«it H&pcrf«iiii«bla6 poor ^.-^faair^rott.
Mo 1960. Woensdn*-! October 1914. 24e Jaargang.
Onzijdigheid.
Grondstoffen voor brood.
Om Antwerpen.
BRESKENSCHE COURANT.
Abonnement per 3 maanden 0.50, franco VirPWirr Advertentiën van 15 regels 25 cents, elke
per post ƒ0.55, voor België ƒ0.75 en 1 dollar jLorjC|J| gewone regel meer 5 cents. Groote letters naar
3 kwartalen bij vooruitbetaling voor Amerika. plaatsruimte. Bij abonnement lager tarief.
Abonnementen worden mede aangenomen bij Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag
boekhandelaren en brievengaarders. «V* en Vrijdagmiddag te twee ure.
Bit bud verschijnt eiken Dinsdair- en Vrijdagavond bij den uitgever C. DIELEffi<\ te Breskens.
Het. zijn wel waarlijk dagen van
druk, zorg en kommer, die een groot
gederlte van onze ruedomerochen in
deze lijden doormaken, ^cbtijft de VI.
Ct.
Daar is over vele landen zulk een
oi kaan van dood en verderf losgebar
sten, als de geschiedenis niet aan te
wijzen heeft De nu 44 jaar geleden
plaats gehad hebbende verschrikkelij
ke oorlog lusschen Duitrchland en
Frankrijk, en die zulk ren bloedig
spoor heeft nagelaten in heidelanden,
blijft in ontzetting eu uitgebreidheid
verre achter bij hetgeen wij thans
aanschouwen, nu Italië, dat zijn
tijd afwacht, daargelaten alle groo
te mogendheden van Europa elkander
op leven en dood bekampen. Zij alle
strijden voor hun oppermacht in de
rjj der staten, voor hun toekomst,
voor hun positie als groote mogend
heid.
Helaas is daarbij ook oen der klei
ne staten in den maalstroom der ver
schrikkingen medegevoerd, het Bel
genland, dat geen ander doel beoogde
dan neutraal te blijven en zich niet
te leem n tot een instrument, middel
lijk of or.nrddellijk, waai mede de eene
pai lij do andere atbrt uk z< u kunnen
doen.
En toen een der partijen om krijgs
kundige rpderen ztin grondgebied r.oo-
dig had om er doorbeen te trekken,
ten einde den vijand in eigen land te
komen bestiijdeD, hoeft het, zijn grond
verdedigd roet al de fierheid, al den
moed en al de volharding waarover
het te beschikken had en waarvan de
volgende eeuwen zullen blijven spre
ken, zoolang heidei moed in 's men
schen hart weerklank vinden zal.
Indien ooit een volk, dat niet an
ders beoogde dan onzijdig te blijven
en noch do eene, Doch de andere par
tij te dienen - al mag in den boe
zem der bevolking grooter voorkeur
voor de een dan voor den ander be
staan hebben voor zijn rechten tot
het uiterste gestreden heeft., dan z^ker
dat van België, waaraan vriend en
vijand hulde brengen moet voor de
kracht waarmede het strijdt voor dat
gene hetwelk het zijn goed recht, heeft
geacht.
Dit goed recht van België is ook
het goed recht van alle kleinere sta
ten, om neutraal te mogen, neutraal
te willen blijven. Slechts met een
verkrachting van alle beginselen van
het volkenrecht zal een schending
van dat recht gepaard gaan Dit ook
is door Duitschland erkend, toen zijn
Rijkskanselier in volle zitting van
den Rijksdag, in de eerste dagen van
den oorlog, rond uit verklaarde, dat
het onrecht was hetgeen Duitschland
aan België pleegde, een onrecht
dat het zich volkomen bewust was en
dat het bereid was bij eerst mogelij
ke gelegenheid weder goed te maken
Inmiddels is die gelegenheid niet meer
mogelijk.
Wat Belgie weervoer als gevolg
van zijn staatkundige ligging, geldt
ook in zekere mate voor de andere,
direct aan de landen der oorlogvoe
rende partijen grenzende kleinere
rijken voor Zwitserland, voor Dene
marken en niet minder voor Neder
land. Zwitserland toch had kunnen
dienen als doortochtsland hetzij voor
Frankrijk om in Zuid-Duitschland,
hetzij voor Duitschland om midden in
Oost Frankrijk te vallen Denemarken
moet angstvallig den doortocht door
de Deensche wateren beschermen
tegen mogelijke pogingen der elkander
bekampende vloten Nederland heeft
zijn grens te beveiligen tegen de vlak
daarbij strijdende partijen en nauw
lettend toezicht te houden, dat geen
enkele strijder zijn gebied betreedt,
zonder aanstonds ontwapend te wor
den.
