ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR HET VOORMALIG 4E DISTRICT.
verlaal i Rassiscl-Poli.
No. 1345.
Zaterdag 26 September 1908.
17e Jaarg.
Buitenland.
FEUILLETON".
li li i;s k i; sr li i; cour ant,
Abonnement per 3 maanden f 0.50, franco per post
door het geheele rijk 0.55, voor België /0.G2® en voor
Amerika 0.825 bij vooruitbetaling.
Abonnementen worden bij boekhandelaren en brieven
gaarders aangenomen.
Advertentiën van 1 tot en met 5 regels 25 cents, elke
gewone regel meer 5 cents. Groote letters naar plaats
ruimte. Bij abonnement lager tarief.
Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdag
middag te twee ure.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond bij den uitgever C. DIELEMAN te Breskeiis.
Het ziet er bedroevend uit in de nij-
Irheid van Engeland.
'Terwijl de werkloosheid op schier elk
ibied hoogst bedenkelijke verhoudingen
nneemt, zoodat men zich, met name
de groote steden, niet zonder angst
praagt„Waar moet dat heen in de
mende wintermaanden komt nu de
sluiting in de groote centra der ka-
in-mijnen, met name in Lancashire,
toestanden in niet geringe mate ver
eren.
n de katoennijverheid zag het reeds
lert maanden hoogst bedenkelijk uit.
fabrikanten zaten met groote voor-
len afgewerkte goederen en de alge-
lene economische en financieels toe-
inden zijn van dien aard, dat de vraag
pr hun producten niet groot was en
prijzen lager waren dan ooit te voren.
Onder die omstandigheden zagen zij
ih genoodzaakt de loonen met 5 pCt.
'gaan verlagen, uitgaande van destel-
g dat in tijden van tegenspoed de
irklieden evengoed tijdelijke schade
|lden te lijden als de fabrikanten zol-
)p zich zelf zouden de werklieden
sschien dien maatregel wel als billijk
bben willen aanvaarden, ware het
it dat de overeenkomst van 1893,
een einde maakte aan de hoogst
istige werkstaking van die dagen,
n niet in den weg gezeten had.
immers zegt die overeenkomst, dat
het vaststellen van de loonen,
ncn een jaar daarna geen verande-
daarin kan worden gebracht. En
werd door de werklieden op grond
irvan gevreesd, dat zij aan een loons-
:laging met 5 pCt. zouden vastzitten
geheele volgend jaar, zelfs bijaldien
1909 de toestanden zich mochten
verbeteren.
Gevolg daarvan is geweest dat de
spinners en kaarders degenen, die
de katoen eerst voor de spinnerij gereed
moeten maken met groote meerder
heid het voorstel der loonsverlaging
verwierpen. Toen is gevolgd een tweede
stemming, waarvan het gevolg was dat
de spinners in de loonsverlaging toe
stemden, bijaldien deze eerst zou in
gaan met Januari e.k., doch de kaar
ders bleven bij hun weigering en had
den voor jl. Zaterdag niet de gelegen
heid om een tweede stemming te hou
den en het gevolg is geweest dat
de fabrikanten als gevolg van hun be
dreiging "de fabrieken op Zaterdag jl.
gesloten hebben weigeren do kaarders
verder te werken, dan kunnen de spin
ners ook niets doen en als straks de
gereed liggende voorraad gesponnen
goed afgewerkt is, dan zullen van zelf
de wevers tot nietsdoen worden ge
doemd.
Gevolg is dat thans bij de staking
betrokken zijn niet minder dan 140,000
spinners en straks 260.000 wevers. En
de werklieden, beschikkende over sterke
weerstandskassen en rekenende op den
steun van de Federatie der Trade-Uni
ons, durven den strijd aan.
„Ik heb, dus zeide een hunner leiders
Zaterdag tot een vertegenwoordiger van
de „Morning Post", „alles gedaan wat
ik kon om den „lock-out" te voorko
men, doch nu gooi ik het er bij neer.
