Stellig ligt het niet in het voornemen van de Britsche regeering om Brit- sche soldaten te laten deelne men aan een bezetting van de onzijdige strook, ofschoon on getwijfeld de toestand onmid- V) En zoo ja, zou 't dan niet 't best zijn er terstond heen te gaan Op bevel van mevrouw Know- le kwam een rijtuig voor en teden zij langs den kortst mo gelijken weg derwaarts. Mijn- hter Stenhouse en mevr. Knowle spraken zeer weinig op dezen tochtgeen woord werd er ge- rept over het verledene. Alleen mevrouw Knowle vergat zich een oogenblik, spande alle krach ten in en zeide ,Het zou wellicht beter zijn al» gij Emily niet over haar rader spreekt". Het gelaat van Stenhouse werd vuurrood; zijne oogen schoten vlammen. „Neen, ik zal er aan denken dat hij dood is dood". En dellijk zou veranderen, wanneer de argwaan van Frankrijk ten opzichte van de Duitsche be weegredenen een uitgemaakte zaak is geworden." Het bij uitstek grievende van dit tweede communiqué is dat de eigen bondgenoot hierin een gevoelige chasse kijgt, terwijl Duitschland, de vroegere vijand, er zoo zachtzinnig in behandeld wordt, dat het er op lijkt, dat het tegen Frankrijk half in bescherming genomen wordt, terwijl toch vaststaat dat de Duitsche regeering wist, dat zij op eigen verantwoordelijkheid hare troepen het neutrale gebied liet binnenrukken. Duitschland had aanvankelijk te Parijs uit drukkelijk een toestemming laten vragen, had zijn troepen tegen gehouden toen bleek dat zij in den beginne de grens van het" onzijdige gebied eenigs- zins hadden overschreden en heeft daarna besloten, maar zon der toestemming te handelen. Dat het van de andere gealli eerden behalve Frankrijk wel vergunning had, is uit niets ge bleken. Het ziet er meer naar uit, alsof vooral Engeland de rol van Pilatus speelde. De politiek van Millerand wordt nu zoo scherp mogelijk verloochend door de verklaring, dat de En gelsche regeering er niet aan denkt aan de bezetting van Frankfort en de andere steden mee te doen. Alleen wordt deze verklaring ten slotte nog wat verzacht door de verzekering dat de toestand onmiddellijk veranderen zou, wanneer Fran- krijk's argwaan ten opzichte van de Duitsche beweegrede nen een uitgemaakte zaak is geworden wat nog niet zoo gauw kan blijken. Het is maar een schrale troost voor Fran krijk, dat de Belgen achteraf hun instemming met Millerand's politiek zullen betuigen, door een afdeeling soldaten naar de pas bezette steden te zenden en hun vlag daar naast de Fran sche te laten wapperen. Als de Duitsche regeering werkelijk gehandeld had, niet uit de voor na een paar minuten voegde hij er op den toon, waarop hij wel licht u ooit gesproken had, bij „Mevrouw Knowle, mijn vader stierf een maand voor ik gebo ren werd en mijne moeder zeven jaren daarna. Maar al te waar merkte, dunkt mij, een mijner vrienden eens aan, dat hij, als hij ooit een vrouw nam, steeds zou uitzien naar een wees". Eindelijk bereikten zij de deur, die bijna voor geen be zoekers meer werd geopend dan voor mevrouw Knowle. Zij tra den het ledige huis binnen, waar de meesteres reeds zoolang niet meer gezien was, dat men hare afwezigheid nauwelijks opmerkte. D.e sopha in de huiskamer, waar op Emily nog korten tijd gele den dagelijks lag, was nu ledig. Thans hield zij zich uitsluitend op in een rustige maar afgele gen kamer, die in allerijl voor haar was in gereedheid gebracht. Binnen weinige dagen zou zij de hand liggende reden om de orde in het Roergebied te herstellen, maar met het ver gezochte, boosaardige opzet, om de eenheid onder de bondge- nooten te verstoren, mocht zij in haar succes roemen. De derde mededeeling aan het adres van Frankrijk