Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor het Land van Cadzand. Minderwaardig of vervalsclit brood? Meer medezeggenschap. De economische oorlog. Binnenland. Wo. 2226 Zaterdag 12 Mei 191? 26e Jaargang BRESKE URANT Abonnementsprils per 3 maanden ƒ0.60, franco per post ƒ0.65, voor Belgiö ƒ0.85, voor Amerika 1 dollar 3 kwartalen bö vooruitbetaling. Abonnementen worden mede aangenomen bij boekhandelaren en brievengaarders. Advertentiën van 15 regels 25 cents, elke regel meer 5 cents. Groote letters naar plaatsruimte. Bij abonnement lager tarief. Advertentien worden ingewacht tot Dinsdag en Vrfldag des namiddags te twee ure. Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrydagavend bij den gltgever O. DÏELBMA1I te Breskcna. Met deze vraag ten opzichte van ons tegenwoordig brood, richt men zich herhaaldelijk tot het onderzoeks bureau van dr van Hamel Roos, het welk hem aanleiding gaf daarover zijne meening in het Maandblad tegen de vervalschingen weer te geven om dat deze zaak in hooge mate óók de belangstelling van het publiek ver dient. Waar onze strafwet in art. 880 spreekt van vervalsobing, noemt zjj waren vervalsclit„wanneer door by - eenïnenging van vreemde bestanddee- Jen de waarde of bruikbaarheid ver minderd is". In dien zin zoude voor zeker in gewone tjjden een vermen ging van het tarwemeel met 80 pCt. aardappelmeel als een vervalachiDg beschouwd moeten worden, daar aard appelmeel zonder eenigen twijfel de waarde van het meel vermindert, om dat het zeer weinig vet en eiwitstof fen bevat in vergelijking met tarwe meel. Het behoeft evénwel geen be toog, dat waar de hoogste autoriteit in den lande het aanwenden van aard appelmeel in dezen tijd beslist nood zakelijk acht, om in den noodstand te voorzien, er niet alleen geen sprake van vervalsching kan zijn, doch dat zelfs met de minderwaardigheid ge noegen genomen moet worden, tenzjj de mogelijkheid bestaat om bet aard appelmeel door iets beters te kunnen vervangen. Indien men nu nagaat dat, volgens onze onderzoekingen, hot melkbrood van een der grootste melkfabrieken te Amsterdam, zooals dit vóór de aan wending van aardappelmeel samenge steld was, een eiwitgehalte had van 11.10 pet. en een vetgehalte had van 2.05 pet. (bij een watergehalte van gemiddeld 3ö.82 pet.), terwijl hét te genwoordige water-brood van dezelf de fabriek (melkbrood wordt niet dan op speciaal verzoek gebakken) slechts 0 45 pet. en 7 86 pet. eiwit (by een watergehalte van 87.81 pot.) inhoudt, dan bjijkt hieruit, dat by het tegen woordige rantsoen van 800 gr. brood per persoon en per dag, een vermin dering van 4.8 gram vet en 10.28 gr. eiwit te constateeren is, derhalve dat in het vroegere gewone melkbrood 41/s maal meer vet en ruim een twee vyide maal meer eiwitstoffen aanwe zig waren. Waar nu buitendien bevoegde spe cialiteiten op medisch gebied ver klaarden, dat onstane maag- en Inge wandstoornissen ophielden na het staken van het tegenwoordige brood gebruik, daar dringt zich ds ernstige vraag op, of het niet mogeiyk zoude zyn ten deze, in het algemeen belang verbeteringen aan te brengen, volko men daarby rekening houdende met de door den oorlogstoestand gebie dende noodzakeiykheid ten opzichte van het gebruik van tarwemeel-sur- rogaten. Waar wy vroeger reeds herhaalde lijk wezen op de aanwending van maïsmeel als deugdeiyk voedsel, is het ons een voldoening te kunnen melden, dat blijkens de nieuwste pu' blicatiön op het gebied van brooube- reiding, door een bekende Weensche autoriteit een voortreffeiyk brood ge bakken kan worden met hooger vet en eiwitgehalte dan van het met aardappelmeel vermengde, van een m ngsel van 80 pCt, maismeel