De fabrikanten meenen, dat een veer
tien dagen stilstaan van de machines
den handel goed zal doen. Dat geloof
ik gaarne, maar als de strijd eens be
gonnen is, zullen wij maar niet dadelijk
klaar staan weder aan het werk te gaan
als zij het zullen verlangen. Wat het
einde van den strijd zal wezen en hoe
lang die zal duren, is niet te zeggen,
men weet dat de mannen van Lancas
hire weten wat strijden is. De laatste
groote werkstaking begonnen wij met
f96000, waardoor wij het twintig we
ken konden volhouden. Toen hadden
wij 20.000 leden en gij kunt zelf uitre
kenen wat wij nu kunnen doen voor
38.000 leden met een kas van een 3
millioen gulden en een krachtigen.steun
van de Federatie".
Gedurende de eerste week zullen de
werklieden aan loon derven ongeveer
f1200.000, maar als de wevers er ook
bij betrokken worden, zal die loonderving
ongeveer f3000.000 bedragen. De spin
ners beschikken over een kas van meer
dan f6000.000, die van de kaarders be
draagt f3000.000 en met de hulp der
Federatie wordt berekend dat aan de
stakers ongeveer f300.000 per week zal
kunnen worden uitbetaald.
„Wij hebben", zeide een secretaris
der spinners-vereeniging, „geen geschil
met de kaarders. Wij stemden en han
delden in overeenstemming met den
uitslag van die stemming. De kaarders
hebben geen gelegenheid gehad hun
tweede stemming te houden en wij
meenen, dat hun daartoe alsnog de ge
legenheid had moeten gegeven worden.
Wij gaven toe aan den wil onzer leden
en aanvaardden het voorstel der fabri
kanten. Maar nu kunnen onze mannen
niet werken en daarom moesten wij
hun thans vragen niet weer aan den
arbeid te gaan
Van dit oogenblik af zullen wij de
kaarders terzijde staan".
Zóó kunnen de Union-leden en al de
centra der belangrijke Engelsche textiel
nijverheid, het eenigen tijd uithouden,
doch men houde daarbij in het oog,
dat de ellende voor tal van gezinshoof
den, die bij den strjjd betrokken zijn
en geen Union achter zich hebben, da
delijk voor de deur staat.
En bij de betrekkelijk lage uitkeerin-
gen uit de weerstandskassen zullen als
vanzelf duizenden anderen, dio niet tot
de textiel-nijverheid behooren, bakkers,
kruideniers, kortom zoovelen die indirect
ook afhankelijk zijn van een rustigen
gang dezer belangrijke industie, scha
de lijden, en dat in dagen dat alles
toch reeds zoo slecht gaat.
Inderdaad, de toestanden zijn ernstig
en droevig.
Men hoopt dan ook, dat een langdu
rige en ernstige strijd als die van 1893,
waaraan allen, die er toen bij betrokken
waren, nog met huivering terugdenken,
aan het nijvere Lancashire bespaard zal
blijven, en dat men althans tot een
voor beide partijen bevredigende over
eenkomst zal kunnen komen.
Zondagavond, juist toen de brand in
hot warenhuis „La Ville de Saint Dé-
nis" had uitgewoed, werd Parijs door
een nieuwe brandramp getroffen en een
die meer algemeen nadeel en hinder ver
oorzaakt het centraAl-bureau der tele
foon aan de rue Gutenberg is afgebrand.
Om half acht nam men in de straten
een scherpe lucht van brandend gutta
percha waar, die tot in de huizen door
drong.
Deze straten, die op Zondag vrij stil
zijn, vulden zich weldra met een nieuws
gierige menigte en deze zag eensklaps
een troep dames, die in wilde haast
door de rue de Louvre snelden.
Het waren juffrouwen van de tele
foon, zij hadden haar dienstkleeding
nog aan en sommigen droegen zelfs nog
haar „hoofdstel".
Nu vernam men spoedig, dat het
telefoon-bureau in brand stond.
Het bureau is gevestigd in een huis
van vier verdiepingen, de eerste ver
dieping is ingericht voor den intercom-
munalen-, de 2e voor den internationa
len- en de 3e en 4e voor den stadsdienst.
