ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN
GETROUW.
VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN
E. BOOM—BLIEK
29e Jaargang
Woensdag 17 December 1919
Nummer 2481
Uit de
Provinciale Staten.
BRESKENSCHE COURANT
Abonnementsprijs per drie maanden f 1.—
A d v e r t e n t i e p r ij s v a n 1 5 regels 50 cent
Elke regel meer 10 cent. Bij abonnement lager tarief
Drukker-Uitgever
TNO,02°" BRESKENS P1°7S7|4°
Abonnements-Advertenties zeer billijk tarief.
Advertenties worden aangenomen tot uiterlijk
Dinsdag- en Vrijdagmiddag 1 uur
Zij, die zich vanaf
heden op dit blad abon-
neeren, krijgen de nummers tot
Januari a s. gratis.
Plaatsruimte ontbreekt ons,
al het verhandelde weer te geven,
waarom wij ons dan ook bf palen
tot punt>-n voor onze" lezers van
het meeste belang.
Omtrent de stoombootdiensten
doet de heer De Casembroot van
Ged. Staten mededeelingen.
Wat de lijn Vlissingen-Breskens
betreft, betreuren Ged. Staten ge
dwongen te zijn tot de vroege
vaart der laatste booten. On
veiligheid wegens mijnen bij
donker en geen uitbreiding der
dienst wegens kolengebrek. Ged.
Staten zullen evenwel diligent
blijven voor mogelijke verbete
ring!
Omtrent het voorstel van den
heer Van Zuijen inzake over
name door het Rijk van de Prov.
Stoombootdienst op de Wester-
Schelde, ontleenen we aan de
M. Crt. het volgende
Bij de besprekingen in de af-
deelingen werd het voorstel om
aan het Rijk overname van den
Stoombootdienst op de Wester-
Schelde te verzoeken, verdedigd
en bestreden, doch er bestond
geen verschil van meening over
de vraag, of de dienst moest
worden verbeterd. Deze verbete
ring stuit af op de financieëie
bezwaren, terwijl door verschil
lende leden van staatsexploitatie
weinig heil werd verwacht. In
twee afdeelingen verklaarden
zich 9 leden voor en 13 tegen
het voorstel, terwijl vier leden
zich hun stem voorbehielden. Een
lid had zich voor de stemming
verwijderd. In dé andere afdee-
ling bleek tijdens de discussie
dat het den voorstellers niet be
paald te doen was om staats
exploitatie, doch om radicale
verbetering van de verkeersmid
delen op de Wester-Schelde. Met
algemeene stemmen op één na,
14)
Het jonge meisje was diep
getroffen door dit onderhoud te
dieper, omdat zij eindelijk en
ten laatste de waarheid in
eigen hart gelezen had en thans
wist wat eens ware gehechtheid
beteekendemaar eene groote
liefde is zelfzuchtig, en spoedig
was zij wederom geheel en al
vervuld van hare plannen in de
toekomst en dacht zij aan niets
anders meer.
Toen het avpnd was gewor
den en hare lessen afgeloopen
waren, begaf zij zich naar Truit
je, om te vragen, hoe het haar
meester ging.
„Vrij goed, altijd voor zoover
het nog goed met hem kan gaan",
zeide de oude ziel„maar kom
binnen, ik ben blij, dat ik eens
iemand spreek, tegenover wie
werd daarom een voorstel aan
genomen, om in het eventuëel
te verzenden adres niet te ver
zoeken de overname door het
Rijk, maar zoodanige verhoogde
subsidie ten behoeve van de prov.
stoombootdiensten, dat het moge
lijk zal zijn een dienstregeling
in te voeren, welke aan billijke
eischen voldoet.
Ged. Staten vereenigen zich
met de in deze laatste zinsnede
geformuleerde conclusie.
De heer Van Zuijen erkent
met voldoening, dat ook Ged.
Staten verbetering noodig achten.
