ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR HET VOORMALIG 4E DISTRICT.
Es» vertaal i EesécI-Pée-
No. 1378.
Woensdag 20 Januari 1909.
16
Binnenland.
18e Jaar
IIR E S k E SU IIE COURANT.
Abonnement per 3 maanden 0.50, franco per post
door het geheele rijk 0.55, voor België ƒ0.625 en voor
Amerika 0.825 bij - vooruitbetaling.
Abonnementen worden bij boekhandelaren en brieven
gaarders aangenomen.
Advertentiën van 1 tot en met 5 regels 25 cents,' elke
gewone regel meer 5 cents. Groote letters naar plaats
ruimte. Bij abonnement lager tarief.
Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdag
middag te twee ure.
Bit blad verschijnt eiken Binsdag- en Vrijdagavond bij den uitgever C. OIEEEJIAX te Breskens.
li.
Do schrijver van „een donkere wolk"
haalde nog even aan dat het ten opzich
te van alle door hem aangehaalde pun
ten het er weinig op aan komt of er
een liberaal of anti-revolutionair burge
meester zal komen, als hij maar de be
langen van de gemeente Breskens weet
te behartigen.
Allereerst willen we hierbij opmerken,
dat ons artikel, het welk aan die vaca
ture was gewijd, ontleend is aan het
grondwettelijk parlementair stelsel waar
onder onzen Staat wordt bestuurd.
Het zal den schrijver wel niet onbe
kend zijn dat in ons land in den regel
de regeering berust in handen van man
nen behoorende tot de partij of partijen
die in de Tweede Kamer de meerder
heid vormen omdat de groote staatkun
dige vraagstukken waarover de beginse
len der partijen wijd uiteenloopen, tot
geene oplossing kunnen komen.
De omstandigheid dat thans eene re
geering aan het roer is, die geenszins
de afschaduwing is van de meerderheid
der Kamer, wijst daarop alleszins. Er
kunnen geene diepgaande kwesties wor
den aangeroerd en uit dien hoofde is
het niet een kabinet uit de rechterzijde
om deszell's beginselen op den voorgrond
te schuiven, doch een zaken-kabinet.
Weinig anders is het met de regee-
ring eener gemeente.
Men kan in de grondwet lezen dat
aan haar hoofd staat een raad, welks
leden gekozen worden uit en door de
daartoe bevoegde ingezetenen.
De omvang van de werking van de
gemeenteraad is in de wet aangegeven.
En de voorzitter van dien raad is de
burgemeester, daartoe door de koningin
benoemd.
Den burgemeester is het plaatselijk
gozag opgedragen.
Maar men voelt dat bij zeer vele za
ken de raad de leiding aangeeft.
Is nu het optreden van den burge
meester in lijnrechten strijd met den
geest van den raad, die weer eén af
spiegeling is van den geest der gemeen
tenaren, dan ontbrandt de strijd.
Van botsingen, die bij gansch niet
overeenstemmende elementen in tal van
gemeenten zijn voorgekomen, zal het
wel niet noodig zijn, nadere uiteenzet
ting te geven.
Nu hebben we reeds aangetoond, dat
de geest der ingezeten vrijzinnig is en
dat de raad daartoe eveneens kan gere
kend worden.
Misschien kan men zich wel eens ver
gissen, en bepaalt men zich de richting
naar het particuliere voordeel dat met
een of andere beweging is te behalen,
maar overigens, kunnen we onze ge
meenteraad schatten op zes vrijzinnigen.
Er zijn daar echter wolven in schaaps
vacht onder, welnu, dat ze daarvan dan
rekenschap afleggen om de twee jaar
treedt een derde deel af.
Maar ook hierbij zouden we op een
zijpad komen.
Laat ons dus terugkeeren tot het
punt van uitgang.
We zeiden reeds vroeger dat 't de
regeeritig een verlokken is tot het die
nen van partijbelang door voornamelijk
in onze gemeente te ijveren voor een
anti-revolutionnair burgemeester.
Nu moet men niet denken dat we 't
zoo willen beschouwd zien alsof in die
partij geen goede menschen zouden
schuilen die weer niet goede burgemees
ters zouden zijn. Dat zij verre van
ons. Maar men begrijpe ons goed.