»K§H'
Ia uren van nameloos wee te heb-
doorleefd, die een vrouwenhart
:hts eenmaal kan verduren, had zij
1 gouden trouwring, die eens hun har
had vereenigd, van haar fijnen vin
genomen. Bittere tranen had zij
chreid op het kleine pakje, dat zij
gvuldig wegborg in een kistje, dat
r als meisje had toebehoord, en waar
geschreven stond „Voor mijn kind",
zelfs Etienne Wizocki, ginds in Pa-
het schouwtoneel van ijdelheid en
leugd, hij zou van schaamte gebeefd
hen, wanneer hij het gelaat zijner
oone gade had kunnen zien, toen haar
pen, de lippen die hij het laatst ge
it had, het allerlaatst, bevend fluis-
i: „Nooit meer!" Het was geen
lichting, geen verzachting van het
tdeel, dat haar gewond hart over hem
1 uitgesproken, dat hij dit nooit ver-
ju uit haar mond. Eenmaal zou hij
het weten, en de wraak der vrouw treft
plotseling en onverwacht, gelijk het
hemelsvuur.
Het was dus tot zijn van hem ver
vreemde echtgenoote, wier streng afge
bakend pad van plicht en eer haar van
hem scheidde, dat de graaf, van droeve
gedachten vervuld, terugkeerde. Hij had
de verandering nooit opgemerkt, of
schoon de liefde was gedoofd, gedoofd
op het altaar, dat zij had opgericht voor
hem, in wiens adel van hart zij had ge
loofd. Met een gemoed vol wrok en
bitterheid reed Etienne Wizocki dien
avond zijn park binnenZijn houtves
ters hadden hem reeds het vertrek be
richt van sommigen zijner gasten, wel
ke tijding hem zeer had ontstemd en
bovendien vreesde hij zijn Russischen
crediteur onder de oogen te komen en
had hij zijdelings vernomen, dat men
hem niet tot de adelmaarschalk zou
herkiezen. Zelfs de boeren, die hij op
zijn weg ontmoet had, hadden een ge
voel van domme verbazing bespeurd,
bij het zien van hun meester, en met
dubbel ontzag hun vuile hoofddeksel
van de kroesharige schedels genomen.
Met strak gezicht had hij de onder
danige begroetingen beantwoord zijner
lijfeigenen, wanneer dezen hem, in hun
door kleine stieren of half wilde poney's
getrokken karren, hadden ontmoet.
Die boeren zijn gelukkiger, dan ik
van avond ben, mompelde hij. Toen de
heer van Nomiviteli zijn paard deed stil
staan voor den hoofdingang van het
kasteel zag hij een lief, maar strak ge
laat, dat uitzag naar hem van dezelfde
plaats vanwaar eenmaal een minnend
vrouwtje hem haar bekoorlijkste lachjes
en groeten had toegezonden.
Mijn God! Wat moet ik doen?
Zij mag het niet wetenjammerde hij,
toen hij haastig uit den zadel was ge
sprongen, en in stilte beraamde hij een
plan, om generaal Milutin tevreden te
stellen, het eenige middel om zijn trots
te behoeden voor de zelfvernedering, die
hij zoozeer vreesde. Erkenning zijner
fouten behoorde, in het oog van den
speler en verkwister, ook nu nog tot de
onmogelijkheden.
DwaasHij wist niet, dat de vrouw,
die maandenlang verkwijnd had in on
beantwoorde liefde, in onvergolden ge
negenheid, gelukkig en tevreden aan zijn
zijde zou zijn geweest, al ware armoede
en ontbering haar deel geweest, wan
neer hij niet met moedwillige hand den
fakkel hunner liefde had gedoofd. Tee-
der en trouw, edeldenkend en onzelf
zuchtig als zij was had Cecile Wizocka
om haar zelfs wil niet gemord over het
versmelten van hun vermogen, toen de
liefde voor haar man nog in haar hart
gloorde. Dochter van vorstelijken hui
ze kon zij de buitensporigheden van een
met geldzaken weinig vertrouwd edel
man gemakkelijk door de vingers zien.
Maar ook nog in deze oogenblikken van
zorg en verdriet zou Etienne's hart zijn
ineengekrompen, wanneer hij den blik
van sombere smart had kunnen opvan
gen, waarmede zijn ongelukkige gade
destijds het vonnis over haar bedrogen
liefde had vernomen.
Voortaan sta ik alleen in de we
reld had zij vastbesloten gezegd, en
ofschoon geen afscheidsgroet, geen zucht
hoe zacht gelispeld ook, ooit zijn oor had
getroffen, de schutsengel, die eenmaal aan
zijn zijde ging en hem het pad verlichtte,
had hem voor altijd verlaten. (Vervolgd.)