tymm m 3$butUnfxM<xb wor No. 1627. Zaterdag 1 Juli 1911. 20' Jaarg ONTWAAKT. Buitenland. FEUILLETON. COURANT. Abonnement per 3 maanden 0.50, franco per post door het geheele rijk 0.55, voor België ƒ0.625 en voor Amerika 1 dollar voor 3 kwartalen bij vooruitbetaling. Abonnementen worden aangenomen bij boekhandelaren en brievengaarders. Advertentiën van 1 tot en met 5 regels 25 cents, elke gewone regel meer 5 cents. Groote letters naar plaats ruimte. Bij abonnement lager tarief. Advertentien worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdag middag te twee ure. Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond bij den uitgever C. DIELEMAN te Itreskens. Frankrijk heeft al weder een nieuw abinet. En Portugal is in 't bezit van een amer van afgevaardigden, die vorige eek Maandag voor 't eerst bijeen kwa- en. Dat was een stralende dag. Lis bon was in feesttooi. Langzaam loopt de vergaderzaal vol le 230 leden zijn present, de der- g militaire en vijf-en-twintig zee-offi- eren, een luitenant zelfs in kaki, een idere in groot tenue met geweldige iperen epauletten, ware stukken har- is,de vijftig advokaten, de 40 dok- rs, de journalisten, de apothekers, de ipitalisten, de boekhouders en de bar er 1 Ook de drie studenten, nog broe- es, een met prachtig pony-haar, een hat van een jongen om den priktol te ijven. Hij doet het gewichtigst. Daarna geschiedt de uitdeeling der ipieren, elk krijgt zijn mandaat en rolt it netjes op. Ze zijn allemaal in hun ihik, al voelen ze zich niet thuis op it mooie roode tapijt. Thuis hebben ze geen tapijten, slechts einig huizen in Portugal hebben vloer- ikleeding, en nu zitten ze in mooie eren fauteuils, terwijl velen hunner )g pijnlijke herinneringen (van achte- in) hebben aan het houten bankje in at gevang. Dat zijn degenen, die tot 3 historische partij behooren en zeker it meest de zachte fauteuils verdienen. Eindelijk zal de zitting worden geo- md. De voorzitter luidt de bel en Bemt het papier, het bewuste decreet i de handen, en leest langzaam, duide- k voor. Alles is opgestaan. Hij leest, at decreet dat de monarchie vervallen Brklaart, de heele familie Braganza Brbant, en daar, plechtig, procla- leert hu de republiek En dan barst wild een groote jubel is, één lange jubelkreet „Viva a repu- lica 1" De nieuwe vlag wordt gezwaaid a met zakdoeken toegewuifd. Men ilt van vreugde, men brult en juicht, LO-I— 3. Zou ik Pauline ooit wederzien? Wie reet wat er gebeurd kon zijn vóór ik a Engeland terugkwam? Op sommige ogenblikken werd ik geheel moedeloos. Het best kon ik de le.gte van de reis erekenen naar de veranderingen in leeding en tongval der landbewoners,; a zelfs de paarden veranderden van ichaamsbouw. Het weder was warm, bijna te warm. let bebouwde land dat wjj doortrokken, ag er zeer vruchtbaar uit. Siberië zag ir over het algemeen geheel anders uit Jan het meestal beschreven wordt. Het ilimaat was uitstekend nimmer had ik gezondere lucht ingeademd. Op sommige dagen scheen de koelte ons nieuw leven afgevaardigden vallen elkaar in de ar men, er zijn er die schreien 1 De jubel gaat voort, plant zich verder tot buiten het gebouw Daar uit de groote volks massa dreunt de jubel me:. En diep en zwaar komen de donderstemmen der kanonnen van de kruisers en forten, sissend schieten vuurpijlen op naar den blauwen hemelZij verkondigen het, die groote vuurmonden aan heel de stad, dat in de Constituinte de republiek uitgeroepen en de monarchie vervallen wordt verklaard. Wild schetteren de vele muziekkorp sen het nieuwe vrijheids- en volkslied Knetterende geweersalvo's gaan de lucht in. Het historisch oogenblik is daar. Dat vreugdegejuich, die biyheidsjubel, ze pakken je