En ook van de zee zijde diende en
dient angstvallig gewaakt te worden.
Dank zij de vele uiterst zorgvuldige
maatregelen, is, nadat de wereldbrand
nu volle 2 maanden reeds uitgebro
ken is, de vlam het wnrde met
dankbaarheid erkend niet over
Neerlands grens geslagen. Wij bleven
en hopen te blijvenonzijdig.
Doch de onzijdigheid legt nog an
dere verplichtingen op, dan de land
en zeegrens zooveel mogelijk tegen
een schending te waarborgen
Daar zijn nog ettelijke andere be
palingen en voorschriften in de we-
derzijd>che overeenkomsten nederge-
legd, die evenzeer betrekking hebben
op de handhaving der algeheele onzij
digheid deze loopen over den plicht
der onzijdige staten om geen handels
waren, die als oorlogscontrabande aan
gemerkt kunnen worden, in-, uit- of
door te voeren in de oorlogvoerende
landen, lien schending dezer bepalin
gen kan evenzeer tot een conflict lei
den en het onzijdige land in een oor
log medesleuren, dan welke andere
handelwijze ook.
Nu schijnt het dat niet ieder bur
ger zich van de verplichting zich be
wust is, die in deze op hem rust, om
namelijk alles te vermijden wat onze
onzijdigheid in gevaar kan brengen.
De tijden brengen in hunne beroe
ring voor duizenden en duizenden on
zer medeburgers ernstige nadeelen
medeachteruitgang in zaken, wer
keloosheid en wat dies meer zij, zijn
aan de orde van den dag.
Doch daarnevens is een categorie
van burgers die zich de gelegenheid
schept, juist in dpze troebele tjjden,
eens hun slag te slaan en wel door
met die bepalingen der onzijdigheid,
die in de eerste plaats voor den han
del gelden.
Dat zijn handelaren, die hun eigen
belaDg stelleDd boven het landsbelang,
door hun practtjken ons aller welzijn
bedreigen, en die door het maken van
hooge winsten verlokt, de oorlogvue-
reDde partijen van datgene voorzien,
wat als zijnde contrabande, heslist
verboden is. Dit nu tegen te gaan,
met alle baar ten dienste staande
middelen, is de taak der regeeriDg.
Zjj doet het ook, en heeft zich sedert
genoopt gezien maatregelen te nemen
tegen zulke verkeerde practijken, waar
bij ODze onzijdigheid in gevaar komt.
De staat van beleg die aan de gren
zen is afgekondigd vond daar zijn
oorzaak inthans blijkt zelfs zulk
een maatregel noodig voor de groote
handelssteden van ons land
Die maatregel zou eigenlijk niet
moeten noodig zijn. In deze voor vrij
wel het algemeen zoo moeilijke tijden
die menigeen met angst en beven
moeten worden doorworsteld, is het
onverantwoordelijk dat de winzucht
van enkelen een gevaar voor allen
scheppen kan.
En de regeering door daartegen met
forsche maatregelen op te komen, doet
niet anders dan zij kan en moet doen
er voor te waken dat Nederland on
zijdig is en onzijdig blijft. Het is ons
aller plicht, hoe ons hart ook spreke
en in welke richting onze persoonlij
ke voorkeur ook ga, in onze gedra
gingen alles te vermijdeD, wat aan
stoot 1 an geven en een gevaar kan
opleveren voor da veiligheid van den
Staat.
Door het station voor maalderij en
bakkerij te Wageningen zfin verschil
lende bakproeven verricht
En nn het van alle zijden noodig
blijkt op den voorraad tarwe en tar
wemeel zooveel mogelijk te bezuini
gen, wordt de aandacht gevestigd op
de uitkomsten van die proefnemingen.
Zij wjjzen op een goedkoopere be
reiding van wittebrood, waarbij in de
eerste plaats gebruik dient te worden
gemaakt van eene toevoeging van rijs-
temeel en vervolgens van aardappel
meel.
