ALGEMEEN NIEUWS-
EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCHVLAANDEREN
VERSCHIJNT WOENSDAGS EN ZATERDAGS IN ALLE PLAATSEN VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN
E. BOOM—BLIEK
28e Jaargang Woensdag 16 April 1919 Nummer 2413
W oekerplanten.
Het Geheim.
De Bolsjewieken.
Binnenland.
8RESKENSCHE COURANT
Abonnementsprijs per drie maanden 95 cent
Franco per post f 1.—
Advertentieprijs van 1 5 regels 50 cent
Elke regel meer 10 cent. Bij abonnement lager tarief
Drukker-Uitgever
Telegram BRESKENS ™efo°"
BoomBliek No. 21
Abonnements-Advertenties worden tijdelijk berekend
met 20 pCt. oorlogstoeslag
Advertenties worden aangenomen tot uiterlijk
Dinsdag- en Vrijdagmiddag 2 uur
Nog zijn de vredesbesprekingen
niet ten einde, hoewel we mogen
hopen, dat binnen onafzienbaren tijd
een duurzame vrede zal worden ge
sloten, een vrede waarbij gevaren als
het Bolsjemisme bezworen zullen wor
den. Dit gevaar, we hebben het aan
het ongelukkige Rusland gezien, gaat
alle onheilen te bovenarmoede en
ellende, hongersnood, verwoestingen,
doodslag en bloedbaden, het is alles
ginds aan de orde van den dag. Van
handel, nijverheid en nering is na
genoeg niets meer over. Dagelijks
worden misdaad op misdaad ongestralt
gepleegd. De laagste driften in den
mensch worden er aangekweekt en
telkens weder voedsel gegeven. Het
is een poel van zedelijke en stoffe
lijke ellende, zoo groot als de historie
er nog geene heeft gekend.
Op Rusland is het voormalig
Koninkrijk Hongarije gevolgd en sinds
enkele dagen heeft ook de republiek
Beieren zich bij het communisme aan
gesloten. Aldus ongestoord voort
woekerend, lijdt het geen twijfel of
dra zal het grootste deel van Europa
een weerlooze prooi zijn geworden
van deze woekerplant,het Bolsjemisme,
zoo deze niet wordt verdelgd, met
wortel en al uitgerukt.
Duitschland staat op den rand van
het verderf, en zoo niet spoedig een
gunstige keer plaats heeft, dan is het
te vreezen, dat het verfoeilijk com
munisme in zijn afgrijselijkste gedaante
tot aan onze grenzen toe zijn spook
achtige trekken komt vertoonen.
Wij zijn niet blind voor het goede,
dat als schier elke beweging, ook in
deze schuilt. Ontdaan van de meer
dan afschuwelijke praktijk, waarvan
het communisme blijk geeft, ligt op
den bodem van de theorie, een waar
lijk menschelijk ideaal. Het ideaal
n.l. om deze maar al te zeer gebrekkige
samenleving, waarin gelijkelijk plaats
is voor elk, waarin ieders rechten
gewaarborgd, en tot uiting komen,
waarin het geluk van den enkeling
samengaat met het geluk van allen.
Geen overheersching, geen baatzucht,
geen wreedheid en geen verderf,
maar mede-lijden, mede-lieven, mede
leven, voor en met elkander. Wie
XXIX.
Toen wij rond den disch, waarop
het eenvoudige avondmaal gedekt
was, zaten en wij elkander weder, als
in de dagen onzer jeugd, in de oogen
staarden, hief ik mijn bokaal op, stiet
dien tegen den zijne, en sprak op
hartelijken toon de eenvoudige woor
den
Welkom ten mijnent, Christiaan
Moge het Roode Huis je ook in het
vervolg zoo dikwijls binnen zijn mu
ren zien als gaarne geziene gast als
voorheen. Steeds zal je ons welkom
zijnde oude vriendschap zal je ook
thans omringen.
Mijn vrouw zat zwijgend aan mijn
zijde,Haar zilveren lach was ver
stomd. Zij zag er bijna trotscher en
hoovaardiger uit dan te voren. Slechts
het lichte blosje was op haar gelaat
achtergebleven.
Op het oogenblik, dat onze bokalen
zal zulk een ideaal niet aanlokkelijk
vinden.
Maar welk denkend mensch zal
tevens dat ideaal niet onbereikbaar
achten, juist omdat het niet anders
dan een ideaal is, en nooit werke
lijkheid worden kan. Want menschen,
zij zijn en blijven ten slotte menschen,
en engelen hier op aarde worden zij
nimmer.
