Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor het Land van Cadzand.
Mo. 2330
Zaterdag 26 Mei ÖÖSS
Advertcntiën
-<C=3D>-
Opnieuw de landstorm '08.
Binnenland.
26e Jaargang
COURANT
Abonnementsprijs
per 8 maanden ƒ0.60, franco per post ƒ0.65,
voor Belgie 0.85, voor Amerika 1 dollar k 3 kwartalen
b{j vooruitbetaling.
Abonnementen worden mede aangenomen bg
boekbandelaren en brievengaarders.
van 15 regels 25 cents, elke regel meer 5 cents.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij abonnement lager tarief.
Advertentien worden ingewacht tot Dinsdag en Vrjjdag
des namiddags te twee ure.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond bi) den nltgever C. DIELEHAN te Breskens.
KEftlCHT.
Uit hoofde van het Pinksterfeest
zal a.s Dinsdag geen no. van dit blad
verschijnen.
DS UlTOEVEK.
Het Nederlandsche wolk en
zijn leger.
In het orgaan der verseniging „Ons
Leger" ia een aantal opstelletjes ver
schenen betreffende de opleiding van
den soldaat by ons hoofdwapen, de
infanterie, waarvan de schryver hoopt
ook de voorstanders van korten, zij 't
zeer korten diensttyd tot nadenken te
hebben gebracht.
Een burger in uniform al ls hy tot
de tanden gewapend en blakende van
strydluat is nog lang geen soldaat,
vooral geen vechtsoldaat.
Daarom, gy allen, Nederlanders in
de kracht van uw leveD, wacht niet,
maar begint oogenblikkeiyk u te oe
fenen, u weerbaar te maken. Gele
genheid la daarvoor in don tegen-
woordigen tyd genoeg.
Offert wat van uw vryen tijd, vóór
er wellicht grootere offers van u wor
den gevergd Oefent u, bekwaam u
in den wapenhandel. Het zal u zelf
een gevoel van rust, ons volk een ge
voel van kracht geven en onze nabu
ren eerbied afdwingen.
Van beide strydende partyen zyn
ook de oogen op ons gevestigd.
Wat zal Nederland doen? Zal het
zijn neutraliteit kunnen handhaven
Kracht hebben wy noodig in dezen
stormachtigen tyd. Die-kracht moe
ten we vinden in het gevoel van
saamhoorigheld, in het gevoel van
gereed zyn boven aldie kracht
moeten we ook toonen naar buiten.
Nog een enkel woord meent de
schryver nog te moeten geven over
een in Nederland zeer onaangename
gewoonte van het publiek, Dameiyk
het loopen dwars door een militairen
troep. 4
Hiervoor is geen enkele afdoende
reden. Men zegt wel eens„Ik heb
geen tyd om zoolang te waohten",
maar datzelfde publiek wacht wel
geduldig tot een lange begrafenis, een
processie, een optocht voorby is.
In den regel worden by groote mili
taire afdeelingen maatregelen getrof
fen om by voorbeeld tusscben twee
bataljons zooveel ruimte te laten, dat
het publiek passeeren kan.
Het loopen dwars door eea troep
verstoort de orde ea kan niet worden
toegelaten.
Eenige jaren geleden was hy te
Botterdam getuige van eene betoo
ging voor algemeen kiesrecht.
Het voorbygaan der stoet duurde
ruim 20 minuten en gedurende die
20 minuteo, stond zelfs het tramver
keer stil. Hy zat in een tram waar
van de lyn kort na elkaar tweemaal
gekruist werd door den weg, dien de
stoet volgde en op die wyze had hy
40 minuten vertraging.
Een dergeiyk stopzetten van het
publiek verkeer zal men oorlogs-
tyd uitgesloten van militaire zyde
niet te verwachten hebben.
Ten slotte wensobt by er nog eens
nadrukkeiyk op te wyzen dat men
nimmer al wat militair is moet be
schouwen als vyandig tegenover de
burgermaatsohappy, integendeel, m;er
en meer groeien deze beide sam^n en
baast altyd loopen zy paralel.
