l$mm m ^bmüntiMé t>oor IffeMijg %.-%UmUnn
Wo 2034.
Een droeve plechtigheid.
Bin n onland.
Woensdav 30 Juni 1015.
We Jaargang
BRESKENSCHE COURANT.
Abonnement per 3 maanden 0.50, franco
per post ƒ0.55, voor België ƒ0.75 en 1 dollar
3 kwartalen bg vooruitbetaling voor Amerika.
Abonnementen worden mede aangenomen bg
boekhandelaren en brievengaarders.
Advertentiën van 15 regels 25 cents, elke
gewone regel meer 6 cents. Groote letters naar
plaatsruimte. Bg abonnement lager tarief.
Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag
en Vrijdagmiddag te twee ure.
n v n
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond bij den nltgever C. DIELEMAN te Breskens.
Terwijl van uit de verte h-)t ge
dreun van het kanon one herinnerde
aan het eindelooze wee van den ver
bitterenden volkerenstrijd, stond een
talrijke menigte op den doodenakker
geschaard om de geopende groeve, die
zoo straks het stoffelijk overschot in
zich zou opnemen van Abraham Hoog
stad, een dergenen, die, als middellijk
slachtoffer van dien ongekenden oor
log, op 16 dezer zoo gruwzaam om
het leven zijn gekomen, bij het nood
lottig ongeluk, dat tot in lengte van
dagen een donkere bladzijde zal vor
men in de geschiedenis onzer ge
meente.
Naast verwanten en familieleden
Wilden niet alleen zijne kameraden,
maar ook enkele leden van den Ge
meenteraad en de schippersvereni
ging „Sehuttevaêr" de laatste eer be
wijzen als blijk van deelneming in dit
tragisch ongeluk.
De lijkkist, herwaarts gebracht van
Cadzand en nedergezet in het lijken
huis ter begraafplaats, werd van daar
uit grafwaarts gedragen en na in de
groeve te zijn nedergelaten, legde de
heer J. de Hullu als vertegenwoordi
gend raadslid, getuigenis af van de
deelneming der gemeente, in dezer
voege
Geachte Vrienden 1
Als gij hier aan deze geopende groe
ve eene vertegenwoordiging ziet van
onzen Gemeenteraad, dan laat zich
dit verklaren door de omstandigheid,
dat wij het tot onzen plicht rekenen
de laatste eer te komen bewijzen aan
het stoffelijk overschot van een der
genen, die tot de onzen behoorden,
en zoo gruwzaam om het leven kwa
men bij het vervullen van hun dage-
lijkschen plicht om te voorzien in het
onderhoud van zich en de hunnen.
Een schok ging door onze leden
toen we die treurmare vernamen, en
als we nu op dit oogenblik dat
stoffelijk overschot in de donkere aar
de zien nederdalen, dan zijn we ten
zeerste vervuld met dat jonge weg
gerukte leven, maar ook gaan onze
gedachten naar die nabestaanden, wier
droefheid we kunnen beseffen, begrij
pen, maar niet terstond kunnen stil
len.
Laat 't hun een kleine troost zijn,
dat de gemeentenaren met hen voelen,
de diepgeslagen wonde, en dat er on
getwijfeld gepoogd zal worden die
wonde, en dat er ongetwijfeld gepoogd
wonde eenigszins te heelen.
Gelijk men zich in deze gemeente
heeft opgeworpen om zich het lot der
mannen van de zee aan te trekken,
iD veel sterkere mate zal dit geschie
den, nu er inderdaad slachtoffers zijn.
O, we weten wel, dat we niet dht
kunnen teruggeven, wat op zoo on
verwachte wjjze aan hunne verwanten
is ontrukt, maar we staan borg voor
het medegevoel van onze eigen inwo
ners en van ons gewest, ja van ons
gansche Vaderland, om het zieleleed
te verzachten voor zoover dit men-
schelijkerwijze mogelijk is.
Het is ons een eer daaraan te kun-
cen medewerken, en de zelfvoldoening
te kunnen smaken, een steentje te
hebben bijgedragen aan de wederop
bouwing van een menschelijk bestaan.