Er moest ook iets worden ge
daan. De vraag is of als landen
door decentralisatie groot wor
den, zij dit zullen blijven. De
verbindingen in Zeeland moeten
verbeterd worden, en men mag
toch wel verwachten, dat de
regeering bereid is om Zeeuwsch-
Vlaanderen te helpen.
De heer Onderdijk wijst erop,
dat de financiële lasten zullen
verzwaard worden door verbete
ring. Staatsexploitatie is de eenige
wijze om de provincie van te
verwachten groote tekorten te
ontlasten Het is noodig, dathet
Rijk de noodzakelijkheid van
verbetering inziet, en b.v. een
voldoend groote subsidie geeft,
waardoor staatsexploitatie niet
noodig zou zijn anders ex
ploitatie door den Staat. Het
verzoek om overname moet de
uiting van een wanhoopsstem-
ming zijn. Laat de provincie
erkennen, financieel niet tot ex
ploitatie in staat te zijn.
De heer v. d. Oude acht
staats-exploitatie niet gewenscht
omdat spr. daardoor niet vol
doende verbetering verwacht.
Spr. amendeert het voorstel
Van Zuijen aldus, dat zal worden
verzocht een hoogere subsidie
voor de provincie, welk verzoek
door Ged. Staten te Den Haag
zal worden verdedigd.
De heer Van Niftrik acht de
weg Bergen op ZoomMiddel
burg—Breskens behoorend tot
de voornaamste wegen. Dat een
gedeelte van dien weg afhanke
lijk is van provinciale financiën,
ik mijn hart lucht kan geven.
De verontwaardiging verstikt mij
letterlijk en mijnheer wil er geen
woord van hooren".
Zij bracht Oranda naar de
voormalige eetzaal en stak daar
een gaspit op, waarna zij haar
een stoel aanbood en zelf tegen
de tafel aan bleef leunen, op
driftigen toon de hevigste ver
wijten tegen mevrouw van Win-
tershoven uitbrakende"
Het jonge meisje hoorde haar
zwijgend aan en zeide eindelijk
„Het is inderdaad eene schan
delijke handelwijze. Ik kan mij
niet voorstellen, hoe eene vrouw
zoo laaghartig kan zijnmaar
wat zal mijnheer Walsberg nu
beginnen
„Hijzelf heeft daarvan nog niet
gesproken, daartoe is hij veel te
trotschmaar een kind kan dat
wel nagaan. Hij houdt nog een
vijfhonderd gulden over en
daarna staat de armoede voor
de deur. Hij had nog maar de
is een verkeerde toestand, en
zulks geschiedt toch met het
veer VlissingenBreskens. Spr.
heeft het voorstel Van Zuijen
toegejuicht en zal voorstemmen.
De heer Perrels komt op voor
noodzakelijke verbetering van de
stoombootdienst op de Ooster-
Schelde, en niet alleen voor dien
van de Wester-Schelde.
De heer Hensel pleit voor het
amendement v. d Oude, daar
de Staat vermoedelijk wel niet
tot exploitatie zal overgaan. Ge
wenscht blijft spr. evenwel staats-
elploitatie vinden.
De heer Vienings acht het
amendement-v. d. Oude te zwak,
en meent dat er op gewezen
moet worden, dat het verzoek
moet uitgaan op een zoodanige
subsidie, dat daardoor een dienst
regeling kan worden ingevoerd,
die aan billijke eischen voldoet.
De heer Lindeijer meent, dat
thans over twee voorstellen be
raadslaagd wordt en acht het
amendement v. d. Oude een
nieuw voorstel.
De voorzitter meent, dat deze
voorstellen tegelijkertijd kunnen
behandeld worden, daar beide
zich bewegen om aan de regee
ring tusschenkon.st te verzoeken,
De heer Van Rompu, (Ged. St.)
betoogt, dat de dienstregeling
der booten niet zoo slecht is,
maar dat de schuld ligt bij de
slechte dienstregeling der Staats
spoor, althans wat de Wester-
Schelde betreft. Verbetering op
de Ooster-Schelde is niet zon
der hooge kosten mogelijk. Spr.
wijst ook nog op het mijnen
gevaar op de Wester-Schelde.