en 70 pCt roggemeel. Het steriliseeren van het maismeel is hierbij natuurlijk onontbeerlijk, ter vermyding van het schimmelig wor den, terwyl natuurlijk slechts de beste hoedanigheid genomen mag worden voor de broodbereiding. Uit talryko proefnemingen is ge bleken dat maisbrood een voortref feiyk goed verteerbaar brood is, het welk veel langer goed blyfe dan het tegenwoordige, weshalve men een mengsel van maismeel en roggemeel als een vervangingsmiddel voor tar wemeel met voordeel kan aanwenden. In hoeverre onze aanwezige of nog te verkrygen voorraden in de behoef te aan tarwe, rogge en mais zullen kunnen voorzien, is ons niet bekend, doch wy aohten het zeer wenscheiyk de in oorlogslanden bekend geworden jongste ervaringen ter kennis van het publiek te brengen, en vertrouwen dat deze een spoorslag mogen zyn voor de autoriteiten om, kau het zyn, spoedige en hoogst wenscheiyke ver beteringen te brengen in „ons dage- ïyksch brood". Door den heer vau Leeuwen alge vaardigde ter Tweede Kamer voor U- trecht, is een motie, een wetsvoor stel byna, ingediend met de bedoeling een parlementaire commissie in te stellen tot het plegen van een regel matig overleg tusochen de ïegeering en de Staten Generaal voor wat be treft de buitenlandsche aangetegen- heden. De voorsteller heeft als voornaam ste reden voor zyne motie ontvouwd het grooter gevaar dat gelegen is in de bestendiging van de bestaande ver houdingen tusschen de Kamer en het bestuur der buitenlaodsche aangelegen heden. De ïegeering heeft recht op het vertrouwen der Kamer van de krachtige wyze waarop zy de buiten landsche zaken bestuurt. Maar op den duur zou de verzwakking van den invloed van het parlement een nood lottige uitwerking kunnen hebben. De tyden van geheime behandeling der buitenlandsche politiek zyn voor- by tal van gezaghebbende sshryvers laten zich uit voor de openbaarheid ten aanzien der buitenlandsche be trekkingen. In Amerika heeft de Senaat het recht van amendemeDt op tractaten. Geheimhouding in zake buitenland sche aangelegenheden is in Zwitser land zelfs uitgesloten. Alle buiten landsche zaken worden daar voorbe reid door een comité uit den Volks raad. In Noorwegen'is de door hem ge- wensohte samenwerking tusschen re geering en parlement zelfs grondwet- teiyk voorgeschreven en heeft nooit tot raoeiiykheden in de praktijk aan leiding gegeven. Door den oorlog ia de belangstel ling van de Kamer in de buitenland-- sche aangelegenheden zeer toegenomen. De behandeling van dit voorstel is noodig, meer dan ooit. Het gevaar voor Nederland om on verwacht in den oorlog te worden betrokken, bestaat nog steeds en neemt, naar mate de worsteling voortduurt, toe. Ook met het oog op de vredeson derhandelingen en de internationale vraagstukken, die daa aan de orde komen, dient de openbare meeniDg tydig te worden gevormd Daarvoor is openbaarheid in het buitenlandsch gebied dringend noodig. Verschillende sprekers ontvouwden hunne bezwaren tegen dit voorstel. Spreekt men van zwarte lysten, certiflcat's d'origine, van de censuur 6D van de Ned. Overzee Trust, dan voelt een ieder zich op bekend terrein. Sleohts fluisterend wordt de naam genoemd der buitenlandsche consuls of handelsattachê's en menig Neder lander ziet met minder angst het mobilisatiebevel tegemoet dan het te- lefonisch verzoek om eens even by consul zus of zoo op kantoor te ko men. Dit laatste noemt men den oeconomisohen oorlog en ook hierby hr-eft men, evenals in den militairen oorlog, een stelsel van spionnage. Het groote verschil zit voor de neutralen echter hierin, dat zij de militaire spionnage der oorlogvoeren den op hun gebied moeten en kun- non