Ook in het burgerlijke leven komen
de belaDgen van versobillende onder
nemingen, handelszaken, enz. vaak
met elkaar ln botsing, kan men dan
verwachten dat er nooit wryvlng zou
zyn tussohen burgeriyke en militaire
belangen
Wy bopen van harte dat ods land
en onze koloniën gespaard mogen
biyven voor deelname aan den oor
log maar we hopen bovenal dat het
Nederlandsche volk ln dezen tyd heeft
leeren inzien, dat het vooral voor
kleine volkeren noodzakeiyk is,
van zich af te kunnen byten en dat
het vooral ook weer by kleine vol
keren er op aankomt, dat iedereen
met al zpn krachten zal medehelpen
de onaf hankeiykheld te waarborgen.
De heer Marcbant heeft zloh aller
minst voldaan getoond met zyn succes
om minister Bosboom te doen vallen,
hy wilde, als het mogeiyk was, zijn
prooi nog verder uitstrekken.
De oproeping van de landstormklas
1908 die een middel is geweest om
een heterogene meerderheid samen te
brengen om den minister ten val te
brengen, ls Eogtans doorgegaan en
daarover beeft mr Merchant zich op
nieuw tot de regeering gewend, ook
met de vraag welke do verhouding
ls tusschen het kabinet en de volks
vertegenwoordiging.
Het is duideiyk dat dit doelt op de
niet opgeschorte oproeping dier land-
stormkiasse, in weerwil van de uit
spraak der meerderheid van de Kamer.
Die oproeping mog9 op zichzelf een
gewichtige zaak zyn, tegenover de ge
weldige taak der regseriog, een taak
-die het buitenlandsoh beleid, de gan-
sche landsverdediging, de oplossing der
economische problemen en de finan
cieels politiek raakt, ls zy toch van
zeer ondergeschikte beteekenis, dus
verklaarde de premier.
De Kamer moet dat ook begrijpen,
en Marchaut heett zloh ten slotte be
paald tot een protest.
De Kamer hadde te overwegen of
dit onderdeel ln verband met het ge-
heele regeerlngabeleid van voldoende
gewicht ls om de regeering verder
haar vertrouwen te ontzeggen. Het
antwoord daarop kan niet anders dan
ontkennend luiden. Een Kamer die
het waagde, wegens een vraagstuk
van zoo betrekkeiyk luttele beteeke
nis, in vollen oorlogstyd een kabinets-
crisia uit te lokken, zou wel de dank
van enkele duizenden landstormers
oogsten, maar stellig de verontwaar
diging van talloos vele landgenooteu
wekken.
Wil dit nu zeggen, dat nimmer
eenig lid der regeering in deze kwes
tie fouten gemaakt heeft?
Het tegendeel ls waar. Minister
Bosboom moge dapper voor zyn over
tuiging gevallen zyn verstandiger
ware bet geweest als by reeds op 4
Mei (datum van aanneming van de
eerste motie Marcbant) de reeks argu
menten voor de oproeping van de
landstormj aarklasse 1908 bad doen
hoorei), weike hy ia waarheid pasop
10 Mei (even vóór de aanneming van
de motie van afkeuring) opsomde.
Het communiqué van 5 Mei waa
ln disn vorm en zoó spoedig na de
vage verklaring van den vorigsn dag
evenmin eeo wonder van tact.
En wellicht is ook de opmerking
niet volkomen onjuist, dat minister
Cort van der Linden op 4 en 10 Mei
zyn zwakkeren ambtgenoot voor oor
log had moeten te hulp schieten.
Evenwel zy men te dien aanzien
Diet te overhaast met zyn oordeel 1
Immers, er lag waarheid en krasht
van argumentatie in de woorden van
minister Cort van der Linden, toen
hy constateerde, dat niet ieder ge
schilpunt tusschen de Kamer en een
minister ertoe behoeft te leiden een
portefeuille (laat staan een kabinets
kwestie) te stellen. In aansluiting
daaraan betoogde by, dat het dreige
ment met een kabinetscrisis in caasa
als een weinig gepaste dwang zou
zyn beschouwd.
De demooraren onder het auditorl
urn althans konden hiertegen kwaiyk
veal inbrengen. Ook was de minis
ter van blnoenlandscbe zaken stellig
ad rem, toen hy verklaarde, dat reads
hierom spontane mededeeliog van de
toekomstige maatregelen, welke na
een eventueel aftreden van minister
Bosboom zouden getroffen worden op
10 Mei onoirbaar zou zyn geweest,
wyi dan minister Cort vac der Lin
den zich sohuldig zou hebben gemaakt
aan juist datgene wat men minister
Bosboom ten laste legdeautocrati
sche handhaving van eigen wil zon
der nog eens ter dege de mogeiyk
held van inwilliging van de wenschen
der Kamer overwogen te hebben.