Exploitatie door het rijk zou
ook aan de provincie geld kos
ten, het rijk doet ook niets
voor niets, en het zou aan de
provincie misschien nog meer
kosten door provinciale bijdra
gen aan het rijk dan thans bij
provinciale exploitatie.
Betreffende de amendementen
deelt spr. mede, dat door Ged.
Staten in October reeds hetzelfde
gezegd is.
De heer v. d. Oude trekt zijn
amendement in, en vereenigt zich
met dat van den heer Vienings.
twee portretten kunnen afmaken,
die hem besteld waren, waaraan
al zoo goed als niets meer ont
brak. Maar zij staan daar nu
op de schildersezel en zullen
nooit een cent opbrengen".
„Zou uw meester bemerken,
als zij weggenomen werden
vroeg Oranda snel.
„Iloe zou hij dat kunnen
Hij ztet geen hand meer voor
oogen Maar waarom vraagt gij
dat?"
„Ik vreesde, dat hij ze soms
betasten zou maar gij kunt des
noods een ander doek van de
zelfde grootte in de plaats zet
ten. Breng mij een van beiden;
ik zal zien of ik het niet vol
tooien kanals de gelijkenis
maar goed is, hoop ik wel, dat
het zal gelukken. Maar onthoud
wel, dat hij er nooit iets van
weten mag. Gij beheert nu toch
zeker zijn geld, en zult dus ook
den prijs voor de portretten
kunnen ontvangen".
De heer Van Zuijen mist een
rechte lijn in de gedachten van
Ged. Staten inzake de stoom
bootdiensten. Eerst was het 't
geld, nu is 't weer vooral de
gebrekkige dienstregeling van de
treinen. Spr. dringt nogmaals
aan op de wenschelijkheid van
staatsexploitatie en wijzigt zijn
voorstel aldus dat het alle prov.
stoombootdiensten omvat.
De heer Dieleman meent, dat
eenheid van de Prov. Staten
van belang is bij hun optreden
bij het Rijk. Wil men goede
stoombootdiensten, daneischtdit
naar spr's meening te veel van
de provincie. Spr. dringt aan
op aanneming van het voorstel-
Vienings inzake verhooging van
subsidie.
In stemming wordt gebracht
het voorstel-van Zuijen hetwelk
wordt verworpen met 29 tegen
12 stemmen. Voor stemden de
heeren Welleman, Perrels, mevr.
Duiker, v. d. Weijde, Onderdijk,
van Zuijen, Lindeijer, Erasmus,
van Dixhoorn, Moelker, Adriaan-
se en van Niftrik.
Het vooistel Vienings wordt
vervolgens zonder hoofdelijke
stemming aangenomen.
Het voorstel der vrijzinnig
democraten inzake de school
artsen werd ingetrokken, en dat
inzake de wijziging der provin
ciale wet verworpen met 27
tegen 15 stemmen.
De motie-Hensel, betreffende
beperking Stoombootdienst op
Zondag wordt verworpen, door
het staken der stemmen.
Na besprekingen in de afdee
lingen verklaren zich 40 leden
vóór en 1 lid tegen het voorstel
tot afwijzing van het verzoek
der Vereeniging Visscherijschool
te Breskens, om subsidie.
De heer van Zuijen begrijpt
het voorstel van Ged. Staten in
verband met de wet. Het spijt
spr. echter, dat dit voorstel is
ingediend wegens het belang van
den cursus.
De heer v. Nieuwkuijk brengt
hulde aan het Breskensche initi
atief voor dit vakonderwijs. Spr.
wijst op de geringe subsidie
Truitje wist bijna niet wat zij
hoorde, maar nauwelijks had
Oranda uitgesproken of zij sloop
haastig naar boven, en keerde
een oogenblik later zegevierend
met een der beide paneelen terug.