tegengaan, tegenover de oecono- mtsche spionnage echter machteloos staat. Door dezo laatste hebben de stry- dende partyen waardevolle gogevens verzameld over eikaars, doch ook over ons bedrijfsleven en is de mili taire oorlog ten einde, doch het is te verwachten, dat de oeconomische oorlog met de grootste kracht zal worden voortgezet. Doel van de Engelsche Regeering is om den Eogelaehen export te be vorderen door het verloenen van prao- tische hulp aan fabrikanten. Door den oorlog en de daarmede verband houdende uitgifte van zwarte iysten werden tal van zaken-verblri- gen met het buitenland verbroken, doch tegeiykertyd kon de Afdeeling Buitenlandsche Handel, onderdeel van Buitenlandsche Zaken, dank consulai- ren dienst, cenoor, enz., tal val in lichtingen over den handel der bui tenlanders verzamelen. Deze gegevens zijn natuuriyk van biyvende waarde en versterken aan- merkeiyk het practisch nut, dat de consulaire dienst kan afwerpen, mits gezorgd wordt, dat deze inlichtingen uitslultendend aan de Engelsche in- dustrieelen ten goede komen. Dit laatste wordt bereikt door deze inlichtingen slechts aan ds Engelsche Kamers van Koophandel te verstrek ken en deze 'zyn verautwoordeiyk voor de richtige verspreiding uitslui tend aan die fabrikanten van en ban delaren in Engelsche goederen, die leden van de Kamer zyn en wier na men goedgekeurd zyn door de Afdee ling Buitenlandsche Handel. Iedere flrma, die dus van bovengenoemden inlichtingendienst wil profiteeren, en dat zullen wel de meeste zyn, moet eerst lid worden van een Kamer van Koophandel, waardoor deze tevens in aanzien stygen. Het zoude te ver voeren om vol ledig uiteen te zetten, hoe nu de consulaire inlichtingsdienst in de practyk geschiedt, doch het komt hierop neer, dat de consul in het buitenland zekere firma's aanbeveelt, die daa hunne waren van Engelsche fabrikanten mogen betrekken, terwyi andere dit niet kunnen. Wil de buitenlander plaatselijk van Engelsche huizen betrekken, dan moet de codsuI met de plaatseiyke Engelsche Kamer van koophandel eerst 's mans doopceel lichten. Tevens zal moeite worden gedaan om die firma's, welke op de zwarte ïyst staan, te- vervangen door andere die zuiver op de graat zyn. Commentaar op dit schema van bevorderen van de nationale export industrie is overbodig, doch wel biykt, dat men in do keuze der middelen met al te schroomvallig is, zooals aan te nemen is, zuilen .ook de andere leden der Entente deze maatregelen toepassen, waardoor handeldrijven tus- schun de nu oorlogvoerenden-ook na den vrede voorloopig uitgesloten is. Doch ook de neutrales zullen dan party moeten kiezen, want hunne ei- gau gange zulien nauwkeurig worden nagegaan, en zoo zien wy bestendi ging van een stelsel, dat iedere neu trale koopman ais een beleediging voelt. Het moge waar zyn, dat deze oorlog uitsluitend voor ideéele doel einden wordt gevoerd, bet wordt met den dag moeiiyker hieraan te geiooven. Naar wy lezen moet de heer Gnelst consul van de handelsafdeeling der Duitsche legatie binnenkort naar Ber- ïyn vertrekken in verband met het stilleggen van de Nederlandsche zee- vissGhery. Tot lid van de Provinciale Sta ten van Zeeland voor het district -Sluis is by enkele eandidaatstelling gekozen jie heer J. A. Neeteson te IJzendyke, oud-lid dier Staten. Breskens, II Mei 1917. Door de afdeeling Oostburg van den Bond van Nederlandsche Onderwyzers is andermaal een adres by de gemeen tebesturen in dit district ingezonden ten einde eene herziening te bevor deren van de salarissen opdat worde verkregeneene Beer belangryke ver hooging van het aanvangsalaris j

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1917 | | pagina 1