Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. Be iMspBiteStfarsiin Splinter en balk. -<[=]> Binnenland. TVo. 2271 Woensdag 14 November 1917 27e Jaargang COURA .Abonnementsprijs per 3 maanden 0,80, franco per post 0,85 Abonnementen worden mede aangenomen bij boekhandelaren en brievengaarders. Advertentiën van 15 regels 30 cent, elke regel meer 6 cent. Groote letters naar plaatsruimte. Bij abonnement lager tarief. Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag en Vrijdag, 's voorm. 9 uur te Groede en 's nam. 2 uur te Breskens Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond bij den uitgever E. BOOM-BLIEK, flroede - Breskens, Telefoon no. 5 Kantoor Groede. De heer Ph. J. van Dixhoorn, voorz. der afd. Axel van de Zeeuwsche Landbouw-Maatschappij heeft een rondschrijven het licht doen zien naar aanleiding van de verschillende regeerings-landbouwmaatregelen. Bovenstaande spreuk kwam mij dus vangt hij aan in de gedachte, bij het lezen van de rede, uitgespro ken dooi Zijne Excellentie den Mi nister van Landbouw, Handel en Nij verheid, bij de opening van de Rijks Landbouw- Winterschool te Hengelo, waarin 2. Exc. onder meer zegt „Nederland kan nog zware tijden tegemoet gaantijden, waarin het grootendeels op eigen voeding is aangewe'.en. Ieder, die daaraan kan medewerken, en het niet doet, doet zijn pliclt niet, en nu moogt gij ge rust zeggen, dat komt op ons boeren neder, Jt, dat komt het ook, enz". Daar hst reeds zoover is, dat Ne derland broodgraan te weinig heett, meen ik n die rede van den Minister een insimatie te zien, en dit zoude ik ergerlik en grievend vinden voor die eerlijke landbouwers, die steeds vai het begin van den oorlog zich bereüvaardig hebben betoond hunne vole medewerking te willen verleenen die hebien gevraagd om gelijkstel lend met :lken Nederlandschen land bouwer, 1-in percentage land, zoo noodig al hun land, ter beschikking van de Rgeering te stellen voor dii landbouwers, die bereid vaardig an Z.Ex. hebben aangebo den in he voorjaar 1916 de voor de Regeeringnoodige aardappelen af te staan, zoner daarvoor zelfs een prijs vast te sttlen, dit overlatende aan den Ministr voor dit landbouwers, welke hun tarwe en Jgge aan de Regeering moeten afstaan en daarvoor een prijs krijgo gelijk aan twee derde van den pjs, welke zij voor den rommel (d; veevoeder moet verbeel den) moete betalen, hetwelk de Re geering har in de plaats geeft, wan neer zij teminste iets van het be stelde krijgn voor die landbouwers, die hunne granen levren aan de Regeering en dan maandn en maanden op betaling moeten wanten, terwijl de fiscus hen van alle katen met overdreven be lastingen bitookt; die landbuwera welke hun buur man handenwassen zien verbouwen, hun door e Regeering toegestaan en waarvoo hij oneindig meer geld ontvangt, tewijl zij lijdzaam kunnen toezien die in hune omgeving en elders in den lande, bol, peeën en andere ar tikelen zien /erbouwen, welke een maal gegroed, door de onpraktische regesnngsnatregelen op het veld en op de opslaplaatsen niet verwerkt of verhandel mogende worden, moe ten liggen vrrotten, terwijl op dat veld dan toh beter broodkoren of veevoeder hd kunnen groeien die landbouwers, die door grond- speculanten hun bestaan zoodanig zien bedreigd dat zij bij elke pacht- beëindiging gevaar loopen hun be drijf te moeten verlaten, zonder dat de Regeering voor hen in deze ook maar de minste zorg betoont. Moeten deze boeren door Z.Ex. ook maar in één adem als schuldige en plichtverzakende boeren worden ge noemd Ik wil den onpartijdigen lezer over laten te beoordeelen wie in deze de plichtverzaker is. Of hij, die als op permachtig heerscher met één hand