is de scherp ste van alle. Op zijn Duitsch heet dat „ein Wink mit dem Zaunpfahl", een por met een voorwerp dat zoo scherp is, dat het zelfs door de huid van een nijlpaard heengaat. De vorige onaangename mededeelingen zijn niet gedaan, zoo heet het, om de openbare meening in welk land ook op te winden, maar „hoofdzakelijk om schade voor het EngelschFransche bond genootschap te voorkomen", waarop „de hoop van de wereld voornamelijk gevestigd is". Dan vclgt een ernstige vermaning dat „elk bondgenootschap snel uiteen moet vallen, indien eenig lid van een verbond in een belangrijke aargelegenheid op eigen initia tief en zonder toestemming van de andere leden" handelt. Vervolgens weer een kleine verzachting. En ten slotte de verzekering dat het „geloof en vertrouwen in de 'Entente of de vriendschappelijke gevoelens voor het Fransche volk geens zins verminderd zijn. In den staart zit venijn, omdat wel te kennen wordt gegeven, dat de vriendschappelijke gevoelens voor het volk van Frankrijk niet veranderd zijn, maar van zijn regeering op in het oog loopende wijze niet gerept wordt. Men herinnert zich uit het midden van den oorlog de vriendschaps betuigingen der geallieerden aan het Duitsche volk, dat alleen voor een andere regeering moest zorgen. Er is meer wat niet in de mededeeling staat en er toch uit te lezen valt en dat is, dat Engeland niet van zins is het garantie-tractaat met Frankrijk, dat dit land tegen een niet uit- gelokten aanval van Duitschland moet beschermen, te houden, als dit zoo lichtzinnig op eigen deze waarschijnlijk weer moeten verlaten om naar haar eigen kamer en bed te worden over gebracht tot zij in dat enge verblijf voor eeuwig rust, dat ons eenmaal allen wacht. En die dag kon voor Emily Bower- bank ieder oogenblik aanbreken. Zij had het zelf meermalen ge zegd 't leven was te hard voor haar geweestblijde was zij het te gaan verlaten. Toen de krachtige man, nog zoo jong in jaren, zoo oud in ondervinding, uit de groote woon kamer in het kleine kamertje kwam, waar de vroegere min van Emily aan 't venster zat te naaien, doch telkens omziende bij de minste beweging die het uitgeputte wezen op de sopha maakte, deinsde Stenhouse onwillekeurig terug. Zóó had hij vroeger nooit ingezien wat hij verloren had, en wat hij nog verloor. Want hoewel het hem meermalen verteld was, had hij houtje handelt. Men weet hoe het met dit garantie-tractaat zit. Het is een tractaat tusschen drie partijen Frankrijk, Fngeland en de Vereenigde Staten, dat alleen van kracht wordt indien alle drie het ratificeeren. Het Engelsche parlement heeft dat gedaan, maar de Ame- rikaansche Senaat maakt geen mines om dit voorbeeld te vol gen. Blijft de beki achtiging van Amerika uit, dan is ook Enge land niet gebonden en komt er een nieuwe toestand, waarin Engeland zou hebben te over wegen, het alleen een garantie aan Frankrijk verleenen wil. Lloyd George heeft dat maan den geleden in het parlement uiteen gezet. Na het jongste in cident zullen Engelsche staats lieden zich tweemaal willen be denken, voor zij zulk een trac taat sluiten, omdat Frankrijk fei telijk op dit oogenblik reeds kiemen gelegd heeft, die een lateren aanval van Duitschland zouden kunnen uitlokken. De emotie te Parijs over de houding van Engeland is niet gering en er zou eigenlijk een heele nieuwe regeering noodig zijn, om datgene wat op het oogenblik in de verhouding tus schen Frankrijk en Engeland bedolven is, weer bij te lappen. De heele ongelukkige Fran sche politiek van den laatsten tijd is voortgekomen uit teleur stelling over het feit, dat het vredestractaat nog niets tast baars heeft opgeleverd, behalve dan de teruggaaf