Vriend Hoogstad, al kan die ver
zekering niet inrer tot u doordringen,
voor uwe nabestaanden zij het een
kleine troost dat zij en wij ook ten
deze opzichte u in uw te vroeg ont
sloten graf kunnen toeroepen
Rust in vrede 1
Daarna trad de beer J. F. Salomé,
secretaris van de plaatselijke afdee-
ling van Sehuttevaêr naar voren en
sprak ongeveer als volgt:
Geachte familieleden en vrienden 1
Onze vereeniging „Sehuttevaêr" re
kent het zich tot een duren plicht bij
deze geopende groeve een laatste groet
te brengen aan ons verdienstelijk lid,
onze geachte medeburger, die met
zijn broeder en de beide jeugdige
medeopvarenden, het slachtoffer is ge
worden van den gruwzamen oorlog,
die reeds zoo lang in Europa woedt.
Alleen aan de verdelgingsmiddelen
daarvan is het ontzettend ongeluk toe
te schrijven niet aan zijne mindere
ervarenheid, niet aan zijne mindere
bedrevenheid, maar tengevolge van
het vervulleD van zj]o dageljjkechen
plicht om door de uitoefening van
zijn bedrijf het brood voor zich en de
zijnen eD hunne moeder te verdienen.
Wij voelen 't dat de visscherstand
zwaar getroffen is door dit groote ver-
lieB, waardoor Wens het gevaarvolle
van hun beroep zoo spreken aan den
dag is getreden.
Wees verzekerd van ons aller deel
neming en we roepen u, vriend Hoog
stad een „rust zacht en in vrede 1"
toe.
Ds R. Meeuwenberg, predikant der
Ned. Herv. Gemten slotte het woord
nemende, zeide niet gewoon te zjjn
aan het graf te spreken, omdat dit,
naar zijne meening in het sterfhuis
de plaats is, zoo heeft nogtaDs de fa
milie hem verzocht voor ditmaal van
die gewoonte af te wijken en hier al
len, die men redelijkerwijze op deze
plaats kon verwachten en wegens de
beperkte ruimte aan de woning moei
lijk kon ontvangen, hartelijk dank te
zeggen voor hunne deelneming.
Zeer zeker is die deelneming groot
en het is ook niet te verwonderen,
bij dit ontzettend ongeluk, dat ieder
een woord van troost wil schenken
voor dat diep geschokte gemoed dier
nabestaanden.
Maar ook voelen we, gelijk dat
dezer dagen zoo vaak is uitgesproken,
hoe weinig onze troost vermag
Werkelijke troost kunnen we dan
ook niet geven, alleen wat bemoedi
ging eD in 's menschen deelneming
vinden we die.
Uit het hoogst droevig ongeval is
ten duidelijkste gebleken aan welke
gevaren de_visschersstand ter zee is
blootgesteld."'
Ook buiten de zee is er steeds ge
vaar, altijd en overal. En daartegen
te waken vindt men een steunplaats
in den Bijbel Zoo kan God uit de
donkerste tijden, uit de grootste ramp
een zegen doen voortvloeien voor het
hart indien men Zfn woord gelooft,
waarin Hij gezegd heeft, dat zonder
Zjjnen wil geen muscbjen ter aarde
zal vallen, geen haar van ons hoofd
zal gekrenkt worden Mogen wij al
len dien zegen ervartn!
De droeve plechtigheid was hier
mede volbracht. Zeer onder den in
druk daarvan verlieten allen, ook de
talrijk samengestroomde menigte de
rustplaats der dooden in de overtui
ging de laatste eer te bebben bewe
zen aan een braaf huisvader, een braaf
zoon, een braaf inwoner der gemeen
te, die hiermede een droevig tijdperk
van hare gpmeente afsloot.
Een Spoorwegongeluk.
Vrijdagavond is de trein der Staats
spoor, komeDde van Zwolle naar U-
trecht, even voorbij de spoorwegbrug
over den IJsel, bjj Hattemerbroek .ont
spoord.
Et moet een der rijtuigen zjjn los-
geslingerd, buiten de rails geworpen
en geheel onderstboven gekeerd Het
gevolg was dat vier andere rijtuigen
uit de rails werden geworpen.
Van de passagiers kregen er ver
scheidene lichte kwetsuren, een vier
tal was zwaar verwond, terwijl een
milicien uit EDgwierum werd gedood.
Een militair, landweerman uit
Friesland, die in het omgekantelde
derdeklasrijtuig had gezeten, was door
den schok met de beenen door een
der rijtuigen naar buiten geslingerd.
Op hetzelfde oogeDblik kantelde het
rjjtuig en raakte een zijner been on
der het rijtuig met het noodlottige
gevolg, dat dit lichaamsdeel werd af
gekoeld
De ongelukkige stierf onderweg
naar bet station Hattemerbroek,
waarheen hij vervoerd werd.
