ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN
VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH VLAANDEREN
Gemeenteraad.
BRESKENSCHE COURANT
Abonnementsprijs per drie maanden 95 cent
Franco per post f I.-é-
A d v e r t e n t i e p r ij s v a n 1 5 regels 50 cent
Elke regel meer 10 cent. Bij abonnement lager tarief
Drukker-Uitgever
E. BOOM—BLIEK
Telegram BRESKENS TlMo°n
BoomBllek No. 21
Abonnements-Advertenties worden tijdelijk berekend
met 20 pCt. toeslag
Advertenties worden aangenomen tot u i t e r 1 ij k
Dinsdag- en Vrijdagmiddag 2 uur
28e Jaargang
Zaterdag 14 Juni 1919
Nummer 2428
Breskens. Vrijdagavond kwam
de Raad onzer gemeente bijeen.
Afwezig was de heer P. C. Roest.
Na opening wordt door den Voor
zitter mededeeling gedaan der vol
gende ingekomen stukken:
Schrijven van den part. secretaris der
Koningin waarin de dank van H. M.
aan den Raad wordt overgebracht,
voor de trouw en aanhankelijkheid
Haar betoond. Wordt voor kennis
geving aangenomen.
Schrijven van het Bestuur der Oud
leerlingen van Landbouwcursussen in
Zeeland, om het daarheen te sturen,
dat onderwijzers acten Landbouw- en
Tuinbouwonderwijs hebben, teneinde
deze cursussen open te stellen en die
onderwijzers hiervoor afzonderlijk te
salarieeren.
De Voorzitter meent dat wij dit
Bestuur reeds vooruit geloopen hebben,
daar de onderwijzers alhier voor de
akten reeds gesalarieerd worden.
Voor kennisgeving aangenomen.
Een schrijven der Vrijwillige Bur
gerwacht alhier, behelzende verzoek
subsidie, groot 100
Na eenige discussiën wordt besloten
50 toe te staan. Mocht volgend
jaar blijken, dat het te weinig is, dan
kan dit nog verhoogd worden.
Voorts is ingekomen een verzoek
van de Zeeuwsch-Vlaamsche Tramweg
Mij., om een jaarlijksche subsidie van
600 gedurende 20 jaar.
De heer du Burck vindt deze sub
sidie veel te hoog, en stelt voor deze
op ƒ200 te stellen, gedurende 10 jaar.
Mocht de lijn na tien jaar nog niet
rendeeren, dan kunnen we nog zien.
Althans loopen we dan geen kans,
dat we moeten subsidieeren, niet
tegenstaande een groot dividend wordt
uitbetaald.
De heer van de Sande acht 5 jaar
voldoende.
De heer Becu vraagt of 't Rijk geen
eischen stelt voor zeker aantal jaren.
De Voorz. antwoordt dat door be
langhebbenden '/a en door de Pro
vincie '/a moet worden brjgédragen
en dan subsidieerd het rijk ook met
'/3, dus moet eerst '/3 van belang
hebbenden komen, eer Provincie of
Rijk subsidieeren, en aan stelt het
Rijk de voorwaarden.
Nu moet men niet vergeten, dat de
aanlegkosten enorm veel hooger
zijn, en moeten dientengevolge de
bijdragen ook aanmerkelijk veel hoo
ger zijn dan vroeger. En deze lijn
is voor onze gemeente van buiten
gewoon belang
De heer du Burck. We moeten met
onze financiën rekening houden.
De Voorz. Dit is wel de oorzaak
dat we vroeger te zuinig zijn geweest.
De heer BeCu. Is dit bedrag het
minimum.
De Voorz. Misschien kan het wat
minder, maar aangezien enkele pol
ders zich van subsidieering hebben
onthouden, is het aanbevelenswaardig
dat we hierin niet te zuinig mogen
zijn. De tram legt lijnen aan naar
alle losplaatsen aan onze havens en
zal ook doorloopen naar de aanleg
plaats der boot, het is dus voor ons
van zeer veel belang.
Niettegenstaande dit voor onze ge
meente van zooveel belang is, dient
de heer du Burck een voorstel in om
ƒ200 te geven gedurende 10 jaar.
Do heer Salomé wil de 200 op
300 gebracht zien.
De Voorz. geeft in overweging nog
geen besluit te nemen, doch eerst
inlichtingen in te winnen. Wij weten
allen, dat het voor onze gemeente
van buitengewoon groot belang is,
want, mocht de lijn niet tot stand
komen door te weinig subsidie, be
staat de kans, dat ook de alhier te
stichten groote Suikerfabriek, welke
ook aan die lijn zal worden gebouwd,
niet zal verrijzen, eii mocht nu onze
gemeente mede de schuld dragen te
weinig subsidie te hebben gegeven,
zal het ons door de gemeente jaren
lang worden verweten. Laat ons hier
dus niet te spoedig beslissen, door te
zeggen we hebben ge,en financiën.
