tymm luws» in jlBbetfeufieBlaB ïlambtun. n. )k< t)00jr Ontspanning. Wat wil dr Kuyper? ;e not op Abonnement per 3 maanden 0.50, franco Br post ƒ0.55, voor België ƒ0.75 en 1 dollar 3 kwartalen bij vooruitbetaling voor Amerika. Abonnementen worden mede aangenomen by ikhandelaren en brievengaarders. No 1863. Katerdag 18 October 1913. 33e Jaargang. Advertentiën van 15 regels 25 cents, elke gewone regel meer 5 cents. Groote letters naar plaatsruimte. Bij abonnement lager tarief. Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag en Vrijdagmiddag te twee ure. Dit blad verschijnt eiken Dfnsrtair- pp Vrijdagavond bij den uitgever C. WIELENtV te Breskens. ,a Men mag aannemen dat, nude m rlogsfakkel in Europa is gedoofd, 16.1 eene ontspanning is gekomen bo den algeheelen staatkundigen &s" )estand. I, Ontegenzeggelijk is dit voor een vacl root deel toe te schrijven aan de q 5i ieszins coulante houding van de '®r' ranschen, die op meer dan éen tuk dermate door de Duitschers, jcJJ q niet het minst door de pers, ïprikkeld werden, dat, indien de- idag e dermate bejegend waren, men Q12 ir niet anders dan oorlogszuchtige 3°' tdoelingen zou hebben achter ge- ocht. Denken we slechts aan de lang- urige onderhandelingen over de vestie van het zenden van een m] fitsch oorlogschip naar Agadir lar aanleiding van de Marokko- ingel^genheden. Dit dreigende icident is na eene groote span- ling tusschen beide mogendheden ®ej sschikt en geregeld op eene wijze taardoor de vrede niet werd ver- :oord. Na dien deden zich tal van klei- e voorvallen voor, die voor zenuw- t chtigen prikkelend zouden geweest in, doch door de Fransche auto- teiten op de meest redelijke en iimane wjjze werden ondervan- Duitschlands uiterst gestrenge ejegening stak daarbij zeer on- instig af. Brengen we, om aan den laat- iffi tijd te denken, in herinnering fel geval van den te Luneville te Duitsche militairen gelanden sZtpellin", dien men dra in de ge- Aaheid stelde naar Duitschland te? te keeren, en denken we aan ireinige dagen later te Arrau- Wirt neergestreken Duitschen mi eren vlieger, die men na kort 'hoor in vrijheid stelde. En mer- N we hierbij op dat, van de tal militaire passagiers van de ijnen Duitsche ballons, die in laatste drie, vier jaar hetzij mèt zonder opzet, in Frankrijk land- niet éen werd gearresteerd, tfouilleerd, gedwongen zich naakt t te kleeden en voor korter of lnger tijd opgesloten in een hok P een politiebureau, zooals dit gebeurde met Fransche en "h Hollandsche burgerlijke lucht- 6lzigers. Men lette op de eenvoudige en kalme manier, waarop de Fran sche autoriteiten de kwestie be treffende den luitenant aviateur Steffen hebben geregeld. Met bewondering spreken dé Duitsche bladen over de toewijding die de luitenant kolonel von Win terfeldt, te Grisolles ondervindt en waar autoriteiten en particulieren wedijveren om den 'zieke, die als gast der Fransche natie gedurende de manoeuvres, zwaar verwond is bij een val, leniging te verschaf fen. Nu is dit wel een geval van een vrijwel andere strekking dan het landen van luchtreizigers, toch spreekt uit alles een geest van ver zoening. Daar zijn overigens geschillen genoeg die zouden kunnen verbit teren en tot een uitbarsting leiden waarvan begrijpelijkerwijze ons land, zooal niet de dupe zou wor den, toch zeker belangrijke nadee len zou ondervinden. Frankrijk is althans door de Duitsche pers geprikkeld door de berichten, dat het in het buiten land een groote voorraad graan in sloeg voor een geprovoceerd en en binnen kort uit te breken oorlog. Maar ook deze vijandige toon heeft Frankrijk grootmoedig langs zich laten afglijden. De relaties tusschen Frankrijk en Duitschland, betoogt de „Temps" zijn netelig genoeg om niet zonder reden verergerd te worden. Beide landen bevin den zich, ten opzichte van elkaar, in een positie die niet zonder ge vaar, maar óok niet zonder een edele vorm is. Kleingeestige, kren kende polemieken kunnen het ge vaar doen toenemen. Maar zij doen afbreuk aan wat het groote Wes tersche vraagstuk voor nobels en ernstigs heeft. Waarom dit ge harrewar dan niet vermeden, om ten aanschouwe van Europa, een wat grootsche houding aan te ne men Den tegenwoordigen toestand nagaand, is deze gunstiger dan veertig jaar geleden, na de onder teekening van het verdrag van FrankforJ, en dat zoowel Duitsch land als Frankrijk aan veiligheid hebben gewonnen. Duitschland is verplicht