omdraai alle scheeve maatregelen recht zetten kan, óf zij, die door die scheeve maatregelen gedwongen wor den, hun bedrijf niet naar behooren te kunnen uitvoeren. Men moet verbazend hardleersch zijn, om niet te begrijpen, dat de voorziening van broodgraan en ande re voedende artikelen met één enkel Ministerieel besluit zoo goed als ge heel is op te losseneenvoudig door te zorgen dat de verbouw van tarwe, rogge en verder voedende artikelen het meest loonend is, en den verbouw van artikelen welke voor Nederland o n n o o d i g zijn te verbieden, dan regelt zich de zaak zelf en behoeft men geen dwang- of premiestelsel toe te passen. Zijne Excellentie beweert zijne adviseurs te hebben onder de practische boeren'. Maar er zijn veel verschillende boeren ook nog onder de zoogenaamde practische. Ik wil er slechts twee soorten noemen, na melijk zij, die leven om te boeren en zij, die boeren om te leven, en ik vermoed, dat de adviseurs van Z.Ex. wel gekozen zullen zijn uit de eerst genoemde soort, want men leest maar voortdurend voor hunne namen de titels als Dr., Mr., Jhr., Baron, Graaf en wie weet welke voorvoegsels al meer en om met den heer T. te spre ken „boeren zonder ploeg". Want, als al die adviseurs werke lijk practische landbouwers en tevens oprechte vaderlanders waren, dan zouden zij zeker Z.Ex. hebben ge adviseerd om de prijzen zoodanig te regelen dat de verbouw van voeden de artikelen steeds bovenaan moest staan en dan beweer ik dat de ver bouw van tarwe gedurende enkele jaren minstens met 200 pCt., zegge tweehonderd procent zal vermeerde ren. En met den verbouw van rogge zal dit ongeveer gelijk zijn. En dit heeft Z.Ex. in zijn macht. In deze is HIJ de oppermachtige. Hij heeft slechts te gebieden en het is er. Mocht Z.Ex. hiertoe binnen enkele dagen willen besluiten, dan kon voor 1918 nog veel worden goedgemaakt. Ter illustratie van mijne bewering diene, dat ten tijde dat de tarwebouw het meest loonend was, hier door den tarweverbouwer een vierde van zijn landerijen met tarwe werd bezaaid en sedert dat dit niet meer het meest loonend is slechts 1/20. Door de verspreiding van boven staande durf ik mij niet vleien dat Z. Ex. gehoor zal geven aan de roepstem van uit het overjordaansche, zooals dit van uit den jordaan zelve is geschied, maar omdat ik het mij tevens tot mijn plicht reken, eene in mij levende oprechte overtuiging, ge baseerd op practische ervaring, onder het oog te brengen van hèm, die in 's Lands belang daarvan gebruik ma ken kan. Blijkbaar is men gerust en vertrouwt men, dat de eenvoudige boer weer wel al is het dan ook eenigszins al morrende aan den hem opgedrongen arbeid zal gaan, Het symbool van den landbouw op de gouden koets van Hare Majesteit de Koningin is wel goed gekozen in den vorm van een schaap; de eenige last die men van zoo'n dier heeft, is een weinig geblaat, maar overigens laat het zich toch telkens kalm de wol afscheren. Indien dit schrijven mocht kun nen leiden tot het gewenschte resul taat, dan zoude zeker het geheele Nederlandsche volk daarvan de aan gename vruchten kunnen genieten. Maar mocht dit niet het geval zijn en mochten zij, die geroepen zijn in het volbrengen van Vaderlandsche plichten voor te gaan, doof blijven voor beleefde verzoeken en raad gevingen, geweld uit het hart van eerzame landbouwers, en blijven zij de hand, die hun steeds vanaf het begin van den oorlog werd aange boden negeeren, ja van zich afstooten, welnu, dan werpen wij alle verant woording op hen, die in deze de macht hebben om in den bestaanden toestand verbetering te brengen. Het plan der maximalisten om de regeering van Kerensky ten val te brengen is spoediger en gemakkelij