Daarom moet en kan elk, wien de
grenzen van het menschelijk vermo
gen duidelijk voor den geest staan,
zich niet met onbereikbare idealen,
hoe schoon ook, ophouden, maar
streven naar hetgeen binnen des men
schen vermogen ligt, en daarin ver
beteren, herstellen, opbouwen en
vestigen in geestelijken, zedelijken en
stoffelijken zin al wat zijn hand vindt
om te doen. En hoeveel en hoe
groot is dit laatste niet. Want daar
over zal wel geen verschil van mee
ning bestaan, dat onze maatschappij
er nog verre vanaf is te zijn, wat zij
wezen moest en kon, ware zij niet
eeuwenlang door een kleine klasse
van machthebbers in haar natuurlijke
ontwikkeling gestuit.
De rampspoed evenwel van den
wereldoorlog heeft temidden van on
noemelijk veel leed, dit aan de volken
duidelijk gemaakt, dat niemand anders
dan zij zeiven over hun lotte beschik
ken hebben. De volken nemen thans
het roer in handen en zullen het zich
niet weder laten ontrukken.
Maar wat we in Rusland, Honga
rije en Beieren en straks wellicht in
het overige Duitschland zien gebeuren
is met die ontwikkeling echter in
lijnrechte strijd. Het Bolsjemisme en
hoe men het elders betitelen wil, is
niet anders dan dat een kleine min
derheid van onverantwoordelijke heet
hoofden, de slechtste elementen der
bevolking tot zich trekken en door
het spelen in de kaart der laagste
hartstochten eenerzijds, het verwekken
van schrik en ontsteltenis anderzijds,
zich aan de wereld willen opdringen als
de hervormers dezer maatschappelijke
samenleving, uitstrooiend het zaad
van misdadigheid, hebzucht, bloed-
dorst en heerschzucht, al verkondigen
zij ook een geheel andere leuze. En
zoo zinken de welmeenenden, wei
denkenden, de zuiver gebleven idialis-
ten onder hen, in het niet, bij den
elkaar met volle klank aanraakten,
wendde zij mij haar blik toe en
staarde mij aan, zoodat ik vergat den
wijn aan de lippen te brengen en te
drinken.
Ik weet niet, en kan nog niet zeg
gen, wat in dien blik te lezen stond,
angst, verwijtingen, een onuitgespro
ken smeekbedfe.
Toen ik den mond wilde openen
om haar te vragen, waarom zij zoo
raadselachtig deed, legde zij mij zacht
de hand op den schouder, stond op
en nam afscheid van den prins, daar
de heeren, zooals zij zich uitdrukte,
waarschijnlijk nog veel met elkander
te bespreken hadden uit den tijd, dat
zij van elkander gescheiden waren
geweest, en zij bovendien nog huis-
vrouwelijke plichten had te vervullen.
Blijf toch, Frederike, verzocht ik
haar. Het zal je zonder twijfel be
lang inboezemen te hooren, wat er
in het buitenland omgaat, en hoe de
dames uit de Parijsche groote wereld
thans haar hoeden dragen. Ook van
het tooneel en het holleven heeft de
prins vesl te vertellen.
overstelpenden aandrang dergenen,
die met geheel andere bedoelingen
dan het welzijn hunner medemenschen
te beoogen, zich bij hen hebben aan
gesloten.
En, de komende vrede, wie zal er
nog veel heil van verwachten. Deze
toch is veel te lang uitgebleven. En
toch mogen wij niet wanhopen, toch
zal de Bolsjewistische kanker met en
door den oorlog ontstaan, met en
door den vrede zich zijn voedzaamste
sappen zien ontnomen worden, want
de bodem van een zich van hare
ramp opheffende, van hare fouten
bewust geworden en zich daarom
herstellende maatschappij, mag geen
plaats zijn voor Bolsjewistische woeker
planten. Dat de bodem krachtige en
degelijke planten voortbrenge, en
gezuiverd worde van onkruid en
woekerplanten.
Wie zijn tijd nu mee wil leven,
En ook doet aan politiek,
Ként natuurlijk distributie
En spreekt van de Bolsjewiek!
Bolsjewieken doen veel moorden
Bolsjewieken winnen veld,
Behalve in ons eigen landje
Waar Wijnkoop reeds minder telt.
Wie het Nieuwsblad in gaat kijken,
Leest daar over buurman Pruis,
Van Hongaar en van de Russen
En blijft zelf liever thuis.
Maar het mooie van het zaakje
Is, dat niemand eig'lijk weet,
Wat de Bolsjewieken willen
En zelts Wijnkoop dit vergeet
't Schijnt, 't doel is allerprachtigst.
En maakt ieder even groot.