te er kennen, dat Frankrijk, in weerwil van de uitbreiding van zjjn di- plomatieken invloed en onafhan kelijkheid, het nooit heeft aange vallen of geprovoceerd. Frankrijk moet toegeven, dat Duitschland, hoewel het trouw bleef aan de Bismarckiaansctie politiek der hegemonie (in Europa), zich geleidelijkerwijze heeft aan gepast aan de nieuwe internatio nale bestaansvoorwaarden, ia het leven geroepen door verbonden, ententes en overeenkomsten, waar aan Duitschland geen deel had en die buiten dit land om werden gesloten. Met andere woorden de gebeurtenissen hebben bewezen, dat, hoewel Duitschland voor het overwicht en Frankrijk voor het evenwicht streed, Duitschland voor het eerste, noch Frankrijk voor het laatste den oorlog hebben wil len aangaan. Het tusschen beide landen be staande zoogenaamde conflict heeft een zuiver diplomatieken vorm aan genomen en behouden. En aan wie beweren mocht dat alleen een ge lukkig toeval den een paar malen onvermijdelijk schijnenden oorlog verhinderde, krijgt het behoud van den vrede er te grooter beteekenis door. Want dit zou immers bewij zen, dat er van den vrede op zich zelf kracht genoeg uitgaat om weer stand te bieden aan de dubbele pres sie, die aan Frankrijk een weer- wraak-oorlog en aan Duitschland een behoud oorlog voorhoudt. Daar bestaat dus geen reden waarom in beide landen niet zou worden gestreefd naar een betrek kelijk evenwicht. Frankrijk heeft zich tevreden gesteld met het herwinnen van poliek terrein. Duitschland heeft zijn verlangens beperkt tot het be houd van zijn aardrijkskundig be zit. Frankrijk is nog steeds ver minkt door het verlies van Elzas- Lotharingen. Maar Duitschland speelt den baas niet meer in Europa. De Franschen hebben niet alles her wonnen wat de Duitschers hun afnamen. De Duitschers hebben niet alles behouden wat wij ver loren. Zij hebben nog altijd deze twee provinciën. Het geschil tusschen Frankrijk en Duitschland is dus niet uitge vochten te vuur en te zwaard. Maar de onderlinge verhoudingen der beide landen zijn zoodanig gewijzigd, dat zij zich tegenover elkaar bevinden in een gelijkheids postuur en dus in staat om, wat ook de toekomst brengen mag, voor het tegenwoordige elkaar op voet van gelijkheid te behandelen. Ziedaar besluit de Temps de ware reden voor Frankrijk en Duitschland om in correcte termen met elkaar te leven. Waar Frankrijk den oorlog niet heeft aangegaan om de verloren provincies te her overen, en Duitschland den krijg niet is begonnen om het verloren overwicht te herwinnen, daar hebben Duitschers nog Franschen het recht Europa in opschudding te brengen door allerlei bijkomende' twisten. Het zou kinderachtig en onvergeeflijk zijnde secondaire geschillen, die in het internationale leven der volken ieder oogenblik voorkomen, niet inderminne te regelen. Niet alleen humaniteit, ook de rede heeft het woord kunnen geven. Men schrijft van anti-revolutionaire zijde aan de N. R. C In den laatsten tijd wordt in ver schillende kringen der anti-rev. partij gevraagd wat wil Dr. Kuyper toch Wat is toch zijne bedoeling bijv. met de zoozeer zwakke anti-revolutionaire 2de Kamerclub Zoo gaarne toch zag men die kamerclub, nu zij zoo zeer in aantal is gedund en slechts uit een elftal leden bestaat, niet slechts ster ker in aantal maar ook in kwaliteit. Vandaar die steeds rondgaande ge ruchten, dat nu eens dit, dan weer dat anti-rev. 2de Kamerlid zijn zetel zou beschikbaar stellen voor een der anti-rev. oud-ministers. Ook verschil lende anti-rev. bladen drongen hierop aan, o. a. de Rotterdammer en het Christelijk Volksdagblad te Amster dam. Het laatste bevatte zelfs een soort sommatie aan de heeren Brum- melkamp, van de Velde en van der Molen om Loosduinen, Delft en Slie- drecht voor de heerên Heemskerk, Talma en de Waal Malefijt beschik baar te stellen, maar de heeren lieten niets van zich hooren. Na het aanbod van Dr. Scheurer aan den heer Coljjn bleef alles stil. Nu weten wij anti-re volutionairen wel, dat, indien Dr. Kuyper het raadzaam vond, dat een der oud-ministers in de 2de Kamer zitting nam, dit ook zou gebeuren. Maar de Standaard sloot zich niet bij haar perszusters aan. Eerst na de benoeming van mr Th. Heemskerk een driestar in het nummer van Za terdag 13 September waarin geschre ven werd„Het is zoo, er had in de Tweede Kamer plaats voor hem

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1913 | | pagina 1