m K No. 1605. Zaterdag 8 April 1911. 20e Jaarg bMtUttiiéhi* i'Oór oecun>*ch FEUILLETON. ONTWAAKT. >em, ei Bski ïooi idai Abonnement per 3 maanden ƒ0.50, franco per post door het geheele rijk 0.55, voor België ƒ0.625 en voor Amerika 1 dollar voor 3 kwartalen bij vooruitbetaling. Abonnementen worden aangenomen bij boekhandelaren en brievengaarders. cents, elke aar plaats- Ad verten tiën van 1 tot en met 5 regels 25 gewone regel meer 5 cents. Groote letters n ruimte. Bij abonnement lager tarief. Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdag' middag te twee ure. Bit blad verschijnt eiken Dinsdag1- en Vrijdagavond bg deu uitgever C. DIELEM4A te Breskens. Nieuwe invoerrechten. II. III. Afgewerkto fabrikaten, voor zoo- >ENer die naar hunnen aard nog niet voor Ie p irect gebruik door den consument ge- :hikt zijn en die daartoe hier te lande Dg moeten worden bewerkt, zijn in 't [gemeen belast met een recht van 10 ït. der waarde. Hiertoe behooren ma- ua g; ufacturen, deuren, ramen, kozijnen, ihooretoenmantels en dergelijke. IV. Geheel afgewerkte fabrikaten, die 1, jnder nadere bewerking en zelfstandig }DToor het gebruik van den consument jschikt zijn, worden in het algemeen 1'ie Blast met een recht overeenkomende iet 12 pet. der waarde. Ter geruststelling van hen die moe- eu dat door de tariefsherziening de jndelsbelangen van Nederland zullen orden geschaad wordt opgemerkt, dat Blangrijke stapelartikelen als tabak niet ooger worden belast dan thans het go al is of wel vrij blijven, bijv. koffie at in het algemeen van grondstoffen ls steenkolen, ertsen, granen, garens ':e' qz. geen invoerrechten worden geile en, zoodat niet wordt ingezien, waar- het handelsverkeer belangrijke wij- igingen zou ondergaan. De regeering erkent, dat er oorzaken ln^' unnen optreden, die het noodig zouden unnen makeD, dat, als tijdelijke maat- lak egel, van een min of meer groot aan- »1 thans vrijgestelde goederen invoer- echten worden geheven of de daarvoor astgestelde invoerrechten worden ver- loogd. De noodzakelijkheid tot het nemen an de hierbedoelde maatregelen zou unnen ontstaan uit het feit, dat in 5de «nig vreemd land wordt overgegaan tot 15. a 58. 35i >1- )5 Plotseling vernam ik een diepen zucht achter mij, en mij ijlings omwendende, lag ik Pauline met gesloten oogen en liijkbaar in een doodelijke bezwijming 50' op de sofa, waar zij tot nu toe ge zeten had, uitgestrekt. Ik snelde tot haar, nam haar in myn armen, en haar naar hare kamer dragende, legde haar op haar bed. Het was nu om- si reoks negen uur. Priscilla was toe vallig uit, dus liep ik haastig terug naar ile eetzaal en wenschte Macai i goeden nacht. Ik hoop dat het niet te veel te beteekenen zal hebben, zeide hij. - Neenalleen een bezwijming. Uw beftig gebaar moet haar verschrikt heb- hoffing van hooge invoorrochten op goe- doren, die speciale producten zijn van ons land of van onze koloniën of wel daaruit, dat zekere goederen worden getroffen met een zwaarder recht bij herkomst uit Nederland of zijne kolo niën dan bij aanvoer uit andere landen. De regeering acht het daarom gewenscht in onze tariefwetgeving de bevoegdheid neer te leggen tot het nemen van retor sie-maatregelen. Met intrekking van art. 28 der wet van 1850, wordt te dien aanzien in de artt. 9 en 10 een regeling voorgesteld. De vraag, aan wien de beslissing is op te dragen in geschillen nopens de toepassing van het tarief, heeft een punt van ernstige overweging uitgemaakt. Voorgesteld wordt de instelling van een Tariefcommissie (welke in tweede instantie beslist, terwijl de beslissing in eerste instantie is opgedragen aan den betrokken directeur der invoerrech ten), bestaande uit zeven leden, waar van een, tevens voorzitter, wordt be noemd door de Kroon, en éen door elk der Kamers van Koophandel en Fabrie ken te Amsterdam, Rotterdam, Gronin gen, Enschedé, Tilburg en Maastricht. Verschillende overwegingen hebben er toe geleid in het algemeen het principe der ad valorem rechten aan te nemen bij de vaststelling van het tarief en al- leon van dat principe af te wijkon, waar zulks kon geschieden, zonder tot groote onbillijkheden aanleiding te geven. Voor goedeien, naar het gewicht be lust, wordt, voor zoover het tarief niet anders bepaalt, het invoerrecht geheven: a. indien het recht niet meer bedraagt dan f8 per 100 K.G., naar het bruto gewicht bon. Daarop keerde ik naar de legerstede mijner vrouw terug, on wendde de ge bruikelijke middelen aan, teneinde haar weer bij te brengen. Maar, zonder eenig gevolg. Zij lag daar wit als een mar meren beeld, terwijl alleen haar nauwe lijks hoorbare ademhaling en de flauwe polsslag bewezen, dat zij nog leefde. Zij lag daar zonder gevoel en zonder bewe ging, terwijl ik hare handen trachtte te vei warmen, haar voorhoofd bevochtigde en alles deed om hare levensgeesten op te wekken. Zij bleef minstens gedurende een uur