De minister kon op 10 Mei nog
niet met zekerheid zeggen, dat de
landstormjaarklasse 1608 toeh in elk
geval vóór de mllltielichting 1918 zou
worden opgeroepen na de aanneming
van de motie van afkeuring heeft de
regeering immers nog eens ten ern
stige nagegaan, wat haar te doen
stond, om eerst na ampel overleg tot
de conolusie te komen, dat 's lands
belang afwyking van de getroffen
maatregelen verbood.
Aan den anderen kant scheen het
overbodig, uit eigen beweging te zeg
gen, dat de gansche regeering over
deze zaak eender dacht als minister
Bosboom; immers ieder kon weten,
dat dergeiyke vraagstukken steeds ln
den ministerraad behandeld worden.
Volkomen waar. Maar zou het niet
zyn nut gehad hebben, als de minis
ter van Binnenlandsche zaken noch
tans (zonder de kabinetskwestie te
stellen) op 4 of 10 Mei hieraan uit-
drukkeiyk herinnerd had en op laatst
genoemden datum had doen dóór
schemeren wat Mr. Van Raalte
dadeiyk voorzag dat aanneming
van de motie van afkeuring volstrekt
niet inwilliging van de wenschen van
Mr. Marchant en zyne volgers tot
noodzakeiyk gevolg had
Dan had by zioh vryheid van toe
komstige overweging gelaten en noch
tans een waarschuwend woord ge
sproken.
Inderdaad. Maar dit heeft de mi
nister wellicht om een andere reden
achterwege gelaten. De tydeiyke
voorzitter van den ministerraad was
zich namely k zeer wel bewust, dat -
het gezag van den minister van oor
log terecht of ten OBrcchte
sinds lang ondermynd was.
Mede om die reden heeft hy zich
volgens eigen verklaring ervan ont
houden, op 10 Mei de kabinetskwestie
te stellen. Had het ministerleele le
veD van een uitermate populair be
windsman, in wlen leger en volk alle
vertrouwen stelden, op het spel ge
staan, mlssehien zou minister Cort
van der Linden ondanks hot mln-be-
langryke concrete geschilpunt, in 'a
lands belang zelfs voor de kabinets
kwestie niet teruggeschrikt zyn.
Nu echter kon hot slechts vertroe
belend werken haar te atellen een
votum ten gunste van het kabinet
kon niet de beteekenis hebben van
een votum ten gunste van den mi
nister van oorlog.
De motie Marchant was de erisis
van het reeds lang bestaande latende
wantrouwen in den minister van
oorlog die crisis kon slechts bezworen
worden door een votum ten gunste
van den minister zelf of door zyn
aftreden.
Drenthe is geteisterd door een ge
weldige veenbrand, vermoedeiyk ver
oorzaakt door enkele vonken alt de
turtbaggermachtnes die byglangdurlge
droogte steeds een dreigend gevaar
zyn.
In Valthermond liggen 70 huisjes,
baast alle van veenarbeiders en win
keliers, in de asch. De veenarbeiders
Jan Herder, 85 jaar, ls verkoold ge
vonden, evenais het oude echtpaar
Oosterloo. Ook 2 kinderen van den
arbeider Derk van der Ley, jonge
tjes van 6 en 4 jaar zyn verbrand,
terwyi de 26 jarige vrouw vreeseiyk
heeft geleden aan armen, hoofd en
beenen en ln groot levensgevaar ver
keert. Een sshippersjongen moet zyn
verdronken.
Ook te Nieuw Weerding en Em-
mer-Compascuum zyn vele huizen en
groote partyen turf verbrand.
Gelukkig betreurd men daar geen
memchenlevens.
De veenbrand woedde. Dinsdagmor
gen nog steeds voort. Het aantal
huizen, door het vuur vernield wordt
steeds grooter. Een juist aantal hier
van is nog niet op te geven.
Verschillende personen worden ver
mist, zoodat van velen het ergste
gevreesd wordt, o.a. de famill Klein
bestaande uit man, vrouw en 3 kin
deren en de schipper Brand, wlenz