aan, ja, het is roerend, je moet je bedwingen om niet mee te doen. Zeker tien minuten houdt het aan, en brommen de kanonnenmonden hun vrij- heidsroep van fort naar fortOver heel het land gaat die roep voort, tot aan het zuiden in Algarve, tot het uiterste noorden aan de grenzen, waar de monar chisten legeren. Ook zij zullen dien vreugdedonder moeten aanhooren 1 Mach teloos I In het Cortèsgebouw zwijgt dan ein delijk het gejuich, en neemt het weenen en omhelzen een einde. De voorzitter Braancamp en de ministers, en alle af gevaardigden zijn opgestaan om van het groote balkon de mare nog eens den volke mede te gaan deelen. Vorige week heeft ook de kroning plaats gehad van George V, als koning van Groot-Brittanje. Een lange schitterende stoet bewoog zich door de straten van Londen naar de abdij van West-minster. De Koninklijke optocht door Londen werd begunstigd door goed weder, en had daardoor een groot succes. Het was een der mooiste militaire schouw spelen, en het duurde meer dan een uur, voordat de stoet voorbij was, zoodat als het hoofd van den stoet een weg toe te waaien. De bewoners kwamen mij als brave, arbeidzame menschen voor, en waar ik mijne papieren ook moest vertoonen, werd ik met de meeste voorkomendheid behandeld. Hoe geheel anders zou ik wellicht zonder dien machtigen talisman bejegend zijn geworden 1 Maar Siberië maakte in den zomer een zeer aangena- men indruk op mij. En töch wenschte ik dat het winter ware geweest. Dan reist men met meer gemak. Ivan ver zekerde mij dat als er een goede sneeuw- baan gevormd is en de tarantass ver wisseld kan worden voor een slede, de afstand dien men op een dag kan afleg gen, aan het wonderbaarlijke grenst. Het is onnoodig al de steden en dor pen die wij doortrokken te vermelden. In de nabjjheid van elke stad of dorp stond een donker uitziend vierkant ge bouw, afwijkend in omvang naar de groot te der plaats, omgeven door hoog ras van zeven mijlen had afgelegd deze aan het paleis terug had kunnen zijn tegen dat de staart dit verliet. De koning en de koningin reden in open staatsiekaros bespannen met acht roomkleurige paarden. De geestdrift van het volk was zonder voorbeeld. De koning droeg maarschalks-uniform, de koningin een blauw kleed met stroohoed waarop een blauwe veer. Toen de koning en de koningin de Wellington Arch pas seerden stonden zij rechtop in het rij tuig, om den prins van Wales, de prin sen en prinsessen te begroeten, die op de tribune zaten, voor hun gebruik in gericht op het terrein van het paleis. De stoet was veel indrukwekkender dan Donderdag. In den stoet was ieder regiment van het leger vertegenwoordigd door een afdeeling van 25 man en een officierde koloniale troepen en het In dische leger zonden ook afdeelingen. De koning en koningin werden langs den geheelen weg met geestdrift toege juicht. Nu en dan viel een regenbui, maar over het geheel was het weer goed. Ondanks de groote drukte zijn er over het algemeen slechts weinig betee- kenende ongevallen te vermelden. Voordat de aartsbisschop van Kantel berg den koning kroonde, hield de aarts bisschop van York een korte preek. Ze duurde zeven minuten. De aartsbisschop had het, naar aanleiding van Luc. XXII 27 Ik ben in het midden van u als een die dient, over de plichten van den vorst om zijn volk voor te gaan in den dienst van God en den mensch. Daartoe zou hij nu worden gewijd. Maar zoo heette het verder „de koning komt niet alleen tot zijn wijding. Hij draagt zijn volk met zich. Zoowel voor het natoinale leven als voor den vertegen woordiger daarvan is het heden de dag der heiliging. Moge dit groote volk dezen dag met den God onzer vaderen een dienstverbond sluiten en bezegelen, want