van Èlzas-Lo- tharingen. Men zit er met de ruïnes van de slagvelden, de geknapte nijverheid en de ont redderde financiën. Engeland daarentegen heeft redenen om tevreden te zijn. Zijn sterkste mededinger ter zee in Europa is onschadelijk gemaakt. Duitsch land heeft geen oorlogs- en geen koopvaardijvloot meer, als kolo niale mogendheid bestaat het niet meer. Alle bepalingen van het tractaat, die voor Engeland van belang waren, zijn stipt na gekomen, behalve dan de finan- cieele, maar het is nu eenmaal toch niet kunnen gelooven, dat het lieve, vroolijke meisje, met blozende wangen, heldere Oogen, en altijd opgeruimd gemoed, dat hem zoo vurig bemind had, thans stervende was. Hij was gehuwd, een an dere vrouw bond nu zijne plich ten, en maakte aanspraak op de teederheid en genegenheid die bijna geen man kan onthouden aan het wezen waarmede hij zijn leven moet slijten doch Emily Kendal was het voorwerp zijner eerste liefde. Al de herinne ringen daaraan bestormden hem met onweerstaanbare macht. Leu nende op den arm van mevrouw Knowle trad hij de ziekenkamer binnen. „Wacht een oogenblik, bid ik u 1 zeg dat ik terstond kom". Dit zeggende vloog hij recht uit de trap af en begaf zich door de geopende deur in den tuin. Het duurde wel een half uur moeilijk veeren plukken van een kip, die kaal is. Donderdag zijn ook de Duitsche linie-schepen Nassau en Oldenburg aan En geland uitgeleverd, volgens de bepalingen van het vredestrac taat. Frankrijk daarentegen heeft het gevoel, dat de oude mede dinger daar aan den rechter Rijnoever nog altijd staat, dat heel deze bloedige oorlog het nog geen geruste toekomst verschaft heeft. Wij laten daar, of deze vrees niet half een oor logspsychose is en of het ge vaar zoo tastbaar is, als de Franschen gelooven. Ook in Duitschland is heel wat veran derd. Maar als de Franschen dan werkelijk bang voor Duitsch land zijn, lijkt het toch wel een averechtsche politiek, om, in stede van toenadering tof Duitsch land te zoeken, dingen te doen, die bij den tegenstander wraakge- dachten wekken en bondgenoo- ten schuw maken of hun een voorwendsel aan de hand doen om zich te desinteresseeren. Groede. Maandagmorgen kwam de Raad onzer gemeente bijeen. De Secretaris was wegens on gesteldheid afwezig. De Voorzitter opent de ver gadering en verzoekt den waar- nemenden Secretaris de notulen der vorige vergadering te lezen welke onveranderd worden vast gesteld. Ingekomen was een schrijven van Ged. Staten, behelzende goedkeuring 2e suppletoir kohier Hoofdelijken Omslag 1919. Een schrijven van de Ned. Automobielclub betreffende be handeling restitutie geldelijke uitkeering hoek bij Stirler. Verder besluit wijziging be grooting, af- en overschrijving, enz. Van den Burgemeester van Oostburg, een schrijven, mel dende, dat 64 leerlingen zich hadden aangegeven voor de Rijks Hooger Burgerschool aldaar. voor hij terugkeerde. Hierdoor konden zij elkaar ontmoeten, zooals het hen nu alleen paste als oude vrienden kalm, teeder, met zelf beheersching vrienden, die gedrukt gingen onder de schaduw der eeuwig# scheiding, ten minste wat men op deze wereld eeuwig noemt, hoewel het hen meestal voor 't volgend leven nauwer aan elkaar verbindt. Wellicht gevoelde Emily dit; want toen zij zich half van de sopha oprichtte om Stenhouse de hand te reiken, was er geen spoor van aandoening bij haar op te merken. ,'t Doet me genoegen u hier te zien. Zeer vriendelijk van u, dat gij aan mijn verzoek hebt willen voldoen. Zijn uwe vrouw en kinderen ook wel Deze woorden, zoo alledaags, zoo eenvoudig, waren de beste die zij kon kiezen. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1920 | | pagina 1