Voorts is nog gebleken dat gebruik
van boonenmeel in dit opzicht aan
beveling verdient. Het kan worden
aangewend in de verhouding van éen
deel boonenmeel op vijf deelen tarwe
bloem, desnoods kan van boonenmeel
nog iets meer worden gebruikt.
Het is nu de vraag of ook het
bruine brood goedkooper zou kunnen
worden bereid door eenige toevoeging.
De meeste meelsoorten, die daarvoor
in aanmerking komen, zijn echter óf
te duur óf hebben'een veel geringere
voedingswaarde.
Alleen roggemeel (gemalen rogge)
kan een besparing op den prijs geven.
Het is echter ook reeds van groot
belang te achten, dat men de voorra
den tarwe en rogge minder snel uit
put door andere grondstoffen voor de
broodbereiding te gebruiken, al geeft
dit gebrnik dan ook geen geldelijk
voordeel.
Ook b|j de bereiding van bruin brood
dient dan weer in de eerste plaats rijs-
temeel te worden genoemd.
Goed mogelijk is 25 pCt. rijstemeel
in bruin brood te verwerkenhet al
dus bereide brood laat zich zeer goed
nuttigen. Eveneens, in iets ruimere
mate, geldt dit van gerstemeel (d. w.
z. gerstebloem, verkregen door maling
van gort) en van boonenmeel.
Men zou ook gebruik kunnen ma
ken van aardappelmeel en boonenmeel
samen.
De toevoeging van boonenmeel dient
tot verhooging van eiwitgehalte, dat
abnormaal laag wordt als veel aard
appelmeel wordt gebruikt.
Het zal wellicht nog niet algemeen
bekend zijn, dat het gebruik van het
zoogenaamd noodbrood toeneemt, ter
wijl te Amsterdam het toevoegen van
van een zesde rijstemeel aan tarwe
bloem voor broodbereiding verplich
tend is gesteld.
Wat echter voor Amsterdam gebie
dend geldt, zou dit, zegt het Vader
land, voor het geheele land moeten
geschieden.
In stede van tot het aller uiterste
te wachten, zou men beter doen du
onmiddellijk over te gaan tot het in
't leven roepen van algemeen gelden
de voorschriften, die bezuiniging op
den voorraad tarwe en rogge tenge
volge hebben.
In de eerste plaats dient men te
komen tot een meer algemeen gebruik
van bruin brood, dat thaDs zeer aan
bevelingswaardig is, omdat het goed
kooper is en omdat de broodopbrengst
aanmerkelijk hooger is, dan wanneer
men van het graan uitsluitend bloem
bereidt en deze voor witbrood ver
werkt.
Maar ook is het aanbevelingswaar
dig de gewone bereidingswijze van
bruin brood, meestal gemaakt van
evenveel tarwe als tarwebloem, te ge-
anderen door als grondstoffen twee
deelen gemalen tarwe, éen deel tar
wemeel en éen deel rijstemeel. Een
geringe speliDg dient men te behou-
ded, verband met verschil van kwa
liteit van diverse soorten tarwe en
tarwebloem.
Behalve voor Antwerpen, schijnen
zich volgens de laatste berichten op
geen van de gevechtsterreinen wapen
feiten van beteekenis te hebben afge
speeld. Dat de vier forten Waelhem,
Wavre St. Catherijne, KoniDgshoyckt
en Lier met de daartusschen gelegen
versterkingen aan het zuidoostelijke
front van den buitengordel der stel
ling Antwerpen gevallen zijn, mag
men nu op grond van een bericht uit
officieele Belgische bron als vaststaan
de aannemen.
Daarmede is een gat ontstaan in
de eerste fortenliDie, waarachter de
Belgen een sterke positie zeggen in
te nemen aan de rivier de Nethe.
Hoewel hier geen forten liggen, is
het mogelijk, dat het Belgische leger
zich den na den terugtocht op de
Antwerpsche stelling verloopen tijd
ten nutte heelt gemaakt, omveldver-
sterkingen op te werpen ten einde
den overgang over de rivier zoo duur
mogelijk te verkoopen. Dan eerst
zouden de Duitschers den aanval op
den binnenring van forten van deze
zijde krachtig kunnen aanvatten. Ook
in een bericht aan het Handelsblad
uit Antwerpen, vindt men vermeld,
dat de Belgen sterke stellingen in
nemen ten noorden van de Nethe,
terwijl zjj versterking hadden gekre
gen van eenige Engelsche troepen-af-