in Zijn dienst is de volkomen vrij heid. Moge het bidden om de eer, bo ven de volken der wereld uit te steken als een dat de zaak van gerechtigheid, terwerk waarvan de hekken gesloten, gegrendeld en door een schildwacht be waakt werdendeze gebouwen wa res de Ostrogs of gevangenissen. Daarin werden de rampzalige ballin gen als zij op hunnen marsch halt hiel den, gehuisvest. In deze plaatsen wer den zij opeengepakt als sardines in een bus. Gevangenissen die er twee honderd konden bevatten, moesten meestal tot rustplaats dienen voor minstens twee maal zooveel ongelukkigen. Men verhaal de mij, dat als het ijs uit de rivieren was, en de tocht daardoor noodzakelijk vertraagd moest worden, de tooneelen in deze gevangenissen of depóts alle beschrijving te bovengingen. Dat man nen, vrouwen en meisjes opeengepakt werden in vertrekken die met den el- lendigsten stank gevuld waren, terwijl er vergiftige dampen uit den grond op stegen. De sterfte was dan ook soms vreeselp. De folteringen ran den marsch vrede en recht onder de menschen dient I" Hoe jammer, dat in dit plechtige uur de woordvoerder van het Christendom den hoogmoed van zijn volk moest vleien 1 Voor de koning den eed op den Bij bel aflegde „De dingen, die ik hier heb beloofd, zal ik volvoeren en hoiffien zoo helpe mij Godzei hij, met de hand liggende op het bij het eerste hoofstuk van het Evangelie van Johan nes opengeslagen boek stelde de aarts bisschop van Kantelberg hem verschil lende vragen, om te beginnen„Wilt gij plechtig beloven en zweren, het volk van dit Vereenigde Koninkrijk van Groot-Brittanje en Ierland en de gewes ten, die er toe behooren, te regeeren overeenkomstig de wetten in het Parle ment aangenomen, en de onderscheiden wetten en gebruiken daarvan waarop de koning antwoordt: „Ik beloof plech tig het te doen." Ook„Wilt gij naar uw uiterste ver mogen Gods wetten, het ware Evange lische geloof en den Protestantsch Her vormden godsdienst, als ingesteld bij de wet, handhaven. En zult gjj de inrichting van de Kerk van Engeland, haar leer, eeredienst, tucht en bestuur, gelijk de wet ze in Engeland instelt, handhaven en onver kort bewaren? En zult gij voor de bis schoppen en geestelijkheid van Enge land, en de kerken daar aan hun zorgen toevertrouwd, alle rechten en voorrech ten, die hun of ieder hunner by de wet toekomen of zullen toekomen, bescher men? Waarop de Koning antwoordt: „Dit alles beloof ik te doen", welke be lofte hij dan bekrachtigd door zyn eed. Aan de feestelykheden was ook een groote vlootschouw verbonden te Spit- head. Er waren Zaterdag op de reede al daar 167 schepen van de Engelsche vloot bijeen, maar het wat bij lange na niet de geheele Engelsche vloot. Er zijn nog een groot aantal bodems, dienst doende in verre wateren, en ook van de Engelsche wateren waren niet alle opgekomen. Maar wat die vloot van waren niets in vergelijking met de ver schrikkingen van de zoogenaamde rust. En in een dier Ostrogs zou ik Ceneri moeten vinden I Wij kwamen verscheiden troepen ballingen voorbij, die hun lot tegemoet gingen. Ivan zeide mij dat de meesten geketend waren. Dat zou ik niet heb ben opgemerkt, daar de ijzers om de beenen zijn bevestigd en onder de broeks pijpen gedragen worden. Arme, ramp zalige wezens, mijn hart brak terwijl ik hen aanschouwde Hoe misdadig zij ook mocht wezen, kon ik hen toch nim mer de aalmoes weigeren waarom zü vroegen. Zoo ver ik zien kon werden zij niet wreed door de soldaten en offi cieren behandeld, maar wel vernam ik de verschrikkelijke verhalen omtrent hun lijden onder het opzicht van on- menschelijke opzichters en comman danten, (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1911 | | pagina 1