De heer de Hullu kon met het
voorstel van den Voorzitter mede
gaan. De gemeente hunkert naar
vooruitgang, we moeten hierin dus
niet op een paar honderd gulden zien,
daar dit een enorm groot belang voor
onze gemeente is. Mochten we vroe
ger niet zoo zuinig zijn geweest en
meer gedaan hebben, onze gemeente
zou er thans anders uitzien. En deze
subsidie is, de tijdsomstandigheden in
acht genomen, niet te hoog. Denk'om
onze gemeentebelangen.
Na deze beschouwing trekt de heer
du Burck zijn voorstel in.
Na eenige posten van af- en over
schrijving doet de Voorzitter"rh'ede-
deeling van de berichten omtrent
verplaatsing van de Mij. Zeeland van
Vlissingen naar Rotterdam, waarvan
wij allen zeker met verbazing hebben
kennis genomen. Ook voor onze
streek, en voor onze gemeente in het
bijzonder, zou dit een ramp zijn, vooral
met het oog op de verzending van
garnalen naar Londen.
Op voorstel van den Voorzitter
wordt de volgende motie telegrafisch
aan de regeering gezonden
„De Raad der Gemeente Breskens;
gehoord de plannen om de Mij.
„Zeeland" te verleggen van Vlissin
gen naar Rotterdam
overwegende, dat door de aanwe
zigheid van die maatschappij er eenige
snelverbindingen bestonden voor het
afgelegen Zeeland met het overige
deel van Zeeland
dat door het verdwijnen der Mij.
Zeeland uit Vlissingen ook een of
meer snelverbindingen met het overige
Nederland zullen verdwijnen
dat het gebied van Nederland be
zuiden de Schelde dan nog meer dan
thans op verkeer met België zal
worden aangewezen
dat in gewone omstandigheden de
hier gevestigde garnalen-visscherij
grootere en kleinere partijen garnalen
met de mailbooten der Mij. „Zeeland"
in Engeland ter markt kunnen brengen;
dat door het verplaatsen van de
Mij. „Zeeland" naar Hoek van Hol
land de visschers onmogelijk naar
Engeland kunnen exporteeren en zij
alzoo een belangrijk afzetgebied ver
liezen
BESLUIT
De Regeering te verzoeken al haar
invloed aan te wenden om de ver-
legging van de Mij. „Zeeland" naar
Rotterdam te verhoeden, en, mocht
dit niet te voorkomen zijn, de spoor
wegmaatschappijen te verplichten, om
althans ten minste drie snelverbindin
gen van en naar Vlissingen-Amster
dam c.a. in te leggen of te behouden".
Hierna deelt de Voorzitter mede,
dat door hem en de Voorzitter der
Vlsscherij-vereeniging, bij de autori
teiten in den Haag, besprekingen
zijn gehouden omtrent de oprichting
eener Visscherij-school, welke bespre
kingen hébben geleid dat totstand
koming zoo goed als zeker is.
De geloofsbrieven der herkozen en
nieuw gekozen raadsleden werden al
len in orde bevonden.
Bij den rondvraag deelt de heer
Salomé mede, dat de sloot tot afvoer-
water van af de begraafplaats naar
de tuingrond van Manneke dringend
verbetering eischt.
De Voorz. zegt hierover met den
Dijkgraaf in onderhandeling te tre
den, daar dit ook een polderzaak
betreft.''
De heer de Hullu vraagt of er in
verband met de besprekingen der op
te richten Visscherijschool ook niet
gesproken is over een afslagplaats
van visch, daar het de bedoeling der
visschers is een mijn in te stellen.
De Voorz. antwoord hierop ont
kennend.
Daar geen der leden meer het
woord verlangde, werd deze openbare
vergadering gesloten teneinde over te
gaan in besloten vergadering tot vast
stelling van het kohier van den Hoof-
delijken Omslag.
1'
Uit het jaarverslag over 1918 der
Nationale Bankvereeniging, in ons
district geen onbekende, nemen wij
het navolgende over
De geweldige gebeurtenissen rondom
ons voorgevallen, misten ook hare
uitwerking op handel en bedrijf hier
te lande niet. Op onze instelling had
de in deNovembermaand veroorzaakte
Onrust weinig invloed, hetwelk ten
duidelijkste blijkt uit de totaalcijfers
van de ons door cliënten toevertrouwde
depositogelden en creditsaldi in reke
ning-courant. Deze cijfers vertoonen
over de maand November het vol
gende verloop. Van 18 Nov. eene
vermeerdering van circa 400.000.
van 815 November eene verminde
ring van circa 1.400.000.—; van 15-
22 Nov. een verdere vermindering
van circa 400.000.van 2229
Nov. eene vermeerdering van circa
1.500.000.—.
