JUoicmecn 'Tucinv*- en 3^bwxUïi{\éX<xb t'oor "SvstdijJi
De aloude broodval.
<B>
De Lusitania nota.
Goedkoop varkensvleesch.
Uitbreiding der vloot.
Territoriale publicaties.
Mo 2030
Woensdaar «6 Juni 1915
24e Jaargang
BRESKENSCHE COURANT.
Abonnement per 3 maanden ƒ0.50, franco Advertentien van 15 regels 25 cents, elke
per post ƒ0.55, voor België ƒ0.75 en 1 dollar gewone regel meer 5 cents. Groote letters naar
a 3 kwartalen bij vooruitbetaling voor Amerika. plaatsruimte. Bij abonnement lager tarief.
Abonnementen worden mede aangenomen bij Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag
boekhandelaren en brievengaarders. en Vrijdagmiddag te twee ure.
»it, blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond by den uitgever O. DIBBEMAlü te Breskens.
„Honger is een scherp zwaard
Ten allen tijde is de aiepe waar
heid van dit veelbeteekeuend gezegde
begrepen.
Zoo door hem die het toepaste, als
hij op wien het toegepast werd.
Bjj een opkomend of bestaand ver
schil is in negen van de tien geval
len de broodval opgezet en wil men
door middel van dit geduchte wapen
zijn tegenstander treffen.
Wie, die dit in zijn bedrijf nog niet
mocht ondervonden hebben.
Nu moge men 't kleinzielig of hoe
ook noemen, het doet niets af aan
het feit dat 't gebeurt.
In de groote strijd die om ons h^-
nen woedt, zien we al niet anders.
Het Engelsch systeem tegenover
Duitschland is dat van uithongering,
waartegen begrijpelijkerwijze Duitsch
land zich met alle macht weert.
Dat ter algeheele toepassing van
het gebruik van dat wapen een cri-
tisch oog geslagen wordt op alles wat
daarmede in verband staat, laat zich
verstaan.
Zelfs op neutrale landen wordt ge
let of zij ten deze niet de eene- oor
logvoerende partij met meer onder
scheiding behandelen tegenover de
andere.
Zoo is dezer dagen van Fransche
zijde een zeer krachtige veldtocht ge
opend tegen den Nederlandschen uit
voer naar Duitschland.
Fransche bladen exploiteeren met
groote animositeit eene uitlating van
een hooggeplaatste Fransche persoon
lijkheid in Den Haag, dat iedere zak
aardappelen uit Holland uitgevoerd
bedoeld wordt naar Duitschland
hen vijftig soldaten kost, waartegen
natuurlijk wel een middel bestaat,
maar waarvan het brutale karakter
den bondgenooten tegen de borst stuit,
ofschoon zij genoodzaakt zullen zijn
door achtereenvolgende maatregelen
dat middel te gaan toepassen.
Do gezaghebbende Parjjsche „Figa
ro" nam het artikel met gretigheid
over en voegde er aan toe, te hopen
dat het gewelddadig karakter van het
middel niet lang meer de politiek der
bondgenooten zal tegenstaan. Vijftig
Fransche soldaten in ruil voor een
zak aardappelen is de beleefdheid te
kostbaar.
Niet waar, dat ziet er wat onheil
spellend uit.
En toch vindt diezelfde Fransche
pers 't als het meest loyale stand
punt dat Amerika aan Engeland en
Frankrijk uitvoert zooveel 't maar
kan.
Bovendien gaven we in ons vorig
nummer een uitleg weer van den op
perbevelhebber, dat toestaan of in
trekking van eenigen uitvoer enkel
is een kwestie van nationaal belang
en niet in verband staat met de neu
traliteit.
Geen wonder dus, dat we nu lezen,
dat die zoogenaamde bedreiging van
Fransche zijde, volstrekt niet dé mee
ning weer'geeft van officieële auto
riteiten.
Nooit heeft de Fransche regeering
4e bedoeling gehad maatregelen te
nemen als waarop het bovenaange
haalde artikel zinspeelt of zelfs een
dergelijken dreigenden toon tegen Ne
derland te doen hoorei).
De tweede nota van de Vereenigde
Staten aan Duitschland, Daar aanlei
ding van het torpedeeren van den
mailstoomer Lusitania is op zeer
krachtigen toon gesteld.