Een heer, die tegenover hem zat,
werd ernstig aan de hand gewond,
doordat hij door den schok met de
hand door een ruit sloeg.
Hi1 voelde naar hij verhaalde
den zandgrond en kan daarbij teveDS
constateeren, dat de ontspoorde wa
gen nog een eindweegs werd voort
gesleept.
Deze heer, een reiziger uit Utrecht,
was ook in den trein geweest, waar
mee het ongeluk bjj Beilen gebeurde.
Een tweede soldaat, die in een
hoek van een der compartimenten
van het derdeklasrijtuig had gezeten,
werd ernstig aan het hoofd gewond,
doordat juist op de plaats waar hjj
zat het volgende rjjtuig tegen den
omgekantelden wagen aaDreed.
Van een derden soldaat werd een
der voeten verbrijzeld.
Dan waren nog enkele reizigers
licht gewond.
Even over de spoorwegbrug splitst
de spoorlaan zich in drieën.
Het derdeklasrijtuig moet op ver
keerd spoor geloopen zjjn, en door
het trekken van de machime zjjn om
gekanteld.
De trein waarmee het ongeluk ge
beurd is, is dezelfde waarmee ander
half jaar geleden het spoorwegonge
luk te Hooghalen plaats greep. Het
Hbld meldt, dat de adjunct chef V.,
een jonge man, gekend zou hebben
dat het ongeluk aan hem te wijten
is.
Hjj haalde de wissel te vroeg over
om den achter den eneltrein komen
de locaaltrein naar Hattum gelegen
heid te geven te passeeren. De man
is radeloos
Bij de directie van de KoniDkl.
Nederl, Stoombootmaatschappij te Am
sterdam isjbericht ontvangen dat het
stoomschip Cere3, hetwelk verleden
Maandag naar Stockholm was uitge
varen, bjj Södrrarm is gezonken.
De bemanning, bestaande uit 25
koppen, is door een loodsboot gered
en later door een torpedoboot over
genomen en aan land gebracht Al
leen de scheepspapieren zjjn in vei
ligheid gebracht.
Een kwartier vóór het zinken zag
men aan boord een torpedoboot van
onbekende nationaliteit, die ook nog
gezien werd toen het stoomschip zonk.
De torpedoboot deed echter geen
pogiDg om de bemanning te helpen.
Het stoomschip had geen lading
aan boord.
Een Zweedsch blad meldt, dat de
torpedoboot, die de ontploffing heeft
waargenomen maar snel wegstoomde
en de schipbreukelingen aan hun lot
overliet, een Russische was.
Andermaal heeft eene uitwisse
ling plaats van Duitsche en Engel-
sche zwaargewonde krijgsgevangenen,
die via VlissiDgen geschiedt.
Voor de overbrenging van Vlissin-
gen naar Engeland der in Duitsche
krijgsgevangenschap verkeerende En-
gelschen, alsmede voor de overbren
ging uit Engeland Daar Vlissingen van
de zich in Britsche krijgsgevangen
schap bevindende Duitschers, wordt
gebruik gemaakt van het stoomschip
OraDje Nassau der Maatschappij Zee
land.
Het Nederlandsche Roode Kruis
verleent evenals een vorige maal bjj
de transporten zjjn hulp.
Er worden vervoerd naar Engeland
4 officieren en 126 man invaliden,
benevens 34 doktoren en 226 man
den geneeskundigen dienst, dus 430
in Duitsche krijgsgevangenschap ver
keerd hebbende Engelscben, terwijl
het aantal uitgeleverde Duitschers die
zich in Engelsche krijgsgevangenschap
bevonden, bedraagt 210, zijnde 4 of
ficieren en 48 man invaliden, bene
vens 10 doktoren en 153 man van
den geneeskundigen dienst.
Gisterenavond vertrok de Oraoje-
Nassau van Vlissingen met de Engel
scben naar hun vaderland.
Vrjjdag is het stoomschip Mec
klenburg der Maatschappij Zeeland op
de terugreis naar Vlissingen door
twee Engelsche torpedojagers opge
houden en naar Engeland terugge
bracht, op vermoeden dat van de boot
foto's genomen waren van de Engel
sche kust.
Alle hutten werden nagezocht. Een
Engelscbman had foto's genomen.
De boot is Vrijdagnacht te Vlissin
gen aangekomen,