ker geslaagd dan zij wellicht zelf hadden verwacht. Regeeringen schij nen in Rusland al heel onvast in het zadel te zitten. Het nieuws over de staatsgreep is, terwijl men dit schrijft, nog schaarsch, maar er is geen reden om aan de juistheid van de feitelijke mededee- ling uit St. Petersburg, dat de mi nisters gevangen zitten en de bolsje- wiki de baas zijn, te twijfelen. Hoe dat zoo gauw in zijn werk is gegaan, is nog onbekend. Blijkbaar was de slag beter voorbereid dan in Juli, toen een beweging met een der gelijk doel door gebrekkigen opzet en samenhang smadelijk mislukte. Toch is het uiterst waarschijnlijk, dat de troepen, waarop de regeering vertrouwde, haar op het beslissende oogenblik in den steek hebben gela ten. De regeering toch was, naar men weet, niet onvoorbereid. Zij wist, wat er gebeurd was tusschen het re volutionaire comité uit de sowiet en den generalen staf in het district St. Petersburg en was dus op de hoogte met de pogingen van dat (maxima- listische) comité om de troepen op zijn hand te krijgen. Zij had, in den avond van 5 November, besloten het comité als een onwettig orgaan ge rechtelijk te vervolgen en de militaire overheid opgedragen, alle maatrege len tegen een opstand te treffen. De binnenstad was door 't afdraaien der bruggen van de arbeiderswijken ge scheiden, en het verkeer was zoo goed als stop gezet. Het Peterburgsch Telegraaf-Agentschap, toen nog niet in handen van de maximalisten, ver zekerde verder dat het garnizoen van de hoofdstad de regeering trouw was. Dat kan moeilijk juist zijn geweest. Uit het eerste bericht omtrent de staatsgreep is ook onmogelijk op te maken, tot wie Lenin, de leider der beweging, zijn verzoek om een on- middellijken wapenstilstand en vrede heeft gericht. Hij kan het den cen- tralen vragen, maar evengoed den bondgenooten van Rusland. De strek king van het verzoek is echter in de twee genoemde gevallen zeer ver schillend. Is het tot de centralen ge richt, dan beteekent het dat Rusland, of 'liever de partij, die op 't oogen-' blik de lakens uitaeelt, een afzonder lijken vrede wil, in het andere geval zou Lenin met den meesten nadruk de bondgenooten hebben gewezen op de noodzakelijkheid van een alge- meenen vrede. Zoolang men niet weet, hoe de vork aan den steel zit, is over de beteekenis van dezen stap geen oordeel te vellen. Een andere vraag is, of de maxi malisten zich staande kunnen houden. De geringe moeilijkheden, die zij bij hun staatsgreep hebben ondervonden, doet vermoeden, dat hun invloed bij de bevolking en vooral bij de sol daten zeer groot is. En ofschoon St. Petersburg niet hetzelfde is als Rusland, is de veronderstelling, dat ook buiten de hoofdstad het op vrede gerichte streven van de Leninisten veel aanhang heeft, niet gewaagd. Het besef van de onmacht, om den oorlog voort te zetten, won den laat- sten tijd in Rusland zoozeer veld, dat Kerensky in zijn onderhoud met een Amerikaansch journalist van Rus- land's uitputting geen geheim meende te moeten maken. Er is dus veel kans, dan Lenin en de zijnen, althans voorloopig, veel steun uit het geheele land zullen krijgen. Of niet later de economische moeilijkheden deze man nen, die meer theoretisch dan prac- tisch zijn geschoold, over het hoofd zullen groeten, kan alleen de tijd leeren. MASSALE INBESLAGNAME. Door de Zaaadamsche politie zijn in éen week tijds in beslag genomen 21750 kilogram tapioca-meel, 33080 K.G. cacao-boter, 27975 K.G. cacao, 1825 K.G. foeli, 6000 K.G. kaneel stokken, 4000 K.G. cacao-massa, 230 K.G. eiwit, 300 K.G. gruttersmeel, 1800 kisten lucifers, 1797 kisten ge-

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1917 | | pagina 1