Zij. kunnen niet toelaten dat het
proclameeren van het oorlogsgebied
in eenige mate een krenking van de
richten der Amerikanen ten gevolge
heeft en leggen er den nadruk op dat
de Lusitania in de eerste plaats dien
de voor het vervoeren van passagiers
die in geen verband stonden tot den
oorlogdat mannen, vrouwen en kin
deren den dood ingezonden werden
onder omstandigheden, zooals in den
modernen oorlog nog nooit voorgeko
men zijn en dat meer dan honderd
Amerikaansche burgers er bij om
kwamen.
Zij vestigen de aandacht van Duitsch
land op zijn ernstige verantwoorde
lijkheid en op het onmiskenbare prin
cipe, waarop deze verantwoordelijk
heid berust en wijzen er op, dat de
Vereenigde Staten voor geen minder
hoog beginsel opkomen dan de heilige
rechten de- menschelijkheid, welke
geen regeering het recht heeft in den
wind te slaan.
Slechts indien de Lustania tegen
stand had geboden, zou dit de han
delwjjzevan den duikboot-comman
dant hebben kunnen rechtvaardigen,
zelfs indien daardoor de passagiers
gevaar hadden geloopen.
Verder gaat de nota in op de be
weerde bewapening van het schip.
Door de Duitsche regeering is ver
klaard, dat de Lusitania zonder twjj-
fel was uitgerust met verdekt opge
stelde kanonnen, dat zij geoefende
kanonniers en speciale munitie aan
boord had, dat zij troepen uit Canada
overbracht, dat zij een lading in had,
die volgens de wetten der Vereenigde
Staten geen schip aan boord mag heb
ber,, dat tevens passagiers vervoprt,
en dat zij feitelijk als hulpkruiser van
de Engelsche vloot dienst deed
Gelukkig zijn dit aargelegenheden,
aangaande welke de regeering der
Vereenigde Staten in staat is, officieel
inlichtingen aan de Duitsche regee
ring te verstrekken.
Bij de uitoefening van haren er
kenden plicht als neutrale mogendheid
en de tenuitvoerlegging harer lands
wetten, rustte op de regeering der
Vereenigde Staten de taak, toe te
zien, dat de „Lusitania" niet gewa
pend was, dat zjj geen dienst zou
doen als troepentansportschip, dat zij
geen lading aan boord had, die bij de
Amerikaansche wet verboden is, en
dat naar, indien zij in facto een schip
was, deel uitmakende van een Engel
sche vloot, geen uitklaring als koop
vaardijschip mocht worden uitgereikt.
De Amerikaansche regeering vol
bracht dien plicht, zij paste hare wet
ten met strenge nauwlettendheid toe,
door toedoen van hare wettig aange
stelde ambteraren, enisdi" tengevol
ge in staat de üuitscne regeering te
verzekeren, dat zij verkeerd is inge
licht.
Wat ook de opvattingen der Duit
sche regeering aangaande het \ei voer
van contrabande aan boord van de
Lusitania of aangaande de ontploffing
van dit materiaal door een torpedo,
zoo kan slechts worden verklaard, dat,
naar de meening der Amerikaansche
regeering, deze opvattingen niets uit
staande hebben met de vraag betref
fende wettigheid der handelwijze, door
de Duitsche vloot-autoritoiten toege
past toen zij het schip tot zinken
lieten brengen
Slechts daadwerkelijk verzet of de
weigering van de Lusitania om bij te
draaien als zij daartoe bevel had bp-
kregen, ten einde te worden onder
zocht, hadden den bevelvoerder van
de duikboot rechtvaardiging voor zij
ne daad kunnen verschaffen, zelfs al
ware hierdoor het leven van degenen
die zich aan boord van het schip be
vonden, in de waagschaal gesteld.
Dit is een beginsel, vervat en er
kend in de uitvoerige instructies op
3 A-ugustus 19H door de Duitsche
admiraliteit aan hare bevelvoerders
ter zee gegeven, zooals dit het geval
is in de maritieme codes van alle
andere naties, waarop iedere zeeman
het recht geeft, te mogen rekenen.
Aan dit menschelijke beginsel nu,
zoowel als aan de wet welke op dit
beginsel rust, moeten de Vereenigde
Staten vasthouden.