Jammer, dat je tegen 't weten
Je begraven bent en dood.
Stel, een heer heeft vele duiten
En een allerliefste vrouw
Die dat alles nu wil hebben
Die vermoordt meneer maar gauw
Dan beseft die arme stakker
(En dat is hem heel wat waard)
Dat gelijkheid is voor allen,
Maar dat het niet gaat op aard.
Bijna onvriendelijk klonk haar toon,
waarmede zij dit verzoek van de
hand wees.
Sta mij toe, dat ik heenga! Wat
geef ik om het buitenland, het too
neel, het hofleven en de Parijsche
modes
En met een diepe buiging voor den
prins verliet zij het vertrek.
Ik wierp een triomfeerenden blik
op mijn vorstelijken gast en herhaalde:
Zij is niet zooals de anderen, Chris
tiaan. Nog duidelijk zie ik zijn ge
laat voor mij, zooals hij in dit oogen
blik zijn blikken vestigde op de deur,
waarachter de rijzige gestalte ver
dwenen was. Een purperblos trok
over zijn manlijk schoon gelaat, zoo
dat ik meende dat hij verlegen was
geworden.
Ik barstte in een spottenden scha
terlach uit en hield hem den bokaal
voor. En toen hij mij bescheid deed,
zag zijn aangezicht zoo bleek als het
laken, dat de tafel bedekte.
Weldra echter was hij zich weder
volkomen meester zooals alle aris
tocraten was ook hij zeer ervaren in
Zie je, dat is Bolsjewistisch,
„Eerlijk deelen" het parool
Theoretisch o, zoo edel.
Practischgaat thansDuitschland school.
Daarom wil ik 't goed waardeeren,
Schoon 't alleen in woord bestaat,
Maar ik hoop, eer ik 't zal kennen,
Wijnkoop naar den Duivel gaat.
OPHEFFING VISCHDISTRIBUTIE
Met ingang van 15 April is de
geheele vischdistributie opgeheven.
VERGETEN.
De S. D. A. P. heeft zich in Leeu
warden een fameuzen strop bezorgt.
Er is n.l. vergeten een candidaten-
lijst voor de a.s. raadsverkiezingen in
te dienen.
Anders is de S. D. A. P. toch niet
zoo vergeetachtig
VRIJSTELLING
WEGENS BROEDERDIENST.
Een groot aantal personen, inge
schreven voor een der lichtingen 1918
en 1919, heeft indertijd verzuimd
vrijstelling wegens broederdienst, of
wegens aanwezigheid van in hetzelfde
jaar geboren broeder of half-broeder
tijdig aan te vragen.
Voor deze personen wordt de ge
legenheid tot het aanvragen van de
vrijstelling opnieuw opengesteld.
Binnen enkele dagen zal hierom
trent in de verschillende gemeenten
een algemeene bekendmaking geschie
den. Daarna kan de vrijstelling bij den
burgemeester worden aangevraagd.
De aanvraag moet geschieden vóór
1 Mei a.s.
NEDERLANDSCH-FRANSCHEN
HANDEL.
De vele aanvragen die de com
missie voor denNederlandschen-Fran-
schen Handel voortdurend bereiken
zijn van zoodanigen aard, dat zij
in verband met de kortsleden plaats
gehad hebbende splitsing der werk
zaamheden tusschen de commissie en
de vennootschap „Nederfransch"
grootendeels onder laatstgenoemd
lichaam ressorteeren. Het ligt dan ook
in de bedoeling de vennootschap zoo
de voor ons burgerlieden zoo moei
lijke kunst, de innerlijke gevoelens te
verbergen en bij heftige gemoeds
bewegingen een ijskoud gelaat te
toonen en begon hij te vertellen
van zijn reizen door Duitschland en
in den vreemde.
Vooral over Parijs raakte hij niet
uitgepraat en uitbundig was de lof,
die hij den schoonen Parisiennes toe
zwaaide. Menig gewaagd avontuur
werd mij opgedischt. Fransche zeden,
bandelooze gezellen tot in de hoog
ste kringen, vrouwen, die de gelofte,
voor het echtaltaar afgelegd, met voet
tredenbijna deed het mij leed
dergelijke verhalen te moeten hooren
uit dien mond.
Maar wanneer ik hem in de trouw
hartige oogen staarde, schitterden
mij niettemin de nagenoeg ongerepte
oud-duitsche zedelijkheidsbegrippen
tegen en besefte ik dat, mocht hij
zich al voor korten tijd in dien be
dwelmden stroom van wellust gestort
hebben, hij nooit daarin zou zijn onder
gegaan.
Wordt vervolgd.