De grootste vermindering bedraagt
nauwelijks 2 °/0 van het totaalcijfer
der aan ons toevertrouwde gelden.
Neemt men daarbij in aanmerking,
dat medio November in vele streken
van ons land een belangrijke betaal
termijn is, die gemeenlijk groote geld-
verschuivingen tengevolge heeft, dan
kunnen wij vaststellen, dat de woelige
Novemberdagen zoo goed als geen
invloed op ons bedrijf hadden.
Begrijpelijkerwijze hebben wij in
die dagen maatregelen getroffen, ten
einde onze liquiditeit afdoende te
verzekeren, opdat wij voor alle ge
beurlijkheden gereed zouden zijn
deze maatregelen bleken overbodig.
In den loop van het jaar 1918 na
men wij wederom verschillende be
langrijke provinciale instellingen over
en vereenigden haar bedrijf met het
onze. Waren wij op 1 Januari 1918
gevestigd op 59 pjaatsen, per 1 Ja
nuari 1919 hebben wij kantoren op 69
plaatsen.
De verdere vooruitgang van ons
bedrijf hebben wij ook dit jaar voor
namelijk gezocht in vermeerdering
van onze relaties in handel, industrie
en landbouw, geenszins in verhooging
van onze voorschotten tegen effecten
Desniettemin nam ons effectenbedrijf
zeer sterk toe ook werkten wij dit
jaar wederom aan verschillende publie
ke en onderhandsche emissies mede.
De balans per 1 Januari 1919,
waarin nog niet zijn opgenomen de
cijfers van de per dien datum gefusi
oneerde instellingen, sluit met een
totaal van 116.964.030.26, tegen
77-265.329.69'/, in het vorige jaar.
Niet alleen dat de voornaamste
posten onzer balans eene sterke ver
hooging ondergingen, het aantal onzer
cliënten vermeerderde tevens bedui
dend. De voortdurende uitbreiding
van onze zaken gaf ons aanleiding
met de Rotterdamsche Bankvereeni
ging eene overeenkomst aan te gaan,
waarbij deze de verplichtingen onzer
Instelling vanaf 1 Januari ^^garan
deert. De overeenkomst waarborgt
aan het Bestuur der Rotterdamsche
Bankvereeniging de mogelijkheid zich
te allen tijde van aard en omvang
der verplichtingen op de hoogte te
stellen.
De verdeeling der netto-winst ad
1.516.313.49, na aftrek van de tan
tièmes, uit te keeren aan Directeu
ren onzer kantoren en bedragende
232.674,48, vorig jaar 191.120.395,
laat o. m. toe
eene afschrijving op Gebouwen van
250.000, vorige jaar 150.000, eene
toevoeging aan het Reservefonds van
300.000, vorige jaar 300.000, 6
°/o dividend 360.000, vorige jaar
330.000, eene afschrijving der in
het afgeloopen boekjaar betaalde kos
ten van oprichting en overname van
nieuwe kantoren 246.285.321/,, vorig
jaar 226.686.09 en een reserveering
voor belastingen van 96.080, vorig
jaar 21.945.
De Zeeuwsche Landbouw-
Onderlinge.
In het Hotel Prins van Oranje te
Goes, werd op Dinsdag 10 Juni de
Algemeene Vergadering gehouden
onder leiding van den heer H. A.
Hanken.
Uit het jaarverslag over 1918 bleek,
dat op 31 December waren aange
sloten 1139 landbouwers.
Er hadden in 1918 471 ongevallen
plaats.
Hiervan betroffen 3 patroons-onge
vallen en 7 gevallen van bedrijfs-
ziekten. In 1918 werd 6 malen aan
gifte gedaan van een ongeval met
doodelijken afloop.
Aan 3 der door een ongeval ge
troffen arbeiders moest een blijvende
uitkeering worden toegekend, terwijl
4 patiënten op dit oogenblik nog een
tijdelijke uitkeering genieten. In hoe
verre het noodig zal zijn aan deze
een blijvende uitkeering toe te ken
nen, valt thans nog niet te zeggen.
Met inbegrip van deze 4 waren 17
der getroffenen langer dan 2 maan
den invalide.
Als oorzaken van de ongevallen
werden genoemd: voertuigen 29,
paarden 67, hoornvee 6, landbouw
machines 20, vallen van den arbeider
63, vallen van het voorwerp 6, be
knelling 16, krachtsinspanning 71»
snijdende werktuigen 85, infectie 53,
oogkwetsingen 21, brandwonden 7»
breken van het gereedschap 3, be-
drijfsziekten 7» diverse oorzaken 16.
De onkosten die voor de patroons
op deze verzekering komen, bedra
gen over het verslagjaar 1.35 per
100 jaarloon. Voor een knecht, die
500 loon per jaar verdient worden