Uit eene dezer dagen door den
minister van landbouw, njjverheid en
handel aan de burgemeesters gerichte
circulaire blijkt dat aan verschillende
gemeenten sedert 3 Mei 6031 varkens
zijn afgeleverd, waarvan het gemiddeld
slachtigewicht 115 kilogram bedroeg,
zoodat zij 693.500 k g. goedkoop var-
keusvleesch van rijkswege hebben ont
vangen.
Het vleesch werd geleverd tegen
een prijs gemiddeld 25 tot 29 cent
beneden den marktprijs.
Indien ook de uitverkoopprijs in 't
klein ongeveer 25 cent beneden den
gewonen middelprijs is gebleven, zou
dit alleen gedurende dat tjjdvak van
3 Mei tot 12 Juni reeds een mindere
uitgaaf voor de verbruikers in die
106 gemeenten beteekenen van ruim
f\ 73 000.
Het is te voorzien dat dit vleesch
op den duur even populair wordt als
het goedkoope zoogenaamde regee-
ringsbrood.
Bij de Tweede Kamer zjjn ingeko
men twee ontwerpen van wet tot
verhooging resp. van hoofdstuk VI
der staatsbegrooting en van hoofdstuk
I. der begrooting van uitgaven van
Nederlandsch Indië, beide voor het
loopende dienstjaar
De voorgestelde verhoogingen ko
men neer op een verhooging met
3 000 000 en een verhoóging van een
gelijk bedrag ten laste van de Indi
sche begrooting, welk totaal bedrag
van ƒ6.000 000 bestemd is als eer
sten termijn van betaling van de kos
ten voor aanbouw van 4 onderzeeboo
ten en 2 kruisers voor de defensie
van Indië.
De onderzeebooten zullen zijn van
het type der thans in aanbouw zijnde
B. 2 en K. 3, terwijl do kruisers on
geveer 6000 ton, groot zullen zijn,
een proeftocht snelheid hebbende van
30 mijlen en een hoofdbewapening
voerende van 10 kanonnen van 15 cM,
«I
De territoriale bevelhebber in Zee
land heeft bepaald dat hot aan ieder
verboden is, zich zonder bepaalpe
noodzakelijkheid, binnen een afstand
van 50 meter van de grens op te
houden, welke noodzakelijkheid echter
niet altijd behoeft te blijken uit een
door een militair commandant afge
geven.
Evenzeer is het verboden, zoowel
van als naar België de grens te pas-
seeren langs andore da de heerbanen
en de door de directie der directe be
lastingen, invoerrechten en accijnzen
daarvoor aangewezen wegen.
Verder vestigt de bevelhebber de
aandacht op een ingekomen bericht
waaruit blijkt dat een garnalenhan-
delaar uit Stellendam een tot zinken
gebrachte mijn van een zandplaat heeft
gelicht, deze uiteen genomen en het
niet onschadelijk gemaakte afvuur-
toestel in zijn huis genomen.
Met het oog op he groote gevaar,
aan dergelijke handelingen verbonden,
niet alleen voor den dader maar ook
voor zijn omgeving, is het noodzake
lijk, dat alle personen, die door den
aard van hun bedrijf of uit anderen
hoofde op of bij het water komen,
tegen dergelijke ondernemingen na
drukkelijk gewaarschuwd worden en
hen verboden wordt, aangespoelde of
tot zinken gebrachte mijnen aan te
raken.
Een speciaal voor de bevolking van
Zeeuwsch-Vlaanderen geldende be
kendmaking is, na overleg met het
burgerlijk gezag, in de verschillende
gemeenten aangeplakt.
Er wordt uitdrukkelijk de aandacht
op gevestigd dat deze bekendmaking
in geenen deele geschiedt op grond
van dreigend oorlogsgevaar, dus geen
onrust behoeft te verwekken, doch
uitsluitend plaats heeft, ten einde de
bevolking niet onbekend te doen zijn
met de, door het Militair Gezag nood
zakelijk geoordeelde, verbodsbepalin
gen.
Indien Nederland in een oorlog
wordt gewikkeld en vijandelijkheden
te verwachten zijn in Zeeuwsch-
Vlaanderen, wordt de bevolking ver
zocht niet van verblijf te ver*
anderen.
De communicatiemiddelen zijn dan
niet meer ter beschikking van het
publiek.