Oranda slaakte een kreet van
genoegen. Het hoofd was reeds
geheel afgewerkt en de kleeding
was in breede trekken aangege
ven. Het overige was slechts
kinderspel voor haar. Zij zou
het portret binnen eene week
gereed hebben. Na dien tijd
zou men verder zien.
Zij ging thans zelve den schil
der bezoeken, en stelde opnieuw
voor hem iets voor te lezen, wat
hij dankbaar aannam.
Telkens bezocht zij hem aldus
en terwijl arbeidde zij gedurende
hare vrije uren onvermoeid aan
zijn werk voort. Zij stond des
morgens zoo vroeg mogelijk op,
om daarvoor tijd te winnen, en
glimlachte vol blijdschap, toen
Truitje haar het geld toonde,
welke gevraagd wordt, doch
meent, dat misschien nog wel
met minder kan volstaan. Spr.
berekent dat het salaris voor het
eerste jaar slechts ruim ƒ762
zou bedragen, en dat dan een
subsidie van 150 voor dit jaar
voldoende zou zijn. Hierdoor zou
de school een jaar eerder kunnen
beginnen. Spr. dringt op toe
kenning van een subsidie aan.
Ook de heer Moelker is voor
si bsidie, omdat spr. het onder
wijs zoo belangrijk acht voor
een provincie als Zeeland.
De heer Dieleman (Ged. St.)
brengt ook hulde aan het Bresi-
aansche initiatief maar de bij
dragen voor de school van par
ticulieren ad 25 doen vragen
of het niet noodig is dat de
plaats dan eerst eens een bewijs
gaf te begrijpen, dat de vak
school noodig is. Waar boven
dien het princiep aangenomen
is een andere' regel te volgen
inzake subsidieering van vak
scholen, meent spr., dat het sub
sidie nietmoet worden toegekend.
De heeren van Zuijen en van
Nieuwkuijk handhaven hun mee
ning en steunen alsnog de sub
sidie-aanvraag.
Laatstgenoemd lid stelt voor
een subsidie te verleenen van
150, eindigende bij het in
werking treden van de Wet op
het Nijverheidsonderwijs.
In stemming gebracht wordt
het voorstel-van Nieuwkuijk ver
verworpen. Het verkreeg 14
stemmen.
Het voorstel van Ged. Staten
wordt zonder hoofdelijke stem
ming aangenomen.
Een voorstel Stoomtram-Mij
Breskens-Maldeghem tot verlen
ging van den termijn bedoeld in
het besluit der Staten tot ver
leening van renteloos voorschot
voor den tramweg Knocke-Bres-
kens wordt zonder discussie en
zonder hoofdelijke stemming
aangenomen eveneens het voor
stel renteloos voorschot lijn Bres-
kens-Hoofdplaat.
Hierbij wordt de wenschelijk
heid geuit wachtlokalen aan te
brengen ook voor de bestaande
lijnen.
dat zij voor het eerste portret
ontvangen had.
„Een leugentje om bestwil is
geen zonde", verklaarde de ou
de ziel„Ik heb aan mevrouw
van Doren, wie het portret voor
stelt, gezegd, dat wij het nu pas
bij het opruimen van het atelier
hadden gevonden, dat mijnheer
zeker door zijn ongeluk het hoofd
verloren had. Ziehier genoeg om
hem alweer een heelen tijd te
doen voortleven".
Maar deze list kon slechts
tweemaal dienen, en er moest
voor de toekomst gezorgd wor
den.
Met grooter ijver dan ooit,
schilderde het jonge meisje aan
eigen genre-stukjes voortzij
exposeerde ze, en tot hare on
uitsprekelijke vreugde werden zij
verkocht. Zij had voor elk slechts
honderd gulden gevraagd, maar
bracht de twee bankbiljetten toch
vol vreugde aan Truitje.
Wordt vervolgd.