We gronden ons betoog op het con
stitutioneel regime.
En als we daartoe de gemeentewet
FEÜILLKTO^.
-K8H'
69.
En laat ik haar hier niet achter,
peinsde hij, wie weet aan hoeveel lage
wraakplannen van de zijde van haar laf-
hartigen echtgenoot zij dan wellicht zal
blootstaan 1 Mijn God, wat moet ik
doen zuchtte hij moedeloos. Haar
medenemen kan ik niet, haar achterla
ten valt mij even moeilijk. Eén ding
kan ik echter doen. Ik kan beschikkin
gen treffen, om mijn arme lieveling haar
eenzaamheid zoo dragelijk mogelijk te
maken.
Wanneer hij, in diep gepeins verzon
ken, zoo vaak tot aan het morgengrau-
wen met gelijkmatigen tred in zijn sa
lon op en neder was gegaan, onbewo
gen door het fantastisch schoon van de
in zilveren glanzen schemerende baai
van Amalfi, dan had hij, doch altijd te
vergeefs, op middelen gezonnen, om haar
openlijk te doen erkennen als zijn gade.
Want gebroken was het onvermurwba
re hart, dat eenmaal in zijn boezem
klopte. De liefde had zijn edeler inborst
door haar vruchtbaarmakenden adem
beroerd, en niets ter wereld scheen hem
thans begeerlijker, dan recht te doen
wedervaren aan de vrouw zijner ide
alen. Doch tranen van spijt ontwelden
aan zijn oogen, tranen, die hij niet ver
mocht terug te dringen, wanneer het
onverbiddelijke hem voor den geest
kwam. Hij wist immers, wist maar al
te goed, dat de keizerlijke toestemming
hem nooit zou worden geschonken.
Etienne Wizocki was thans wettig
ingeschreven op de rol der Russische
burgers en geen mensch ter wereld kon
hem van zijn recht berooven, om zich
te verzetten tegen een scheiding, die
hij niet wenschte.
Ware zij slechts een onbekende,
een vreemdelinge, dan zou het mij
kunnen gelukken haar tot de mijne te
maken, morde hij dan. Maar gravin
Xenia de Berg had hem immers ge
schreven, dat geheel Warschau vol was
van de opzienbare verdwijning van de
bloem der Poolsche schoonen.
- Natuurlijk, zoo bad de bevallige
nagaan dan lezen we in art. 61 dat nie
mand tot burgemeester benoembaar is
dan die o. a. is ingezetene der gemeen
te.
De tweede alinea dier bepaling geeft
het recht daarvan af te wijken, doch
alleen als dit is in 't belang der gemeen
te.
Nu zullen we niet tot in bijzonder
heden afdalen over de talrijke gevallen
waarin het belang der gemeente schijnt
mee te brengen om juist iemand buiten
de gemeente als burgemeester te doen
benoemen.
Dat is niet het doel van ons schrijven.
Alleen willen we er op wijzen dat de
grondgedachte om den geest der inge
zetenen ter wille te zijn door den wet
gever in deze bepaling is nedergelegd.
En aan de hand daarvan zeiden we
dat, als gehandeld wordt overeenkom
stig de richting althans van de over-
groote meerderheid der ingezetenen,
aan het hoofd van het gemeentebestuur
een man van vrijzinnige beginselen dien
de te worden benoemd.
Door bijv. daartegen te willen getui
gen, dat naar anderen meening iemand
uit de rechtsche partij mee op zijn plaats
zou zijn en wat is anders het doel
van het ijveren voor zoo iemand hul
digt men het beginsel dat een rechts-
sche regeering nooit en voor geen en
kele gemeente een vrijzinnige zou kun
nen doen benoemen, een beginsel dat
naar onze meening deze regeering niet
gaarne zou aanvaarden.
Geen dag gaat er voorbij tegenwoor
dig of men leest van de oprichting van
dames comité's, die met het oog op de
blijde verwachting waarin H. M. de
Koningin verkeert, tallooze snuisterijen
aanschaften voor het Koninklijk kind,
aat met vreugde in den lande wordt
verbeid.