in dezen toestand. Zoolang, dat ik ten laatste angstig begon te worden en te bedenken dat ik toch geneeskundige hulp behoorde in te roepen. Juist toen ik het besluit vatte daartoe over te gaan, merkte ik op dat de slagen van haren pols sterker en sneller werden ik gevoelde, dat hare ademhaling zwaar b. in andere gevallen, naar het bruto gewicht verminderd met de volgende tarra bij verpakking in ijzeren vaten 16 ten honderdhouten vaten 10 ten hon derd houten kisten 4 ten honderd manden, kranjangs, eu kanassers 4 ten honderd dubbele zakken 2 ten honderd enkele zakken 1 ten honderdandere embalage 4 ten honderd. De aangever, niet tevreden met de wettelijke tarra, kan het invoerrecht betalen naar het netto-gewicht, door hem aan te geven, of op zijn kosten door ambtenaren der invoerrechten op te nemen. Als netto-gewicht wordt aangemerkt het bruto-gowicht der goederen vermin derd met het gewicht der grove em bal- Ten aanzien van de bestemming van een gedeelte van de opbrengst van het tarief bevat het ontwerp de volgende bepaling Van af het tijdstip van het in wer king treden dezer wet wordt jaarlijks op de begrooting van het departement van landbouw, nyverheid en handel een som van negen millioen gulden beschik baar gesteld voor den aankoop van in schrijvingen in een of meer van de Grootboeken der Nationale Schuld welke inschrijvingen worden overgeschreven op een hoofd van rekening in dat Groot boek, luidende „Fonds tot dekking van uitgaven voortvloeiende uit wettelijke maatregelen in zake de pensionneering van arbeiders." In het tweede en de volgende jaren wordt de bovengenoemde som van no- gen millioen gulden vermeerderd met het bedrag der rente van de ten name van het fonds ingeschreven Nationale Schuld, welke rento onder de middelen tot dekking der staatsuitgaven wordt geboekt. Treedt deze wet in den loop van een dienstjaar in werking, dan wordt de in het eerste lid genoemde som in dat jaar teruggebracht tot zooveel twaalfden daar van als het aantal volle maanden be draagt gedurende welke de wet in dat jaar in werking is. Ter toelichting van het artikel be toogt de regeering dat de hoogere op brengst van het tarief grootendeels be stemd is tot dekking van het verschil tusschen de kosten van de pensionneering van de arbeiders van het tegenwoordig geslacht en de premiëD, door dat geslacht op te brengen. Het ontwerp betreffende de arbeiders pensioenen zal spoedig de Kamer be reiken, doch de behandeling van dat ontwerp door de Staten-Generaal en de voorbereiding van de uitvoering der verzekering zullen tijd vorderen en de regeering acht het mogelijk, dat enkele jaren verloopen tusschen het tot stand komen der onderhavige wet en de in voering der verzekering. De aard van eene tariefwet laat niet toe zoo zet de regeering verder uit een hare inwerkingtreding geruimen tijd te verschuiven en de hoogere op brengst zal dus ontvangen worden, voor dat zij aan de pensioenbank worden uit gekeerd. Waar de staatsuitgaven zich steeds uitbreiden, is het gevaar niet denkbeeldig, dat op die gelden voor an. dere doeleinden beslag zou worden ge legd, waarvan het gevolg zou zijn, dat bij de invoering van de pensionneering der arbeiders de daarvoor benoodigde der werdik zag een trek van terug- keerend leven op haar gelaat komen en met ademloos ongeduld wachtte ik. En toen keerde Pauline, mijne vrouw, tot het leven terugzij richtte zich nu in haar bed omhoog en wendde haar gelaat naar het mijne en in hare oogen ontwaarde ik iets, wat ik daarin, om Godes wil, nimmer hoop weder te zien 1 VIII. Het thans volgend hoofdstuk stel ik eigenlijk met tegenzin te boek. Indien het mij mogelijk ware mijn verhaal ook zonder dit volledig en samenhangend te maken, zoude ik er de voorkeur aan ge ven de voorvallen, die het bevat, te verzwijgen. Hoe onwaarschijnlijk enkele mijner ondervindingen ook mogen ge weest zijn, kunnen zij toch allen, behal ve deze verklaard wordendoch deze zullen, noch kunnen ooit voldoende voor mg kunnen worden opgehelderd, Pauline ontwaakte, en toen ik hare oogen zag, huiverde ik alsof ik op het punt stond te bevriezen. Het was noch waanzin, noch bewustheid die ik er in zag. Zij stonden wijd open, zoover dit slechts eenigszins bij een menschelijk oog mogelijk lszij stonden strak en onbewegelijk, en toch wist ik, dat zij volstrekt niets zagen, dat hunne zenu wen in niet het minste verband met de hersenen stonden. Al myn hoop, dat met het eindigen haror bezwijming hare rede zou terug- keeren, was vervlogen. Het was duide lijk te zien, dat zij in een veel bekla genswaardiger toestand dan do vorige was overgegaan. Ik sprak haar toeriep haar bij haar naammaar zij merkte het niet. Zij scheen zelfs mijne tegenwoordigheid niet op te merken. Zij staarde voortdurend met starre blikken in éen richting. (Wordt vervolgd,)

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1911 | | pagina 1