Schier algemeen kan men er zijn blijd
schap over uitspreken, dat ip deze da
gen zóo ondubbelzinnig blijkt Vanyle
alom in het land aangetroffen oprei rite
gehechtheid aan onze Koningin en van
de hartelijkheid, waarmede het Neder-
landsche volk in Haar geluk deelneemt.
Men ziet, zeer terecht, in de beweging,
die in alle deelen des lands spontaan
opkwam, het bewijs, dat ons volk, als
geheel, doordrongen is van het besef,
dat het voortbestaan van den band, die
land en volk aan ons geliefd Voi sten
huis bindt, inderdaad is voor land .en
volk van het hoogste belang, en' men
verheugt er zich in, dat het oogenblik,
waarop het vooruitzicht zal zijn geopend,
om tusschen Oranje op Nederland do
oude liefde opnieuw te kunnen bevesti
gen, zal worden beschouwd en gevierd
ais een moment vati nationale betèeke-
nis.
De bedenkingen, die worden gemaakt,
richten zich dan ook niet tegen de be
weging zelve integendeel, mén ver
langt die aan te moedigen en te steu
nen maar tegen de wijze, waaroij zij
zich voortplant. Zooals het nu gaat
vreest men zal het grootsche, dat
daarbij tot uiting kón komen, zoo goed
als verloren gaan.
Hetgeen op het oogenblik wordt op
touw gezet, met de beste, met zeer prij -
zenswaardige bedoelingen, is niet meer
eene nationale beweging, maar eene van
steden en dorpen, gehuchten en. vlekken
in het iand, zonder verbauü en zonder
het geringste gevoel voor of streven.naar
eenheid.
Dat eene dergelijke verbrokkeling v,an
krachten in ideëel opzicht iets verkeerds
heeft, omdat het nationaal karakter van
UtlUb
Russische geschreven, natuurlijk weet
ik, uit offlcieelen bron, dat Etienne Wi
zocki het land heeft verlaten, en ook
verneem ik, dat hij nog leeft. Mot moei
te heb ik den graaf bewogen mij te ver
tellen, dat de ongelukkige zich op het
oogenblik in het Oosten ophoudt. Maar,
helaas, generaal, zijn arme vrouw, ge
boren om te schitteren door geboorte,
rang en fortuin, z ij zal zeker zoo ge
makkelijk niet kunnen vergeten. Men
weet, dat gij op het kasteel verto.ifdet,
toen die geheime arrestaties plaats had
den en zonder twjjfel zal men u, wan
neer gij weder hier zult zijn, niet met
rust laten, eer men alles te weten is
gekomen betreffende het zonderling ver
dwijnen der gravin.
Soms ook verscheen voor Milutin's
geestesoog de beeltenis van z(jn zoon,
den wettigen erfgenaam van al z(jn
waardigheden, den stamhouder van zijn
geslacht. Zou ook diens carrière niet
lijden, wanneer hij, de Keizerlijke onge
nade trotseerende, van den Czaar vroeg,
en met aandrang vroeg, wat niet kon
of mocht worden toegestaan En dan,
BoriB zelf, zoo te juister t\jd ujt War
schau verwijderd, om hem, Milutin, do
baan vrij te laten, zou hij dèii vadpr
ooit vergeven, wat deze hem had aan
gedaan V Daar blonk geen lichtstraal
in zijn verduisterd brein. Ginds hingen
in sierlijke draperieën de zijden gordij
nen, die het boudoir afsloten van haar,
die, bemind en bedrogen, door het lot
op zulk een zonderlinge wijze in. zijn
armen was gevoerd. Onwillekeurig greep
zijn hand in zulke oogenblikkeii van
machtelooze woede naar het mes, waar
mede hij eenmaal de berin versloeg.
Maar neen Ik zal harer waardig wor
den 1 klonk het dan van ziju lippen en
hij deed zichzelf die gelofte met ernst
en vuur. Hoe echter zou hij haar,.wier
trots, wier ongeschonden nationale eer
hij kende, hoe zou hij haar hoe kiesch
dan ook en hoe vorstelijk ruim, eene
geldsom kunnen aanbieden, om op on
bekrompen wijze haar verborgen bestaan
te kunnen bljjven voeren? Zijn ridder
lijk hart kon ook voor deze moeielijk-
heid de oplossing niet vinden.
(Wordt vervolgd.)